Het effect van geencapsuleerde toediening van sucrose en caseïne op de activatie van de ileal brake onderzoeken. Dit wordt gedaan door te kijken naar voedselinname, verzadiging, het vrijkomen van gastrointestinale hormonen en gewichtsverlies
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Eetlust- en algemene voedingsstoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Fase 1:
Aim: De effectiviteit van inname van geencapsuleerd sucrose en caseïne op
voedselinname onderzoeken.
Hypothese: Het vrijkomen van de geencapsuleerde nutrienten in de distale dunne
darm resulteert in een reductie in voedselinname vergelijken met het vrijkomen
van de nutrienten in de maag (placebo).
Primaire uitkomstmaat: Het effect van het vrijkomen van geencapsuleerde
nutrienten in de distale dunne darm op de hoeveelheid ad libitum voedselinname
(Verschil in ad libitum maaltijd inname (gemeten mbv pasta maaltijd))
Fase 2:
Aim: De effectiviteit van inname van geencapsuleerd sucrose en caseïne (6 weken
lang, tweemaal per dag) op gewichtsverlies onderzoeken
Hypothese: Langdurige (6 weken lang) ileal brake activatie tijdens de lunch en
diner resulteert in gewichtsverlies.
Primaire uitkomstmaat: Het verschil in lichaamsgewicht voor en na 6 weken
inname van de microencapsulaten (caseïne en sucrose in ileum) vergeleken met
inname van placebo (sucrose en caseïne in de maag)
Secundaire uitkomstmaten
Fase 1:
Het effect van het vrijkomen van geencapsuleerde nutrienten in de distale dunne
darm op verzadiging en hongergevoelens.
Fase 2:
Het verschil in voedselinname voor en na 6 weken inname van de
microencapsulaten (caseïne en sucrose in ileum) vergeleken met inname van
placebo (sucrose en caseïne in de maag)
Achtergrond van het onderzoek
Het vrijkomen van intacte nutriënten in de dunne darm kan zorgen voor de
activatie van een intestinale rem. In het engels wordt dit ook wel de activatie
van een intestinal brake genoemd. Dit is een negatief feedback mechanisme
vanuit de dunne darm naar de maag en het centraal zenuwstelsel. Op deze manier
ontstaat er een afname in voedselinname (die ook te zien is na RYGB),
hongergevoel en voedselopname. Daarnaast zorgt het voor een toename in
verzadiging. In onze vorige studies (METC 11-3- 034 en METC 11-3-006) hebben we
laten zien dat het infunderen van vet, eiwit en koolhydraat in het ileum alle
drie zorgen voor de activatie van de ileal brake (met een duidelijke afname in
voedselinname). De voorgaande studies werden allemaal uitgevoerd met een
nasoileale catheter. Hierdoor werden de nutriënten dan op de juiste plek in
dunne darm gebracht. Aangezien dit vrij invasieve studies zijn die daarnaast
niet mogelijk zijn bij grote groepen, zijn we op zoek gegaan naar een andere
manier om de nutriënten op de juiste plek in de dunne darm te krijgen. We
hebben hierbij gekozen voor microencapsulatie van de nutriënten. Sucrose en
caseïne worden hierbij geencapsuleerd met verschillende zeer dunne laagjes whey
eiwit. Hierdoor kunnen sucrose en caseïne in eerste instantie nog niet worden
opgenomen. Pas in het jejunun/ileum zijn de buitenste laagjes casein verteerd
en komt de inhoud (sucrose en caseïne) vrij. Aangezien we in eerdere studies
hebben gezien dat infusie van nutriënten in het ileum zorgt voor een
verminderen voedselinname, willen we met behulp van deze studie onderzoeken of
dit nog steeds gebeurd bij het gebruik van de geencapsuleerde nutriënten.
Wanneer deze vermindering in voedselinname nog steeds wordt gezien wordt er een
tweede fase van het onderzoek gestart. Hierin wordt gekeken wat een twee
dagelijkse inname van de microencapsulaten voor een effect op het gewicht heeft.
Doel van het onderzoek
Het effect van geencapsuleerde toediening van sucrose en caseïne op de
activatie van de ileal brake onderzoeken. Dit wordt gedaan door te kijken naar
voedselinname, verzadiging, het vrijkomen van gastrointestinale hormonen en
gewichtsverlies
Onderzoeksopzet
Fase 1: gerandomiseerde dubbelblinde cross-over studie
Fase 2: gerandomiseerde dubbelblinde placebo gecontroleerde studie
Onderzoeksproduct en/of interventie
Inname van microencapsulaat (sucrose en caseïne ofwel placebo) tweemaal per dag (6 weken lang)
Inschatting van belasting en risico
Bloed monsters: Op 4 testdagen wordt er een infuus in een ader van de onderarm
geplaatst om bloed af te kunnen nemen. Per tijdspunt wordt er 8ml bloed
afgenomen, totaal van 72ml per dag (totaal van 288mL voor de 4 testdagen). Na
het afnemen wordt er onmiddellijk een DPPIV-remmer aan het bloed toegevoegd.
Hierdoor blijft actief GLP-1 in het plasma meetbaar. Tijdens het afnemen van de
bloedmonsters zitten de proefpersonen in een comfortabele stoel met een
verstelbare rugleuning. Er worden geen bijwerkingen verwacht bij het afnemen
van de bloedmonsters.
VAS scores voor verzadiging en gastrointestinale klachten Scores voor
verzadiging, honger, verlangen om te eten en gastrointestinale klachten
(brandend, vol gevoel, krampen, kolieken etc) worden gemeten door gebruik te
maken van een visual analogue score (VAS, 0 tot 100 mm).
Inname van microencapsulaat:Er worden geen problemen verwacht met de inname van
de microbeads. Het grote voordeel van een microencapsulaat is dat het gemengd
kan worden met voedingsproducten en hierbij makkelijk in te nemen is.
Publiek
P.Debeyelaan 25
Maastricht 6229HX
NL
Wetenschappelijk
P.Debeyelaan 25
Maastricht 6229HX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Geen gastrointestinale klachten of ziektebeelden (gebaseerd op medische voorgeschiedenis zoals besproken tijdens de screening)
- Gezonde mannen en vrouwen met een leeftijd tussen de 18 en 65 jaar. Vrouwen moeten anticonceptie gebruiken (niet nodig bij post-menopausale vrouwen)
- BMI tussen de 25 en 30 kg/m2
- Normale eetgewoonten (3 maaltijden per dag, inclusief ontbijt etc.)
- Vrijwillige deelname
- Mogelijk om deel te nemen aan studie, bereidt om informed consent te tekenen en zich te houden aan de richtlijnen van de studie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Geschiedenis van ernstige cardiovasculaire, respiratoire, urogenitale, gastrointestinale/hepatische, hematologische/immunologische, metabole, endocriene, neurologische, allergische ziekten en grote abdominale chirurgie. Ernst van ziekten of operatie zal door hoofdonderzoeker bepaald worden.
- Gebruik van medicatie (met uitzondering van anticonceptie) die de studie uitkomsten kunnen beïnvloeden. Ernst zal door hoofdonderzoeker bepaald worden.
- Deelname aan interventie studie in het laatste 90 dagen die mogelijk kan interfereren met deze studie (zal door hoofdonderzoeker worden bepaald)
- Grote abdominale chirurgie waardoor gastrointestinale functie kan zijn beinvloedt.
- Volgen van een dieet (vegetarisch, diabetisch, macrobiologisch, etc)
- Zwangerschap of lactatie
- Alcohol consumptie van meer dan >20 glazen per week
- Intentie om te stoppen met roken
- Bloeddonatie in de afgelopen 3 maanden voor de studie
- HIV positief (zelf aangegeven)
- Score boven 3.39 voor vrouwen en 2.89 voor mannen op restrained eating scale
- Meer dan 4kg afname of toename van het gewicht (onverklaarbaar)
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL51990.068.14 |