De effectiviteit van psychotherapie kan verbeterd worden door de frequentie van de sessies in de eerste weken van de therapie te verhogen. Daarnaast zal begrip van de processen die zorgen voor therapeutische verandering ons in staat stellen de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Stemmingsstoornissen en -afwijkingen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Hoofduitkomstenmaten gedurende de studie betreffen depressie (BDI-II) en
kwaliteit van leven (EQ-5D (5L)). Daarnaast zal er bij aanvang van de studie
een diagnostisch interview worden afgenomen en zullen patiënten gedurende
behandeling maandelijks vragenlijsten beantwoorden. Follow-up moment zijn 9, 12
en 24 maanden na start van de behandeling. Bloedsamples zullen verzameld worden
bij aanvang en na beëindiging van behandeling. Patiënten zijn vrij om deel te
nemen aan de studie zonder deel te nemen aan het onderdeel bloedprikken.
Secundaire uitkomstmaten
De volgende secundaire uitkomstmaten zullen in de studie gebruikt worden:
Therapeutische relatie, (Working Alliance Inventory), cognitieve vaardigheden
(Competencies of Cognitive Therapy Scale/Performance of CT Strategies ),
interpersoonlijke vaardigheden, recall (patients recall of the last session
rated by the therapist), motivatie voor therapie (Autonomous and Controlled
Motivation for Treatment Questionnaire), compliance (amount of no-show and
rated by patient and therapist), emotieregulatie (Action Control Scale),
executief functioneren (n-back task), automatische gedachten (Cognition
Checklist ), gedragsactivatie (Behavioral Activation for Depression Scale) en
biologische factoren (brain-derived neurotrophic factor (BDNF), DNA methylation
van de CpG eilanden liggende bij promotoren I and IV) en oxytocine.
Achtergrond van het onderzoek
Onlangs is er een sterk verband gevonden tussen de frequentie van
therapiesessies en behandeluitkomst. Echter, is het onduidelijk wat de optimale
frequentie van de sessies is en welke werkingsmechanismen betrokken zijn bij de
effecten van psychotherapie. Indien er een effect voor een hogere frequentie
van sessies wordt gevonden zal dit leiden tot een efficientere therapie en
zullen de economische lasten verbonden aan depressie verminderen. Daarnaast zal
begrip van de processen die voor therapeutische verandering zorgen ons in staat
stellen behandeling voor depressie te optimaliseren.
Doel van het onderzoek
De effectiviteit van psychotherapie kan verbeterd worden door de frequentie van
de sessies in de eerste weken van de therapie te verhogen. Daarnaast zal begrip
van de processen die zorgen voor therapeutische verandering ons in staat
stellen de behandeling voor depressie te optimaliseren.
Onderzoeksopzet
Het betreft een multicenter gerandomiseerde trial met vier parallelle groepen
(n=230): a. tweewekelijkse sessies aan het begin van cognitieve therapie (CT),
b. tweewekelijkse sessies aan het begin van interpersoonlijke psychotherapie
(IPT), c. wekelijkse sessies aan het begin van CT, d. wekelijkse sessies aan
het begin van IPT. Randomisatie wordt geprestratificeerd op ernst van de
depressie (zeer ernstig = BDI score => 30; matig ernstig = BDI score <= 29).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Tweewekelijkse sessies van cognitieve therapie of interpersoonlijke psychotherapie aan het begin van de therapie, met een maximum van 20 sessies. Dit wordt vergeleken met de standaard interventie bestaande uit wekelijkse sessies cognitieve therapie of interpersoonlijke psychotherapie aan het begin van de therapie, met een maximum van 20 sessies.
Inschatting van belasting en risico
Voor aanvang van de behandeling zullen patiënten worden uitgenodigd voor een
screening sessie. Andere meetinstrumenten zullen online worden afgenomen.
Deelname aan het bloedprikken is een optioneel onderdeel van de studie. Hoewel
de belasting een tijdsinvestering van de patient vraagt zijn er geen risico's
verbonden met deelname aan de studie.
Publiek
van der Boechorststraat 1
Amsterdam 1081 BT
NL
Wetenschappelijk
van der Boechorststraat 1
Amsterdam 1081 BT
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
a. DSM-IV diagnose depressieve stoornis
b. Patiënten die antidepressiva slikken en hiermee willen stoppen voor start van de studie mogen meedoen aan de studie. Patiënten die niet willen stoppen met hun antidepressiva kunnen alleen meedoen indien hun medicatiegebruik sinds minimaal drie maanden voor aanvang van de studie stabiel is.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
a. Een ernstige psychische aandoening (zoals schizofrenie)
b. Hoog risico op suicide
c. Afhankelijkheid van drugs en/of alcohol
d. Een primaire diagnose anders dan de depressieve stoornis
e. De aanwezigheid van cluster A of B persoonlijkheidsstoornis
f. Het volgen van psychotherapie in het afgelopen jaar
g. Geen toegang hebben tot het internet
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL49657.029.14 |