Het doel van deze studie is het onderzoeken en vergelijken van de werkzaamheid van een multifocale self-myofascial release (SMR) therapie oftewel foamrolling; en eccentrische rekoefeningen (ECC) met betrekking tot pijn en stijfheid van de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Pees-, ligament- en kraakbeenaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Deze parameters worden bij de baseline meting en na 12 weken interventie
gemeten en met elkaar vergeleken (baseline met 12 weken):
- VISA-A score
- mechanische pijngrens
- zelf ervaren klinische vooruitgang/achteruitgang (GROC)
VISA-A en GROC worden bovendien om de week afgenomen via een online dagboek.
Secundaire uitkomstmaten
Door middel van een online-log elke twee weken worden deze variabelen gedurende
het onderzoek verzameld:
- hardloop belasting (uur/week, km/week en keer/week)
- pijn tijdens het hardlopen gemeten op een 11-puntse NRS (0-10)
- therapietrouw
- concurrerende interventies (interventies anders dan de toegewezen
interventie, inclusief medicatie)
Achtergrond van het onderzoek
Hardlopen is een populaire sport die op verschillende manieren gezondheidswinst
oplevert. Hoewel de voordelen overwegen ten opzichte van de risico's, komen er
veel hardloop-gerelateerde blessures voor. De blessure incidentie bij
recreatieve hardlopers is ongeveer 7.7 blessures per 1.000 uur hardlopen.
Achilles tendinopathie (AT) is een veelvoorkomende blessure onder hardlopers
met een aandeel van 9-15% van alle hardloop-gerelateerde blessures in
Nederland. Achilles tendinopathie wordt meestal toegeschreven aan overbelasting
in combinatie met verschillende andere risicofactoren. Symptomen bestaan uit
pijn, ochtendstijfheid en pijn bij aanraking. Minstens een van de symptomen
moet voor een diagnose langer aanwezig zijn dan 3 maanden. Er schijnt een
pathologisch continuum te bestaan van een gezonde achillespees naar AT, wat op
zich weer een verhoogd risico geeft voor ruptuur van de achillespees. Dit
suggereert dat het in een zo vroeg mogelijk stadium behandelen van symptomen
een progressie naar chronische klachten en verdere degeneratie van de pees zou
kunnen voorkomen.
Er bestaan verschillende non-farmaceutische behandelingen die vooral gericht
zijn op de achillespees. Anatomisch hecht de achillespees niet alleen aan aan
de kuitspieren maar heeft ook een fibreuze verbinding met de aponeurosis
plantaris. Veel bestaande therapieën die effectief gebleken zijn voor mediale
AT worden ook voorgeschreven voor insertie tendinopathie. Dit wordt gedaan
ondanks gebrek aan bewijs van werkzaamheid voor deze specifieke locale
oorsprong van de klachten.
Het is bekend dat etiologie, letselmechanisme, behandeling en revalidatie
verschillen tussen de twee pathologieën. Dit impliceert dat multifocale
benaderingen nieuwe mogelijkheden zouden kunnen bieden. Het aanpakken van
disfuncties van aponeurose-, pees- en kuitspieren zou dus effectiever kunnen
zijn dan interventies die zich uitsluitend richten op één structuur. Bovendien
kunnen zij, indien effectief, praktischer zijn om voor te schrijven bij gebrek
aan duidelijkheid over de exacte oorsprong van de klachten, of bij multipele
locaties van klachtenoorsprong in dezelfde achillespees.
Excentrische oefeningen zijn een bewezen en veilige conservatieve behandeling
voor AT. Een van de voornaamste voordelen van deze methode is dat patiënten
door een fysiotherapeut of oefentherapeut kunnen worden geïnstrueerd om de
oefeningen zonder begeleiding uit te voeren.
Echter, aangezien de oefeningen samentrekking van spieren vereisen, is het niet
mogelijk om het effect op de aponeurosis plantaris te richten. Net als ECC kan
self-myofascial release (SMR) ook thuis worden uitgevoerd. SMR bootst de
effecten na van manuele therapie en zou mogelijk vergelijkbare effecten kunnen
hebben als ECC, waarbij gesuggereerd wordt dat het collageen type 1 synthese
stimuleert en pathologische neovascularisatie tegengaat. Bovendien, alhoewel
bewijs schaars is tot nu toe, zou SMR fasciale verklevingen losmaken,
spierspanning tegengaan en mechanische stijfheid veranderen. SMR beïnvloedt
atletische prestatie niet in negatieve zin en heeft mogelijk net als andere
manuele therapieën een pijnstillende werking. Deze pijnstillende werking berust
mogelijk op perifere, spinale of supraspinale mechanismen. Alle bovengenoemde
mechanismen bevorderen mogelijk het herstel van fysiologische peesfuncties.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze studie is het onderzoeken en vergelijken van de werkzaamheid
van een multifocale self-myofascial release (SMR) therapie oftewel foamrolling;
en eccentrische rekoefeningen (ECC) met betrekking tot pijn en stijfheid van de
Achillespees in actieve, recreatieve hardlopers.
Vraagstelling: Is een 12-weekse multifocale SMR behandeling effectiever in het
behandelen en het voorkomen van verergering van zelf-gerapporterde achillespees
klachten dan ECC bij actieve recreatieve hardlopers?
Onderzoeksopzet
Deze studie is opgezet als two-armed, single-blind, randomised controlled trial
die in overeenstemming met de verklaring van Helsinki en de CONSORT richtlijn
wordt uitgevoerd. Proefpersonen geven informed consent voorafgaand aan het
begin van de studie. Na een baseline meting van subjectieve klachten en
mechanische pijngrens worden de proefpersonen op basis van toeval (1:1)
ingedeeld in een interventie groep (SMR) en een controlegroep (ECC). Er wordt
gestratificeerd op gemiddelde blootstelling aan hardlopen (minder/meer dan 5
uur per week). De interventie duurt 12 weken, waarna de subjectieve klachten en
de mechanische pijngrens opnieuw worden geregistreerd. Bovendien wordt door
middel van een online-log elke week aanvullende gegevens verzameld (zie
primaire en secundaire uitkomstvariabelen).
Onderzoeksproduct en/of interventie
De proefpersonen doen 12 weken lang twee keer per dag fysiotherapeutische oefeningen (SMR of ECC). Alle proefpersonen worden geinstrueerd (met behulp van video's en geschreven instructies) hoe de oefeningen correct uit te voeren. De SMR groep gebruikt een foamroller om twee keer per dag voor 90 seconden de kuitspier aan de kant van de klachten te masseren. Verder gebruikt de SMR groep een foam-bal om daarmee ook twee keer per dag voor 90 seconden de onderkant van de voet (aponeurosis plantaris) te masseren. Om de uitgeoefende massagedruk te standaardiseren wordt de proefpersonen aangeraden om een pijn van ongeveer 6-7 op een NRS van 0-10 toe te staan. De ECC groep voert twee keer per dag de twee verschillende excentrische oefeningen volgens Alfredson et al. 1998 uit. Om de intensiteit van de rek te standaardiseren wordt ook deze groep aangeraden om een pijn van ongeveer 6-7 op een NRS van 0-10 toe te staan.
Inschatting van belasting en risico
De proefpersonen zijn tijd aan dit onderzoek kwijt. Ze moeten twee keer voor
ongeveer 15 minuten naar de onderzoekslocatie komen en voor 12 weken twee keer
per dag de toegewezen oefeningen doen. In totaal zijn ze hiermee ongeveer 15
minuten per dag bezig. Elke week zullen de proefpersonen een online vragenlijst
invullen, wat wederom per keer maximaal 15 minuten duurt.
Het enige risico van dit onderzoek is dat bij de proefpersonen een van de
standaardtherapieën (ECC, bij de mensen in de SMR groep) voor 3 maanden wordt
uitgesteld. Verder kunnen mensen spierpijn krijgen na het uitvoeren van de
oefeningen, de oefeningen zelf zijn soms pijnlijk en de meting met de algometer
kan lichte pijn geven. Al deze pijnen zijn kortdurend en tijdelijk en het is
aannemelijk dat de oefeningen uiteindelijk tot een vermindering van de pijn
leiden.
Publiek
De Boelelaan 1117
Amsterdam 1081 HV
NL
Wetenschappelijk
De Boelelaan 1117
Amsterdam 1081 HV
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Actieve recreatieve hardlopers ouder dan 18 jaar met klachten van de achillespees (pijn, stijfheid)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
(1) ernstige cardiovasculaire, neurologische, endocriene, psychiatrische of orthopedische (behalve achillestendinopathie) comorbiditeit; (2) gelijktijdige deelname aan andere studies; (3) zwangerschap of borstvoedingsperiode; (4) regelmatige inname van pijnstillers; (5) dermate ernstige symptomen dat de proefpersoon niet meer in staat is om hard te lopen; (6) leeftijd jonger dan 18 jaar
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL62376.029.17 |