Primair:De primaire doelstelling van de dubbelblinde acute fase van het onderzoek is om de klinische respons op MMX mesalamine/mesalazine te beoordelen voor een lage en hoge dosis bij kinderen en jongeren tussen 5-17 jaar met milde tot matige CU.De…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelselontstekingsaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire eindpunten voor werkzaamheid
Dubbelblinde acute fase:
Het primaire eindpunt voor werkzaamheid voor de dubbelblinde acute fase wordt
gedefinieerd als de verhouding van patiënten met een klinische respons
(gedefinieerd als gedeeltelijke UC-DAI <=1 met rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <=1 en PGA=0) tijdens week 8. Dit eindpunt wordt tussen de
behandelarmen vergeleken met behulp van een chi-kwadraattoets.
Dubbelblinde onderhoudsfase:
Het primaire eindpunt voor werkzaamheid voor de dubbelblinde onderhoudsfase
wordt gedefinieerd als de verhouding van patiënten met een klinische respons
(gedefinieerd als gedeeltelijke UC-DAI <=1 met rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <=1 en PGA=0) tijdens week 26. Dit eindpunt wordt tussen de
behandelarmen vergeleken met behulp van een Cochran-Mantel-Haenszel
(CMH)-toets, gestratificeerd volgens de responderstatus van week 8.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire eindpunten voor werkzaamheid
Dubbelblinde acute fase:
• De verhouding van patiënten met een klinische en endoscopische respons
tijdens week 8 gedefinieerd als UC-DAI <=2 met rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <=1, PGA=0 en genezing van de slijmvliezen
(endoscopiescore<1) gebaseerd op centrale lezing. Bovendien moet de
endoscopiescore met 1 punt verlaagd zijn ten opzichte van de start. Dit
eindpunt wordt tussen de behandelarmen vergeleken met behulp van een
chi-kwadraattoets.
• De verhouding van patiënten met een klinische en endoscopische respons
tijdens week 8, gedefinieerd als UC-DAI <=2 met rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <1, PGA=0 en genezing van de slijmvliezen (endoscopiescore
<1) gebaseerd op lokale lezing. Bovendien moet de endoscopiescore ten minste 1
punt lager zijn ten opzichte van de start. Dit eindpunt wordt tussen de
behandelarmen vergeleken met behulp van een chi-kwadraattoets.
• De verandering in de DUCS-score van de start tot week 8 van de dubbelblinde
acute fase. Dit eindpunt wordt tussen de behandelarmen vergeleken met behulp
van een analyse van covariantie, inclusief de DUCS-score van de start als een
covariatie in het model.
• Het percentage van patiënten met een verbetering (verandering >=20 punten) in
de PUCAI-score van de start tot week 8 van de dubbelblinde acute fase. Dit
eindpunt wordt tussen de behandelarmen vergeleken met behulp van een
chi-kwadraattoets.
Dubbelblinde onderhoudsfase:
• De verhouding van patiënten die de klinische en endoscopische respons
behouden in week 26, gedefinieerd als UC-DAI <=2 met rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <=1, PGA=0 en genezing van de slijmvliezen
(endoscopiescore<1) gebaseerd op centrale lezing. Dit eindpunt wordt tussen de
behandelarmen vergeleken met behulp van een CMH-toets, gestratificeerd volgens
de responderstatus van week 8.
• De verhouding van patiënten die een klinische en endoscopische respons
behouden hebben in week 26, gedefinieerd als UC-DAI <2 met rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <1, PGA=0 en genezing van de slijmvliezen
(endoscopiescore<1) gebaseerd op lokale lezing. Dit eindpunt wordt tussen de
behandelarmen vergeleken met behulp van een CMH-toets, gestratificeerd volgens
de responderstatus van week 8.
• De verandering in de DUCS-score van week 0 tot week 26 van de dubbelblinde
onderhoudsfase. Dit eindpunt wordt tussen de behandelarmen vergeleken met
behulp van een analyse van covariantie, inclusief de DUCS-score van de
responderstatus tijdens week 0 en week 8 van de dubbelblinde onderhoudsfase als
covariaties in het model.
• Het percentage patiënten in remissie (PUCAI <10) in week 26 van de
dubbelblinde onderhoudsfase. Dit eindpunt wordt vergeleken tussen de
behandelarmen met behulp van een CMH-toets, gestratificeerd volgens de
responderstatus van week 8.
Eindpunten voor veiligheid
Bijwerkingen zullen worden gecodeerd met behulp van MedDRA. De tijdens de
behandeling optredende bijwerkingen zullen worden gedefinieerd in de SAP. Het
aantal bijwerkingen, de incidentie en het percentage van tijdens de behandeling
optredende bijwerkingen zullen worden voorgesteld per behandelingsgroep (d.w.z.
lage en hoge dosis) en in het algemeen per orgaansysteem en voorkeursterm. De
tijdens de behandeling optredende bijwerkingen zullen verder worden samengevat
per behandelingsgroep volgens ernst en relatie tot het onderzoeksproduct.
Tijdens de behandeling optredende bijwerkingen gerelateerd aan het
onderzoeksproduct, tijdens de behandeling optredende bijwerkingen die leiden
tot terugtrekking, ernstige bijwerkingen en sterfgevallen zullen worden
samengevat per behandelingsgroep.
Klinische laboratoriumtesten en vitale functies en hun veranderingen ten
opzichte van de start zullen worden samengevat per behandelingsgroep en bezoek.
De te onderzoeken efficacy eindpunten:
· De verandering in fecale calprotectin van baseline tot week 8 in de
dubbelblinde acute fase.
· De verandering in fecale calprotectin van Double-blind onderhoudsfase week 0
tot week 26 in de dubbelblinde onderhoudsfase
Achtergrond van het onderzoek
Colitis ulcerosa is een ernstige chronische ontstekingsziekte van de dikke darm
en rectum. Het belangrijkste klinische kenmerk is bloederige diarree. Terwijl
een acute aanval soms fataal kan zijn, is het karakteristieke beloop voor de
meeste patiënten een van remissies en exacerbaties gedurende een aantal jaren.
De levensverwachting na herstel van een eerste aanval is onveranderd, maar
de ziektetoestand kan langdurig zijn en kan geassocieerd worden met
verschillende extra-intestinale en late complicaties.
MMX mesalamine/mesalazine is goedgekeurd voor zowel de inductie van remissie
bij volwassen patiënten met milde tot matige CU als voor het onderhoud van de
remissie van CU. Er zijn geen gegevens beschikbaar over het gebruik van MMX
mesalamine/mesalazine bij kinderen en jongeren. Aangezien de meeste informatie
met betrekking tot het gebruik van van 5-ASA is gebaseerd op onderzoek bij
volwassenen, neemt Shire zich voor om het effect van MMX mesalamine /mesalazine
bij kinderen en jongeren van 5 tot 17 jaar met milde tot matige CU, of die in
remissie zijn te evalueren.
Commercieel verkrijgbaar MMX mesalamine/mesalazine is een nieuwe, hoge-sterkte
formulering van 5-ASA (1,2 g mesalamine/mesalazine per tablet), dat gebruik
maakt van MMX technologie ontworpen voor het vrijkomen van 5-ASA door de gehele
dikke darm. Voor het doel van dit onderzoek werden 2 pediatrische formuleringen
(300 mg an 600 mg) ontworpen, welke kleiner zijn dan het comercieel
verkrijgbare product.
Dit onderzoek is een post-approval afspraak met de FDA in de VS in het kader
van de PREA-wet (Pediatric Research Equity Act).
Doel van het onderzoek
Primair:
De primaire doelstelling van de dubbelblinde acute fase van het onderzoek is om
de klinische respons op MMX mesalamine/mesalazine te beoordelen voor een lage
en hoge dosis bij kinderen en jongeren tussen 5-17 jaar met milde tot matige CU.
De primaire doelstelling van de dubbelblinde onderhoudsfase van het onderzoek
is om de klinische respons op MMX mesalamine/mesalazine te beoordelen voor een
lage en hoge dosis bij kinderen en jongeren tussen 5-17 jaar die in remissie
zijn.
Secundair:
Dubbelblinde acute fase
• De klinische en endoscopische respons op de behandeling met MMX
mesalamine/mesalazine beoordelen voor een lage en hoge dosis bij kinderen en
jongeren tussen 5-17 jaar met milde tot matige CU in de dubbelblinde acute fase.
• Veranderingen in de dagelijkse CU-schaal (Daily Ulcerative Colitis Scale of
DUCS) voor kinderen en zorgverleners beoordelen voor een lage en hoge dosis MMX
mesalamine/mesalazine bij kinderen en jongeren tussen 5-17 jaar met milde tot
matige CU in de dubbelblinde acute fase.
• De verbetering van de score op de pediatrische CU-activiteitenindex
(Pediatric Ulcerative Colitis Activity Index of PUCAI) beoordelen voor een lage
en hoge dosis MMX mesalamine/mesalazine bij kinderen en jongeren tussen 5-17
jaar met milde tot matige CU in de dubbelblinde acute fase.
Dubbelblinde onderhoudsfase
• De klinische en endoscopische respons op de behandeling met MMX
mesalamine/mesalazine beoordelen voor een lage en hoge dosis bij kinderen en
jongeren tussen 5-17 jaar die in remissie zijn in de dubbelblinde
onderhoudsfase.
• Veranderingen in de DUCS voor kinderen en zorgverleners beoordelen voor een
lage en hoge dosis MMX mesalamine/mesalazine bij kinderen en jongeren tussen
5-17 jaar die in remissie zijn in de dubbelblinde onderhoudsfase.
• De remissie beoordelen aan de hand van de PUCAI-score voor een lage en hoge
dosis MMX mesalamine/mesalazine bij kinderen en jongeren tussen 5-17 jaar die
in remissie zijn in de dubbelblinde onderhoudsfase.
Veiligheid
De veiligheid en verdraagbaarheid evalueren van een lage en hoge dosis MMX
mesalamine/mesalazine bij kinderen en jongeren tussen 5-17 jaar met milde tot
matige CU in de dubbelblinde acute fase, the opel-label acute fase en de
dubbelblinde onderhoudsfase.
De te onderzoeken doelen:
Het beoordelen van veranderingen in fecale calprotectin bij patienten tussen
een lage en hoge dosis MMX mesalamine/mesalazine in zowel de dubbelblinde Acute
en Double-blind Onderhoud fases.
Onderzoeksopzet
Dit is een prospectief onderzoek met een dubbelblinde acute fase van 8 weken en
een dubbelblinde onderhoudsfase van 26 weken. Elke fase omvat 2 groepen en
patiënten zullen worden gerandomiseerd in 1 van 2 doses (laag of hoog) MMX
mesalamine/mesalazine (900-4800 mg/dag, eenmaal daags toegediend) aan het begin
van elke fase. Randomisatie zal gebeuren in een verhouding van 1:1,
gestratificeerd volgens lichaamsgewicht. Er is een bijkomende open-label acute
fase van 8 weken voor patiënten die geen klinische respons bereiken of die
teruggetrokken zijn uit de dubbelblinde acute fase na minimum 2 weken en
volgens de onderzoeker geen voordeel haalden uit de behandeling van de
dubbelblinde acute fase. Klinische respons wordt gedefinieerd als gedeeltelijke
UC-DAI <=1 (rectale bloeding=0, stoelgangfrequentie <=1 en PGA=0) aan het einde
van de dubbelblinde acute fase. Tijdens deze open-label acute fase worden
patiënten behandeld met een hoge dosis MMX mesalamine/mesalazine voor hun
gewichtsgroep.
Bij het startbezoek (bezoek 2):
• Patiënten met een gedeeltelijke *Ulcerative Colitis Disease Activity Index"
(UC-DAI) >= 2 (een gemiddelde score voor rectale bloeding en stoelgangfrequentie
>=1 en PGA=1 of 2) zullen worden gerandomiseerd in de dubbelblinde acute fase.
• Patiënten met een gedeeltelijke UC-DAI <=1 (rectale bloeding=0,
stoelgangfrequentie <1 en PGA=0) zullen worden gerandomiseerd in de
dubbelblinde onderhoudsfase.
Patiënten met een klinische respons na voltooiing van de behandeling in zowel
de dubbelblinde acute fase als de open-label acute fase komen in aanmerking
voor de dubbelblinde onderhoudsfase.
Patiënten zonder klinische respons na voltooiing van de acute behandeling in de
opel-label acute fase moeten worden teruggetrokken.
Alle patiënten zullen een screeningsbezoek (bezoek 1) ondergaan en gescreende
patiënten die in aanmerking komen, zullen doorgaan naar het startbezoek (bezoek
2). Studiebezoeken zullen plaatsvinden op de volgende tijdstippen na het
startbezoek (bezoek 2), afhankelijk van de gedeeltelijke UC-DAI-score van de
patiënt:
Dubbelblinde acute fase: week 2, week 4, week 8 (terugtrekking uit de
dubbelblinde acute fase)
Open-label acute fase: week 2, week 4, week 8 (terugtrekking uit de open-label
acute fase)
Dubbelblinde onderhoudsfase: weken 2-4 (uitsluitend dispensatie van het
onderzoeksproduct), week 13, week 26 (terugtrekking uit de dubbelblinde
onderhoudsfase)
Onderzoeksproduct en/of interventie
MMX mesalamine/mesalazine, oraal toegediend, gerandomiseerd in een verhouding van 1:1, gestratificeerd volgens lichaamsgewicht in de volgende doses: 900 mg/dag of 1800 mg/dag voor patiënten van 18 tot <=23 kg 1200 mg/dag of 2400 mg/dag voor patiënten van >23 tot <=35 kg 1800 mg/dag of 3600 mg/dag voor patiënten van >35 tot <=50 kg 2400 mg/dag of 4800 mg/dag voor patiënten van >50 tot <=90 kg MMX mesalamine/mesalazine-tabletten van 300, 600 en 1200 mg, evenals de overeenkomstige placebo's om het blinde onderscheid tussen lage- en hogedosisgroepen te behouden
Inschatting van belasting en risico
Zie vraag E9.
Het is mogelijk dat enkele van de onderwerpen in de vragenlijsten gevoelig of
pijnlijk kunnen zijn . De onderzoeksartsen zullen
ervoor zorgen dat overleg plaats vindt in een aparte ruimte en zullen er zoveel
mogelijk voor zorgen om het de proefpersoon / ouder / verzorger zo ontspannen
en comfortabel mogelijk te maken.
Wat is het mogelijk voordeel voor de proefpersonen?
Door deel te nemen aan dit onderzoek is er geen gegarandeerd voordeel voor de
proefpersonen. Als de behandeling werkt kan het helpen
om de ziekte te verlichten. De onderzoeksarts zal de balans van risico's en
voordelen beoordelen van voortzetting van de deelname aan het onderzoek. Zelfs
als de proefpersonen niet persoonlijk profiteren van het onderzoek kan de
verkregen informatie de ontwikkeling van betere behandelingen vergemakkelijken
voor andere (pediatrische) patiënten met colitis ulcerosa .
Aan het eind van het onderzoek zal het onderzoeksproduct niet beschikbaar zijn
voor de patiënten. De onderzoeksarts zal alternatieve behandelingsopties
bespreken met de proefpersoon / ouders / verzorgers voor toekomstige zorg van
de proefpersoon.
Publiek
Shire Way 300
Lexington 02421
US
Wetenschappelijk
Shire Way 300
Lexington 02421
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Algemeen:
1. In staat zijn om vrijwillig een geschreven, ondertekende en gedateerde geïnformeerde toestemming te vestrekken (persoonlijk of via een wettelijke vertegenwoordiger [WV]) of om in te stemmen met deelname aan dit onderzoek.
2. De ouder/WV van de patiënt begrijpt de onderzoeksprocedures en -beperkingen en is in staat en bereid om deze volledig na te leven.
3. Mannelijke en vrouwelijke kinderen en jongeren die op het startbezoek (bezoek 2) van 5 t/m 17 jaar oud zijn.
4. Lichaamsgewicht van 18-90 kg op het screeningsbezoek (bezoek 1) en het startbezoek (bezoek 2).
5. Mannen of niet-zwangere, niet-borstvoedende vrouwen die instemmen om aan alle toepasselijke contraceptieve vereisten van het protocol te voldoen of vrouwen van niet-vruchtbare leeftijd.
6. Diagnose van milde tot matige CU, vastgesteld door een sigmoïdoscopie of colonoscopie met compatibele histologie. Gescreende patiënten kunnen ook een onbevestigde diagnose van milde tot matige CU hebben, hoewel de diagnose van milde tot matige CU moet zijn vastgesteld door een sigmoïdoscopie of colonoscopie met compatibele histologie vóór het startbezoek (bezoek 2).
7. De patiënt is in staat om het onderzoeksproduct volledig door te slikken.
Dubbelblinde acute fase:
8. Gedeeltelijke UC-DAI-score >2 (een gemiddelde score voor rectale bloeding en stoelgangfrequentie >1 en PGA=1 of 2) bij het startbezoek (bezoek 2), waarbij 5-ASA zou worden gebruikt als onderdeel van een normale behandeling.
9. Als de patiënt behandeld wordt met 5-ASA vóór deelname aan het onderzoek, dan moet de dosis stabiel zijn. Een stabiele behandeling wordt gedefinieerd als geen dosisaanpassing of geen initiatie van 5-ASA vanaf het begin van de huidige acute opflakkering tot de stopzetting van de behandeling (vereist tijdens het startbezoek [bezoek 2]). Zie uitsluitingscriterium 29 voor een bijkomende eis in verband met de dosis 5-ASA.
Dubbelblinde onderhoudsfase:
10. Gedeeltelijke UC-DAI <1 (rectale bloeding=0, stoelgangfrequentie <1 en PGA=0) tijdens het startbezoek (bezoek 2).
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Algemeen:
1. Ernstige CU (gedefinieerd als PGA=3) bij het startbezoek (bezoek 2).
2. Ziekte van Crohn, bloedstoornissen, actieve maagzweer of tot het rectum beperkte CU
(geïsoleerde rectale proctitis).
3. Astma, alleen indien gevoelig voor 5-ASA, voor zover werd vastgesteld.
4. Positieve stoelgangcultuur voor darmpathogenen (inclusief salmonella, shigella, yersinia,
aeromonas, plesiomonas of campylobacter). Clostridium difficile toxine, eicellen of parasieten
aanwezig.
5. Voorafgaande operatie van de dikke darm.
6. Een voorgeschiedenis van verminderde leverfunctie, naar het oordeel van de onderzoeker.
7. Matige tot ernstige nierinsufficiëntie, naar het oordeel van de onderzoeker.
8. Onmiddellijk of significant risico op megacolon, naar het oordeel van de onderzoeker.
9. Voorgeschiedenis van pancreatitis.
10. Voorgeschiedenis van syndroom van Reye.
11. Systemisch of rectaal gebruik van corticosteroïden binnen de 4 weken vóór het
screeningsbezoek (bezoek 1). Lokaal, intranasaal of geïnhaleerd gebruik is niet uitsluitend.
12. Gebruik van immunomodulator (6-mercaptopurine, azathioprine) binnen de 6 weken vóór het
screeningsbezoek (Bezoek 1).
13. Voorgeschiedenis van biologisch gebruik (bv. agentia tegen tumornecrosefactor,
integrinereceptorantagonisten) op elk moment.
14. Antibioticagebruik binnen de 7 weken vóór het screeningsbezoek (bezoek 1).
15. Elk anti-inflammatoir geneesmiddel met uitzondering van 5-ASA-behandeling, maar met
inbegrip van niet-steroïdale anti-inflammatoire geneesmiddelen zoals aspirine, ibuprofen en
COX-2-remmers, binnen de 7 dagen vóór het screeningsbezoek (bezoek 1), tenzij gebruikt
als receptvrij geneesmiddel <3 dagen. Profylactisch gebruik van een stabiele dosis aspirine
tot 325 mg/dag voor hartziekte is echter toegestaan.
16. Prebiotica/probioticagebruik binnen de 7 weken vóór het screeningsbezoek (bezoek 1).
Yoghurtproducten zijn toegestaan.
17. Het gebruik van orale anticoagulantia (met uitzondering van patiënten die een stabiele dosis
vitamine K-antagonisten zoals warfarine nemen gedurende ten minste 90 dagen vóór het
screeningsbezoek [bezoek 1] en die medisch stabiel zijn).
18. Behandeling met geneesmiddelen tegen diarree en/of anti-spasmodica binnen de 3 dagen
vóór het screeningsbezoek (bezoek 1).
19. Vaccinatie/immunisatie binnen de 14 dagen vóór het screeningsbezoek (bezoek 1).
20. Aanleg voor myo- of pericarditis.
21. Eerder gescreend of gerandomiseerd in deze studie en teruggetrokken.
22. Huidige of terugkerende ziekte die de werking, absorptie of uitscheiding van het
onderzoeksproduct zou kunnen beïnvloeden of een effect zou kunnen hebben op de klinische
of laboratoriumproeven.
23. Huidige of relevante voorgeschiedenis van lichamelijke of psychiatrische ziekte, een
medische aandoening die een behandeling of chirurgie kan vereisen, of kan maken dat de
patiënt waarschijnlijk niet het volledige onderzoek kan voltooien, of een aandoening die
onnodige risico*s ten gevolge van het onderzoeksproduct of -procedures inhoudt.
24. Huidig gebruik van geneesmiddelen (waaronder receptvrije, kruiden- of homeopathische
preparaten) die (positieve of negatieve) invloed kunnen hebben op de onderzochte
aandoening of de werking, absorptie of uitscheiding van de onderzoeksproducten of de
klinische of laboratoriumproeven zouden kunnen beïnvloeden. (Huidig gebruik wordt
gedefinieerd als gebruik binnen de 14 dagen vóór het screeningsbezoek [bezoek 1].)
25. Bekende of vermoedelijke intolerantie of overgevoeligheid voor de onderzoeksproducten
(aminosalicylaten [5-ASA]), nauw verwante samenstellingen (met inbegrip van maar niet
beperkt tot salicylaten) of een van de vermelde bestanddelen.
26. Bekende voorgeschiedenis van misbruik van alcohol of andere stoffen binnen het laatste jaar.
27. Binnen de 30 dagen vóór de eerste dosis van het onderzoeksproduct:
- een onderzoeksproduct gebruikt hebben;
- aan een klinische studie (met inbegrip van vaccinatiestudies) hebben deelgenomen dat
volgens de onderzoeker dit onderzoek kan beïnvloeden.
Dubbelblinde acute fase:
28. Normale slijmvliezen (gedefinieerd als endoscopische score=0) gebaseerd op centrale lezing of lokale lezing (indien centrale lezing niet beschikbaar is) bij het screeningsbezoek (bezoek 1) of het startbezoek (bezoek 2).
29. Huidige terugval op een dosis van 5-ASA hoger dan de lage dosis getest in het onderzoek (900 mg voor patiënten die 18 tot <=23 kg wegen, 1200 mg voor patiënten die >=23 tot <=35 kg wegen, 1800 mg voor patiënten die >35 tot <=50 kg en 2400 mg voor patiënten die >50 tot <=90 kg wegen).
30. Acute opflakkering met aanvang > 6 weken vóór het startbezoek (bezoek 2), indien behandeld met 5-ASA voor de opflakkering. Er staat geen beperking op de aanvang van de opflakkering vóór het startbezoek (bezoek 2) indien de opflakkering onbehandeld is.
Dubbelblinde onderhoudsfase:
31. Slijmvliezen (endoscopische score)=2 of 3 gebaseerd op centrale lezing of lokale lezing (indien centrale lezing niet beschikbaar is) bij het screeningsbezoek (bezoek 1) of het startbezoek (bezoek 2).;Herrandomisatie: Patiënten met een klinische respons, d.w.z. gedeeltelijke UC-DAI <=1 (rectale bloeding=0, stoelgangfrequentie <=1, en PGA=0), na voltooiing van de behandeling in zowel de dubbelblinde als de open-label acute fasen zullen in aanmerking komen voor herrandomisatie in de dubbelblinde onderhoudsfase op voorwaarde dat ze nog steeds voldoen aan alle insluitings- en uitsluitingscriteria van het startbezoek (bezoek 2) (indien deze opnieuw geëvalueerd worden).
Patienten kunnen opnieuw gerandomiseerd worden in de dubbelblinde onderhoudsfase, wanneer ze 18 worden tijdens deelname in een acute fase van het onderzoek.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
Ander register | NCT02093663 |
EudraCT | EUCTR2013-001744-65-NL |
CCMO | NL48356.078.14 |