• Vaststellen van de toegevoegde voorspellende waarde van een vragenlijst die een bloedingsscore meet tijdens de zwangerschap, op het optreden van (massale) fluxus postpartum.• Het beschrijven van de associatie tussen haematologische en klinische…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Complicaties bij de moeder tijdens bevalling en geboorte
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
• Validering van een vragenlijst die de bloedingsscore vaststelt tijdens de
zwangerschap als voorspeller van massale fluxus postpartum.
• Het ontwikkelen van een predictiemodel voor massale fluxus postpartum
• Het beschrijven van de veranderingen van stollingsparameters tijdens fluxus
postpartum
• De associatie tussen massale fluxus postpartum en onderliggende
stollingsproblemen
• De rol van point of care tests bij de obstetrische fluxus
• Maternale mortaliteit
• Ernstige maternale morbiditeit gedefinieerd als:
• Peripartum hysterectomie
• Peripartum embolisatie
• Intensive Care of Obstetric High Care opname
• Timing, hoeveelheden en type allogene bloed producten en totaal
getransfundeerd volume
• Timing, hoeveelheden en type pro-haemostatische middelen fibrinogen
concentraat, tranexamine zuur, recombinant factor VIIa
Secundaire uitkomstmaten
nvt
Achtergrond van het onderzoek
Massale fluxus postpartum blijft ook in de westerse wereld een belangrijke
oorzaak van maternale morbiditeit en mortaliteit. Behalve door klinische
factoren die ontstaan tijdens het beloop van een bevalling, is het nu nog niet
goed mogelijk om het optreden van (massale) fluxus postpartum te voorspellen.
Door vrouwen met een hoog risico op fluxus postpartum al tijdens hun
zwangerschap te identificeren, kunnen aanvullende preventieve maatregelen
genomen worden ter voorkoming van een grote hoeveelheid bloedverlies. Daarnaast
is er nog weinig bekend over het patroon waarin stollingsparameters veranderen
tijdens een fluxus postpartum. Door inzicht te krijgen in de veranderingen in
de stollingsparameters gedurende een fluxus, kunnen afkappunten worden
vastgesteld waarop interventies kunnen worden ingezet om het bloedverlies tot
stilstand te brengen. Conventionele stollingstesten duren in de praktijk te
lang om klinische beslissingen, zoals het toedienen van een bloedproduct, ervan
af te laten hangen. Daarom zal ook de rol van 'point of care' testen in de
obstetrische fluxus worden onderzocht.
Doel van het onderzoek
• Vaststellen van de toegevoegde voorspellende waarde van een vragenlijst die
een bloedingsscore meet tijdens de zwangerschap, op het optreden van (massale)
fluxus postpartum.
• Het beschrijven van de associatie tussen haematologische en klinische
parameters op verschillende momenten tijdens een fluxus postpartum en het
uiteindelijk optreden van massale fluxus postpartum.
• Het beschrijven van bovengenoemde veranderingen van haematologische
parameters, gerelateerd aan de totale hoeveel volume die wordt getransfundeerd
en tijdstip van transfusies..
• Evaluaren of beschikbare 'Point-of-Care' testen patiënten die een massale
fluxus postpartum ontwikkelen kunnen onderscheiden tijdens een beginnende
fluxus postpartum.
• Het vaststellen van de bijdrage (populatie attributief risico) van
stollingsafwijkingen aan het totale voorkomen van massale fluxus postpartum.
• Evaluatie of er een causaal verband is tussen laag hemoglobine gehalte voor
de bevalling en het optreden van massale fluxus postpartum.
Onderzoeksopzet
De TeMpOH 2 studie is een multi-center prospectief cohort onderzoek onder
zwangere vrouwen in alle deelnemende klinieken. Een deel van de studie heeft
een ingebedde (nested) case control design.
Inschatting van belasting en risico
De belasting voor het overgrote deel van de vrouwen bestaat uit het invullen
van een vragenlijst. Tijdens een fluxus postpartum wordt op momenten dat door
de behandelend arts bloed wordt afgenomen een kleine hoeveelheid extra bloed
afgenomen voor het onderzoek. Alleen de vrouwen met een massale fluxus
(verwacht n = 50) moeten nog een bloedafname ondergaan 3 maanden postpartum.
Behalve het risico op een klein hematoom ten gevolge van de venapunctie 3
maanden postpartum, is er geen risico voor deelnemers door deel te nemen aan de
studie. Er wordt in de TeMpOH 2 studie geen interventie gedaan. Deelnemers
worden volgens het standaard landelijke en/of lokale protocol 'fluxus
postpartum' behandeld. Daarnaast zijn de uitslagen van de stollingswaarden
(inclusief POC test uitslagen) die voor het onderzoek worden bepaald, niet
bekend voor de behandelend arts, aangezien ze later pas worden bepaald.
(Uiteraard zijn de onderzoeken die door de behandelend arts als routine
onderzoek worden aangevraagd tijdens fluxus postpartum wel inzichtelijk, maar
deze bepalingen staan los van de studie)
Publiek
Albinusdreef 2
Leiden 2333 ZA
NL
Wetenschappelijk
Albinusdreef 2
Leiden 2333 ZA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Zwangerschap
Zwangerschapsduur > 24 weken
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Zwangerschapsduur < 24 weken
Leeftijd < 18 jaar
Vrouwen die geen informed consent kunnen geven
Opzet
Deelname
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
Ander register | NL.4656305813 (bij clinicaltrials.gov) |
CCMO | NL46563.058.13 |