Het primaire doel van het onderzoek is vaststellen wat het effect is van een behandeling met dapagliflozine toegevoegd aan de huidige behandeling, in vergelijking met placebo, bij patienten met diabetes mellitus type 2 en hart- en vaatziekten of…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Diabetescomplicaties
Synoniemen aandoening
Aandoening
cardiovasculair overlijden, myocard infarct en ischemische beroerte
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstvariabele is de tijd tot het optreden van het eerste event
van het samengesteld eindpunt van cardiovasculair overlijden, myocard infarct
of ischemische beroerte en het samengesteld eindpunt van hospitalisatie voor
hartfalen of cardiovasculair overlijden. Alle componenten van deze
samenstellingen worden door een adjudication commissie beoordeeld.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire uitkomstvariabele is de tijd tot het optreden van de secundaire
event variabelen.
-Een samengesteld nier-eindpunt: bevestigde aanhoudende afname in eGFR van
*40% tot eGFR <60
ml/min/1.73m2 en/of ESRD (dialyse *90 dagen of niertransplantatie, bevestigde
aanhoudende eGFR <15ml/min/1.73m2) en/of nier of cardiovasculaire dood.
-All-cause mortality
Achtergrond van het onderzoek
Cardiovasculaire aandoeningen zijn een belangrijke oorzaak van mortaliteit en
morbiditeit bij patienten met diabetes mellitus type 2 (T2DM).
Dapagliflozine lijkt een consistent effect te hebben op de glycemische controle
in een grote groep patienten met T2DM, zowel als monotherapie in een vroeg
stadium van T2DM als in combinatie met de huidige anti-diabetes medicatie in
een later stadium van de ziekte. Daarnaast heeft dapagliflozine een positief
effect op cardiovasculaire risicofactoren zoals bloeddruk, lichaamsgewicht en
viscerale adipositas. Op basis van deze gegevens zou verwacht kunnen worden dat
behandeling met dapagliflozine het cardiovasculair risico bij patienten met
T2DM zou kunnen verlagen.
Doel van het onderzoek
Het primaire doel van het onderzoek is vaststellen wat het effect is van een
behandeling met dapagliflozine toegevoegd aan de huidige behandeling, in
vergelijking met placebo, bij patienten met diabetes mellitus type 2 en hart-
en vaatziekten of tenminste twee risicofactoren voor hart-en vaatziekten.
Dit doel wordt in twee stappen geevalueerd. Bij de eerste stap wordt bepaald of
dapagliflozin non-inferior is in vergelijking met placebo wanneer gekeken wordt
naar het voorkomen van het samengestelde eindpunt van cardiovasculaire dood,
myocard infarct of ischemisch herseninfarct met een non-inferiority marge van
1.3.
Wanneer hier aan wordt voldaan zal bij de tweede stap worden bepaald of
dapagliflozine in vergelijking met placebo een reducerend effect heeft op het
voorkomen van de co-primaire eindpunten: samengesteld eindpunt van
cardiovasculaire dood, myocard infarct, of ischemisch herseninfarct en de
samengesteld eindpunt van hospitalisatie voor hartfalen of cardiovasculaire
dood.
Het secundaire doel van het onderzoek is om vast te stellen of een behandeling
met dapagliflozine in vergelijking met placebo toegevoegd aan de huidige
behandeling bij patienten met diabetes mellitus type 2 die ofwel bekend zijn
met een cardiovasculaire aandoening of die tenminste 2 cardiovasculaire
risicofactoren hebben naast T2DM, leidt tot een reductie van:
-Een samengesteld nier-eindpunt: bevestigde aanhoudende afname in eGFR van
*40% tot eGFR <60
ml/min/1.73m2 en/of ESRD (dialyse *90 dagen of niertransplantatie, bevestigde
aanhoudende eGFR <15ml/min/1.73m2) en/of nier of cardiovasculaire dood.
-All-cause mortality
Daarnaast worden veiligheid en de verdraagzaamheid vastgesteld van overall
adverse events, serious adverse events, speciale adverse events en de
indicidentie van onafhankelijk vastgestelde blaaskanker of leverschade.
Onderzoeksopzet
Multi-centrum, gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd fase 3b
onderzoek.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Patienten gebruiken dapagliflozine 10 mg of placebo eenmaal daags in aanvulling op hun huidige anti-diabetes medicatie gedurende maximaal 6 jaar.
Inschatting van belasting en risico
De proefpersonen bezoeken het ziekenhuis minimaal 14 keer en maximaal 26 keer
gedurende 3-6 jaar (afhankelijk van het moment waarop de proefpersoon in het
onderzoek wordt geincludeerd). Mediane duur van het onderzoek bedraagt 4,5 jaar.
De proefpersonen worden gevraagd om gedurende de gehele looptijd van de studie
contact te houden met de onderzoeksarts.
Tijdens het onderzoek wordt enkele keren een lichamelijk onderzoek uitgevoerd,
en wordt enkele malen bloed afgenomen. Afname van bloed kan enig ongemak
veroorzaken.
Bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd wordt enkele keren een zwangerschapstest
uitgevoerd.
Het gebruik van studiemedicatie kan bijwerkingen veroorzaken.
Het onderzoek wordt uitgevoerd in de verwachting dat dapagliflozine het
optreden van cardiovasculaire events kan voorkomen. De informatie die in dit
onderzoek wordt verzameld, kan er in de toekomst mogelijk voor zorgen dat
patienten met diabetes mellitus type 2 beter kunnen worden behandeld.
Publiek
Louis Pasteurlaan 5
Zoetermeer 2719 EE
NL
Wetenschappelijk
Louis Pasteurlaan 5
Zoetermeer 2719 EE
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patienten dienen aan de volgende criteria te voldoen voor inclusie in de studie:
1. Informed consent voorafgaand aan enige studie-specifieke procedure (inclusief run-in);2. Vrouwen en mannen * 40 jaar;3. Diagnose diabetes mellitus type 2 (zie Appendix E voor verdere details);4. Hoog risico op cardiovasculair event gedefinieerd doordat patient ofwel bekend is met een cardiovasculaire aandoening en/of vanwege meerdere risicofactoren:
- vastgestelde cardiovasculaire aandoening (zie Appendix E voor verdere details)
OF
geen bekende cardiovasculaire aandoening EN tenminste 2 cardiovasculaire risicofactoren naast diabetes mellitus type 2, gedefinieerd als:
- leeftijd * 55 voor mannen en * 60 voor vrouwen
EN aanwezigheid van tenminste 1 van de volgende additionele risicofactoren (zie Appendix E voor verdere details):
- dyslipidemie
- hypertensie
- huidig roken;5. Vrouwen in de vruchtbare leeftijd dienen tijdens de studie en gedurende 4 weken na inname van de laatste dosering voorzorgsmaatregelen te nemen zodat zij niet zwanger worden.
- Vrouwen in de vruchtbare leeftijd moeten een negatieve zwangerschapstest hebben. Vrouwen in de vruchtbare leeftijd omvatten alle vrouwen die menstrueren en die geen succesvolle sterilisatie (hysterectomie, bilaterale eileider ligatie of bilaterale oophorectomie) hebben ondergaan of die niet menopausaal zijn.
- Vrouwen in de vruchtbare leeftijd moeten bereid zijn medisch geaccepteerde anticonceptie te gebruiken die naar oordeel van de onderzoeker als betrouwbaar wordt beschouwd.;Voor inclusie in het optionele genetisch onderzoek moeten patienten voldoen aan de criteria zoals gespecificeerd in Appendix H.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Gebruik van de volgende niet-toegestane medicatie:
* behandeling met pioglitazon nu of binnen 24 maanden voor inclusie en/of gebruik van prioglitazon in totaal 2 jaar of meer tijdens leven.
* behandeling met rosiglitazon nu of binnen 12 maanden voor inclusie
* eerdere behandeling met een SGLT2 remmer
* elke patient met een huidige chronische (>30 opeenvolgende dagen) behandeling met orale steroiden in een dosering die equivalent is met orale prednison *10 mg per dag (bijvoorbeeld betamethason *1,2 mg, dexamethason *1,5 mg, hydrocortison *40 mg);2. Acuut cardiovasculair event (zoals acuut coronair syndroom (ACS), transient ischemisch attack (TIA), beroerte, enige revascularisatie, gedecompenseerd hartfalen, aanhoudende ventricular tachycardie) <8 weken voor randomisatie. Patienten met een acuut cardiovasculair event kunnen worden geincludeerd in de run-in periode zolang randomisatie maar niet binnen 8 weken van het event plaatsvindt.;3. Systolische bloeddruk >180 of diastolische bloeddruk >100 mmHg tijdens randomisatie. Patienten moeten uitgesloten worden als de systolische bloeddruk verhoogd is ( >180 mmHg) of de diastolische bloeddruk verhoogd is ( >100 mmHg) tijdens beide metingen (zie sectie 6.4.8.1);4. Diagnose van diabetes mellitus type 1, MODY of secundaire diabetes mellitus.;5. Voorgeschiedenis van blaaskanker of eerdere radiotherapie van het abdomen of bekken op enig moment.;6. Voorgeschiedenis van enige andere maligniteit binnen 5 jaar (met uitzondering van succesvol behandelde niet-melanoom huidkankers).;7. Chronische blaasontsteking en/of terugkerende urineweginfecties (3 of meer in het afgelopen jaar).;8. Enige aandoening waardoor de patient, naar oordeel van de onderzoeker, niet in staat is om de studie af te maken inclusief, maar niet gelimiteerd tot cardiovasculaire (NYHA klasse IV chronisch hartfalen, terugkerende ventriculaire aritmien) of niet-cardiovasculaire aandoeningen (zoals actieve maligniteiten met uitzondering van basaalcelcarcinoom, cirrose, chronische longziekten, ernstige auto-immuunziekten) en/of een waarschijnlijke fatale afloop binnen 5 jaar.;9. Zwangere patienten of patienten die borstvoeding geven.;10. Betrokkenheid bij de planning en/of uitvoer van de studie of andere studies met dapagliflozine (dit is van toepassing voor personeel van AstraZeneca, BMS, Hadassah en Thrombolysis in Myocardial Infarction (TIMI) of representanten daarvan en/of personeel van de studiesite.;11. Eerdere enrolment of randomisatie in de huidige studie;12. Actieve deelname in een andere klinische studie met onderzoeksmedicatie en/of experimentele medische hulpmiddelen;13. Individuen waarvan vermoed kan worden dat zij zich niet houden aan het protocol of dat zij niet compliant zijn tijdens de run-in periode (een compliance van 80-120% wordt als redelijk beschouwd, tenzij een reden voor het niet-compliant zijn van de patient als acceptabel wordt beschouwd door de onderzoeker). Indien de onderzoeker vermoedt dat de patient de studiemedicatie niet kan verdragen of niet compliant zal zijn met betrekking tot de studiemedicatie of de studieprocedures, dan mag de patient niet worden gerandomiseerd en moet dit worden beschouwd als een niet succesvolle run-in.;Patienten moeten tijdens de run-in worden geexcludeerd en mogen niet worden gerandomiseerd als het volgende wordt vastgesteld tijdens inclusie of tijdens de run-in periode op basis van laboratorium uitslagen of door observatie:;14.HbA1c *12% of HbA1c<6.5% van het centrale laboratorium (Het aantal patienten met een HbA1c tussen < 6.5% and < 7.0% moet gehouden worden op 5% van de studie).
15. AST of ALT >3x ULN of total bilirubine >2.5 x ULN
16. CrCl < 60 ml/min (gebaseerd op de Cockroft-Gault berekening)
17. hematurie (bevestigd door microscopie op visite 1) zonder duidelijke verklaring naar oordeel van de onderzoeker tijdens randomisatie. Indien blaaskanker wordt vastgesteld, mogen patienten niet deelnemen.
18. elke reden waarvan de onderzoeker vermoedt dat de patient daardoor mogelijk niet compliant is met betrekking tot het gebruik van studiemedicatie en het protocol.;Exclusiecriteria voor het optioneel genetisch onderzoek
De exclusiecriteria voor het optioneel genetisch onderzoek staan vermeld in Appendix H.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2013-000239-28-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT01730534 |
CCMO | NL44123.018.13 |