1. Het bepalen van de veiligheid van het weglaten van clopidogrel vergeleken met een behandelstrategie bestaande uit aspirine + clopidogrel gedurende 1 jaar follow-up in patiënten zonder een indicatie voor OAC na TAVI (Cohort A);2. Het bepalen van…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartklepaandoeningen
- Hart therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primair veiligheidseindpunt is gedefinieerd als alle en non-procedure
gerelateerde bloedingen (primair geclassificeerd volgens BARC criteria, en
tevens TIMI en GUSTO).
Secundaire uitkomstmaten
Secundair netto klinisch voordeel is een composiet van cardiovasculaire
mortaliteit, non-procedure gerelateerde bloeding, cerebrovasculair accident, en
myocardinfarct.
Secundaire effectiviteitseindpunt is een composiet van cardiovasculaire
mortaliteit, ischemisch cerebrovasculair accident, en myocardinfarct.
Verder wordt er geregistreerd voor de aparte composieten van bovengenoemde
eindpunten, mortaliteit, rehospitalisatie en tijd tot rehospitalisatie,
vasculaire complicaties, aantal bloedtransfusies, cardiale tamponade, acute
nierinsufficiëntie en nierschade (substudie), myocardschade (substudie),
hartklepprothese trombose, echocardiografische parameters, New-York Heart
Association (NYHA) functionele classificatie, gecombineerde eindpunten volgens
Valve Academic Research Consortium (VARC)-2 Consensus(Kappetein et al., 2012),
kosten-effectiviteit, frailty, kwaliteit van leven en farmacogenetica.
Achtergrond van het onderzoek
Er bestaat een grote variëteit in de antitrombotische behandeling na
transcatheter aortaklep implantatie (TAVI). Duale antiplaatjes therapie (DAPT)
in de initiële periode na TAVI is de geadviseerde strategie; echter, mono
antiplaatjes therapie waarschijnlijk niet inferior. Voor patiënten met
atriumfibrilleren (AF) of een andere indicatie voor orale anticoagulantia (OAC)
bestaan nog geen adviezen over de beste behandelstrategie alhoewel tripel
therapie wordt afgewezen. Onze hypothese is dat het omitteren van clopidogrel
in de eerste 3 maanden na TAVI veilig is en niet minder effectief dan de
additie van clopidogrel aan aspirine of (OAC).
Doel van het onderzoek
1. Het bepalen van de veiligheid van het weglaten van clopidogrel vergeleken
met een behandelstrategie bestaande uit aspirine + clopidogrel gedurende 1 jaar
follow-up in patiënten zonder een indicatie voor OAC na TAVI (Cohort A);
2. Het bepalen van de veiligheid van het weglaten van clopidogrel vergeleken
met een behandelstrategie bestaande uit OAC + clopidogrel gedurende 1 jaar
follow-up in patiënten met een indicatie voor OAC na TAVI (Cohort B).
3. Het bepalen van het netto klinisch voordeel van het weglaten van clopidogrel
tijdens 1 jaar follow-up in patienten met en zonder een indicatie voor OAC na
TAVI (Cohort A en B);
4. Het bepalen van de effectiviteit van het weglaten van clopidogrel tijdens 1
jaar follow-up in patienten met en zonder een indicatie voor OAC na TAVI
(Cohort A en B);
5. Het bepalen van de het effect van genetische variaties van CYP2C19 en PTSG2
op klinische uitkomsten.
6. Het bepalen van het effect van het weglaten van clopidogrel op
kosten-effectiviteit, functionele parameters, en kwaliteit van leven.
Onderzoeksopzet
Multicenter open-label gerandomiseerd gecontroleerde studie met een all-comers
design. Het primaire veiligheidseindpunt zal worden getest voor superioriteit,
het secundaire netto klinisch voordeel en effectiviteitseindpunt zullen worden
getest voor non-inferioriteit.
Onderzoeksproduct en/of interventie
1. At random 1:1 allocatie naar aspirine (tenminste 1 jaar) (Test arm) en clopidogrel (3 maanden) + aspirine (tenminste 1 jaar) (Controle arm), 1 dag voor TAVI bij patiënten zonder een indicatie voor OAC voorafgaand aan de procedure (Cohort A); 2. At random 1:1 allocatie naar OAC (Test arm) en OAC + clopidogrel (3 maanden) (Controle arm), 1 dag voor TAVI bij patiënten met een indicatie voor OAC voorafgaand aan de procedure (Cohort B).
Inschatting van belasting en risico
Antithrombotische behandeling in hoog risico TAVI populatie snijdt van twee
kanten. Alhoewel DAPT het trombo-embolisch risico verlaagt, verhoogt het het
bloedingrisico. Daarenboven geeft antiplaatjestherapie additioneel aan OAC in
patienten met AF een meer dan drievoudige toename in bloedingrisico(Hansen et
al., 2010). Een pilot studie toonde geen voordelen van het additioneel gebruik
van Clopidogrel bij Aspirine aan na TAVI (Ussia et al., 2011), Aldus wordt er
geen extra risico verwacht van de studie interventie.
Het aantal visites ligt niet hoger dan tijdens de reguliere opvolging na TAVI,
en er worden geen additionele invasieve testen uitgevoerd. Patiënten worden
gevraagd om vragenlijsten in te vullen (zgn. EuroQol 5D (EQ-5D) en 12-Item
Short Form Health Survey (SF-12)). Er wordt geen fysiek en/of psychologisch
discomfort geassocieerd met participatie verwacht.
Patienten die in het deelnemend centrum, AMC Medisch Centrum of St Antonius
ziekenhuis, willen deelnemen aan de AMCerebral MRI substudy van de POPular TAVI
studie zullen twee MRI hersenen ondergaan van ongeveer 15 min; nl <72 uur voor
TAVI procedure en op 3 maanden post-TAVI
Publiek
Koekoekslaan 1
Nieuwegein 3435 CM
NL
Wetenschappelijk
Koekoekslaan 1
Nieuwegein 3435 CM
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Cohort A
1. Patiënt heeft informed consent getekend.;Cohort B
1. Nood aan lange termijn orale anticoagulantia;
2. Patiënt heeft informed consent getekend.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Cohort A
1. Nood aan lange termijn orale anticoagulantia;
2. Drug-eluting stent implantatie binnen 3 maanden voorafgaand aan de TAVI procedure;
3. Bare-metal stent implantatie binnen 1 maand voorafgaand aan de TAVI procedure;
4. Allergie of intolerantie voor aspirine of clopidogrel.;Cohort B
1. Drug-eluting stent implantatie binnen 3 maanden voorafgaand aan de TAVI procedure;
2. Bare-metal stent implantatie binnen 1 maand voorafgaand aan de TAVI procedure;
3. Allergie of intolerantie voor clopidogrel.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2013-003125-28-NL |
CCMO | NL45668.100.13 |