Onderzoeken of dietaire zoutinname effect heeft op de endocytotische functie van de proximale tubulus.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Nefropathieën
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Endocytotische functie van de proximale tubulus
Secundaire uitkomstmaten
Bloeddruk, elektrolyten in serum en urine, nierfunctie, componenten van het
RAS, vochtverdeling in het lichaam.
Achtergrond van het onderzoek
Albuminurie is sterk en onafhankelijk geassocieerd met het optreden van
eindstadium nierfalen. Een hogere natriuminname is gerelateerd een toename van
albumine-uitscheiding in de urine, zowel in patiënten met een chronische
nierziekte als in gezonde personen. Een zoutrestrictie in het dieet vermindert
de albumine-uitscheiding, gedeeltelijk onafhankelijk van bloeddruk. De urine
van een gezonde persoon bevat vrijwel niets van het in serum alomtegenwoordige
albumine, wat klassiek als een gevolg van een goede barrierefunctie van de
glomerulus is beschouwd. Recente onderzoeken laten echter zien dat de filtratie
van albumine kwantitatief groter is dan voorheen werd aangenomen, en dat er een
grote rol is weggelegd voor reabsorptie van albumine door de cellen in de
proximale tubulus. Dit endocytotisch proces wordt gemedieerd door de receptoren
megaline en cubiline. Andere liganden van megaline zijn kleinere, makkelijker
filtreerbare eiwitten zoals retinolbindend eiwit, vitamine D-bindend eiwit en
beta2-microglobuline. Er is weinig bekend over de regulering van dit systeem,
maar mogelijk speelt angiotensine II hier een rol. Voorlopige studieresultaten
laten zien dat een dietaire zoutrestrictie de expressie van megaline en
cubiline doet toenemen. Deze opmerkelijke vondst zou een extra uitleg kunnen
geven aan het antiproteinurische effect van zoutrestrictie, anders dan
verschillen in filtratie. Het effect van zoutbeperking op de endocytotische
functie van de proximale tubulus is nog niet in mensen onderzocht. Het is
mogelijk een inschatting te maken van de membraanexpressie van eiwitten in
proximale tubuluscellen door deze te meten in uitgescheiden extracellulaire
vesikels in de urine (uEV's). Cubiline en megaline kunnen worden aangetoond in
uEVs.
Doel van het onderzoek
Onderzoeken of dietaire zoutinname effect heeft op de endocytotische functie
van de proximale tubulus.
Onderzoeksopzet
Interventiestudie
Onderzoeksproduct en/of interventie
Alle proefpersonen worden achtereenvolgens op een laag-zoutdieet en een hoog-zoutdieet geplaatst.
Inschatting van belasting en risico
Alle deelnemers worden op een door een dietist voorgeschreven grotendeels
vloeibaar laag-zoutdieet geplaatst gedurende 8 dagen. In deze periode wordt aan
proefpersonen gevraagd geen andere dranken te nuttigen dan water, thee of een
door de onderzoekers verstrekte limonade. In de laatste 4 dagen van het dieet
wordt zout aangevuld in capsulevorm (1000 mg per capsule, 14 gram per dag),
zodat er nu sprake is van een hoog-zoutdieet.
Op de dag voor aanvang van het dieet (dag 0), dag 4 en dag 8 sparen
proefpersonen gedurende 24 uur urine, en dragen zij gedurende 24 uur een
draagbare bloeddrukmeter (ABPM). Om verstoring te voorkomen wordt proefpersonen
gevraagd om zich op deze dagen te onthouden van sport of seksueel verkeer. Na
het afsluiten van de 24-uursmetingen drinken proefpersonen 300 mL water, waarna
een nuchtere bloedafname wordt verricht, opnieuw spoturine wordt verzameld (100
mL), de proefpersonen worden gewogen en een meting van de lichaamssamenstelling
wordt gedaan. Dit wordt uitgevoerd met de Body Composition Monitor, waarbij
gedurende enkele minuten met op handen en voeten geplaatste electroden op een
niet-pijnlijke, niet-invasieve manier wordt gemeten. Proefpersonen kunnen
daarna overstappen op hun volgende dieet (dag 5) of de studie verlaten (dag 9).
Publiek
's Gravendijkwal 230
Rotterdam 3015 CN
NL
Wetenschappelijk
's Gravendijkwal 230
Rotterdam 3015 CN
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Leeftijd tussen 18 en 30 jaar
- Mannelijk geslacht
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Gebruik van medicatie
- Roken
- Voorgeschiedenis van hypertensie, leveraandoeningen, cardiovasculaire, metabole, renale of urogenitale aandoeningen, middelenmisbruik
- eGFR < 90 mL/min/1.73 m2 (volgens de CKD-EPI-formule)
- Albuminurie > 20 mg/10 mmol kreatinine in spoturine
- Hypertensie gemeten ten tijde van het screeningsbezoek (gedefinieerd als > 140/90 mm Hg)
- Urineweginfectie ten tijde van screening
- Werken in avond- of nachtdiensten gedurende de studieperiode of de week daarvoor
- BMI > 27 kg/m2
- Niet het studieprotocol kunnen voltooien door een taalbarriere of cognitieve aandoeningen
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL61199.078.17 |