In deze studie worden de ervaringen en behoeften van zowel (in remissie verkerende) suïcidale patiënten als hun naastbetrokkenen onderzocht. Het in kaart brengen van deze ervaringen zal bijdragen om nieuwe kennis op te doen rond het begeleiden van…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
effect van suicidaliteit op familie en andere naasten, effect van steun aan familie op suicidaliteit.
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Naastbetrokkenen wordt gevraagd om verschillende vragenlijsten in te vullen
betreffende ervaren druk en/of last: Betrokkene Evaluatie Schaal (Schene & van
Wijngaarden, 1991), Caregiver Strain Index ( Robinson, 1983) Caregiver Reaction
Assesment (Given et al, 1992) and Ervaren Druk door Informele Zorg (Pot, 1995).
Deze metingen worden gedaan bij de start van de behandeling, na afronding en na
6 en 12 maanden.
De patiëntengroep wordt tezelfdertijd als de naastbetrokkenen gevraagd om
specifieke en gevalideerde vragenlijsten in te vullen betreffende suïcidale
ideaties en gedrag: Columbia Suïcide Severity Rating Scale, Posner et al, 2011,
Herth Hope Index 1992, MANSA 16 Wiersma, 2002, Mental Health Confidence Scale,
Carpinello et al 2000, Recovery Assessment Scale, Giffort et al 1995, Enkele
maanden na de interventie zal er middels focusgroepen een procesevaluatie
volgen met zowel patiënten als naastbetrokkenen, hierbij zal worden gekeken
naar de impact van de interventie op het herstel van de patiënt, de mate van
waardering voor de interventie en eventuele suggesties voor verbetering.
Secundaire uitkomstmaten
Evt. informatie volgt als de eerste fase is afgerond.
Achtergrond van het onderzoek
In het afgelopen decennium is de incidentie van suïcide in Nederland sterk
gestegen. In 2015 pleegden 1871 mensen suïcide,
tegenover 1524 in 2009. Onderzoek naar effectieve vormen van suïcidepreventie
is dan ook dringend gewenst.
Een van de prioriteiten in de Onderzoeksagenda Suïcidepreventie (2015) is het
betrekken van naasten bij de zorg voor suïcidale patiënten.
Ook de 'multidisciplinaire richtlijn voor de diagnose en behandeling van
suïcidaal gedrag' (Hemert et al, 2012) beschrijft het belang van betere
samenwerking tussen behandelaren en naastbetrokkenen. Hierbij worden
naastbetrokkenen gezien als een belangrijke informatiebron in het kader van
diagnostiek, zorgbehoeftes en behandelingsmogelijkheden. Daarnaast wordt
aanbevolen om naasten te informeren en steun te bieden. Er is echter nog weinig
bekend over de impact van suïcidaliteit op naastbetrokkenen. Daarbij moet nog
extra rekening gehouden worden met de steeds verder gaande ambulantisering van
de psychiatrische zorg waardoor suïcidale patiënten toenemend thuis in de
directe omgeving van familie en vrienden worden behandeld. (Bestuursakkoord
over de toekomst van de GGz 2012, Min. van VWS).
Doel van het onderzoek
In deze studie worden de ervaringen en behoeften van zowel (in remissie
verkerende) suïcidale patiënten als hun naastbetrokkenen onderzocht.
Het in kaart brengen van deze ervaringen zal bijdragen om nieuwe kennis op te
doen rond het begeleiden van patiënten en naastbetrokkenen in een suïcidale
crisis.
Doel van de studie is het verbeteren van de GGZ zorg voor suïcidale patiënten
door de ontwikkeling van een nieuwe interventie:
- Namelijk een aanbod ontwikkelen van gerichte psycho-educatie voor naasten van
suïcidale patiënten
De interventie zal in een pilot studie worden getest. ( Na het kwalitatieve
deel van het onderzoek zal de hierop gebaseerde training eerst voorgelegd
worden aan de METC).
De onderzoeksvragen zijn:
1. wat zijn de belangrijke thema's die onderdeel moeten zijn bij de
ontwikkeling van een psycho-educatieve training voor naastbetrokkenen van
suïcidale patiënten?
2. is een groepsgerichte psycho-educatieve training voor naastbetrokkenen een
waardevolle aanvulling in de behandeling van suïcidale patiënten en hun
familieleden?
3. Hoe beoordelen naastbetrokkenen de aangeboden psycho-educatieve training?
Onderzoeksopzet
Op basis van literatuurstudie en kwalitatief fenomenologisch onderzoek zal een
psycho-educatieve interventie worden ontwikkeld voor naastbetrokkenen. Hierna
zal er een pilot volgen waarbij zowel de uitkomsten als het proces zullen
worden geëvalueerd. De pilot zal zonder controlegroep worden uitgevoerd.
Doordat er sprake is van een kleine onderzoeksgroep en het kwalitatieve
onderzoeksdesign zullen we geen causaal verband kunnen leggen tussen de
interventie en de kwalitatieve bevindingen. Desondanks, zal de hierdoor
verkregen informatie het inzicht in de betekenis en waardering voor de
interventie door de patiënt en zijn of haar familieomgeving vergroten.
Aansluitend zullen de condities voor verdere implementatie binnen de GGZ zorg
worden geëvalueerd door de bevindingen in focusgroepen te bespreken met
stakeholders.
Studie opzet: ontwikkeling en evaluatie van een pilot, zonder controlegroep
Onderzoeksproduct en/of interventie
Het geven van de nog te ontwikkelen psycho-educatieve training aan naastbetrokkenen van een suïcidale patiënt.
Inschatting van belasting en risico
Belasting:
Er is sprake van een eenmalig interview van maximaal 60 minuten tijdens de
kwalitatieve fase. Daarnaast wordt aan alle participanten gevraagd om
verschillende vragenlijsten in te vullen, tijdsbelasting is ongeveer 30 minuten.
Focusgroepen ( 1.5 tot 2 uur)
In de kwantitatieve fase, zullen participanten blootgesteld worden aan
vragenlijsten bij T 0 -T 1 -T 2.
De psycho-educatieve training gaat waarschijnlijk maximaal twee uur in beslag
nemen.
Risico:
Behoefte aan nazorg is voor zowel de patiëntengroep als de naastbetrokkenen
geregeld binnen de instelling.
Publiek
Sandifortdreef 19
Leiden 2333 ZZ
NL
Wetenschappelijk
Sandifortdreef 19
Leiden 2333 ZZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Voldoende beheersing van de Nederlandse taal
Minimale leeftijd van 18 jaar
Onderdeel zijn van het familiesysteem van de suïcidale patiënt
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Ernstige drugs of alcoholafhankelijkheid
Ernstige verstandelijke beperking
Opzet
Deelname
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL59218.058.16 |