Primair doel:- Het bepalen van de werkzaamheid van vaccinatie met PCV13 plus PPV23 (serieel in 2 maanden) bij IBD-patiënten die behandeld worden met immunosuppressiva, versus controles (patiënten met asplenie die ook gevaccineerd worden tegen…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelselontstekingsaandoeningen
- Immuunstoornissen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De ratio van de anti-pneumokokken antistoffen gemeten voor en 4-6 weken na
vaccinatie tegen pneumokokken (PCV13 en na 2 maanden PPV23). Een tweevoudige
toename in anti-pneumokokken antistoffen wordt geïnterpreteerd als een adequate
respons.
Secundaire uitkomstmaten
Het verschil in respons na pneumokokken vaccinatie tussen de controlegroep en
de verschillende interventiegroepen.
Achtergrond van het onderzoek
Immunosuppressiva zijn belangrijk in de behandeling van inflammatoire
darmziekte (IBD). Immunosuppressiva zijn onder te verdelen in drie categorieën:
corticosteroïden, disease-modifying anti rheumatic drugs (DMARDs) en
biologicals. Het werkingsmechanisme van corticosteroiden is door blokkade van
de vroege manifestaties van ontsteking zoals vasodilatatie, de vasculaire
permeabiliteit en infiltratrie van neutrofielen. DMARDs onderdrukken het
immuunsysteem door de remming van proliferatie en activaite van lymfocyten.
TNF-alpha remmers zijn de voornaamste biologicals in de behandeling van IBD.
Onderzoek heeft aangetoond dat TNF-alpha een cruciale rol speelt in de de
pathofysiologie van IBD en TNF-alpha remmers hebben een belangrijke plaats
ingenomen in de behandeling van IBD.
Echter, immunosuppressiva vergroten het infectierisico, met name TNF-alpha
remmers zijn sterke onderdrukkers van het immuunsysteem.
Om die reden is vaccinatie tegen pneumokokken geïndiceerd voor IBD-patiënten
die behandeld worden met immunosuppressiva volgens de Europese en Amerikaanse
richtlijnen, dit om infectie met pneumokokken te voorkomen.
De onderdrukte staat van het immuunsysteem verzwakt de antistofrespons na
vaccinatie, echter er zijn weinig data beschikbaar over de werkzaamheid van het
pneumokokkenvaccin bij immuungecompromitteerde patiënten. Sommige onderzoeken
tonen een verminderde antistofrespons bij IBD-patiënten die behandeld worden
met een TNF-alpha remmer na vaccinatie met het 23-valente polysaccharide
pneumokokken vaccin (PPV23). Echter, voor zover voor ons bekend, is nog niet
eerder op systematische wijze de werkzaamheid van vaccinatie met het 13-valente
geconjugeerde polysaccharide pneumokokken vaccin (PCV13) plus de PPV23 (in
serie waarbij de PPV23 2 maanden na de PCV13 wordt toegediend, zoals aanbevolen
in richtlijnen) op systematische wijze geëvalueerd. Bovendien is het nog
onbekend wat het ideale tijdsinterval is tussen vaccinatie en de start van
behandeling met een TNF-alpha remmer.
Onze hypotheses zijn als volgt:
Hypothese 1: IBD-patiënten die behandeld worden met immunosuppressiva hebben
een verminderde anti-pneumokokken-antistof respons na vaccinatie tegen
pneumokokken.
Hypothese 2: Het gebruik van een TNF-alpha remmer is geassocieerd met een
lagere antistofrespons vergeleken met de antistofrespons na vaccinatie bij
gebruik van DMARDs en/of corticosteroïden. Behandeling met een hoge dosis
TNF-alpha remmer of een standaard dosis in combinatie met een ander
immunosuppressivum, is geassocieerd met een nog lagere antistofrespons.
Hypothese 3: Een langer tijdsinterval tussen vaccinatie tegen pneumokokken en
start met behandeling met een TNF-alpha remmer is geassocieerd met een betere
antistof respons.
Doel van het onderzoek
Primair doel:
- Het bepalen van de werkzaamheid van vaccinatie met PCV13 plus PPV23 (serieel
in 2 maanden) bij IBD-patiënten die behandeld worden met immunosuppressiva,
versus controles (patiënten met asplenie die ook gevaccineerd worden tegen
pneumokokken)
Secundair doel:
- Bepalen of TNF-alpha remmers de anti-pneumokokken antistofrespons op een
andere manier beïnvloeden dan DMARDs en/of corticosteroïden doen en of een
hogere dosis van de TNF-alpha remmer of combinatietherapie van een
TNF-alpharemmer met een ander immunosuppressivum invloed heeft op de
antistofrespons.
- Bepalen wat het ideale tijdsinterval is tussen pneumokokkenvaccinatie en
start van behandeling met een TNF-alpha remmer om een adequate antistof respons
te bereiken.
Onderzoeksopzet
Prospectief cohort onderzoek.
Inschatting van belasting en risico
Deelnemers hebben geen direct voordeel aan deelname aan deze studie. De
controle groep zal wel beter geïnformeerd zijn over de mate van bescherming
tegen pneumokokken na pneumokokkenvaccinatie gezien het feit dat volgens de
routine behandeling en diagnostiek geen titer bepaald zou worden. Het risico
van deelname is beperkt tot tweemaal bloedprikken op twee verschillende
tijdpunten, dit risico geldt alleen voor de controle groep gezien dat bij
patiënten met IBD die behandeld worden met immunosuppressiva de titercontrole
tot de routinediagnostiek behoort.
Publiek
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Wetenschappelijk
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Leeftijd > 18 jaar
Behandeling met immunosuppressiva of een geplande behandeling met een TNF-alpharemmer binnen 3 maanden na inclusie in de studie
Indicatie voor pneumokokkenvaccinatie
In staat om informed consent te geven
Controle groep: diagnose IBD, geen behandeling met immunosuppressiva.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Diagnose met immuundeficientiestoornis
Leeftijd onder 18 jaar
Controle groep: behandeling met immunosuppressiva
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL58768.018.16 |
OMON | NL-OMON29135 |