Primair veiligheid:* Evaluatie van de veiligheid en verdraagbaarheid van ETC 1002 in vergelijking met placebo bij patiënten met hyperlipidemie (met onderliggende heterozygotische familiaire hypercholesterolemie [HeFH] en/of atherosclerotische…
ID
Bron
Verkorte titel
Clear Harmony
Aandoening
- Hartaandoeningen, tekenen en symptomen NEG
- Lipidenmetabolismestoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire eindpunt voor dit onderzoek is de algemene veiligheid, bestaande
uit AE*s, laboratoriumwaarden voor klinische veiligheid, PE*s, vitale functies
en ecg*s.
Het overzicht van de AE*s omvat uitsluitend AE*s die tijdens de behandeling
beginnen of verergeren (Treatment Emergent AE*s, TEAE*s), gedefinieerd als AE*s
die beginnen na de randomisering en het innemen van de eerste dosis van het
onderzoeksgeneesmiddel. Van de TEAE*s en SAE*s wordt een overzicht gegeven op
basis van systeemorgaanklasse (System Organ Class, SOC), ernst en relatie met
het onderzoeksgeneesmiddel, per behandelingsgroep. Overlijdensgevallen, staken
van de onderzoeksbehandeling vanwege AE's en terugtrekking uit het onderzoek
vanwege AE's worden elk samengevat per behandelingsgroep.
Laboratoriumwaarden voor klinische veiligheid, waaronder hematologie,
bloedbeeld, stolling, HbA1C, glucose en urineanalyse, PE-bevindingen, vitale
functies, ecg-waarden en gewicht worden samengevat op grond van de waarde en de
verandering van de waarde ten opzichte van de baseline (indien van toepassing)
op elk tijdstip na de baseline.
Hepatische veiligheid
Aan de lever gerelateerde enzymen en totale bilirubine (TB) worden samengevat
op grond van de waarde en de verandering van de waarde ten opzichte van de
baseline, per behandelingsgroep en per bezoek. Daarnaast zal een overzicht
worden gegeven van het aantal en percentage van de patiënten met abnormale
waarden voor ALT, AST en TB. Deze overzichten van patiënten met abnormale
waarden worden gegeven voor het totaal, op grond van normale CK op baseline; en
op grond van abnormale CK op baseline voor ALT, AST en TB. De criteria van de
wet van Hy (* 3 × bovenlimiet van normaal [Upper Limit of Normal, ULN] voor ALT
dan wel AST, met gelijktijdig optredende TB > 2 × ULN) wordt ook toegepast op
de gegevens. Alle mogelijke gevallen van de wet van Hy worden vermeld. In geval
van patiënten met de ziekte van Gilbert, wordt TB opgedeeld en wordt de
bepaling van 2 x ULN gebaseerd op directe (geconjugeerde) bilirubine.
Musculoskeletale veiligheid
AE*s van spiergerelateerde symptomen worden samengevat per behandelingsgroep.
CK-niveaus worden samengevat op grond van de waarde en de verandering van de
waarde ten opzichte van de baseline, per behandelingsgroep en per bezoek.
Daarnaast zal een overzicht worden gegeven van het aantal en percentage van de
patiënten met abnormale CK-waarden. Deze overzichten van patiënten met
abnormale CK worden gegeven voor het totaal; op grond van normale CK op
baseline; en op grond van abnormale CK op baseline.
Diabetes en glykemie
Gevallen van nieuwe beginnende diabetes worden geregistreerd als AE*s en worden
opgesomd met behulp van de toepasselijke SOC. Van deze voorvallen wordt een
overzicht gegeven op basis van ernst en relatie met het onderzoeksgeneesmiddel,
per behandelingsgroep. Glucose en HbA1C worden gecontroleerd op baseline en in
week 12, 24 en 52, en worden samengevat.
Renale veiligheid
Geschatte glomerulusfiltratiesnelheid (estimated Glomerular Filtration Rate,
eGFR) op baseline wordt samengevat per behandelingsgroep en voor de baseline
eGFR-categorieën. Verschuivingstabellen van eGFR-categorie ten opzichte van
baseline in de loop van loop van het onderzoek worden gegeven per
behandelingsgroep. Verschuivingstabellen van proteïne in urine
(negatief/positief) ten opzichte van baseline in de loop van loop van het
onderzoek worden gegeven per behandelingsgroep. Waarden van CK in de loop van
het onderzoek worden samengevat per behandelingsgroep en per eGFR-categorie op
baseline. Ten slotte worden spiergerelateerde AE*s samengevat per
behandelingsgroep en per eGFR categorie op baseline.
Klinische eindpunten
Klinische eindpunten worden bewaakt en beoordeeld door een onafhankelijke
geblindeerde deskundige CEC voor lopende onderzoeken in het ETC 1002-programma.
Er wordt een overzicht van de beoordeelde klinische eindpunten gegeven per
voorvaltype en behandelingsgroep. Aanvullende details met betrekking tot
klinische eindpunten en klinisch eindpunt-definities worden opgenomen in het
CEC-manifest.
Neurocognitieve voorvallen
Neurocognitieve voorvallen worden vastgesteld en geëvalueerd door middel van
routinematige veiligheidscontroles van PE-bevindingen en AE*s. De samenvatting
van neurocognitieve voorvallen vindt plaats aan de hand van voorgeschreven
termen uit de Medical Dictionary for Regulatory Activities (MedDRA) en wordt
uitgevoerd per SOC, ernst en relatie tot het onderzoeksgeneesmiddel voor elke
behandelingsgroep.
Secundaire uitkomstmaten
Belangrijkste eindpunten effectviteit
Het percentage wijzigingen van baseline ten opzichte van week 12 of week 24 in
LDL-C, niet-HDL-C, TC, apoB en hs-CRP wordt geanalyseerd met behulp van een
covariantie-analyse (ANCOVA), met behandel- en randomiseringsstrata (CV-risico
en baseline statinedosis van de patiënt) als factoren en respectievelijke
basiswaarden als covariabele. De FAS wordt gebruikt. De ontbrekende data van
deze eindpunten worden toegeschreven aan meerdere veronderstellingen die bij
een behandeling in acht moeten worden genomen.)
Overige eindpunten effectiviteit zie het protocol.
Achtergrond van het onderzoek
ETC 1002 is een baanbrekende kleine molecuulremmer voor ACL, een enzym
stroomopwaarts ten opzichte van HMG CoA in het cholesterol-biosynthesetraject.
ETC 1002 is een progeneesmiddel dat activering in de lever vereist voor het ETC
1002 co-enzym A (ETC 1002-CoA) dat de competitieve remming van ACL
teweegbrengt. De remming van ACL door ETC 1002-CoA vermindert de
cholesterolsynthese in de lever, hetgeen leidt tot een verhoging van de
expressie van de LDL-receptor (LDLR) en de opruiming van LDL-deeltjes in het
bloed. De remming van ACL door ETC 1002-CoA verlaagt LDL C derhalve via
hetzelfde traject als de remming van HMG CoA-reductase door statines.
Een belangrijke onderscheidende eigenschap van ETC 1002 is dat het de
cholesterolsynthese in skeletspieren niet remt. Naast de voorlopige gegevens
die aangeven dat slechts kleine hoeveelheden ETC 1002 doordringen in
skeletspieren (<5% van de systemische blootstelling), vertonen skeletspieren
niet de expressie van het enzym dat vereist is voor de activering van ETC 1002
naar ETC 1002-CoA en het remmen van ACL. Daarom is de verwachting de negatieve
effecten die zijn verbonden aan de remming van biologische intermediates binnen
het cholesterol-biosynthesetraject in skeletspieren worden teweeggebracht door
ETC 1002.
ETC 1002 is geevalueerd in 15 voltooide klinische studies (fase 1 en fase 2,
per februari 2016) onder 700 proefpersonen die ETC 1002 ontvingen varierend
van 2,5 tot 240 mg per dag (meervoudige doses) tijdens de periode van 12
weken. Alle studies met meervoudige dosis hebben aangetoond consistente,
klinische betekenisvolle verlaging van LDL-C tijdens de ETC 1002 behandeling en
een positive veiligheidsprofiel getoond. Dit is de eerste studie met ETC 1002
in Europa.
Onderzoekshypothese:
De primaire klinische hypothese is dat blootstelling aan ETC 1002 op de lange
termijn veilig is en goed wordt verdragen door patiënten met hyperlipidemie
(met onderliggende HeFH en/of ASCVD) met hoog CV-risico die niet voldoende
wordt beheerst met de maximaal verdragen lipide-modificerende therapie, met
inbegrip van een maximaal verdragen statine.
Door het onderzoek wordt de veiligheid en verdraagbaarheid op lange termijn van
ETC 1002 gekarakteriseerd in vergelijking met placebo als aanvulling op de
maximaal verdragen lipideverlagende therapie, met inbegrip van een maximaal
verdragen statine, bij patiënten met hyperlipidemie. Door de gerandomiseerde,
dubbelblinde opzet met placebo-controlegroep in aanvulling op de maximaal
verdragen lipideverlagende therapie, wordt ervoor gezorgd dat de
veiligheidsgegevens voor de lange termijn betekenisvol en interpreteerbaar
zijn. De langere duur van die een onvervulde behoefte hebben aan een
aanvullende lipideverlagende therapie, zoals de biobeschikbare optie van ETC
1002 eenmaal daags oraal. de behandeling (52 weken) en het hoge aantal
patiënten (n = 1950) staan garant voor een robuuste veiligheid bij patiënten
met een hoog CV-risico
Doel van het onderzoek
Primair veiligheid:
* Evaluatie van de veiligheid en verdraagbaarheid van ETC 1002 in vergelijking
met placebo bij patiënten met hyperlipidemie (met onderliggende
heterozygotische familiaire hypercholesterolemie [HeFH] en/of
atherosclerotische cardiovasculaire ziekte [ASCVD]) met hoog cardiovasculair
(CV) risico die niet voldoende wordt beheerst met de maximaal verdragen
lipide-modificerende therapie.
Secundair effectiviteit:
* Evaluatie van het percentage verandering vanaf baseline tot week 12 in
low-density lipoproteïne cholesterol (LDL C)
Tertiair effectiviteit:
* Evaluatie van het percentage verandering vanaf baseline tot week 24 en tot
week 52 in LDL-C bij patiënten die geen aanvullende lipideverlagende
behandeling krijgen
* Evaluatie van de volgende waarden in week 12, 24 en 52:high-density
lipoproteïne cholesterol (HDL C), non-HDL C, totaal cholesterol (TC) en
triglyceriden (TG).
* Evaluatie van de volgende waarden in week 12, 24 en 52: apolipoproteïne B
(apoB) en hooggevoelige C reactieve proteïne (hs CRP)
Onderzoeksopzet
Dit is een gerandomiseerd, dubbelblind fase 3 onderzoek met parallelle
placebogroep ter evaluatie van de veiligheid en verdraagbaarheid van ETC 1002
bij patiënten met hyperlipidemie (patiënten met onderliggende HeFH en/of ASCVD)
met hoog CV-risico die niet voldoende wordt beheerst met de maximaal verdragen
lipide-modificerende therapie. Maximaal verdragen lipideverlagende therapie
omvat een maximaal verdragen statine op zich of in combinatie met andere
lipideverlagende therapieën (bijvoorbeeld ezetimibe, fibraten [uitgezonderd
gemfibrozil]). De maximaal verdragen lipide-modificerende therapie van de
patiënt wordt bepaald door de onderzoeker op basis van medisch
beoordelingsvermogen en beschikbare bronnen, waaronder de door de patiënt zelf
verstrekte geschiedenis van lipide-modificerende therapieën. Patiënten die
simvastatine nemen in een gemiddelde dagelijkse dosis die hoger is dan 40 mg
per dag, of die op dit moment een proprotein convertase subtilisin/kexin type 9
(PCSK9)-remmer (alirocumab of evolocumab) krijgen toegediend, of in de 4 weken
voorafgaand aan week -2 (bezoek S1) een PCSK9-remmer hebben gebruikt, worden
uitgesloten van deelname aan dit onderzoek. PCSK9-remmers kunnen gestart zijn
als aanvullende behandeling in week 24 als werd voldaan aan de LDL-C
drempelcriteria als beschreven in het protocol.
Screening (bezoek S1) vindt plaats ongeveer 2 weken vóór dag 1 (bezoek T1).
Patiënten op maximaal verdragen lipideverlagende therapie, naar het oordeel van
de onderzoeker, worden ingedeeld op basis van het CV-risico en de statinedosis
op baseline van de patiënt. Er wordt geen limiet gesteld aan de randomisering
tijdens de indeling. Ongeveer 1950 in aanmerking komende patiënten worden op
dag 1 (bezoek T1) 2:1 gerandomiseerd voor het ontvangen van ETC 1002 180 mg (n
= 1300) dan wel placebo (n = 650), eenmaal per dag gedurende 52 weken.
Gerandomiseerde patiënten blijven deelnemen aan het onderzoek totdat ze week 52
(bezoek T7) hebben voltooid. Gerandomiseerde patiënten keren terug voor
bezoeken aan de kliniek in week 4 (bezoek T2), week 8 (bezoek T3), week 12
(bezoek T4), week 24 (bezoek T5), week 36 (bezoek T6) en week 52 (bezoek T7).
Patiënten die zich terugtrekken uit de behandeling met het onderzoeksproduct
wordt gevraagd de opvolging om veiligheidsredenen voort te zetten volgens het
in het protocol gespecificeerde bezoekenschema en de procedures.
Een onafhankelijke deskundige gegevensbewakingscommissie (Data Monitoring
Committee, DMC) zal de verzamelde ongeblindeerde veiligheidsgegevens van dit en
andere lopende onderzoeken naar ETC 1002 bekijken.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Ongeveer 1950 in aanmerking komende patiënten worden op dag 1 2:1 gerandomiseerd voor het ontvangen van ETC 1002 180 mg (n = 1300) dan wel placebo (n = 650), eenmaal per dag gedurende 52 weken. Gerandomiseerde patiënten blijven deelnemen aan het onderzoek totdat ze week 52 hebben voltooid. ETC 1002 / placebo zijn filmomhulde tabletten die zullen worden ingenomen door de mond eenmaal daags, met of zonder eten.
Inschatting van belasting en risico
Tot nog toe geven de niet-klinische en klinische gegevens aan dat ETC 1002 een
gunstig risico/baten-profiel heeft. Het vermogen van ETC 1002 om een klinisch
significante LDL C-verlagende respons teweeg te brengen en tegelijkertijd een
gunstig verdraagbaarheidsprofiel te vertonen bij uiteenlopende
patiëntenpopulaties, ondersteunt de voortgezette ontwikkeling van ETC 1002, een
ACL-remmer voor oraal gebruik, in fase 3 onderzoeken.
Raadpleeg het meest recente informatieblad voor nadere gegevens over eerder
ervaringen met menselijke proefpersonen.
Publiek
3891 Ranchero Drive Suite 150
Ann Arbor, Michigan 48108
US
Wetenschappelijk
3891 Ranchero Drive Suite 150
Ann Arbor, Michigan 48108
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Leeftijd * 18 jaar of wettelijke meerderjarigheid volgens de ter plaatse geldende wetgeving, afhankelijk van welke leeftijd het hoogste is, in week 2 (bezoek S1)
2. Mannen en niet-zwangere, niet-zogende vrouwen. Vrouwen moeten voldoen aan de volgende voorwaarden:
* Natuurlijk postmenopauzaal of;
* Vrouwen die zwanger kunnen raken, moeten bereid zijn 1 aanvaardbare methode van geboortebeperking te gebruiken.
3. LDL C-waarde (vasten) in week 2 (bezoek S1) *70 mg/dL (1,8 mmol/L)
4. Met hoog cardiovasculair risico, gedefinieerd als:
* Diagnose van HeFH.
OF
* Met ASCVD (waarbij CHD of aan CHD equivalent risico is vastgesteld)
Gedocumenteerde historie van CHD (met inbegrip van 1 of meer van de volgende):
* Acuut myocardiaal infarct (MI)
* Stil MI
* Instabiele angina
* Coronaire revascularisatie procedure, bijvoorbeeld percutane coronaire interventie (PCI) of coronaire arteriële bypassoperatie (Coronary Artery Bypass Graft, CABG)
* Klinisch significante CHD, vastgesteld door middel van invasieve of non-invasieve test (bijvoorbeeld coronaire angiografie, inspanningstest met loopband, inspanningsechocardiografie, of nucleaire beeldverwerving)
Gedocumenteerde aan CHD equivalente risico*s (inclusief 1 of meer van de volgende criteria):
* Perifere arteriële aandoeningen
* Eerdere ischemische beroerte met een focale ischemische neurologische uitval die langer dan 24 uur aanhield, die van atherotrombotische oorsprong werd geacht te zijn. Er moet computertomografie (CT) of magnetic resonance imaging (MRI) zijn uitgevoerd om hemorragie en niet-ischemische neurologische aandoeningen uit te sluiten.
* Patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) kunnen aan dit onderzoek deelnemen; voor dit onderzoek wordt T2DM echter niet beschouwd als een aan CHD equivalent risico
5. Momenteel behandeld met maximaal verdragen lipide-modificerende therapie, met inbegrip van een maximaal verdragen statine op zichzelf of in combinatie met een andere lipideverlagende behandeling, bij een stabiele doseringen gedurende ten minste 4 weken voorafgaand aan de screening (6 weken voor fibraten, maar gemfibrozil is niet toegestaan). Voorschriften anders dan dagelijkse dosering, met inbegrip van zeer lage doseringen, zijn aanvaardbaar.
De maximaal verdragen lipide-modificerende therapie van de patiënt wordt bepaald door de onderzoeker op basis van medisch beoordelingsvermogen en beschikbare bronnen, waaronder de door de patiënt zelf verstrekte geschiedenis van lipide-modificerende therapieën. ;Een volledige lijst met inclusie- en exclusiecriteria vindt u in hoofdstuk 7 van het protocol.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Totale triglyceride tijdens vasten *500 mg/dL (5,6 mmol/L) in week 2 (bezoek S1);2. Renale disfunctie of nefritisch syndroom of een geschiedenis van nefritis, met inbegrip van eGFR (aan de hand van een door een centraal laboratorium vastgestelde MDRD-formule [Modification of Diet in Renal Disease]) <30 mL/min/1,73m2 in week 2 (bezoek S1).
Opmerking: Ook patiënten met een nierfunctiestoornis die een gemiddelde dagelijkse dosis van 40 mg simvastatine ontvangen met een eGFR van minder dan 45 ml/min/1,73 m2 zijn van deelname uitgesloten.;3. Body mass index (BMI) *50 kg/m2;4. Gelijktijdig gebruik van simvastatine in een gemiddelde dagelijkse dosis die hoger is dan 40 mg. ;5.Gelijktijdig gebruik van een PCSK9-remmer (Praluent® [alirocumab] of Repatha® [evolocumab]) in week 2 (bezoek S1) of eerder gebruik van een PCSK9-remmer in de laatste 4 weken voorafgaand aan week 2 (bezoek S1), deze patiënten worden uitgesloten van het onderzoek.;6. Recent (binnen 3 maanden voorafgaande aan het screeningbezoek [week 2 (bezoek S1)] of tussen het screeningbezoek en het randomiseringsbezoek) MI, instabiele angina leidend tot ziekenhuisopname, onbeheerste, symptomatische hartritmestoornissen (of medicatie voor een hartritmestoornissen die is gestart binnen 3 maanden voorafgaande aan de screening), CABG, PCI, halsslagaderlijke chirurgie of stentplaatsing, herseninfarct, TIA (Transient Ischemic Attack), endovasculaire of operatieve ingreep voor perifere vasculaire aandoeningen of plannen voor het ondergaan van een ingrijpende chirurgische of interventionele procedure (bijvoorbeeld PCI, CABG, halsslagaderlijke of perifere revascularisatie). Patiënten met implanteerbare pacemakers of automatische implanteerbare cardioverter-defibrillators kunnen worden overwogen indien deze naar het oordeel van de onderzoeker de voorafgaande 3 maanden stabiel zijn geweest.;7.Onbeheerste hypertensie gedefinieerd als systolische bloeddruk (SBP) *160 mmHg of diastolische bloeddruk (DBP) * 100 mmHg na 5 minuten stilzitten. ;8. Hemoglobine A1C (HbA1C) *10% tijdens week 2 (bezoek S1);9. Onbeheerste hypothyreoïdie, met schildklierstimulerend hormoon (TSH) >1,5 × de bovenlimiet van normaal (ULN) tijdens week 2 (bezoek S1). Patiënten die zijn gestabiliseerd door middel van schildklierhormoonvervangende therapie gedurende ten minste 6 weken voorafgaande aan de randomisering worden toegelaten.;10. Leveraandoeningen of -stoornissen, waaronder:
* Positieve serologie voor Hepatitis B surface Antigen (HBsAg) en/of hepatitis C antilichamen (HCV AB) tijdens week 2 (bezoek S1); of
* Alanine-aminotransferase (ALAT), aspartaat-aminotransferase (ASAT) *2 × ULN, en/of totaal bilirubine (TB) *1,2 × ULN tijdens week 2 (bezoek S1). ;11. Gastro-intestinale aandoeningen of procedures (met inbegrip van gewichtsverlagende chirurgie, bijvoorbeeld Lap-Band® of maagverkleining) die de opname van het geneesmiddel kunnen beïnvloeden;12. Hematologische of stollingsafwijkingen of een hemoglobinespiegel (Hgb) <10,0 g/dL (100 g/L) tijdens week 2 (bezoek S1);13. Actieve maligniteit, met inbegrip van maligniteit die operatief ingrijpen, chemotherapie en/of bestraling vereiste gedurende de afgelopen 5 jaar. Patiënten met een geschiedenis van niet-metastatische basaalcel- of plaveiselcelcarcinoom van de huid en baarmoederhalscarcinoom in situ zijn toegestaan);14. Onverklaarde creatine kinase (CK) >3 × ULN tijdens de screening tot aan de randomisering (dat wil zeggen, niet gerelateerd aan recent trauma of zware lichamelijk inspanningen). Bij patiënten met een verklaarbare CK-verhoging moet een eenmalige herhaling van de CK-test met een uitslag van *3 × ULN worden uitgevoerd alvorens te worden toegelaten tot de randomisering. ;15. Geschiedenis binnen de afgelopen 2 jaar van misbruik van drugs, alcohol, amfetamine en derivaten of cocaïne. Patiënten met amfetaminederivaten op voorschrift van en onder toezicht van een zorgverlener kunnen worden ingeschreven na evaluatie door de onderzoeker.;16. Bloeddonatie, bloedtransfusie voor eender welke reden, deelname aan een klinisch onderzoek waarbij meerdere keren bloed is afgenomen, aanzienlijk trauma of chirurgie met of zonder bloedverlies binnen 30 dagen voorafgaande aan de randomisering;17. Gebruik van een experimenteel of onderzoeksgeneesmiddel binnen 30 dagen voorafgaande aan de screening of 5 maal de halfwaardetijd, indien dat langer is;18. Eerdere deelname aan een voorgaand klinisch onderzoek naar ETC 1002. Eerdere deelname aan een klinisch onderzoek naar ETC 1002 is gedefinieerd als te zijn ingeschreven voor een ETC 1002-onderzoek.;19. Gebruik van een van de volgende geneesmiddelen binnen 3 maanden voorafgaande aan de screening of het plan deze geneesmiddelen tijdens het onderzoek te gebruiken;
* Nieuwe of geplande wijzigingen in de dosering van systemische corticosteroïden
* Vereiste van mipomersen- of lomitapide- of aferesetherapie;20. Geplande start van de volgende geneesmiddelen tijdens het klinisch onderzoek of wijzigingen in de volgende geneesmiddelen voorafgaande aan de randomisering:
* Hormoonvervanging (6 weken voorafgaande aan de randomisering)
* Schildklierhormoonvervanging (6 weken voorafgaande aan randomisering)
* Diabetesmedicatie (4 weken voorafgaande aan randomisering)
* Medicatie voor obesitas (3 maanden voorafgaande aan randomisering;21. Werknemers of opdrachtnemers van de instelling waar het onderzoek wordt uitgevoerd, of familieleden van de hoofdonderzoeker, mede-onderzoeker of opdrachtgever.;Een volledige lijst met inclusie- en exclusiecriteria vindt u in hoofdstuk 7 van het protocol.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2015-004136-36-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT02666664 |
CCMO | NL54734.100.15 |