Bariatrische chirurgie richt zich niet direct op de onderliggende psychologische factoren die mogelijk echter ook bijdragen aan de ontwikkeling en het in stand houden van obesitas (Cassin et al., 2013). Ondanks enkele psychosociale factoren die…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Eetstoornissen en -afwijkingen
Synoniemen aandoening
Aandoening
Morbide obesitas
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Eetgedrag: Nederlandse Vragenlijst voor Eetgedrag, NVE
Secundaire uitkomstmaten
Body Mass Index
Zelfcontrole: Nederlandse versie van de Self Control Scale, SCS
Zelfregulatie: Nederlandse versie van de Short Self-Regulation Questionnaire,
SSRQ-NL
Achtergrond van het onderzoek
Obesitas is een wereldwijd en steeds verder groeiend gezondheidsprobleem met
een reeks medische comorbiditeiten zoals diabetes type 2, obstructief
slaapapneusyndroom, hypertensie en hyperlipidemie, waardoor zelfs meer
handicaps en medische kosten ontstaan (Bray, 2004; Yu, Shen, Sun, Zhang, Wong,
2013). Naast fysieke comorbiditeiten wordt obesitas vaak geassocieerd met
psychische klachten zoals schaamte, depressie en sociaal vermijdingsgedrag
(Lamers, et al., 2011). Deze fysieke en psychische problemen vormen een
aanzienlijke last voor de gezondheidszorg (Bray, 2004) en zorgt voor dure zorg
voor deze patiënten (Neovius, et al., 2012; Neff, Olbers & le Roux, 2013;
Sampalis, Liberman, Auger & Christou, 2004).
Bariatrische chirurgie is een effectieve behandelmethode voor patiënten met
morbide obesitas, wat resulteert in klinisch significante gewichtsvermindering,
vermindering van comorbiditeiten en verbetering van psychosociaal functioneren
en kwaliteit van leven (Cunneen, 2008; Herpertz et al., 2004; Mathus-Vliegen &
De Wit, 2007). Hoewel bariatrische chirurgie de meest effectieve behandeling
voor morbide obesitas is, worden bij 20-35% van deze groep na bariatrische
chirurgie tegenvallende resultaten gevonden (<50% Gewichtsverlies (% EWL))
(Al-Bader, et al., 2015 Cooper, Simmons, Webb, Burns & Kuscher, 2015; Magro et
al., 2008). Aangetoond is dat Binge-eating, grazen, ongecontroleerd eten en
postoperatief verlies van controle zorgt voor minder gewichtsverlies en
snellere gewichtstoename na bariatrische chirurgie (Ashton, Heinberg, Windover
& Merrell, 2011; Canetti, Berry & Elizur, 2009). Uit verschillende studies
bleek ook het belang van compliance ten aanzien van dieetregels van invloed te
zijn op de mate van succes na bariatrische chirurgie (Van Hout & Leibbrandt,
2003; Elkins, Whitfield, Mark, Symmonds, Rodiguez & Cook, 2005). Naast de
eerder beschreven factoren hebben zwaarlijvige patiënten vaak een slechte
regulatie van eetgewoonten, minder zelfbeheersing en zelfregulatie dan
patiënten met een normaal gewicht (Jansen, et al., 2009). Bij
zelfregulatiemechanismen is het executief functioneren betrokken. Met
betrekking tot obesitas blijkt dat problemen bij het executief functioneren een
rol spelen bij het ondervinden van moeilijkheden om gewichtsverlies te
handhaven en zich aan te passen aan de noodzakelijke leefstijlveranderingen na
de bariatrische operatie (Boeka & Lokken, 2008). Hoewel een associatie tussen
BMI en executieve functies is gevonden, blijft het onduidelijk of hoger BMI een
negatief effect heeft op executief functioneren of slecht executief
functioneren, leidt tot een hoger BMI (Boeka & Lokken, 2008).
Recent onderzoek heeft aangetoond dat werkgeheugen, hetgeen een executieve
functie is, bijdraagt aan de succesvolle zelfregulatie van gedrag, inclusief
eetgedrag (Hofmann, Schmeichel & Baddeley, 2012). Executieve functies zijn voor
een groot deel afhankelijk van werkgeheugencapaciteit. Daarom kan zelfregulatie
profiteren van interventies die bijdragen aan het vergroten van
werkgeheugencapaciteit. Het trainen van het werkgeheugen bleek succesvol te
zijn om ook andere executive functies te verbeteren (Klingberg, 2010).
Het trainen van het werkgeheugen kan mogelijk een effectieve strategie zijn om
het eetgedrag te verbeteren (d.w.z. minder emotioneel of extern eetgedrag, een
toename van het lijngericht eetgedrag) en de verbetering van het zelfregulerend
vermogen (d.w.z. zich houden aan de voedingsregels).
Doel van het onderzoek
Bariatrische chirurgie richt zich niet direct op de onderliggende
psychologische factoren die mogelijk echter ook bijdragen aan de ontwikkeling
en het in stand houden van obesitas (Cassin et al., 2013). Ondanks enkele
psychosociale factoren die voorspellend zijn gebleken voor het postoperatieve
gewichtsverlies en gewichtstoename, worden psychosociale interventies niet
routinematig aangeboden in bariatrische operatieprogramma's (Cassin et al.,
2013). Hoewel bariatrische chirurgie de meest effectieve behandeling is (in
termen van gewichtsvermindering, vermindering van comorbiditeit en verbetering
van psychosociale functioneren en kwaliteit van leven) voor patiënten met
morbide obesitas, worden ook tegenvallende resultaten gevonden m.b.t.
gedragsverandering en gewichtsverlies op de lange termijn (Al -Bader, et al.,
2015; Cooper, et al., 2015; Magro et al., 2008; Cassin et al., 2013; Cunneen,
2008; Herpertz et al., 2004; Mathus-Vliegen & De Wit, 2007). Een belangrijk
keerpunt wordt gevonden rond 18 tot 24 maanden na de operatie wanneer een deel
van de patiënten terugval ervaart m.b.t. het gewicht terugval in
obesitas-gerelateerde comorbiditeiten (Cassin, et al., 2013; Herpertz et al.,
2004 ). In de huidige studie willen we nagaan of werkgeheugentraining (door
middel van geautomatiseerde werkgeheugentaken), hetgeen een belangrijke rol
speelt bij executief functioneren, het eetgedrag (dat wil zeggen minder
emotioneel, extern of lijngericht gedragsgedrag), het vermogen tot
zelfregulatie (d.w.z. het opvolgen van de dieetregels) positief beïnvloedt en
of een verbeterde werkgeheugencapaciteit zal leiden tot het behoud van BMI op
lange termijn. Meer specifiek, het effect van werkgeheugentraining op
eetgedrag, BMI en zelfregulatie bij patiënten 14-18 maanden na bariatrische
chirurgie.
Onderzoeksopzet
Een RCT zal worden uitgevoerd om de hypothese te testen dat
werkgeheugentraining het eetgedrag, het vermogen tot zelfregulatie en het
vasthouden van BMI succesvol zal verbeteren. Er wordt een vergelijking tussen 2
groepen gemaakt: morbide obese deelnemers 14-18 maanden na een bariatrische
operatie voltooien een werkgeheugentraining of voeren controletaken uit voor 25
opeenvolgende sessies,
Onderzoeksproduct en/of interventie
Werkgeheugentraining en controletaken: Alle deelnemers (training- en controlegroep) zullen 3 werkgeheugentaken uitvoeren: een visuospatiale werkgeheugentaak, cijferreeksentaak achteruit en een letterreeksentaak (aangepast uit Klingberg, Forssberg & Westerberg, 2002). Elk van de 3 taken bestaat uit 30 proeven. In de trainingsconditie wordt het moeilijkheidsniveau automatisch aangepast op basis van elke poging. In de controle toestand blijft het moeilijkheidsniveau van de taken op het startniveau gedurende elke taak. De werkgeheugencapaciteit wordt gemeten met dezelfde taken die tijdens de training werden gebruikt. De trial eindigt wanneer de deelnemers niet in staat zijn om een sequentie op twee opeenvolgende taken te reproduceren. De uitkomstmaat voor elke taak is de lengte van de langste sequentie die deelnemers correct op twee opeenvolgende proeven reproduceren.
Inschatting van belasting en risico
Er zijn geen risico's en nadelige gevolgen verbonden aan deelname aan de
studie. Deelnemers kunnen hun deelname aan de studie op elk gewenst moment
stoppen. De last van het invullen van de vragenlijsten en om gewogen te worden
is laag. De last van de training is hoger, maar het wordt verwacht dat de
training gunstige gevolgen heeft. Daarnaast dienen deelnemers viermaal naar het
ziekenhuis te komen voor een weegmoment en het invullen van vragenlijsten.
Deelnemers krijgen deze interventie gratis aangeboden.
Publiek
Henri Dunantstraat 5
Heerlen 6419 PC
NL
Wetenschappelijk
Henri Dunantstraat 5
Heerlen 6419 PC
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
De studie wordt uitgevoerd met deelnemers 14-18 maanden na bariatrische operatie. Patiënten die bariatrische chirurgie ondergaan krijgen al in de eerste 12 maanden na de operatie een multidisciplinair begeleidingstraject. Daarnaast proberen we de training voorafgaand aan het belangrijke keerpunt (ongeveer 18 tot 24 maanden na de operatie) te geven wanneer een deel van de patiënten terugval in gewicht en obesitas-gerelateerde comorbiditeiten ervaart (Cassin, et al., 2013; Herpertz , et al., 2004). Deelnemers zijn ouder dan 18 jaar en hebben een 'banded gastric bypass'.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Deelnemers die de Nederlandse taal niet beheersen, deelnemers met postoperatieve complicaties en deelnemers zonder computer met een internetverbinding worden niet geïncludeerd.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL63826.096.17 |