Deel 1: Het bepalen van de fase 2 dosis die in deel 2 van de studie gebruikt wordt.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Chromosoomafwijkingen, genwijzigingen en genvarianten
- Borstneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd (incl. tepel)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Deel 1: recommended phase 2 dose
Secundaire uitkomstmaten
Deel 1:
Lijst met DLTs
Pharmacokinetiek van olaparib en olaparib/carboplatin
Achtergrond van het onderzoek
Preklinische studies lieten zien dat een combinatie van platinum en olaparib op
zijn minst additieve en mogelijk synergistisch werkt in modellen voor BRCA1 of
-2 gemuteerde borstkanker. Ook in de tot nu toe uitgevoerde klinische trials
met inductie carboplatin in populaties die verrijkt zijn met BRCA1 en/of -2
mutatiedragers. Ondanks deze resultaten is er geen sluitend bewijs dat
carboplatin-olaparib combinatietherapie superieur is ten opzichte van standaard
behandeling voor patienten met een BRCA1 of -2 mutatie. Deze studie moet die
lacune vullen.
Deel 1 is een dosisescalatie studie waarbij gezocht wordt naar de maximaal
getoleerde dosis en de daarvan afgeleide fase II dosis.
Doel van het onderzoek
Deel 1: Het bepalen van de fase 2 dosis die in deel 2 van de studie gebruikt
wordt.
Onderzoeksopzet
Deel 1: klassieke 3+3 dosis escalatie studie. 3 Patienten beginnen met
carboplatin AUC3 gecombineerd met 25mg tweemaal daags olaparib. Op geleide van
toxiciteit en veiligheid wordt geescaleerd naar carboplatin AUC4, en vervolgens
50 mg, 75 mg, 100mg olaparib twee maal daags continu totdat de maximaal
getolereerde dosis bereikt is. De fase 2 dosering voor deel 2 wordt dan de
dosis onder de maximaal getolereerde dosis.
Het schema is twee 3-wekelijkse kuren carboplatin-olaparib combinatie therapie,
volgens het beschreven escalatieschema, gevolgd door tweemaal daags olaparib
monotherapie 300 mg tot toxiciteit of ziekteprogressie. Op dag 0 en 1 worden
patienten opgenomen in het ziekenhuis voor farmacokinetiek. Hierna vinden
controles wekelijks plaats tot kuur 5. Vanaf kuur 5 tot het eind van de
behandeling mogen de controles 3-wekelijks plaatsvinden. Het laatste
vervolgmoment is 30 dagen na het eind van de behandeling.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Deel 1: 2 cycli carboplatin-olaparib gevolgd door olaparib monotherapie tot toxiciteit of ziekteprogressie optreedt. De startdosis van therapie is carboplatin AUC3 en 25 mg olaparib 2x daags. Het escalatieschema is als volgt (genoteerd als carboplatin, olaparib) AUC4, 25 mg 2x daags; AUC4, 50 mg 2x daags; AUC4, 75 mg 2x daags; AUC4, 100 mg 2x daags. Op dag 0 en 1 van kuur 1 wordt bloed afgenomen voor kinetiek op de tijdstippen: Dag 0: predose, 0.5,1, 2, 4, 6, 8, 10, 12 Dag 1: predose, 0.5, 1, 2, 2.25, 2.5, 3, 4,6,8,10,12,14 Dag 2: 24 uur na predose dag 1 Dag 3: 48 uur na predose dag 1 Dag 8: 1 sample voor PD Op dag 0 en 1 krijgen patienten 1 dosis olaparib, de rest van de behandeldagen 2x daags een dosis olaparib. Op dag 1 van kuur 1 en 2 krijgen patienten intraveneus carboplatin toegediend. Na kuur 1 en 2 combinatietherapie volgt olaparib monotherapie. Wekelijkse controles voor kuur 1 tot 4. Vanaf kuur 5 mogen de controles 3-wekelijks uitgevoerd worden.
Inschatting van belasting en risico
De mogelijke nadelen van de bloedafname door middel van een venapunctie zijn
verwaarloosbaar klein. Patienten kunnen een gevoelig plekje krijgen op de
plaats van de venapunctie en er kan een hematoom ontstaan. De mogelijke nadelen
van het afnemen van een tumorbiopt zijn eveneens relatief klein. Patienten
kunnen een licht prikkelend gevoel ervaren tijdens het inspuiten van lokale
verdoving. Daarnaast kan lichte pijn worden ervaren als de naald het weefsel
raakt en kan na het nemen van het biopt de plek van afname pijnlijk aanvoelen
en gevoelig zijn gedurende een aantal dagen. Bij een biopsie uit het
longweefsel bestaat er een zeer geringe kans op een klaplong.
Olaparib is geen geregistreerd geneesmiddel. De meest voorkomende toxiciteiten
zijn graad 1/2 hematologische toxiciteiten, misselijkheid en braken, diarree,
dyspepsie, vermoeidheid en duizeligheid.
Carboplatin is geen geregistreerd middel voor de indicatie gemetastaseerde
borstkanker, maar wordt wel gebruikt in therapieschema's voor andere tumoren,
waaronder ovariumcarcinoom. Beenmergsuppressie (leukocytopenie,
thrombocytopenie en anemie). Andere veel voorkomende bijwerkingen zijn
misselijkheid en braken, asthenie en subklinische lever- en
nierfunctiestoornissen en verstoorde electrolietenbalans.
In deel 1 is de belasting hoger dan de standaardbehandeling, door de opname
voor het afnemen van bloed voor farmacokinetiek. Daarnaast zijn de controles
frequenter (wekelijks). De hoeveelheid bloed is laag.
Publiek
Plesmanlaan 121
Amsterdam 1066 CX
NL
Wetenschappelijk
Plesmanlaan 121
Amsterdam 1066 CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Histologisch of cytologisch bewijs van gevorderde kanker voorbehandeld met hoogstens één lijn systemische behandeling of enige lijn hormonale therapie voor gevorderde ziekte, die mogelijk baat kan hebben van behandeling met carboplatin-olaparib; (voorgaande (neo-)adjuvante chemotherapie wordt geaccepteerd en telt niet als één lijn, aangezien het is toegediend in een vroeg stadium van de ziekte;
2. Leeftijd >= 18 jaar;
3. Geschreven informed consent;
4. WHO performance status of 0, 1 of 2;
5. Kan en wil bloedafnames ondergaan voor PK/PD analyse;
6. Levensverwachting langer dan 3 maanden, met vereiste dat toxiciteit en anti-tumor activiteit adequaat vervolgd kunnen worden;
7. Evalueerbare ziekte volgens RECIST 1.1 criteria;
8. Minimaal acceptabele bloedwaarden:
a. ANC > 1.5 x 10^9 /L
b. Hemoglobine > 6.2 mM en geen transfusies in de afgelopen 28 dagen
c. Bloedplaatjestelling > 100 x 10^9 /L
d. Leverfunctie: serum bilirubine < 1.5 x ULN (of <3xULN bij Gilbert syndroom), ASAT en ALAT < 2.5 x ULN (of <5 xULN in geval van lever metastasen).
e. Nierfunctie: serum creatinine < 1.5 x ULN of creatinine clearance > 50 mL/min (volgens Cockcroft-Gault );
9. Negatieve zwangerschapstest (urine/serum) voor vrouwelijke patienten in de vruchtbare levensfase;
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Voorbehandeling met experimentele geneesmiddelen binnen 28 dagen voor de eerste dosis of binnen 21 dagen voor standaard (neo-) adjuvante chemotherapy, hormonale en immunotherapie;
2. Patienten die behandeld zijn met hoge dose alkylerende middelen of PARP1 inhibitor of carboplatine voorbehandeing tenzij geen progressie op carboplatine is vastgesteld tijdens voorgaande behandeling en de laatste carboplatine behandeling is meer dan zes maanden geleden toegediend.
3. Elke huidige behandeling met middelen die het CYP3A4 systeem beinvloeden: http://www.fda.gov/drugs/developmentapprovalprocess/developmentresources/druginteractionslabeling/ucm093664.htm#inVivo or APPENDIX IX
4. Vrouwen met een positieve zwangerschapstest (serum/urine) en/of die borstvoeding geven;
5. Gebruik van onbetrouwbare anticonceptie. Deelname aan de studie houdt in dat patienten betrouwbare methoden moeten gebruiken tijdens de studie: orale, injectie of hormoon implantaten, intra-uteriene devices of systemen, condoom of andere barrieres, sterilizatie en echte onthouding)
6. Radiotherapie binnen 4 weken voor start van experimentele behandeling behalve 1x8 Gy voor palliatie van pijn waarbij een interval van 7 dagen wordt aangehouden ;
7. Niet gecontroleerde infectieziekten of bekende HIV-1 of HIV-2 patienten;
8. Patienten met bekende, actieve Hepatitis B of C;
9. Recent myocardinfarct (< 6 maanden) of instabiele angina pectoris;
10. Symptomatische hersenmetastasen, tenzij deze adequaat behandeld zijn met resectie en/of radiatie en patienten tenminste 4 weken zonder medicatie volledig vrij van symptomen van deze metastasen zijn en aan alle andere in- en exclusiecriteria voldaan is.
11. Bekende leptomeningeale metastasen.
12. Patiënten met myelodysplatisch syndroom of acute myeloide leukemie.
13. Elke andere conditie die niet gespecificeerd is maar die mogelijk, waarschijnlijk of zeker de studieprocedures negatief beinvloedt, waaronder die condities die leiden tot inadequate of incomplete follow-up en compliance en die de veiligheid bedreigen.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2013-005590-41-NL |
CCMO | NL50610.031.14 |