Het doel van deze gerandomiseerde en gecontroleerde studie is om inzicht te krijgen in het effect van virtuele training op participatie en subjectief fysiek functioneren van zelfstandig wonende mensen tussen 2 weken en 6 maanden na een beroerte.…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Bewegingsstoornissen (incl. parkinsonisme)
- Vasculaire hemorragische aandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is participatie gemeten met de Utrecht Scale for
Evaluation of Rehabilitation Participation (USER-P).
Secundaire uitkomstmaten
De volgende secundaire uitkomsmaten worden gemeten:
- Subjectief fysiek functioneren met de Stroke Impact Scale-16 (SIS-16)
- Activiteitenniveau gemeten met een accelerometer
- Functionele loopvaardigheid met de Timed-Up & Go Test (TUG), de Mini Balance
Evaluation Systems Test (Mini-BESTest) en de 6 minutenlooptest
- Vermoeidheid met de Fatigue Severity Scale (FSS)
- Stemming gemeten met de Hospital Anxiety and Depression Scale (HADS)
- Valangst gemeten met de Falls Efficacy Scale International (FES-I)
- Kwaliteit van leven gemeten met de Stroke Specific Quality of Life Scale
(SS-QOL)
- Intensiteit van de trainingen doormiddel van een stappenteller
- Belastingsgraad en vermoeidheid aan het eind van iedere training met de Borg
RPE-schaal.
Achtergrond van het onderzoek
Zelfstandig wonende mensen na een beroerte ervaren vaak nog beperkingen met het
lopen en fysiek functioneren in de thuisomgeving. Beperkingen in het lopen
worden vooral gezien wanneer mensen tijdens het lopen worden afgeleid, extra
taken uitvoeren tijdens het lopen of lopen op oneffen ondergronden. Deze
beperkingen in het lopen zorgen voor een verminderd activiteiten- en
participatieniveau. Virtual reality training wordt steeds meer ingezet tijdens
revalidatie na een beroerte. Bij looptraining in een virtuele omgeving kunnen
mensen meer worden uitgedaagd dan bij andere vormen van looptraining,
bijvoorbeeld door middel van het toevoegen van visuele input en feedback,
verstoringen en dubbeltaken tijdens het lopen. Het is aangetoond dat virtuele
looptraining zorgt voor verbetering in functionele uitkomstmaten bij mensen na
een beroerte. Echter zijn weinig follow-up metingen gedaan en ontbreekt
onderzoek naar het effect van virtuele looptraining op activiteiten- en
participatieniveau. Hierdoor is het onbekend of mensen na het volgen van
virtuele looptraining ook in hun eigen leefomgeving verbeteringen laten zien in
het lopen, meer activiteiten kunnen doen en zelf het idee hebben dat het fysiek
functioneren is verbeterd. Binnen Revant hebben we de mogelijkheid om virtuele
looptraining toe te passen met de Gait Real-time Analysis Interactive Lab
(GRAIL). Om het effect van virtuele looptraining op participatie en subjectief
fysiek functioneren te onderzoeken zal virtuele looptraining vergeleken worden
met functionele looptraining in mensen tussen 2 weken en 6 maanden na een
beroerte. De verwachting is dat virtuele looptraining een groter effect zal
hebben op loopvaardigheid, participatie en subjectief fysiek functioneren dan
functionele looptraining bij mensen na een beroerte.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze gerandomiseerde en gecontroleerde studie is om inzicht te
krijgen in het effect van virtuele training op participatie en subjectief
fysiek functioneren van zelfstandig wonende mensen tussen 2 weken en 6 maanden
na een beroerte.
Primaire onderzoeksvraag:
Wat is het effect van virtuele looptraining op de GRAIL op participatie en
subjectief fysiek functioneren bij zelfstandig wonende mensen tussen 2 weken en
6 maanden na een beroerte?
Secundaire onderzoeksvragen:
1) Wat is het effect van virtuele looptraining op de GRAIL op de
loopvaardigheid van mensen tussen 2 weken en 6 maanden na een beroerte?
2) Wat is het verschil in intensiteit tussen looptraining op een loopband in
een virtuele omgeving en functionele looptraining?
3) Leiden looptrainingen op een loopband in een virtuele omgeving tot een
betere kwaliteit van leven?
Onderzoeksopzet
Het onderzoek is een gerandomiseerde en gecontroleerde trial waarbij virtuele
looptraining (experimentele groep) vergeleken zal worden met functionele
looptraining (controlegroep). Beide groepen zullen 6 weken lang 2 keer per week
training krijgen. Virtuele looptraining zal plaats vinden op de loopband van de
GRAIL.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De virtuele looptraining zal gegeven worden op de GRAIL. De GRAIL bestaat uit een tweedelige loopband met krachtenplatform, een systeem voor het registreren van beweging (Vicon) en een 180 graden semi-cilindrisch scherm waarop gesynchroniseerde virtuele omgevingen worden geprojecteerd. Door de beelden op het scherm waant een persoon zich in een virtuele omgeving waarin balans en loopvaardigheid eventueel in combinatie met cognitieve taken en taken met de armen geoefend kunnen worden. Training voor de controlegroep zal voor de helft gegeven worden op een conventionele loopband. De andere helft van een training bestaat uit functionele loopoefeningen. Zowel de experimentele groep als controlegroep trainen 2 keer per week 30 minuten voor 6 weken.
Inschatting van belasting en risico
Proefpersonen die instemmen mee te willen doen aan het onderzoek, zullen 2 keer
per week 30 minuten voor 6 weken trainen. Dit is in totaal 6 uur. Daarnaast
vinden er drie metingen plaats van ongeveer een 1 uur en 15 minuten, een pre
interventie meting, een post interventie meting en een follow-up meting.
Daarnaast zal iedere proefpersoon 3 maal 5 dagen een accelerometer dragen. Dit
vereist inspanning van de proefpersonen in zowel de experimentele groep als de
controlegroep. Daar staat tegenover dat de proefpersonen mogelijk zelf ook
voordeel hebben bij de trainingen.
De risico's bij deelname aan dit onderzoek zijn klein. Alle trainingen in de
controlegroep zullen worden uitgevoerd door een fysiotherapeut welke ervaring
heeft met het geven van looptraining bij mensen na een beroerte. De trainingen
in de experimentele groep zullen gegeven worden door een fysiotherapeut die
gecertificeerd is om met het systeem te werken. Daarnaast zullen trainingen
starten op de voorkeurssnelheid van de proefpersoon en pas vanaf dat niveau
langzaam opgebouwd worden gedurende de trainingen. Wanneer nodig zal er ruimte
zijn voor korte rustmomenten.
Publiek
Brabantlaan 1
Breda 4817JW
NL
Wetenschappelijk
Brabantlaan 1
Breda 4817JW
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Diagnose CVA volgens definitie van WHO
- Tijd sinds CVA tussen 2 weken en 6 maanden
- Zelfstandig wonend
- Minimale Functional Ambulation Category (FAC) score van 3
- Ervaren van beperkingen met betrekking tot lopen
- Leeftijd van 18 t/m 80 jaar
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Onvoldoende cognitieve vaardigheden of begrip van de Nederlandse taal om enkelvoudige vragen betrouwbaar te beantwoorden, gebaseerd op de klinische indruk van de onderzoeker
- Ernstige visuele beperkingen
- Ernstige vormen van ataxie
- Orthopedische aandoeningen en andere comorbiditeiten die loopvaardigheid kunnen beperken
- Onvoldoende gereguleerde epilepsie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL59737.048.16 |
OMON | NL-OMON26087 |