Primaire doel:• Het berekenen en evalueren van de biodistributie van 89Zr-atezolizumab in patiënten met DLBCL Sekundaire doelen:• Beoordelen van de heterogeniteit van 89Zr-atezolizumab tumor opname in patiënten met DLBCL voor R-CHOP therapie•…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Non-Hodgkin B-cel lymfomen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
• Beschrijving van de biodistributie van 89Zr-atezolizumab in DLBCL middels
metingen van de standardized uptake value (SUV) van 89Zr-atezolizumab-PET
scans.
Secundaire uitkomstmaten
• Correlatie van IHC PDL1 expressie in tumor en immuun cellen in gearchiveerde
biopten van voor standaard behandeling, met 89Zr-atezolizumab tumor opname
welke middels SUV meting op 89Zr-atezolizumab-PET-scans gemeten wordt
• Correlatie van 89Zr-atezolizumab tumor opname welke middels SUV meting op
89Zr-atezolizumab-PET-scans gemeten wordt, met sPDL1 concentratie (gemeten
middels ELISA) in het serum van patiënten.
• Correlatie analyse van tumor 89Zr-atezolizumab opname met de immune
signatuur gemeten middels GEP
• Correlatie analyse van tumor 89Zr-atezolizumab opname en MRD status
• Correlatie analyse van off-target opname van 89Zr-atezolizumab en
atezolizumab toxiciteit
• Analyse van de voorspellende waarde van 89Zr-atezolizumab imaging in
patiënten met DLBCL
Exploratieve uitkomstmaten:
• Baseline karakterisering en dynamieken van het T- en NK-cel repertoire en
het microbioom na R-CHOP therapie
Achtergrond van het onderzoek
Patiënten met hoog risico diffuus grootcellig B-cellymfoom (DLBCL) en een
international prognostic index (IPI) score van >2 hebben een hoog risico op
recidief ook als zij een complete metoble remissie na R-CHOP
chemo-immunotherapie hebben bereikt. De uitkomst na recidief is zeer slecht. In
patiënten met verschillende types van gerecidiveerde lymfomen hebben immune
checkpoint-remmer veelbelovende resultaten laten zien.
Om de uitkomst van patiënten met hoog risico DLBCL te verbeteren worden
patiënten in de HOVON 151 studie (EudracT 2017-002605-35), na het bereiken van
een volledige metable remissie met R-CHOP, voor 1 jaar met het monoklonaal
antilichaam atezolizumab, die aan de immune checkpoint program death ligand 1
(PDL1) bindt, behandeld.
De percentage van PDL1 positieve tumor cellen in DLBCL varieert van 13 tot 31%.
Voor het blockeren van de PD-1/PDL1 checkpoint as werd PDL1 expressie op de
tumor oppervlakte gesuggereerd als potentieel voorspellende marker. Ondanks de
hoge overall respons rate in PDL1 positieve maligniteiten in vergelijk met PDL1
negatieve tumoren, zijn er desondanks PDL1-negatieve gevallen die responderen.
De PDL1 status van excisie biopten laat een zwakke correlatie zien met de PDL1
expressie van gematchte biopsieën. Bovendien veranderd de PDL1 expressie in de
tumor met de behandeling. Daarom is PDL1 expressie gemeten door een enkele
biopsie mogelijk niet representatief.
Moleculare beeldvorming kan worden gebruikt om de biodistributie van
monoklonale antilichamen te meten. In eerdere studies kon atezolizumab
succesvol worden gelabeled met het radionucleotid Zirkonium-89 (89Zr) en worden
studeerd in solide tumoren(EudracT 2015-000996-29). De resultaten van de
biodistributie van atezolizumab kunnen bijdragen aan een betere begrip van
respons mechanismes, de relatie met minimal residual disease, de relatie met
het T- en NK-cell repertoire en toxiciteit van PDL1 checkpoint remmers.
Mogelijk kan deze techniek in de toekomst beidragen aan een optimale selectie
van patienten voor deze behandeling. Sequentielle 89Zr-atezolizumab-PET-scans
kunnen informatie geven over de dynamiek van de biodistibutie van atezolizumab
in de loop van de tijd. In combinatie met herhaalde karakterisering van tumor
weefsel en bloed monsters kunnen deze resultaten ook inzicht geven in de
primaire en verworvene resistentie.
In deze parallele studie van de HOVON 151 studie, worden
89Zr-atezolizumab-PET-scans gebruikt om 20 patiënten met DLBCL voor de inductie
therapie (R-CHOP), na het breiken van een volledige metabole remissie en op het
moment van een recidief te onderzoeken.
Doel van het onderzoek
Primaire doel:
• Het berekenen en evalueren van de biodistributie van 89Zr-atezolizumab in
patiënten met DLBCL
Sekundaire doelen:
• Beoordelen van de heterogeniteit van 89Zr-atezolizumab tumor opname in
patiënten met DLBCL voor R-CHOP therapie
• Correleren van 89Zr-atezolizumab biodistributie met PD-L1 expressie op tumor
cellen en cellen in het micro-environment middels immuunhistochemie (IHC) op
gearchiveerd tumor weefsel, de meting van opgelost PDL1 (sPDL1) en de gen
expressie (GEP) voor PDL1
• Het berekenen en evalueren van de biodistributie van 89Zr-atezolizumab in
patiënten met volledige metabole remissie na R-CHOP therapie en het beoordeling
van de relatie met minimal residual disease gemeten via circulerend tumor DNA
(ctDNA) analyse
• Het berekenen en evalueren van de biodistributie van 89Zr-atezolizumab op het
moment van een recidief na behandeling met atezolizumab bij patiënten die in de
HOVON 151 studie participeren
• Correleren van de biodistributie en de dynamiek van 89Zr-atezolizumab tumor
opname met mogelijke ongewenste bijwerkingen van behandling met atezolizumab in
patiënten die in de HOVON 151 studie participeren.
Exploratieve doelen:
• Vaststellen van de baseline karakteristieken van het T-cel en NK-cel
repertoire en de dynamieken die door R-CHOP therapie worden geïnduceerd.
• Vaststellen van de baseline karakteristieken van het microbioom en de
dynamieken die door R-CHOP therapie worden geïnduceerd.
Onderzoeksopzet
Phase II, multicenter, prospectieve, niet-gerandomiseerde studie:
Part A: 21 geschikte patiënten zullen voor R-CHOP therapie een
89Zr-atezolizmab-PET-scan ondergaan
Part B: Ongeveer 15 patiënten die na R-CHOP therapie een volledige metabole
remissie behalen zullen een 2e 89Zr-atezolizumab-PET-scan odergaan.
Na participatie in de 89Zr-atezolizumab imaging studie zullen alle patiënten,
indien geschikt, kunnen doorstromen na de HOVON 151 studie.
Part C: Patienten die in de HOVON 151 studie participeren en verdacht zijn voor
een recidief zullen een aanvullende 3e 89Zr-atezolizumab-PET-scan ondergaan.
Inschatting van belasting en risico
Voor deze 89Zr-atezolizumab imaging studie moeten patiënten maximaal 4 extra
bezoeken verrichten: voor de screening-onderzoek en injectie van de tracer
zoals het maken van een 89Zr-atezolizumab PET scan in Part A,B en eventueel C
van deze studie. Vanwege de minimale veranderingen tijdens het labelen van
atezolizumab, wordt de toxiciteit van 89Zr-atezolizumab als even groot als die
van atezolizumab ingeschat. Gebaseerd op de ervaringen met 89Zr-atezolizumab in
solide tumoren en de extreem lage dosering van 11mg met welke de tracer in deze
studie zou worden toegediend, wordt het risico van imaging met
89Zr-atezolizumab als verwaarloosbaar geacht. 89Zr-atezolizumab-PET-scans geven
een stralingsbelasting van 19.5 mSv. Naast PET imaging worden patiënten geacht
om 2 aanvullende bloedafnames te ondergaan welke een licht ongemak kunnen
geven, en 2 feces monster in te leveren. Het risico van
89Zr-atezolizumab-PET-scans is zeer gering en ondanks patiënten niet in directe
vorm van deze imaging studie profiteren, zullen de resultaten de kennis van de
immuun respons op tumoren en toekomstig onderzoek bevorderen. Na participatie
in de 89Zr-atezolizumab imaging studie zullen alle patiënten, kunnen
doorstromen na de HOVON 151 studie, indien zij aan de geschiktheidscriteria
voor het HOVON 151 trial en behandeling met atezolizumab voldoen. De HOVON 151
studie tracht de ziekte-vrije overleving van hoog-risiko DLBCL patiënten
middels consolidatie therapie met atezolizumab te verbeteren.
Publiek
HOVON Centraal Bureau, VUMC, De Boelelaan 1117
Amsterdam 1081 HV
NL
Wetenschappelijk
HOVON Centraal Bureau, VUMC, De Boelelaan 1117
Amsterdam 1081 HV
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusie criteria, • Leeftijd 18 tot en met 75 jaar
• Patiënten met een bevestigde histologische diagnose van diffuus grootcellig
B-cellymfoom (DLBCL)
op basis van een representatief histologiespecimen volgens de WHO-indeling,
herziening 2016
• Ann Arbor stadia II-IV
• IPI >= 3 op de tijdstip van diagnose
• Negatieve zwangerschapstest bij registratie in de studie
• Patiënt is bereid en in staat om adequate voorbehoedsmiddelen te gebruiken
tijdens en tot 5
maanden na protocolbehandeling
• Schriftelijke geïnformeerde toestemming
• Patiënt is in staat een geïnformeerde toestemming te geven
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
DIAGNOSE
• Alle histopathologische diagnoses anders dan DLBCL-NOS volgens de
WHO-classificatie, herziening 2016, inclusief:
- Grootcellig B-cellymfoom, met MYC-breuk en BCL2- en/of BCL6-translocaties
- Grootcellig B-cellymfoom van de testikels
- Primair B-cellymfoom van het mediastinum
- Getransformeerd indolent lymfoom
- Post-transplantatie lymfoproliferatieve aandoening, ORGAANSTOORNIS
• Ernstige longdysfunctie (vitale capaciteit of diffusiecapaciteit < 50% van
voorspelde waarde) tenzij gerelateerd
aan NHL
• Hartdysfunctie (NYHA-indeling II-IV) of LVEF < 45%. Congestief hartfalen of
symptomatische aandoeningen van
de kransslagader of hartritmestoornissen die niet goed onder controle worden
gehouden met medicatie.
Myocardinfarct tijdens de laatste 6 maanden
• Significante nierfunctie stoornis (serumcreatinine >= 150 umol/l of klaring <=
30ml/min)
De creatinineklaring kan worden berekend aan de hand van de Cockcroft-
Gault-formule:
• Inadequate hematologische functie: hemoglobin < 5,5 mmol/L (< 9,0g/dL), ANC <
1,0x10^9/L of bloedplaatjes <
75x10^9 /L
• Spontane INR > 1,5, aPTT >33
• Significante leverfunctie stoornis (totale bilirubine >= 1,5x bovengrens van
normaal (ULN) of transaminasen >= 2,5x ULN), tenzij ze verband houdt met het
syndroom van Gilbert.
• Klinische tekenen van ernstige hersendysfunctie
• Patiënten met een voorgeschiedenis van ongecontroleerde epileptische
aanvallen, aandoeningen van het centraal zenuwstelsel of psychiatrische ziekte
die door de onderzoeker worden beoordeeld als klinisch significant en met een
nadelige invloed op het getrouw innemen van de studiegeneesmiddelen
• Grote chirurgische ingreep binnen de laatste 4 weken, (VERDENKING VAN)
INFECTIE
• Bekende actieve bacteriële, virale, schimmel-, mycobacteriële, parasieten- of
andere infectie of belangrijke episode van infectie waarvoor behandeling met
IV- antibiotica of ziekenhuisopname binnen 4 weken na de start van Cyclus 1
vereist is. Veronderstelde actieve of latente tuberculose moet worden bevestigd
door positieve interferon gamma (IFN-γ) release assay
• Patiënten van wie bekend is dat ze HIV-positief zijn
• Actieve chronische hepatitis B- of C-infectie
• De toediening van een levend, verzwakt vaccin binnen 4 weken voor Cyclus 1,
Dag 1 of verwachting dat een dergelijk levend, verzwakt vaccin vereist zal zijn
tijdens de studie en gedurende een periode van 5 maanden na de stopzetting van
atezolizumab., AUTO-IMMUUN
• Elke actieve auto-immuunziekte of voorgeschiedenis van gedocumenteerde
auto-immuunziekte, inclusief maar niet beperkt tot myasthenia gravis, myositis,
auto-immune hepatitis, systemische lupus erythematosus, reumatoïde artritis,
inflammatoire darmziekte, vasculaire trombose die gepaard gaat met het
antifosfolipidesyndroom, granulomatose van Wegener, syndroom van Sjögren,
syndroom van Guillain-Barré, multiple sclerosis, vasculitis of
glomerulonefritis.
De volgende uitzonderingen zijn toegestaan: Patiënten met
auto-immuungerelateerd hypothyroïdisme of diabetes mellitus type 1 die een
stabiele behandeling volgen.
• Voorgeschiedenis van idiopathische longfibrose, leidend tot pneumonie (bijv.
bronchiolitis obliterans), door geneesmiddelen geïnduceerde pneumonitis,
idiopathische pneumonitis of bewijs van actieve pneumonitis die blijkt uit
CT-scan van de thorax bij screening.
• Patiënten met ongecontroleerde astma of allergie waarvoor een systemische
steroïdebehandeling nodig is
• Regelmatige behandeling met corticosteroïden binnen 4 weken voorafgaand aan
de start van Cyclus 1, tenzij toegediend voor andere indicaties dan NHL in een
dosis die equivalent is aan < 30 mg/dag prednison/prednisolon., ALGEMEEN
• Ernstige onderliggende medische aandoeningen, die mogelijk een negatieve
invloed hebben op de mogelijkheid van de patiënt om aan het onderzoek deel te
nemen (bijv. aanhoudende infectie, diabetes mellitus die niet onder controle
is, maagzweren, actieve auto-immuunziekte)
• Huidige deelname aan een andere onderzoek dat interfereert met dit onderzoek
• Voorgeschiedenis van actieve kanker tijdens de laatste 5 jaar, behalve
basaalcelcarcinoom van de huid of baarmoederhalscarcinoom in fase 0
• Intolerantie voor de toediening van exogene eiwitten
• Levensverwachting < 6 maanden
• Elke psychologische, familiale, sociologische en geografische omstandigheid
die de naleving van het studieprotocol en het follow up schema kan
bemoeilijken., EERDERE BEHANDELING
• Eerdere behandeling met atezolizumab of met PD-1 of PDL-1-antilichamen.
• Eerdere behandeling met CD137-agonisten of therapieën die gericht zijn op de
blokkade van het immune
checkpoint, inclusief anti-CTLA4-therapeutische antilichamen.
• Behandeling met systemische immuunstimulerende middelen (inclusief maar niet
beperkt tot IFN, interleukine [IL]-2) binnen 6 weken of 5 halfwaardetijden van
het geneesmiddel, indien deze korter is, vóór Cyclus 1, Dag 1.
• Behandeling met systemische immunosuppressiva, inclusief maar niet beperkt
tot prednison, cyclofosfamide, azathioprine, methotrexaat, thalidomide en
anti-tumornecrosefactor (anti-TNF) binnen 2 weken vóór Cyclus 1, Dag 1;
geïnhaleerde corticosteroïden en mineraalcorticoïden zijn toegestaan.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2017-003511-20-NL |
CCMO | NL63047.042.18 |