Het doel van dit onderzoek is het aantonen van de klinische activiteit van BI 1015550 bij de verandering van geforceerde vitale capaciteit (FVC) tussen baseline en 12 weken. Er zijn nieuwe behandelingen nodig die de afname van FVC verder verminderen…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Luchtwegaandoeningen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire eindpunt is de verandering van baseline in FVC na 12 weken (in mL)
Secundaire uitkomstmaten
Het secundaire eindpunt is het percentage patiënten (%) N met tijdens
behandeling optredende bijwerkingen (TEAE).
Achtergrond van het onderzoek
IPF is een progressieve, interstitiële longziekte (ILD) die wordt gekenmerkt
door achteruitgang van de longfunctie en verergering van kortademigheid. IPF
heeft een slechte prognose, met een mediane overleving na diagnose bij
onbehandelde patiënten van ongeveer 3 jaar.
IPF komt wereldwijd voor. De prevalentie van de ziekte lijkt toe te nemen,
hoewel het onduidelijk is of dit een verhoogde herkenning of een echte toename
van de incidentie weerspiegelt. De incidentie van IPF lijkt hoger te zijn in
Noord-Amerika en Europa (3 tot 9 gevallen per 100.000 persoonsjaren) dan in
Zuid-Amerika en Oost-Azië (minder dan 4 gevallen per 100.000 persoonsjaren). In
de Verenigde Staten varieert de prevalentie van IPF van 10 tot 60 gevallen per
100.000. Het toenemende aantal ziekenhuisopnames en sterfgevallen als gevolg
van IPF duidt ook op een toenemende ziektelast.
Nintedanib en pirfenidon zijn de enige geneesmiddelen die zijn geregistreerd
voor de behandeling van IPF en worden aanbevolen in de recente ATS / ERS / JRS
/ ALAT-richtlijn voor de behandeling van idiopathische longfibrose. Ondanks de
beschikbaarheid van deze medicijnen blijft de medische nood hoog bij deze
ziekte.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is het aantonen van de klinische activiteit van BI
1015550 bij de verandering van geforceerde vitale capaciteit (FVC) tussen
baseline en 12 weken. Er zijn nieuwe behandelingen nodig die de afname van FVC
verder verminderen, de symptomen positief beïnvloeden en de kwaliteit van leven
verbeteren bij patiënten met idiopathische longfibrose. Dit onderzoek
onderzoekt BI 1015550 voor gebruik bij deze patiëntenpopulatie, hetzij als een
op zichzelf staande behandeling, hetzij als aanvulling op de lokale
standaardzorg (SoC), die al dan niet de momenteel goedgekeurde antifibrotische
behandelingen (nintedanib of pirfenidon) omvat. FVC-verandering ten opzichte
van de uitgangswaarde zal worden gebruikt om voldoende bewijs te leveren van de
werkzaamheid in de subpopulatie zonder antifibrotische achtergrondbehandeling,
om het fase III-programma te kunnen opzetten.
Onderzoeksopzet
Deze fase II-studie is een dubbelblinde, placebogecontroleerd onderzoek van BI
1015550 18 mg tweemaal daags gedurende 12 weken bij patiënten die wel en niet
behandeld worden met antifibrotica bij aanvang van de studie.
Zie protocol paragraaf 3.1
Onderzoeksproduct en/of interventie
BI 1015550 18 mg tweemaal daags wordt gedurende 12 weken gegeven. Zie hoofdstuk 4 van het protocol.
Inschatting van belasting en risico
Preklinisch onderzoek heeft aangetoond dat BI 1015550 de fibrotische route
beïnvloedt en dat de effecten complementair en / of synergetisch kunnen zijn
met die van nintedanib. Op basis hiervan wordt verondersteld dat BI 1015550
therapeutisch voordeel kan bieden aan patiënten met IPF of andere progressieve
fibroserende ILD's, echter is dit nog niet klinisch vastgesteld.
Vanwege de beperkte korte behandelingsduur in dit onderzoek, is het mogelijk
dat alleen patiënten die geen antifibrotische behandeling als achtergrond
hebben, een verbetering van de FVC hebben ten opzichte van de uitgangswaarde.
Desalniettemin is de deelname van patiënten aan deze 12 weken durende studie
toe van het allergrootste belang om de veiligheid, verdraagbaarheid,
werkzaamheid en PK-profiel van BI 1015550 te onderzoeken. Dit wordt gedaan
voordat overgegaan op een behandeling in een langere Fase III studie om een **
effect op de FVC-afname in de totale IPF-populatie te laten zien.
Er worden twee PDE4-remmers op de markt gebracht met indicaties van psoriasis
en chronische obstructieve longziekte (COPD). Studies uitgevoerd bij
niet-menselijke primaten met beide in de handel gebrachte verbindingen
suggereren dat primaten minder gevoelig zijn dan ratten voor
PDE4i-geassocieerde toxiciteit. Er zijn geen nadelige vasculaire veranderingen
bij mensen gemeld.
Over het algemeen wordt verwacht dat BI 1015550 veilig is en goed wordt
verdragen met een verbeterde verdraagbaarheid in vergelijking met andere op de
markt gebrachte PDE4-remmers vanwege lagere affiniteit voor PDE4 D.
Publiek
Comeniusstraat 6
Alkmaar 1817MS
NL
Wetenschappelijk
Comeniusstraat 6
Alkmaar 1817MS
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patiënten * 40 jaar wanneer ze het ICF tekenen.
Diagnose:
a. IPF op basis van 2018 ATS/ERS/JRS/ALAT Guideline [R18-2794] en bevestigd
door de onderzoeker op basis van HRCT scan die ten in de 12 maanden voor bezoek
1 is genomen en wanneer mogelijk ook op basis van een long biopt.
b. UIP of mogelijk UIP HRCT pattroon consistent met de klinische diagnose IPF
Stabiel voor ten minste 8 weken voor bezoek 1. Patiënten moeten of:
- niet behandeld worden met nintedanib of pirfenidone in de 8 weken voor bezoek
1 (combinatie van beide middelen is niet toegestaan), of
- op stabiele therapie van nintedanib of pirfenidone ingesteld zijn voor ten
minste 8 weken voor bezoek 1 en zijn van plan dit middelen te blijven gebruiken
na randomisatie.
- FVC *45% van voorspeld normaal bij bezoek 1.
- DLCO (gecorrigeerd voor hemoglobine [visit 1]) * 25% tot < 80% of voorspeld
normaal bij bezoek 1
- Getekend en gedateerd ICF getekend in overeenstemming met ICH-GCP en lokale
regelgeving voor deelname aan het onderzoek.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Relevante obstructie van de luchtwegen (pre-bronchusverwijder FEV1 / FVC <
0.7) bij bezoek 1.
- Aanwezigheid andere klinisch significante longafwijkingen, gebaseerd het
oordeel van de onderzoeker.
- Acute IPF-exacerbatie in de 4 maanden voorafgaand aan screening en / of
tijdens de screeningperiode (bepaald door de onderzoeker).
- Lagere luchtweginfectie waarvoor antibiotica nodig zijn in de 4 weken
voorafgaand aan bezoek 1 en / of tijdens de screeningperiode.
- Grote operatie (volgens de beoordeling van de onderzoeker) uitgevoerd in de 3
maanden voorafgaand aan bezoek 1 of gepland tijdens het onderzoek. (Op een
transplantatielijst staan **is toegestaan).
- Elke gedocumenteerde actieve of vermoedelijke maligniteit of voorgeschiedenis
van maligniteit in de 5 jaar voorafgaand aan bezoek 1, behalve naar behoren
behandeld basaalcelcarcinoom van de huid, prostaatkanker 'onder controle' of in
situ carcinoom van de baarmoederhals.
- Bewijs van actieve infectie (chronisch of acuut) op basis van klinisch
onderzoek of laboratoriumbevindingen (zie tabel 5.2.3: 1) bij bezoek 1 of bij
bezoek 2.
- Elk suïcidaal gedrag in de afgelopen 2 jaar (d.w.z. daadwerkelijke poging,
onderbroken poging, afgebroken poging of voorbereidende handelingen of gedrag).
- De patient heeft een bevestigde SARS-Cov-2 infectie in de 4 weken voor bezoek
1 of tijdens screening.
- Verdere criteria zijn van toepassing.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2019-004167-45-NL |
CCMO | NL73653.056.20 |