Doel van het onderzoek: Het primaire doel van deze studie is inzicht in de wijze waarop het christelijk geloof samenhangt met psychologische flexibiliteit en de effectiviteit van specifieke ACT-interventies. Dit maakt een betere afweging van keuzes…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Stemmingsstoornissen en -afwijkingen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
BDI-II (Beck Depression Inventory)
Secundaire uitkomstmaten
AAQ-II (Acceptance and Action Questionaire)
ELS (Engaged Living Scale)
Achtergrond van het onderzoek
Acceptance and Commitment Therapy (ACT) is een opkomende behandeling die zich
niet zozeer richt op het verminderen of veranderen van pijnlijke gevoelens of
gedachten, maar veel meer op het leren omgaan met de pijnlijke gevoelens en
gedachten, zodat de patiënt zich kan richten op datgene wat echt belangrijk is
in zijn of haar leven. Het gaat dus om acceptatie en een commitment aan
waardengericht leven. (Hayes et al., 2012; Jansen & Batink, 2014). Om dit
bereiken wordt er gewerkt aan het ontwikkelen van psychologische flexibiliteit,
wat bestaat uit zes onderling verbonden kernprocessen. Deze zijn acceptatie,
cognitieve defusie, aandacht voor het hier en nu, zelf als context, waarden en
toegewijde actie. ACT is een effectieve behandeling bij diverse psychische
stoornissen, waaronder depressie. (Smout, 2012; Ruiz, 2010; Ruiz, 2012; Öst,
2014, A-Tjak, 2015; Hacker, 2016). Ook kortdurende ACT-interventies zijn
effectief in het verminderen depressieve klachten (Ruiz et al., 2018; Kroska,
2018; Kyllönen et al., 2018). Kortdurende ACT-interventies kunnen daardoor een
bijdrage leveren aan het efficiënter maken van de GGZ-zorg en mogelijk ook
ingezet kunnen worden als wachtlijstinterventie, wat erg belangrijk is gezien
de huidige problemen binnen de GGZ op het gebied van wachtlijsten en kosten.
Religie is een belangrijk onderdeel van iemands leven en heeft invloed op het
niveau van psychisch en lichamelijk welbevinden (Koenig et al. ,2012). ) Veel
patiënten in de christelijke GGZ zijn religieus en gebruiken religie als
copingmechanisme voor hun psychische en lichamelijke klachten. Het is dus van
belang dit mee te nemen in de patiëntzorg aan deze patiënten. (Weisman de
Mamani, 2010, Hook, 2010). Door de nadruk op het accepteren van klachten en het
leren waardengericht te leven, ligt ACT dicht tegen de religieuze kenmerken van
veel patiënten aan (Karekla & Constantinou, 2010). In het christelijk geloof
wordt ook de nadruk gelegd op het accepteren van het lijden (Mattheus 16:24) en
het leven naar de waarden van je geloof (Knabb, 2014). Diverse auteurs stellen
dan ook dat ACT goed toegepast kan worden in behandeling van christelijk
religieuze patiënten en doen voorstellen hoe ACT aangepast zou kunnen worden
voor de behandeling van deze groep patiënten (Knabb, 2016; Rosales, 2016;
Sisemore et al., 2014).
Uit deze voorstellen komt naar voren dat het doel van ACT voor christelijke
patiënten lijkt te zijn om het lijden in het hier en nu te accepteren, om te
kunnen leven naar de geloofswaarden die God voor je heeft. (Rosales, 2016,
Knabb, 2014). Echter, dit kan leiden tot dilemma*s in de behandeling van
christelijke patiënten. Is het bijvoorbeeld in de behandeling van een
depressieve christelijk religieuze vrouw met een slecht huwelijk belangrijk om
haar slechte huwelijk te accepteren en de behandeling te richten op aanvaarding
van het lijden of is juist een open houding naar alle waarden die voor haar van
belang zijn nodig, wat mogelijk ten koste gaat van haar huwelijk? Om te kijken
welke invloed religie kan hebben op de effectiviteit van ACT is het relevant om
te kijken of er een verschil in effectiviteit is voor religieuze patiënten
tussen een ACT interventie gericht op acceptatie en aanvaarding en een ACT
interventie gericht op waarden, met een open houding naar alle waarden. Hierbij
wordt gebruik gemaakt van de verdeling die Harris (2009) maakt bij
psychologische flexibiliteit. De accepterende interventie zal bestaan uit
interventies passend bij acceptatie en defusie en valt onder wat Harris noemt
*open up*. De waardengerichte interventie zal bestaan uit interventies passend
bij waarden en toegewijde actie en valt onder wat Harris noemt *do what
matters*.
Doel van het onderzoek
Doel van het onderzoek:
Het primaire doel van deze studie is inzicht in de wijze waarop het christelijk
geloof samenhangt met psychologische flexibiliteit en de effectiviteit van
specifieke ACT-interventies. Dit maakt een betere afweging van keuzes in de
ACT-behandeling van christelijke patiënten met depressieve klachten mogelijk.
Met dit onderzoek wordt echter ook aangesloten bij een groeiende onderzoekslijn
naar de effectiviteit van kortdurende ACT-interventies bij depressieve
patiënten. Gezien de tekorten in de GGZ is het effectief inzetten van middelen
belangrijk en is het dus van groot belang om meer zicht te krijgen op de
effectiviteit van kortdurende interventies.
Onderzoeksvragen:
De centrale vraag is: Is een kortdurende ACT-wachtlijstinterventie gericht op
waarden en toegewijde actie bij christelijke patiënten effectiever in het
verminderen van depressieve klachten twee weken na de interventie, in
vergelijking met een kortdurende ACT-wachtlijstinterventie gericht op
acceptatie en defusie en in vergelijking met een controlegroep zonder
interventie?
Onderzoeksopzet
Randomized Control Trial (RCT)
Onderzoeksproduct en/of interventie
De interventie is een kortdurende ACT-interventie tijdens de wachtlijstperiode. Er zijn drie groepen in het onderzoek: 1. Experimentele conditie A: Patiënten die een kortdurende single-session ACT-interventie aangereikt krijgen gericht op waarden en actiebereidheid. 2. Experimentele conditie B: Patiënten die een kortdurende single-session ACT-interventie aangereikt krijgen gericht op acceptatie en defusie. 3. Controleconditie: Patiënten die geen interventie aangeboden krijgen. De effectiviteit van een ACT-interventie gericht op waarden en actiebereidheid wordt dus vergeleken met de effectiviteit van een ACT-interventie gericht op acceptatie en defusie. De effectiviteit van beide ACT-interventies worden daarbij vergeleken met een controle conditie.
Inschatting van belasting en risico
- Het invullen van de BDI-II, AAQ-II en ELS drie weken voor en twee weken na de
interventie vergt 2 maal 20 minuten. Verder zal nog gevraagd worden 12 weken na
de interventie de BDI-II in te vullen. Dit vergt tien minuten.
- De interventie vergt 90 minuten.
- De totale tijdsinvestering is dus maximaal 90 + 50 minuten = 2 uur en 20
minuten gedurende een jaar.
- De interventie is niet *psychisch invasief* te noemen daar de patiënt tijdens
het onderzoek niet ingaat op de aard van de problematiek en patiënt zelf
akkoord moet geven bij de verschillende oefeningen binnen de interventie.
- Uit eerder onderzoek is gebleken dat kortdurende ACT-interventies helpend
kunnen zijn bij psychische stress.
- Uit voorgaande punten kan worden afgeleid dat er geen risico*s van deelname
aan de experimentele conditie zijn.
- Het vervolg van de behandeling is passend bij het gebruikelijke zorgaanbod
volgens de richtlijnen en is als zodanig een evidence based behandeling.
Deelname aan het onderzoek is daarom een extra interventie waar participanten
mogelijkerwijs van profiteren.
- De interventie wordt voorafgaand aan de behandeling aangeboden, waarbij
alleen degene die de interventie uitvoert op de hoogte is van wat er besproken
wordt ten tijde van de interventie. Degene die de interventie uitvoert, is
getraind hierin begeleiding te bieden.
- De patiënt kan ten allen tijde * zonder dat dit consequenties heeft voor de
behandeling * onderzoeksdeelname beëindigen. Onderzoek en behandeling zijn
onafhankelijk van elkaar.
- Op basis van bovenstaande gegevens heeft de METc UMCG ontheffing van de
verzekeringsplicht voor proefpersonen verleend.
Publiek
Printerweg 21-35
Amersfoort 3821 AP
NL
Wetenschappelijk
Printerweg 21-35
Amersfoort 3821 AP
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Patiënten die in de periode oktober 2019 * april 2021 zijn aangemeld bij
Ambulante Zorg Eleos.
- Patiënten die zijn verwezen door de huisarts met het vermoeden van een
depressieve stemmingsstoornis.
- Patiënten die christen zijn, zoals blijkt uit lidmaatschap van een kerkelijke
gemeente.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Evidente crisisgevoeligheid en suïcidaliteit
- Patiënten die zijn verwezen door de huisarts met een vermoeden van co-morbide
psychotische stoornissen
- Patiënten die zijn verwezen door de huisarts met een vermoeden van co-morbide
persoonlijkheidsstoornissen
- Patiënten die zijn verwezen vanuit een andere GGZ-instelling of de Basis GGZ
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL70783.042.19 |
Ander register | NL8103 |