- Bepalen of de overgebleven betacellen in langdurige type 1 diabetes in staat zijn om minder insuline af te geven als reactie op een hypoglykemie.- Bepalen hoeveel vertraging er zit tussen plasmaglucose en intersititeel glucose gemeten door een…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Glucosemetabolismestoornissen (incl. diabetes mellitus)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- Verandering in serum C-peptide concentratie
- Tijdsverschil tussen plasmaglucose en interstieel glucose gemeten door een
FGM en/of implamenteerbare CGM gedurende de opkomst en het herstel van een
hypoglykemie.
- Verschil in gezichtsuitdrukking zoals gemeten bij de deep learning module van
Microsoft voor, gedurende en tijdens de hypoglykemmie.
- Verschil in hartritmevariabiliteit voor, tijdens en na een hypoglykemie
Secundaire uitkomstmaten
- Associatie tussen gezichsuitdrukking en hartrimtevariabiliteit met
contraregulatorie mechanismen en de verschillende symptomen van een
hypoglykemie.
- Verandering van andere betacelproducten (zoals glucagon en proinsuline)
Achtergrond van het onderzoek
Type 1 diabetes is een auto-immuunziekte waarbij de betacellen in de
alvleesklier worden vernietigd en er een absoluut insulinedeficiëntie ontstaat.
De langetermijn complicatie door de chronische hyperglykemie kan deels
voorkomen worden door intensieve therapie met insuline. Echter haalt maar 15%
van alle patiënten het doel HbA1c van 53 mmol/mol, waarbij hypoglykemie de
grootste limiterende factor is.
Het frequent voorkomen van hypoglykemie in patiënten met T1D kan verklaard
worden door de combinatie van het gebruik van exogene insuline en de dysfunctie
van de counterregulatie van hypoglykemiën.
Betacelfalen ondermijnt twee van de drie bekende mechanismen van
counterregulatie. Dit wordt onderbouwd door dat het aanwezig zijn van endogene
insuline secretie in patiënten gedurende de eerste jaren van hun type 1
diabetes gepaard gaat met minder hypoglykemiën en minder risico op langetermijn
complicaties. Er is steeds meer bewijs dat een klein deel van de betacellen
blijft behouden in een groot deel van de patiënten met type 1 diabetes. In de
pancreassen van overleden patiënten met een diabetesduur tussen 4-67 jaar, werd
in 88% van de pancreassen nog betacellen gevonden en gestimuleerd C-peptide
gemeten met een ultrasensitieve assay kon nog worden aangetoond in 73% van de
patiënten met type 1 diabete met mediane ziekteduur van dertig jaar. Het is
echter niet bekend of deze kleine hoeveelheid betacellen nog steeds kunnen
bijdragen aan de counterregulatie in patiënten met langdurige type 1 diabetes
Continue glucosemonitoring en flash glucosemonitoring kunnen helpen om
hypoglykemiën te voorkomen, echter is het ook bekend dat deze apparaten minder
nauwkeurig zijn bij hypoglykemische waarden en dat er een vertraging zit tussen
intersitiële glucosemetingen en capilaire glucosemetingen. Het is onbekend in
hoeverre deze eigenschappen het nut van deze apparaten beïnvloeden bij de start
en het herstel van een hypoglykemie.
Mensen die leven met diabetespatiënten zeggen vaak dat ze kunnen zien aan het
gelaat dat iemand een hypoglykemie heeft, vaak voordat de patiënt het zelf
doorheeft. Ons doel is om te kijken of wij dit 'hypogezicht' kunnen
identificeren met behulp van machine learning technieken. Dit instrument zou in
de toekomst kunnen helpen als educatiemiddel om symptomen tijdens een hypo
beter te leren herkennen.
Daarnaast heeft een pilotstudie in type 1 diabetes patiënten ontdekt dat
hartritmevariabiliteit gebruikt zou kunnen worden om hypoglykemie op te sporen.
Wij zouden graag onderzoeken hoe deze methode qua betrouwbaarheid en timing
presteert tegenover de gelucosesensoren en het 'hypogezicht'.
Doel van het onderzoek
- Bepalen of de overgebleven betacellen in langdurige type 1 diabetes in staat
zijn om minder insuline af te geven als reactie op een hypoglykemie.
- Bepalen hoeveel vertraging er zit tussen plasmaglucose en intersititeel
glucose gemeten door een Flash glucosemonitor en een implanteerbare continue
glucosemonitor gedurende het intreden en het herstel van een hypoglykemie.
- Ontdekken of er specifiek veranderingen zijn in de gezichtsuitdrukking
gedurende hypoglykemie kunnen worden herkend met behulp van machine learning
technologie en daarmee dus een instrument kunnen ontwikkelen die een
"hypogezicht" kan herkennen
- Bepalen hoe goed een "hypogezicht" een hypoglykemie kan herkennen in
vergelijking met hartritmevariabiliteit
- Bepalen of een "hypogezicht" en hartritmevariabiliteit zijn geassocieerd met
verschillende de contraregulatorie mechanisme van een hypoglykemie
Onderzoeksopzet
Dit is een prospectieve, singel-center, niet-therapeutische interventiestudie
Onderzoeksproduct en/of interventie
De deelnemers worden verzocht ons onderzoekscentrum nuchter te bezoeken. Ze krijgen een gefixeerd insulineinfuus en een variabele glucoseinfuus, waarmee de deelnemers is in een euglykemische staat worden gebracht (5mmol/L) (t=0-60 min). Om dit te bereiken worden frequent de plasma glucose concentratie gemeten. Na t=105 minuten wordt het glucoseinfuus verlaagd om de glucoseconcentratie naar 2.5 mmol/L te brengen en vervolgens (t=210min) wordt 30 gram oraal dextrose gegeven.
Inschatting van belasting en risico
Belasting:
De patiënten wordt gevraagd een keer nuchter langs te komen en om dan 5,5 uur
te blijven liggen. Twee venflons worden dan ingebracht waarover gemiddeld 450
mL wordt geïnfundeerd en maximaal 100 mL bloed wordt afgenomen. De patiënt zal
waarschijnlijk symptomen ervaren passende bij een hypoglykemie zoals
palpitaties, trillen, zweten en paresthesiën
Risico:
Door het induceren van hypoglykemie in een zeer goed gemonitorde omgeving met
frequente glucosemetingen, is het risico op ernstige symptomen erg klein.
Mochten deze ernstige symptomen toch plaatsvinden, kan glucose direct
intraveneus worden toegendiend.
Voordelen:
Deze studie zal meer inzicht geven in hoe goed nieuwe apparaten hypoglykemie
kunnen detecteren en zal kijken naar mogelijk toekomstige methode voor
hypoglykemiedetectie. Het zal ook meer kennis opgleveren over de
pathofysiologie van een hypoglykemie in patiënten met type 1 diabetes en kan
daarbij ook bijdrage tot toekomstige behandelmethoden
Publiek
Albinusdreef 2
Leiden 2333ZA
NL
Wetenschappelijk
Albinusdreef 2
Leiden 2333ZA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Type 1 diabetes
HbA1c <75 mmol/mol
BMI < 30kg/m2
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Epilepsie in de voorgeschiedenis
Gebruik van medicatie die insulineresistentie veroorzaakt
Gebruik van diabetesmedicatie anders dan insuline of een van haar analogen
Cardivasculaire ziekte, nierziekte, leverziekte of ziekte van het centrale
zenuwstelsel
Opzet
Deelname
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL60321.058.17 |