Het doel van dit onderzoek is het vergelijken van de INR waarde gemeten met de standaard POCT (CoaguChek XS) en de INR waarde die wordt bepaald met een labbepaling in volbloed en zodoende een afweging te maken voor het gebruik van POCT in APS…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Auto-immuunziekten
- Embolieën en trombose
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat van deze studie is het verschil in INR waarden gemeten
met de CoaguChek XS (vingerprik) en Coagulometer (volbloed bepaling). Een
verschil groter dan 0.5 tussen de twee metingen worden gezien als klinisch
significant.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire uitkomstmaat van deze studie zijn:
- Het bepalen van antifosfolipiden antistoffen: IgG en IgM antistoffen gericht
tegeren cardiolipine, Beta2-Glycoprotein I, phosphatidic acid,
phosphatidyl-choline, - ethanolamine, -glycerol, -inositol, -serine, annexin V
en protrombine. Daarnaast wordt er gekeken naar antistoffen die de
stollingstijd op een fosfolipiden afhankelijke manier verlengen, bekent als
lupus anticoagulans. Lupus anticoagulans wordt bepaald met twee fosfolipiden
afhankelijke stollingstesten: een verdunde Russell*s Viper Venom Time (dRVVT)
en een geactiveerde Partial Tromboplastin Time (aPTT).
- Het verschil in INR uitkomst tussen twee groepen APS patiënten vergelijken.
APS patiënten worden op basis van hun antistofprofiel ingedeeld in twee
klinische risicocategorieën: triple positieve patiënten hebben een hoog risico
op recidief trombose en de overige patiënten hebben een lager risico op
recidief trombose.
Achtergrond van het onderzoek
Het antifosfolipidensyndroom (APS) is een zeldzame auto-immuunziekte gekenmerkt
door de aanwezigheid van antifosfolipiden antistoffen in combinatie met
trombose en zwangerschapscomplicaties zoals miskramen. Om een volgend
trombotisch event te voorkomen, worden patiënten behandeld met
antistollingsmiddelen, zoals vitamine K antagonisten. De antistollingsmiddelen
hebben een smalle therapeutische breedte, met aan de ene kant het risico op
bloedingen en aan de andere kant het risico op het krijgen van trombose.
Hierdoor is het belangrijk de intensiteit van de antistollingsbehandeling
regelmatig te controleren met behulp van de internationaal genormaliseerde
ratio (INR). Dit kan in een diagnostisch laboratorium gemeten worden, maar veel
patiënten kiezen ervoor dit zelf te meten met behulp van Point of Care Testing
(POCT). INR waarden gemeten met POCT kunnen foutief verhoogd zijn door het
interfereren van antifosfolipiden antistoffen. Voorgaand onderzoek heeft
aangetoond dat de uitkomst van INR waarde in APS patiënten kan verschillen
tussen POCT en laboratoriumbepalingen, wat de interpretatie van de resultaten
lastig maakt.
In het belang van de patiënt is het belangrijk om de INR waarde gemeten met de
standaard POCT (CoaguChek XS) te vergelijken met de INR waarde die wordt
bepaald met een labbepaling in volbloed en zodoende een afweging te maken voor
het gebruik van POCT in APS patiënten.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is het vergelijken van de INR waarde gemeten met de
standaard POCT (CoaguChek XS) en de INR waarde die wordt bepaald met een
labbepaling in volbloed en zodoende een afweging te maken voor het gebruik van
POCT in APS patiënten. Daarnaast wordt er onderzocht welke antifosfolipiden
antistoffen correleren met de gevonden INR verschillen.
Onderzoeksopzet
Dit is een monocenter, cross-sectioneel, observationeel onderzoek dat zal
worden uitgevoerd in het UMC Utrecht in de van Creveldkliniek in samenwerking
met het Centraal Diagnostisch Laboratorium en de afdeling Reumatologie en
Klinische Immunologie. Een totaal aantal van 80 APS patiënten die gebruik maken
van Vitamine K antagonisten zullen worden geïncludeerd in deze studie.
Bloedmonsters zullen op één moment worden afgenomen.
Inschatting van belasting en risico
De belasting van het onderzoek bestaat uit het afnemen van extra bloed (4.5 mL
voor studie, 19 mL voor biobank) tijdens venapunctie in het kader van routine
patiëntenzorg en een vingerprik. De hoeveelheid bloed die voor de studie wordt
afgenomen wordt zo klein mogelijk gehouden en geeft een verwaarloosbaar risico
op complicaties. Het risico van de verrichte venapunctie en vingerprik bestaat
uit kans op een lokaal hematoom of pijn/discomfort. Concluderend zijn de
risico's van deelname aan deze studie acceptabel.
Publiek
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584CX
NL
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- 18 jaar of ouder
- Gediagnosticeerd met antifosfolipiden syndroom
- Gebruik van vitamine K antagonist voor tenminste 3 maanden
- Bereid en in staat om de studie informatie te begrijpen en het
toestemmingsformulier te ondertekenen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Geen
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL76113.041.21 |