Ons doel is om de TiMaSCAN te valideren als zowel een diagnostisch als een monitoringtool bij behandeling van pulmonale exacerbaties bij CF-patiënten.Het eerste doel van deze studie is om TiMaSCAN-resultaten te valideren als diagnostisch…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Respiratoire aandoeningen, congenitaal
- Bacteriële infectieziekten
- Luchtwegaandoeningen, congenitaal
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
DOEL 1 - Kwalitatieve TiMaSCAN-resultaten valideren als diagnostisch hulpmiddel
Hypothese 1A. TiMaSCAN-resultaten, uitgedrukt als positief of negatief voor
CF-specifieke pathogenen, zullen correleren met resultaten van (lagere)
luchtwegkweken.
Primair eindpunt: percentage concordantie van een positief TiMaSCAN-resultaat
voor een CF-specifieke pathogeen met resultaat van sputum- of BAL-kweken.
Secundaire uitkomstmaten
DOEL 2 - Kwantitatieve TiMaSCAN-resultaten valideren als monitoringinstrument
voor de doeltreffendheid van de behandeling
Hypothese 2A. Het aantal pathogeen-positieve TiMa's in perifeer bloed zal in de
loop van de antibioticabehandeling afnemen.
Hypothese 2B. Een afnemend aantal pathogeen-positieve TiMa's correleert met
verbetering van de longfunctie.
Hypothese 2C. Een afnemend aantal pathogeen-positieve TiMa's correleert met
verbetering van klinische symptomen.
Hypothese 2D. Aanhoudende aanwezigheid van pathogeen-positieve TiMa's aan het
einde van de behandeling correleert met een kortere tijd tot de volgende
exacerbatie.
Primair eindpunt: verandering in het aantal pathogeen-positieve TiMa's tijdens
de antibioticabehandeling.
Overige onderzoeksvariabelen:
- percentage disconcordantie tussen een positief TiMaSCAN-resultaat voor een
CF-specifieke pathogeen en het resultaat van de sputum of aanhoest-wat kweken.
- Correlatie tussen pathogeen-positieve TiMa's en longfunctie.
- Correlatie tussen pathogeen-positieve TiMa*s en de gemiddelde verandering in
CFRSD / CRISS-score en CFQ-R.
- Correlatie tussen het aantal pathogeen-positieve TiMa's aan het einde van de
behandeling en de tijd tot de volgende exacerbatie, met orale of intraveneuze
behandeling (follow-up van maximaal één jaar).
Achtergrond van het onderzoek
Bij cystic fibrosis (CF) is snelle en effectieve behandeling van acute
longklachten, zogeheten pulmonale exacerbaties (Pex), belangrijk om
achteruitgang en schade van de longen te beperken. Deze pulmonale exacerbaties
worden veroorzaakt door infecties. Als behandeling worden antibiotica gegeven,
waarbij de keuze is gebaseerd op uitslagen van voorgaande luchtwegkweken en
empirisch op eerdere goede respons. Bacteriën worden geïdentificeerd via kweken
van sputum of swabs van de bovenste luchtwegen. Deze methoden zijn echter a)
ongevoelig, aangezien bacteriën die diep in de longen verblijven niet altijd in
het sputum aanwezig zijn; b) onvoldoende specifiek, omdat asymptomatische
kolonisatie in de bovenste luchtwegen kan optreden. Om nauwkeuriger informatie
te verkrijgen, kan bronchoalveolaire lavagevloeistof (BALF) worden gebruikt
voor kweek. Echter, BAL door bronchoscopie is een invasieve procedure welke
bij kinderen onder anesthesie moet gebeuren, en daarom niet vaak verkregen kan
worden. De huidige behandeling van PEx is dus gebaseerd op symptomen en
suboptimale kennis over de micro-organismen die op dat specifieke moment een
rol spelen. De behandeling van een longaanval kan worden verbeterd als een
nauwkeurige en snelle beoordeling van een specifieke infectie kan worden
gemaakt voordat antibiotica worden toegediend.
Wij hebben een nieuwe diagnostische methode ontwikkeld, TiMaSCAN genaamd, die
infectie in de longen kan onderscheiden van kolonisatie van de bovenste
luchtwegen. TiMaSCAN is gebaseerd op het scannen van de inhoud van monocyten in
perifeer bloed met behulp van flowcytometrie en pathogeen-specifieke
antilichamen.
De optimale duur van een antibioticabehandeling voor acute longaanvallen is
onderwerp van discussie. De duur van een iv-kuur wordt bepaald door een
verbeterde longfunctie en symptomen. Bij jonge kinderen is de beoordeling van
de longfunctie echter moeilijk, waardoor clinici moeten vertrouwen op de
symptomen als leidraad voor het succes van de behandeling, wat misschien niet
nauwkeurig genoeg is.
Er is dus dringend behoefte aan een snelle, makkelijk af te nemen test die
specifiek is voor CF-bacteriën, en kan meten of de behandeling effectief is.
Onze hypothese is dat TiMaSCAN-resultaten zullen correleren met luchtwegkweken
en dat de hoeveelheid pathogeen-positieve TiMa's zal afnemen in de loop van de
antibioticabehandeling.
Doel van het onderzoek
Ons doel is om de TiMaSCAN te valideren als zowel een diagnostisch als een
monitoringtool bij behandeling van pulmonale exacerbaties bij CF-patiënten.
Het eerste doel van deze studie is om TiMaSCAN-resultaten te valideren als
diagnostisch hulpmiddel
Hypothese 1A. TiMaSCAN-resultaten, uitgedrukt als positief of negatief voor
CF-pathogenen, zullen correleren met resultaten van (lagere) luchtwegkweken.
DOEL 2 - TiMaSCAN-resultaten valideren als monitoringinstrument voor de
doeltreffendheid van de behandeling
Hypothese 2A. Het aantal pathogeen-positieve TiMa's in perifeer bloed zal in de
loop van de antibioticabehandeling afnemen.
Hypothese 2B. Een afnemend aantal pathogeen-positieve TiMa's correleert met
verbetering van de longfunctie.
Hypothese 2C. Een afnemend aantal pathogeen-positieve TiMa's correleert met
verbetering van klinische symptomen.
Hypothese 2D. Persisterende aanwezigheid van pathogeen-positieve TiMa's aan het
einde van de behandeling correleert met een kortere tijd tot de volgende
exacerbatie.
Onderzoeksopzet
Translationele pilotstudie voor het evalueren van de waarde van de TiMaSCAN als
zowel een diagnostisch als een monitoringinstrument bij de behandeling van
pulmonale exacerbaties bij kinderen van 5 tot 18 jaar met CF.
Inschatting van belasting en risico
Bij de meeste patiënten wordt een kleine belasting in verband gebracht met deze
studie, zonder extra risico's of voordelen.
Er zijn geen extra studiebezoeken vereist. Voor deze studie zijn we van plan om
perifeer bloed en sputum te verzamelen. Het bloedmonster wordt afgenomen uit de
i.v. canule of centrale lijn op het moment van inbrengen, tijdens de
behandeling en aan het eind van de antibioticakuur,
net voordat deze canule of centrale lijn wordt verwijderd. Meestal is geen
extra bloedafname vereist, maar als het niet lukt uit de iv catheter,
vragen we of er extra geprikt mag worden. Het verkrijgen van een extra buisje
bloed is geen extra belasting voor de patiënt, het extra prikken wel.
Er is geen extra risico verbonden aan de extra bloedafname.
Sputum wordt op dezelfde tijdstippen verzameld als perifeer bloed. Als er geen
sputum kan worden opgehoest, wordt een aanhoest-wat afgenomen.
Deze methodes wordt ook veel gebruikt in de routinezorg en vormt geen risico
voor de patiënt.
Als bij aanvang van de behandeling een bronchoscopie met BAL wordt uitgevoerd,
worden deze kweken ook meegenomen in de analyse. Er wordt echter geen
bronchoscopie alleen voor onderzoeksdoeleinden uitgevoerd. Restmateriaal wordt
gebruikt voor onderzoeksdoeleinden.
De longfunctie wordt geanalyseerd door middel van standaard spirometrie volgens
routinematige zorg.
Publiek
Dr. Molewaterplein 40
Rotterdam 3015 GD
NL
Wetenschappelijk
Dr. Molewaterplein 40
Rotterdam 3015 GD
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patiënten komen in aanmerking voor de studie als zij zijn:
• Gediagnosticeerd met CF, hetzij door een abnormale zweettest en/of bevestigd
met 2 mutaties gevonden door genetische analyse, hetzij uit hielprikscreening
of gediagnosticeerd op latere leeftijd;
• 5 - 18 jaar oud op het moment van ziekenhuisopname;
• in staat om longfunctietesten uit te voeren;
• een indicatie hebben om intraveneuze antibiotica te krijgen vanwege een
pulmonale exacerbatie
• Geautoriseerd middels een *informed consent* van de ouders (en de patiënt,
indien ouder dan 12 jaar) om een buis EDTA-bloed via de i.v. canule af te
nemen, om een sputuminductie te ondergaan (als sputumverzameling niet mogelijk
is, wordt een *aanhoest wat* verzameld), om de longfunctie te meten, en
toestemming om overtollig biomateriaal en gecodeerde klinische gegevens te
gebruiken voor onderzoek.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Een potentiele proefpersoon die aan een van de volgende criteria voldoet, wordt
uitgesloten van deelname aan dit onderzoek:
• Gediagnosticeerd met allergische bronchopulmonale Aspergillose
• Gebruik van prednison
• De iv-behandeling met antibiotica is al meer dan 12 uur voor de afname van de
eerste bloed- en/of sputumkweken gestart.
• Gebruik van geïnhaleerde antibiotica tijdens een iv-kuur met antibiotica.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL77646.078.21 |
Ander register | NL9423 |
OMON | NL-OMON25786 |