Primaire doelstelling:Dubbelblinde periode: het beoordelen van het effect van SRP 4045 en SRP 4053 (gecombineerde actieve groep) ten opzichte van placebo voor mobiliteit, uithoudingsvermogen en spierfunctie, gemeten met behulp van de 6MWTSecundaire…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen, congenitaal
- Skeletspierstelsel- en bindweefselmisvormingen (incl. tussenwervelschijfafwijkingen)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Dubbelblinde periode: verandering vanaf basislijn in week 96 in de 6MWT voor de
gecombineerde actieve groep ten opzichte van placebo.
Secundaire uitkomstmaten
1) * Verandering vanaf basislijn in week 48 of 96 in de mate van expressie van
het dystrofine-eiwit, gemeten met behulp van westernblottest van gebiopteerd
spierweefsel
* Verandering vanaf basislijn in week 48 of 96 in de intensiteit van
dystrofine-expressie in gebiopteerd spierweefsel, gemeten met behulp van IHC
2) * Vermogen zelfstandig van de vloer op te staan (zonder externe hulp) in
week 96, aangegeven door een NSAA-subscore van *2* (zonder aanpassing) of
*1* (Gower-manoeuvre)
* Tijd tot LOA vanaf randomisatie tot en met week 96
* Verandering vanaf basislijn in week 96 in:
- NSAA totaalscore
- Voorspelde FVC percentage
3) Beoordeling en evaluatie van:
* ongewenste voorvallen (AE's), ernstige ongewenste voorvallen (SAE's)
en stopzetting van de behandeling als gevolg van AE*s
* laboratoriumonderzoeken waaronder hematologie, bloedstolling, chemie
(inclusief serumcystatine C), elektrolyten (inclusief magnesium) en
urineonderzoek (inclusief kidney injury molecule 1 [KIM 1] in de urine)
* immunogeniciteit
* elektrocardiogram (ecg)
* vitale functies
* bevindingen van lichamelijke onderzoeken
4) * Verandering vanaf basislijn in week 144 (week 48 van de OL periode) in 6MWT
* Vermogen zelfstandig van de vloer op te staan (zonder externe hulp) in
week 144, aangegeven door een NSAA-subscore van *2* (zonder aanpassing) of
*1* (Gower-manoeuvre)
* Tijd tot LOA vanaf randomisatie tot en met week 144
* Verandering vanaf basislijn in week 144 in:
* NSAA totaalscore
* voorspelde FVC percentage
5) Beoordeling en evaluatie van:
* ongewenste voorvallen (AE's), ernstige ongewenste voorvallen (SAE's)
overlijdens en stopzetting van de behandeling als gevolg van AE*s
* laboratoriumonderzoeken waaronder hematologie, bloedstolling, chemie
(inclusief serumcystatine C), elektrolyten (inclusief magnesium) en
urineonderzoek (inclusief kidney injury molecule 1 [KIM 1] in de urine)
* immunogeniciteit
* elektrocardiogram (ecg)
* vitale functies
* bevindingen van lichamelijke onderzoeken
6) Standaard farmacokinetische populatieparameters zullen worden bepaald met
behulp van een farmacokinetische populatieanalyse. De effecten van mogelijke
covariabelen zoals standaard dosering,
demografische kenmerken, gelijktijdige medicatie, laboratoriumwaarden en andere
op de farmacokinetiek van SRP 4045 en SRP 4053 zullen worden beoordeeld.
Achtergrond van het onderzoek
Duchenne spierdystrofie (DMD) is een zeldzame, fatale degeneratieve
neuromusculaire ziekte met een X-gebonden recessieve overerving die veroorzaakt
wordt door mutaties in het dystrofinegen en voorkomt bij ongeveer 1 op de 3 500
tot 5 000 mannen wereldwijd. De mutaties die DMD veroorzaken, verstoren
doorgaans het mRNA leesraam en verhinderen de productie van dystrofine, een
uiterst belangrijk onderdeel van het eiwitcomplex dat het cytoskelet van een
spiervezel verbindt met de celmembraan en de extracellulaire matrix. Bij
afwezigheid van dystrofine veroorzaakt de stress van herhaalde spiercontractie
celdegeneratie, celregeneratie en ontsteking, en na verloop van tijd
myonecrose. Het klinische effect van dit verstoorde dystrofine leesraam is
dramatisch en dodelijk.
De progressie van DMD volgt een zeer voorspelbaar verloop. Significante
motorische defecten kunnen aanwezig zijn tijdens het eerste levensjaar, maar de
diagnose wordt meestal gesteld tussen de leeftijd van 3 tot 5 jaar, wanneer
kleuters functionele symptomen beginnen te vertonen (bijv. waggelende gang, op
de tenen lopen en moeite met traplopen). Na verloop van tijd wordt het bewegen
steeds abnormaler en tegen de leeftijd van 8 jaar zijn de meeste patiënten niet
meer in staat om van de grond op te staan en trappen te lopen, hebben ze een
steeds moeizamer looppatroon en vallen ze vaak tijdens het lopen. Vanaf 10 tot
14 jaar oud zijn de meesten rolstoelafhankelijk. Zwakte van de armen en een
steeds beperktere functie van de bovenste ledematen, contracturen,
decubitusulcera en scoliose (waarvoor vaak een operatie nodig is) komen vaak
voor.
Jongens met DMD hebben een hartslag in rust die continu hoger is dan normaal,
zelfs wanneer de hartfunctie normaal blijft. Hoewel de verhoging van de
hartfrequentie in rust bij deze patiëntenpopulatie waarschijnlijk
multifactorieel is, wordt deze geassocieerd met een verhoogd risico op
cardiomyopathie, die zich gewoonlijk na de leeftijd van 10 jaar manifesteert
als gedilateerde cardiomyopathie met verminderde linkerventrikelejectiefractie
(LVEF). De prevalentie van cardiomyopathie bij patiënten
met DMD neemt toe met de leeftijd en ziekteprogressie, en bij de meeste
patiënten ontstaat cardiomyopathie tegen de leeftijd van 18 jaar.
Subklinische verslechtering van de functie van de ademhalingsspieren komt voor
bij ambulante patiënten, maar klinische verslechtering van de
ademhalingsfunctie treedt meestal pas op na verlies van mobiliteit (loss of
ambulance, LOA). Respiratoire insufficiëntie begint meestal 's nachts, wat
leidt tot een verstoorde slaap, slaperigheid en hoofdpijn 's ochtends,
verminderde eetlust en frequente longinfecties. Congestief hartfalen of
plotselinge dood treedt op bij 20% van de patiënten.
Naast klinische verschijnselen hebben patiënten met DMD meestal verhoogde
creatinekinasewaarden (CK waarden) door lekkage van dit enzym uit degenererende
spiervezels. Bij DMD is CK vaak 50 tot 100 maal hoger dan de normale waarden.
Bij deze patiënten worden over het algemeen ook hoge transaminasewaarden
(alanineaminotransferase [ALAT] en aspartaataminotransferase [ASAT] tot
ongeveer 22 × de bovengrens van normaal [upper limit of normal, ULN]) en
lactaatdehydrogenasewaarden waargenomen als gevolg van
degenererende spieren. De creatininespiegel is meestal laag of laag-normaal als
gevolg van een verminderde spiermassa, waardoor serumcystatine C mogelijk een
betere maatstaf voor de nierfunctie is dan creatinine.
Hoewel de long- en hartfunctie over het algemeen normaal zijn tijdens de vroege
kinderjaren, worden de hart- en diafragmaspieren geleidelijk zwakker tijdens de
late kinderjaren en de adolescentie, wat uiteindelijk leidt tot afhankelijkheid
van beademingsondersteuning. Vroeger stierven patiënten aan ademhalings
of hartfalen in hun late tienerjaren of vroege twintigerjaren. Recent
wetenschappelijk onderzoek geeft aan dat het gebruik van
beademingsondersteuning en steroïden de levensduur met enkele jaren kan
verlengen; DMD heeft echter nog steeds een sterftecijfer van 100%. De bestaande
interventies zijn grotendeels van ondersteunende aard en omvatten het gebruik
van braces, spierstrekoefeningen om het ontstaan van contracturen te voorkomen,
operaties om de pezen los te maken, en tenslotte rolstoelgebruik en
ondersteunende beademing. De huidige farmacologische behandelingen, zoals
corticosteroïden, zijn gericht op het verlichten van de symptomen, maar pakken
de onderliggende oorzaak van de ziekte niet aan. Corticosteroïden kunnen de
mobiliteit verlengen, het ontstaan van scoliose vertragen en de prestaties voor
sommige maatstaven van klinisch functioneren verbeteren. De voordelen zijn
echter slechts tijdelijk en het gebruik ervan wordt vaak beperkt door talrijke
bijwerkingen, waaronder groeiremming, effecten op puberteitsveranderingen,
gewichtstoename, gedragsveranderingen, osteoporose, cushingoïde gezicht en
voorkomen, en cataract. In december 2019 kreeg golodirsen (VYONDYS 53®)
versnelde goedkeuring van de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA)
voor de behandeling van DMD bij patiënten met een bevestigde
mutatie in het DMD gen die gevoelig is voor het skippen van exon 53. In
februari 2021 kreeg casimersen (AMONDYS 45®) versnelde goedkeuring van de FDA
voor DMD patiënten met mutaties die gevoelig zijn voor het skippen van exon 45.
Glucocorticoïden, zoals deflazacort, worden algemeen gebruikt voor de
behandeling van DMD en blijken een aantal voordelen te hebben, maar gaan
gepaard met bekende bijwerkingen. Bovendien wordt met glucocorticoïden de
oorzaak van DMD (de afwezigheid van dystrofine-eiwit) niet aangepakt, waardoor
de ziekte evolueert tot een progressief en onomkeerbaar verlies van skelet en
hartspierfunctie dat uiteindelijk tot de dood leidt als gevolg van
cardiopulmonaire achteruitgang. Het klinische ontwikkelingsprogramma van SRP
4045 en SRP 4053 werd opgezet om de werkzaamheid en veiligheid te beoordelen
bij patiënten die gevoelig zijn voor het skippen van exon 45 en exon 53, die
standaard ondersteunende zorg krijgen en een stabiele dosis corticosteroïden
gebruiken.
Doel van het onderzoek
Primaire doelstelling:
Dubbelblinde periode: het beoordelen van het effect van SRP 4045 en SRP 4053
(gecombineerde actieve groep) ten opzichte van placebo voor mobiliteit,
uithoudingsvermogen en spierfunctie, gemeten met behulp van de 6MWT
Secundaire doelstellingen:
- Dubbelblinde periode: het beoordelen van het effect van SRP 4045 en SRP 4053
(gecombineerde actieve groep) op:
1) de expressie van het dystrofine-eiwit in gebiopteerd spierweefsel, gemeten
met behulp van:
* de westernblottest (kwantificatie)
* de immunohistochemische (IHC) vezelintensiteit
2) de functionele status, gemeten op basis van:
* het vermogen om zelfstandig van de vloer op te staan (zonder externe hulp)
* het verlies van mobiliteit (LOA)
* de North Star Ambulatory Assessment (NSAA)
* de functie van de ademhalingsspieren, gemeten met het voorspelde FVC
percentage
3) de veiligheid en verdraagbaarheid van SRP 4045 en SRP 4053
- Open-label periode:
4) Het evalueren van de effecten op de lange termijn van behandeling met SRP
4045 en SRP 4053 op de functionele status tot maximaal 144 weken
5) Het evalueren van de veiligheid en verdraagbaarheid op de lange termijn van
SRP 4045 en SRP 4053
- Farmacokinetiek:
6) Het evalueren van de farmacokinetische eigenschappen van SRP 4045 en SRP
4053 met behulp van een farmacokinetisch populatiemodel
Onderzoeksopzet
Dit is een dubbelblinde, placebogecontroleerde, multicentrische studie met een
open-label (OL) verlenging ter beoordeling van de werkzaamheid en veiligheid
van 2 PMO's, SRP 4045 en SRP 4053, bij ongeveer 222 patiënten met genotypisch
bevestigde DMD met deletiemutaties die gevoelig zijn voor het skippen van exon
45 en exon 53.
In de dubbelblinde behandelingsperiode wordt binnen elk genotype een
placebogroep gebruikt en de patiënten worden op dubbelblinde wijze in een
verhouding van 2:1 volgens genotype en leeftijd (6 tot 8,5 jaar t.o.v. > 8,5
tot 13 jaar) gerandomiseerd naar een gecombineerd-actieve behandeling (SRP 4045
of SRP 4053) of een overeenkomende placebo. Na voltooiing van de dubbelblinde
periode van 96 weken beginnen alle patiënten aan de OL periode en ontvangen zij
gedurende maximaal 48 weken een actieve behandeling in overeenstemming met hun
genotype. Na voltooiing van de OL verlengingsperiode kunnen patiënten die
geschikt zijn bevonden, toetreden tot de verlengingsstudie op lange termijn
(VLT) of een door de opdrachtgever aangeboden programma voor voortgezette
behandeling.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Dubbelblinde behandelingsperiode De patiënten zullen beoordeeld worden voor inclusie tijdens een screeningsperiode van maximaal 8 weken. Patiënten die in aanmerking komen voor deelname en die 'out-of-frame' deleties hebben die gevoelig zijn voor het skippen van exon 45 of exon 53 zullen in een verhouding van 2:1 worden gerandomiseerd naar de actieve groep en de placebogroep voor het eenmaal per week ontvangen van intraveneuze (i.v.) infusies van de studiebehandeling gedurende maximaal 96 weken. Patiënten met DMD die gevoelig zijn voor het skippen van exon 45 worden in een verhouding van 2:1 gerandomiseerd naar behandeling met SRP 4045 of een overeenkomstige placebo, en patiënten met DMD die gevoelig zijn voor het skippen van exon 53 worden in een verhouding van 2:1 gerandomiseerd naar behandeling met SRP 4053 of een overeenkomstige placebo. SRP 4045 en SRP 4053 worden dus elk uitsluitend toegediend als monotherapie en niet gelijktijdig. Open label behandelingsperiode Na voltooiing van het dubbelblinde deel van deze studie kunnen patiënten deelnemen aan een OL verlengingsperiode van de behandeling van maximaal 48 weken waarin zij wekelijks worden behandeld met 30 mg/kg SRP 4045 of SRP 4053, afhankelijk van het genotype.
Inschatting van belasting en risico
Bloedstalen: 33 bloedafnamen, 322 ml bloed in totaal.
Bezoeken aan het studiecentrum: wekelijks, bezoeken voor infusie thuis zijn ook
voorzien.
Lichamelijke onderzoeken of andere onderzoeken:
- bloedafnamen: pijn, licht gevoel in het hoofd en flauwvallen, bloeding,
blauwe plek, zwelling of infectie op de insteekplaats
- ecg: roodheid, huiduitslag na verwijdering van de elektroden
- spierbiopsie: pijn, littekenvorming, infectie, blauwe plek, doof gevoel op de
biopsieplaats of vertraagde wondgenezing.
Andere mogelijke risico's beschreven in de formulieren voor geïnformeerde
toestemming/instemming.
Vragenlijsten of dagboeken die moeten worden ingevuld: Valdagboek.
Alle mogelijke ongemakken die kunnen optreden tijdens de studieverrichtingen
staan beschreven in de formulieren voor geïnformeerde toestemming/instemming.
Publiek
215 First Street 215
Cambridge MA 02142
US
Wetenschappelijk
215 First Street 215
Cambridge MA 02142
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Is een man met een vastgestelde klinische diagnose van Duchenne
spierdystrofie (Duchenne muscular dystrophy, DMD) en een 'out-of-frame' deletie
die gevoelig is voor:
* het skippen van exon 45 (met inbegrip van, maar niet beperkt tot deleties van
exonen zoals 12 44, 18 44, 44, 46 47, 46 48, 46 49, 46 51, 46 53 of 46 55) OF
* het skippen van exon 53 (met inbegrip van, maar niet beperkt tot deleties van
exonen zoals 42 52, 45 52, 47 52, 48 52, 49 52, 50 52, 52 of 54 58)
Zoals voorafgaand aan de screening gedocumenteerd met een genetisch rapport van
een geaccrediteerd laboratorium dat deletie-eindpunten definieert door middel
van multiplex ligatie-afhankelijke probe-amplificatie of sequentiëring. De
gevoeligheid van de patiënt voor het skippen van exon 45 of exon 53 moet zijn
bevestigd vóór toediening van de eerste dosis op basis van de resultaten van de
genotypering die tijdens de screening zijn verkregen.
2. Is bij randomisatie tussen 6 en 13 jaar oud indien gevoelig voor het skippen
van exon 53; of is bij randomisatie tussen 7 en 13 jaar oud indien gevoelig
voor het skippen van exon 45.
3. Heeft een stabiele longfunctie (voorspelde percentage geforceerde vitale
capaciteit [FVC%] * 50% en geen nood aan nachtelijke beademing) die, naar
mening van de onderzoeker, waarschijnlijk niet zal decompenseren tijdens de
duur van de studie.
4. Heeft intacte rechter en linker bicepsspieren van de bovenarm (de
geprefereerde biopsieplaats) of 2 alternatieve spiergroepen in de bovenarm.
5. Heeft gedurende ten minste 24 weken vóór week 1 een stabiele dosis of
dosisequivalent van orale corticosteroïden gebruikt en deze dosis zal naar
verwachting constant blijven gedurende de studie (met uitzondering van
aanpassingen voor gewichtsveranderingen).
6. Als men 'angiotensin converting enzyme' remmers (ACE remmers),
angiotensinereceptorblokkers (ARB's), * adrenerge blokkers,
aldosteronreceptorantagonisten, kalium of co enzym Q gebruikt, moet men
gedurende ten minste 12 weken voorafgaand aan week 1 een stabiele dosis hebben
gebruikt en moet de dosis naar verwachting tijdens de gehele studie constant
blijven (met uitzondering van aanpassingen voor gewichtsveranderingen).
7. Heeft bij de 6 minuten looptest (6MWT) een gemiddelde afstand van * 300 tot
* 450 meter (zonder hulp) bereikt tijdens de screening en tijdens de
basislijnbezoeken (voorafgaand aan week 1). De gemiddelde 6MWT afstand tijdens
de screening en de basislijnbezoeken is het gemiddelde van 2 afzonderlijke
beoordelingen op 2 opeenvolgende dagen tijdens elk bezoek. Het
basislijngemiddelde (gemiddelde van basislijndagen 1 en 2) moet zich binnen 15%
van de gemiddelde screeningsafstand (gemiddelde van screeningsdagen 1 en 2)
bevinden.
8. Indien men seksueel actief is, stemt ermee in om bij dergelijke activiteiten
een mannencondoom te gebruiken gedurende de hele studie en gedurende 90 dagen
na de laatste dosis. De seksuele partner moet tijdens deze periode ook een
medisch aanvaardbare anticonceptievorm gebruiken (bijv. vrouwelijke orale
anticonceptiva).
9. Heeft een ouder/ouders of wettelijke vertegenwoordiger(s) die alle
studievereisten begrijpen en naleven.
10. Is bereid om geïnformeerde instemming te verlenen (indien van toepassing)
en heeft een ouder/ouders of wettelijke vertegenwoordiger(s) die bereid zijn
schriftelijke geïnformeerde toestemming te verlenen voor deelname van de
patiënt aan de studie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Behandeling met een van de volgende onderzoekstherapieën volgens de
aangegeven tijdsbestekken:
* Op eender welk moment:
o middelen die utrofine opreguleren (behalve ezutromid)
o CRISPR/Cas9, of een andere vorm van genbewerking
o gentherapie
o celgebaseerde therapie (bijv. stamceltransplantatie)
o elke vorm van antisense-therapie met nucleïnezuur, behalve PRO045 (BMN 045)
of PRO053 (BMN 053) (zie hieronder)
o 'exon-skipping' therapieën
- drisapersen binnen 36 weken vóór week 1
- PRO045 (BMN 045) binnen 24 weken vóór week 1
- PRO053 (BMN 053) binnen 24 weken vóór week 1
- PRO051 (BMN 051) binnen 24 weken vóór week 1
* Alle antimyostatinetherapieën binnen 24 weken vóór week 1, met inbegrip van
maar niet beperkt tot:
o domagrozumab (PF 06252616)
o RG 6206 (formeel RO 7239361 en BMS 986089)
* Therapieën met kleine moleculen:
o ezutromid (SMT C1100) binnen 1 week vóór week 1
* Binnen 24 weken vóór week 1:
o antifibrotische of ontstekingsremmende middelen met inbegrip van, maar niet
beperkt tot: rimeporide, epigallocatechinegallaat, TAS 205, edasalonexent (CAT
1004), FG 3019 en halofuginon (HT 100)
o mestcelactivatieremmer (bijv. CRD007 [pemirolastnatrium])
o idebenone (Raxone®)
* Binnen 12 weken vóór week 1:
o stikstofmonoxide (NO)-actieve middelen met inbegrip van, maar niet beperkt
tot metformine en citrulline, isosorbidedinitraat, tadalafil, sildenafil,
pentoxifylline, indien ingenomen als onderdeel van een klinische studie op het
gebied van DMD en niet voor een medische indicatie. Indien deze middelen voor
een medische indicatie worden ingenomen, moet gedurende ten minste 12 weken
vóór week 1 een stabiele dosis worden gebruikt.
o vamorolone (VBP 15)
* Raadpleeg de medische toezichthouder voor experimentele behandelingen die
niet in exclusiecriterium 1 worden vermeld.
2. Behandeling met een van de volgende therapieën die geen onderzoekstherapieën
zijn, volgens de aangegeven tijdsbestekken:
* Binnen 12 weken vóór week 1:
o een farmacologische behandeling (anders dan corticosteroïden) die van invloed
kan zijn op de spierkracht of spierfunctie. Groeihormoon voor een kleine
gestalte en testosteron voor vertraagde puberteit zijn toegestaan als een arts
de diagnose en medische noodzaak van behandeling heeft gedocumenteerd en de
patiënt gedurende ten minste 24 weken vóór week 1 met de behandeling is gestart.
* Binnen 12 weken vóór week 1 of verwachte behoefte tijdens de studie:
o statines
o aminoglycosideantibiotica
3. Grote operatie binnen 3 maanden vóór week 1 of geplande chirurgische ingreep
op enig tijdstip tijdens deze studie, met uitzondering van een
protocolspecifieke operatie, indien van toepassing.
4. Aanwezigheid van betekenisvolle genetische aandoeningen anders dan DMD
(bijv. dwerggroei).
5. Aanwezigheid van andere klinisch significante aandoeningen, waaronder
significante hart , long , lever of nierziekte, of hematologische,
immunologische of gedragsziekte of maligne tumoren.
6. LVEF < 50% op het echocardiogram (ECHO) bij de screening of QTcF * 450 msec
op het elektrocardiogram (ecg) bij de screening en tijdens de basislijnbezoeken.
7. Het bewegingsbereik in dorsaalflexie wordt bilateraal gemeten en genoteerd
in graden ten opzichte van neutraal (zie figuur). De proefpersoon wordt
uitgesloten als het gemiddelde verlies van dorsaalflexie van beide
extremiteiten > 10 graden bedraagt. Als de proefpersoon bijvoorbeeld 8 graden
aan 1 zijde en 12 graden aan de andere zijde heeft, komt hij nog steeds in
aanmerking omdat het gemiddelde van beide zijden 10 graden bedraagt.
8. Eerdere of bestaande medische aandoening die, naar mening van de
onderzoeker, een nadelig effect zou kunnen hebben op de veiligheid van de
patiënt, het onwaarschijnlijk zou kunnen maken dat de behandeling wordt
voltooid of de beoordeling van studieresultaten zou kunnen verhinderen.
Bovendien moeten patiënten die naar mening van de onderzoeker niet in
staat/bereid lijken te zijn om zich aan de studieprocedures te houden, worden
uitgesloten van deelname.
9. Bekende overgevoeligheid voor het studiegeneesmiddel of voor een van de
bestanddelen ervan.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2015-002069-52-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT02500381 |
CCMO | NL79965.000.22 |