Ontwikkeling van nieuwe in vitro assays met bloed van goed gekarakteriseerde allergische donoren.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Allergische aandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
IL-13 (biomarker) productie door humane donor bloedcellen in de nieuwe in vitro
assays.
Secundaire uitkomstmaten
niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
Duurzaamheidsoverwegingen vragen om vervanging van dierlijke eiwitten door op
planten of microben gebaseerde alternatieven, en stimulering van de valorisatie
van afvalstromen uit bestaande processen. Er is een snelgroeiende vraag naar de
productie van deze (plantaardige) eiwitten die, voor commercieel te kunnen
worden gebruikt, getest moeten worden op veiligheid voor consumptie. Een van de
belangrijkste veiligheidsaspecten is het screenen van nieuwe producten op het
vermogen een allergische reactie te kunnen veroorzaken. Om te kunnen
voorspellen of een (nieuw) voedingsmiddel een allergische reactie kan geven
moeten de specifieke eiwitten waaruit het voedingsmiddel bestaat eerst worden
geïdentificeerd. Een allergische reactie treedt alleen op als de persoon
gesensibiliseerd is. De persoon maakt dan specifieke IgE antistoffen tegen het
allergeen. Er zijn geen geschikte diermodellen beschikbaar om een allergische
reactie in de mens te voorspellen.
De te ontwikkelen assays zullen worden gebaseerd op een reeds bestaande analyse
van in vitro assays beschreven in de *adverse outcome pathway*s* (AOP)
ontwikkeld voor voedselallergie door ImpARAS; het Europese allergie expert
consortium.
Het doel van dit onderzoeksproject is het ontwikkelen en testen van nieuwe in
vitro assays die een allergische reactie in vitro kunnen voorspellen. Hierbij
wordt gebruik gemaakt van bloed van patiënten met een bekende voedselallergie.
Doel van het onderzoek
Ontwikkeling van nieuwe in vitro assays met bloed van goed gekarakteriseerde
allergische donoren.
Onderzoeksopzet
Observationeel onderzoek met invasie ingrepen
Inschatting van belasting en risico
Tijdens bezoek 1, 2 en 3 zal lichamelijk onderzoek met bloeddrukmeting en
luisteren naar hart en longen plaatsvinden.
Tijdens bezoek 1 wordt een vragenlijst afgenomen over allergische klachten en
een dieet specifieke vragenlijst. Een Skin Prick Test (SPT) wordt uitgevoerd
met uit anamnese verdacht voedsel allergeen (pinda (n=7), of koemelk (n=7), of
kippenei ( n=7). Proefpersoon wordt slechts getest met één van de drie voedsel
allergenen. Mogelijk ontstaat 15 minuten na de SPT een rood jeukend bultje,
welke vanzelf weer zal verdwijnen. Er wordt 1 buisje bloed afgenomen middels
een venapunctie. Mogelijk ontstaat na de bloedafname een blauwe plek welke
vanzelf weer zal verdwijnen. Bezoek 1 zal 1 uur in beslag nemen.
Tijdens bezoek 2 en 3 zal lichamelijk onderzoek plaatsvinden met
bloeddrukmeting en hart en longen luisteren. Er vind een dubbel blinde placebo
gecontroleerde voedsel provocatie plaats (1 dagdeel provocatie met verum
materiaal, 1 ander dagdeel provocatie met placebo materiaal). Keuze welk
allergeen) pinda, of koemelk, of kippenei) wordt gemaakt aan de hand van de
anamese en de uitslag van de SPT. Deelnemer wordt slechts geprovoceerd met één
van de drie voedsel allergenen. Bloedafname vindt plaats middels een infuuslijn
die standaard ingebracht wordt bij voedsel provocaties. Na de DBPCFC ontstaat
mogelijk een allergische reactie, welke na inname van een antihistaminicum weer
zal verdwijnen. De risico's worden beperkt door het starten met een minimale
hoeveelheid van het allergeen waarbij de dosering langzaam stapsgewijs wordt
opgebouwd met tussenpozen van 30 minuten. Klachten worden gemonitord via een
PRACTALL score lijst. Er is altijd een arts en een verpleegkunidge aanwezig op
de afdeling. Mogelijk ontstaat na het inbrengen van de infuuslijn een blauwe
plek welke uit zichzelf weer zal verdwijnen. Bezoek 2 en 3 zullen elk 4 uur in
beslag nemen.
Voor proefpersonen die een positieve DBPCFC hebben ondergaan met het uit de
anamnese en SPT verdachte voedsel allergeen, wordt tijdens bezoek 4 100 ml
bloed afgenomen middels een venapunctie. Mogelijk ontstaat een blauwe plek na
de bloedafname, welke vanzelf weer zal verdwijnen. Bezoek 4 zal 0,5 uur in
beslag nemen.
Publiek
Dr. Molenwaterplein 40
Rotterdam 3015 GD
NL
Wetenschappelijk
Dr. Molenwaterplein 40
Rotterdam 3015 GD
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Getekend informed consent
18 jaar of ouder, wilsbekwaam
Anamnestisch het vermoeden van een voedsel allergie voor pinda, of koemelk, of
kippenei
Eerder klachten na het consumeren van pinda, of koemelk, of kippenei
Positieve Skin Prick Test met pinda, of koemelk, of kippenei
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Patiënt eet pinda, of koemelk, of kippenei, zonder klachten
Negatieve skin prick test met pinda, of koemelk, of kippenei
Negatieve DBPCFC met pinda, of koemelk, of kippenei
Antihistaminica gebruikt in de laatste 72 uur voor de skin prick test en/of
DBPCFC
Onmogelijkheid te stoppen met bètablokkers.
Gebruik van meer dan 10 mg prednison (relative contra-indicatie)
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL79534.078.21 |