Dit project heeft tot doel de additieve waarde van een optimisme interventie in een bestaand revalidatietraject voor pijn patiënten te onderzoeken. Er wordt verwacht dat het toevoegen van een optimisme module in een exposure in vivo behandeling of…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
chronische pijn
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is het uitvoeren van persoonlijk relevante
activiteiten (vs. beperkingen).
De uitvoering van persoonlijk relevante activiteiten wordt gemeten door
dagboekitems die gebaseerd zijn op informatie die bekomen werd tijdens de
screening. Functioneren (versus pijngeraleerde beperkingen) wordt ook gemeten
aan de hand van een dagboekitem. Naast het gebruik van dagboekitems, worden
basisconstructen ook gemeten met behulp van vragenlijsten. Meerbepaald wordt de
Pain Disability Index (PDI) afgenomen om pijngerelateerde beperkingen te meten.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire uitkomstmaten zijn de volgende :
- Vrees voor beweging / (re)infury : gemeten aan de hand van 4 dagboekitems,
geleend en aangepast vanuit de Tampa schaal voor kinesiofobie (TSK)
- Pijngerelateerd catastroferen: gemeten door 3 dagboekitems, geleend en
aangepast vanuit de pijn catroferen schaal (PCS)
- Pijnintensiteit(/onaangenaamheid) gemeten met zelfgeformuleerd dagboekitem
- Subjectief welzijn gemeten met 1 zelfgeformuleerd dagboek item en de
satisfaction with life scale (SWLS)
- Psychologische distress gemeten met 1 zelfgeformuleerd dagboek item en met de
Hospital Anxiety and Depression Scale (HADS)
- Positief (& negatief) affect: gemeten met 2 zelfgeformuleerde dagboek items
en de Positive and Negative Affect Schedule (PANAS)
- Optimisme: gemeten met 1 zelfgeformuleerd dagboek item en de Life Orientation
Test Revised (LOTR)
Data aangaande psychologische flexibiliteit (PIPS), vrees (PHODA), persoonlijke
relevante activiteiten (COPM) en pijn zelfeffectiviteit (PSEQ) die automatisch
verzameld wordt op bepaalde momenten tijdens de exposure behandeling op
Adelante, zal exploratief geanalyseerd worden.
Achtergrond van het onderzoek
Chronische pijn is een belangrijk gezondheidsprobleem. Individuen met
chronische pijn hebben vaak te kampen met verschillende pijngerelateerde
beperkingen in het dagelijks leven. Volgens het vrees-vermijdingsmodel van pijn
dragen aangeleerde vrees voor bewegingen en vermijdingsgedrag bij aan deze
beperkingen. Exposure in vivo heeft tot doel om disfunctionele gedachten die
patiënten mogelijk hebben over activiteiten en bewegingen uit te dagen om
zodoende functioneel herstel te bevorderen.
Hoewel exposure behandelingen over het algemeen succesvol zijn gebleken in het
bevorderen van functioneren bij pijn patiënten weten we vanuit angstonderzoek
dat niet altijd iedereen aan het einde van een exposure behandeling de gewenste
resultaten behaalt of dat herval na een succesvolle exposure behandeling op
lange termijn mogelijk is. Inhibitorisch leren, het sleutelproces van exposure
behandelingen waarbij een nieuwe veilige associatie (bv. tennis - geen letsel)
over een gevreesde activiteit wordt aangeleerd zodat deze de competitie kan
aangaan met de eerder geleerde angstgebaseerde associatie (bv. tennis -
letsel), is mogelijk verminderd bij patiënten wiens functioneren op korte of
lange termijn onvoldoende toeneemt na een exposure behandeling. Het versterken
van inhibitorisch leren tijdens een exposure behandeling kan leiden tot betere
klinische effecten bij patiënten die een exposure behandeling voor pijn
ontvangen.
Positiveit is een factor die inhibitorisch leren zou kunnen ondersteunen. We
weten dat verschillende geheugenprocessen en voorwaarden voor leren (bv.
aandacht en motivatie) beïnvloedt worden door positiviteit. Experimenteel werk
biedt bovendien preliminair bewijs voor de stelling dat het induceren van
positieve verwachtingen het uitdoven van angst kan ondersteunen en terugval kan
minimaliseren. Klinisch relevant bewijs voor deze bewering ontbreekt op dit
moment echter nog steeds.
Doel van het onderzoek
Dit project heeft tot doel de additieve waarde van een optimisme interventie in
een bestaand revalidatietraject voor pijn patiënten te onderzoeken. Er wordt
verwacht dat het toevoegen van een optimisme module in een exposure in vivo
behandeling of graded activity behandeling met exposure elementen leidt tot een
sterkere toename in het uitvoeren van persoonlijke relevante activiteiten (vs.
beperkingen) en een sterkere afname in vrees voor bewegingen, pijngerelateerd
catastroferen, pijn en stress (vs. welzijn). Dit in vergelijking met een
regulier traject.
Deze studie zou een eerste klinische indicatie kunnen geven van het effect van
het induceren van optimisme in een revalidatiebehandeling voor chronische
pijnpatiënten. De studie zou daardoor kunnen bijdragen aan het optimaliseren
van revalidatiebehandelingen voor chronische pijnpatiënten.
Onderzoeksopzet
Een serie van gerepliceerde gerandomiseerde twee-fasen (AB) single-case
experimenten zal gebruikt worden. Gespecialiseerde revalidatiebehandeling (fase
A) wordt vergeleken met optimisme verrijkte gespecialiseerde
revalidatiebehandeling (fase B) in 8 deelnemers. De start van de 14-daagse
optimisme module wordt gerandomiseerd tussen deelnemers. De optimisme module is
gebaseerd op eerder succesvol werk met de Best Mogelijke Zelf oefening, een
schrijf- en visualisatie oefening over positieve toekomstverwachtingen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Een positieve psychologie module die tot doel heeft om optimisme te induceren wordt in deze studie gebruikt. De optimisme module bevat de Best Mogelijke Zelf (BMZ) oefening, een schrijf- en visualisatieoefening waarin men focust op zijn/haar best mogelijke zelf in de toekomst. Deze Best Mogelijke Zelf oefening is herhaald en succesvol gebruikt als op zichzelf staande oefening/module of als onderdeel van een multimodulaire positieve psychologie interventie voor chronische pijnpatiënten. De duur van de optimisme module bedraagt 2 weken. De module is opgezet als een online programma waar deelnemers zelfstandig aan kunnen werken. Assistentie wordt geboden aan de hand van een telefonisch contact (vaste belafspraak van 20-30 minuten) en e-mail correspondentie met 1 van de leden van het onderzoeksteam. Deze module wordt op een gerandomiseerd moment aangeboden tijdens de behandeling die deelnemers ontvangen in het revalidatiecentrum Adelante Maastricht.
Inschatting van belasting en risico
Belasting bestaat vooral uit de tijdsinvestering die van deelnemers wordt
gevraagd.
De volgende tijdsintensieve activiteiten worden er gevraagd van alle deelnemers:
- invullen van een survey (15-20) op 5 tijdstippen
- invullen van een kort dagelijks dagboek (paar minuten) 2 weken vooraf aan,
tijdens en 2 weken (op 3 maanden) na het einde van de exposure behandeling.
Bijkomend wordt er van de deelnemers gevraagd dat zij +- 3,5 uur spenderen aan
het online programma en +- 30 minuten aan een vastgelegde belafspraak met een
lid van het onderzoeksteam.
Publiek
Universiteitssingel 40
Maastricht 6229ET
NL
Wetenschappelijk
Universiteitssingel 40
Maastricht 6229ET
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patiënten met chronische primaire pijn syndromen die geïndiceerd zijn en bereid
om zich te engageren voor een exposure behandeling of graded activity
behandeling (met exposure elementen) als gespecialiseerde zorg en met een goede
kennis (lezen/schrijven) van de Nederlandse taal.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
> 65 jaar oud, psychopathologie/situatie die interfereert met exposure / graded
activity behandeling, geen goede kennis van de Nederlandse taal, geen toegang
tot internet, zwangerschap
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL79951.096.21 |