De onderzoeksvraagstelling voor deze studie is na te gaan wat het effect is van het toedienen van durvalumab bij patienten die een complete resectie van stadium II-III niet-kleincellig longkanker en in opzet curatieve behandeling hebben ondergaan.…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Ademhalingsorgaan- en mediastinale neoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het bepalen van de werkzaamheid (op basis van ziektevrije overleving) van
durvalumab ten opzichte van placebo toegediend in patiënten met PD-L1 TC >=1%
Secundaire uitkomstmaten
Het bepalen van de werkzaamheid (op basis van ziektevrije overleving) van
durvalumab ten opzichte van placebo toegediend in alle patiënten
Het bepalen van de werkzaamheid (op basis van ziektevrije overleving) van
durvalumab ten opzichte van placebo toegediend in patienten met PD-L1 >=1 en
alle patiënten
Het bepalen van de werkzaamheid van durvalumab ten opzichte van placebo op de
uitkomsten zodra patient een recurrence heeft
Het bepalen van de werkzaamheid (op basis van totale overleving) van durvalumab
ten opzichte van toegediend in patienten met PD-L1 >=1 en alle patiënten
Het onderzoeken van ziekte-gerelateerde symptomen en gezondheids-gerelateerde
kwaliteit van leven (HRQoL) in patiënten behandeld met durvalumab ten opzichte
van placebo
Het onderzoeken van de relatie tussen de baseline PD-L1 expressie van een
patient en de effectiviteit van de studie behandeling
Achtergrond van het onderzoek
Bij ongeveer 30% van de patiënten met niet-kleincellig longkanker kan de tumor
chirurgisch verwijderd worden. Voor patiënten met stadium II-IIIA en een
selecte groep IIIB ziekte, resulteert operatie en adjuvant chemotherapie in een
5-jaars ziektevrije overleving van ongeveer 40%. De overlevingskansen nemen toe
door direct na de operatie chemotherapie te geven. Als chemotherapie pas
gegeven wordt als een patiënt metastases heeft, neemt de overleving slechts toe
met een paar maanden.
Er bestaat bewijs dat identificatie van MRD (minimal residual disease) door
middel van circulerend tumor DNA na
operatie de kans op terugkeer van de ziekte kan voorspellen. Het vaststellen
van MRD op het moment dat er nog geen radiologisch bewijs is van de ziekte,
biedt de kans op vroegtijdige therapeutische behandeling. Patiënten met MRD
(MRD+) hebben een slechtere ziektevrije overleving in vergelijking met
patiënten zonder meetbaar MRD (MRD-). Vandaar dat MRD+ patiënten baat kunnen
hebben bij eerdere interventie en behandeling. Daarnaast kunnen MRD- patiënten
(van wie het overgrote deel genezen is door alleen een operatie) bespaard
blijven van intensievere therapie en bijkomende onnodige toxiciteit.
Klinische data suggereren dat na een in opzet curatieve behandeling bij vroeg
fase niet-kleincellig longkanker, vroegtijdig ingrijpen met immunotherapie als
adjuvante behandeling progressie kan voorkomen en het gebruik van meer toxische
chemotherapie regimes in de gemetastaseerde setting kan omzeilen.
Doel van het onderzoek
De onderzoeksvraagstelling voor deze studie is na te gaan wat het effect is van
het toedienen van durvalumab bij patienten die een complete resectie van
stadium II-III niet-kleincellig longkanker en in opzet curatieve behandeling
hebben ondergaan. Er wordt gekeken of dit zorgt voor verbeterde ziektevrije
overleving, op het moment dat ze MRD+ (minimaal residual disease; de
aanwezigheid van circulerend tumor DNA post-operatief in het bloed) worden
gedurende de 96 weken observatie periode dat durvalumab als het toegediend
wordt in de adjuvante setting
Onderzoeksopzet
Fase Ill, dubbel-blind, placebo gecontroleerde, gerandomiseerde studie.
Randomisatie 1:1 naar:
- Durvalumab (IV) 26 cycli
- Placebo (IV) 26 cycli
284 patiënten worden behandeld zodra ze MRD+ worden, en er geen bewijs is van
recurrence volgens RECIST 1.1
Onderzoeksproduct en/of interventie
Patiënten ontvangen (tenzij er toxiciteit, intrekken van toestemming of andere redenen op te stoppen optreden): *behandelgroep 1: patiënten krijgen via een infuus 1500 mg Durvalumab elke 4 weken, in totaal 26 kuren. *behandelgroep 2: patiënten krijgen via een infuus placebo elke 4 weken, in totaal 26 kuren
Inschatting van belasting en risico
Patiënten worden op verschillende dagen tijdens het onderzoek onderworpen aan
de volgende handelingen:
- Anamnese (bij screening, ook medische voorgeschiedenis)
- Lichamelijk onderzoek
- ECOG performance status
- Vitale functies (bloeddruk, hartslag, lichaamstemperatuur en ademhalingsritme)
- Lichaamsgewicht meting
- hersen MRI/CT scan met IV contrast
- ECG
- bloed-, feces en urine onderzoek
- vragenlijsten (EORTC QLQ-C30, EORTC QLQ-LC13, EQ-5D-5L, PGIS, PGI-TT,
PRO-CTCAE, SPFQ)
- zwangerschapstest wanneer van toepassing
- AE/SAE beoordeling
- medicatie toediening
- CT+PET scan bij screening voor stadiëringsdoeleinden
Durvalumab activeert het afweersysteem van het lichaam en kan hierdoor
bijwerkingen veroorzaken. Bijwerkingen ontstaan tijdens het toedienen van het
infuus of binnen uren/dagen daarna. De bijwerkingen die bekend zijn, zijn
verkregen uit eerder onderzoek.
Het kan zijn dat de patiënt last krijgt van 1 of alle van de hieronder genoemde
bijwerkingen: koorts, vermoeidheid,
uitslag of netelroos, verandering van bloeddruk, afname van het aantal
bloedplaatjes, ontsteking van de longen, ontsteking van het zenuwstelsel,
ontsteking van de alvleesklier, ontsteking van de lever, ontsteking van de
darmen, verandering in de klieren die de hormonen in het lichaam regelen.
In het onderzoek zijn condities ingebouwd om de bijwerkingen die ernstig kunnen
verlopen zo vroeg mogelijk te signaleren.
Ook de studieprocedures kunnen klachten veroorzaken, zoals:
- pijn of bloeduitstorting door bloedafname
- uitslag door stickers bij het ECG
- gezondheidsrisico's door straling van CT-scan/MRI
Publiek
Prinses Beatrixlaan 582
Den Haag 2595BM
NL
Wetenschappelijk
Prinses Beatrixlaan 582
Den Haag 2595BM
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Personen die een diagnose hebben van niet-kleincellig longkanker (NSCLC) met
operabele (stadium II-III)
ziekte en een in opzet curatieve behandeling (complete resectie van de primaire
tumor ±neoadjuvant en/of adjuvante therapie) hebben ondergaan
• Een contrast CT/MRI scan van de borst en buik (inclusief lever en bijnieren)
en een hersen MRI moeten gemaakt zijn voor operatie
• Complete resectie van de primaire NSCLC is verplicht
• Patiënten moeten de in opzet curatieve behandeling afgerond hebben
• beschikbaarheid van bruikbaar resectie materiaal van de tumor en een
bloedstaal
• Post-operatieve CT scan van de borst en buik en hersen MRI
• Toestemming geven om elke 6 weken een plasma staal voor MRD evaluatie af te
staan en elke 12 weken een CT scan te ondergaan, gedurende een observatie
periode van 96 weken
Inclusie criteria voor de 2e screeningsperiode
• CT scan van de borst en buik en hersen MRI uitgevoerd tot 28 dagen voor
randomisatie om terugkeer van ziekte en/of metastases uit te sluiten gebruik
makend van RECIST 1.1
• Complete genezing van de wond
• Hersteld van alle acte, reversibele toxische effecten van de chemotherapie
• Adequate orgaan en beenmergfunctie
• Een levensverwachting van minimaal 12 weken
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Onomstoten bewijs van terugkeer van de ziekte of terugkeer van de ziekte
aangetoond via biopsie
• Gemengd kleincellig en niet-kleincellig longkanker
• Heroperatie nodig of inoperabele niet-kleincellig longkanker, als bepaald
door multidisciplinaire evaluatie,
waar een thorax chirurg bij betroken moet zijn die longkanker chirurgie als
voornaamste onderdeel van zijn
werk heeft
• Actieve of eerder gedocumenteerde auto-immuun - of ontstekingsziekten
• Onderliggende ziektes die niet onder controle zijn (zie protocol pagina 67)
• Geschiedenis van andere primaire maligniteit (met uitzonderingen)
• Geschiedenis van actieve primaire immunodeficiëntie
• Actieve infectie inclusief tuberculose, hepatitis B, hepatitis C of HIV.
• Heeft IO therapie gekregen of is eerder behandeld met Durvalumab
• heeft radiotherapie in de neoadjuvante setting gekregen
• Alle bijkomende chemotherapie, IP, biologische of hormonale therapie voor het
behandelen van kanker (met
uitzonderingen)
• Huidig of eerder gebruik van immuun-onderdrukkende medicatie tot 14 dagen
voor de eerste dosering
Durvalumab (met uitzonderingen)
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR74839.056.20-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT04642469 |
CCMO | NL74839.056.20 |