Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-517575-20-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. In deze studie wordt naar de veiligheid gekeken van fluorescentiegeleide resectie van hersentumoren bij kinderen, vergelijkbaar…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Zenuwstelselneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Toxicologische en klinische veiligheid door het meten van de incidentie van
bijwerkingen van CTCAE graad III, IV of V (met uitzondering van
chemotherapie-geassocieerde toxiciteiten) tijdens en na 5-ALA
fluorescentiegeleide resecties bij kinderen en adolescenten met unifocale,
contrastbevorderende intra-axiale hersentumoren, (eerste diagnose met onbekende
histologie, recidiverend met maligne neuro-epitheliale histologie).
Secundaire uitkomstmaten
1. Daadwerkelijk mate van fluorescentie dat wijst op tumorweefsel
2. Mate van resectie zoals beoordeeld op vroege postoperatieve MRI
3. Farmacokinetiek (bepaling van protoporfyrine IX 3 keer binnen 12 uur na
toediening van 5-ALA)
Achtergrond van het onderzoek
5-ALA, een biochemische voorloper van heem, wordt specifiek omgezet in
fluorescerende porfyrines in kwaadaardige glioomcellen via een reeks
enzymatische reacties. Deze porfyrines vertonen een sterke fluorescentie. Omdat
kwaadaardige hersentumoren vaak groeien door het infiltreren van omliggende
hersenen, is het vaak moeilijk om ze te onderscheiden van gezond hersenweefsel.
Door de fluorescentie, die kan worden gevisualiseerd met een specifiek filter
geïntegreerd in de microscoop, worden pathologisch tumorweefsel en in het
bijzonder resterend tumorweefsel gemakkelijker zichtbaar en kunnen, afhankelijk
van de beoordeling van de chirurg met betrekking tot resectabiliteit, worden
verwijderd. 5-ALA dient dus het doel van een intraoperatief
visualisatiehulpmiddel. In tegenstelling tot andere methoden voor
intraoperatieve identificatie van tumorweefsel, wordt identificatie in realtime
uitgevoerd, d.w.z. onderbrekingen van het verloop van de operatie zijn niet
nodig.
Europese en later Amerikaanse goedkeuring, werd voorafgegaan door een aantal
studies bij volwassenen, die onder andere aantoonden dat 5-ALA veilig kon
worden gebruikt met minimale bijwerkingen, specifiek accumuleerde in
kwaadaardige glioomcellen, en voldoende fluorescentie in doses van 20 mg/ kg
bood. Deze intraoperatieve beeldvormingstechniek, die nu algemeen wordt
beschouwd als gunstig voor hersentumorchirurgie bij volwassenen, wordt vaak ook
als mogelijk gunstig ervaren bij kinderen en adolescenten met hersentumoren.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-517575-20-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
In deze studie wordt naar de veiligheid gekeken van fluorescentiegeleide
resectie van hersentumoren bij kinderen, vergelijkbaar met die tumoren die
gewoonlijk bij volwassenen worden geopereerd.
Op basis van eerdere bevindingen met betrekking tot veiligheid en de positieve
ervaring bij volwassenen waarbij fluorescentiegeleide resecties met 5-ALA
werden gebruikt, is het doel van dit onderzoeksprotocol om een meer solide
gegevensbasis te bieden voor het uitbreiden van deze methode naar kinderen en
adolescenten met hersentumoren, zodat zij er ook van kunnen profiteren.
Onderzoeksopzet
De 5-ALA studie is een prospectief, open, eenarmig, multicenter, fase
II-studie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Eenmalige toediening van 5-ALA voorafgaand aan geplande resectie
Inschatting van belasting en risico
Het is nog niet met zekerheid te zeggen dat 5-ALA bij kinderen hetzelfde
gewenste effect heeft als bij volwassenen. Dat is één van de vragen van dit
onderzoek. Aangezien nog moet worden aangetoond dat 5-ALA ook bij kinderen
specifiek tumorweefsel aankleurd, zal er tijdens de studie enkel tumorweefsel
worden uitgenomen die ook onder wit licht uitgenomen zou worden. De toediening
van 5-ALA wordt dan ook als aanvullend gezien. Aan de andere kant, zal het
fluorescente weefsel de chirurg wel bewust maken van mogelijk achtergebleven
reseceerbaar weefsel die anders mogelijk niet opgemerkt zou zijn geweest. Dit
weefsel kan dan met wit licht nog eens goed bekeken worden, waarna op basis van
wit licht alsnog te keuze gemaakt kan worden om dit weefsel toch weg te nemen.
Behandeling in het kader van deze studie kan leiden tot voorheen onbekende
bijwerkingen / risico's.
Publiek
Albert Schweitzer-Campus 1, Gebäude D3
Münster 48149
DE
Wetenschappelijk
Albert Schweitzer-Campus 1, Gebäude D3
Münster 48149
DE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
-leeftijd 3 - <18 jaar
-eerste radiologische diagnose van intra-axiale, contrastversterkende tumor op
MRI, of recidiverende, intra-axiale hersentumor (maligna glioom, astrocytoom,
maligne ependymoom, astroblastoom, AT/RT, oligodendroglioom, etc.)
-resectie is deel van de therapeutische strategie met een nadruk op
neurologische veiligheid
-geïnformeerde toestemming door de ouders of voogden, en wanneer mogelijk een
attest van de patiënt, na voorlichting over het doel en de risico*s van de
studie. Patiënten die in staat zijn het onderzoek te begrijpen moeten
toestemming geven om deel te kunnen nemen aan het onderzoek
-Vrouwelijke jongvolwassenen: niet zwanger (zwangerschapstest vereist voor
jongvolwassenen in de vruchtbare leeftijd) en geven geen borstvoeding
(gedurende ten minste 24 uur na inname van Gliolan). Vrouwelijke patiënten in
de vruchtbare leeftijd en mannelijke patiënten die seksueel actief zijn, moeten
een zeer effectieve methode voor anticonceptie gebruiken tot 6 weken na de
tumor operatie, die in overeenstemming is met de lokale voorschriften met
betrekking tot het gebruik van anticonceptiemethoden voor proefpersonen die
deelnemen aan klinische onderzoeken.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
-Extra-axiale tumoren zoals craniopharyngeoom.
-Entiteiten die chirurgische resectie uitsluiten.
-Acute of chronische porfyrie.
-Overgevoeligheid voor 5-ALA of porfyrines.
-Nierinsufficiëntie: serum creatinine > 2x bovengrens van normaal (ULN).
-Leverinsufficiëntie: serum bilirubine > 2x ULN, serum γ-GT > 2,5 x ULN,
alanine transaminase (ALT) en aspartaat transaminase (AST)> 2,5 ULN.
- Bloedstolling: INR buiten aanvaardbare grenzen.
- Andere maligniteiten.
- Patiënten met reeds bestaande hart- en vaatziekten.
- Gelijktijdige toediening met andere mogelijk fototoxische stoffen (bv.
tetracyclines, sulfonamiden, fluorchinolonen, hypericine-extracten).
- Geplande toediening van potentieel hepatotoxische stoffen binnen 24 uur na
toediening van 5-ALA.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-517575-20-00 |
EudraCT | EUCTR2014-005669-54-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT04738162 |
CCMO | NL77803.000.22 |