Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-513513-12-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Primaire doelstellingenEvalueren van de werkzaamheid van pemigatinib ten opzichte van gemcitabine plus cisplatine in de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Lever- en galwegneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Progressievrije overleving: gedefinieerd als de tijd vanaf de datum van
randomisatie tot de datum van ziekteprogressie (volgens RECIST v1.1 en
beoordeeld door een onafhankelijke centrale beoordelaar [independent central
reviewer, ICR]) of overlijden, al naar gelang wat zich het eerst voordoet.
Secundaire uitkomstmaten
• Algeheel responspercentage (complete respons [CR] of partiële respons [PR]):
gedefinieerd als het percentage deelnemers met de beste algehele respons
bestaande uit een CR of PR volgens RECIST v1.1, beoordeeld door een ICR.
• Algehele overleving: gedefinieerd als de tijd vanaf de datum van randomisatie
tot overlijden door welke oorzaak dan ook.
Achtergrond van het onderzoek
Pemigatinib is een remmer van de FGFR-familie van receptortyrosinekinases die
is voorgesteld voor de behandeling van cholangiocarcinoom. Bij meerdere vormen
van kanker bij mensen is aangetoond dat er een afwijkende signaaltransductie
via FGFR plaatsvindt als gevolg van genamplificatie of -mutatie,
chromosoomtranslocatie en ligandafhankelijke activering van receptoren. De
signaaltransductie via fibroblastgroeifactorreceptoren draagt bij aan de
ontwikkeling van maligniteiten, door bevordering van de proliferatie,
overleving, migratie en angiogenese van tumorcellen. Incyte stelt voor
pemigatinib te onderzoeken voor de behandeling van cholangiocarcinoom. In de
onderzoekersbrochure (investigator's brochure, IB) staat aanvullende
achtergrondinformatie over pemigatinib.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-513513-12-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Primaire doelstellingen
Evalueren van de werkzaamheid van pemigatinib ten opzichte van gemcitabine plus
cisplatine in de eerstelijnsbehandeling van deelnemers met cholangiocarcinoom
met FGFR2-herschikking.
Secundaire doelstellingen
Evalueren van de werkzaamheid van pemigatinib ten opzichte van gemcitabine plus
cisplatine in de eerstelijnsbehandeling van deelnemers met cholangiocarcinoom
met FGFR2-herschikking.
Onderzoeksopzet
Dit is een fase 3, open-label, gerandomiseerd actief gecontroleerd
multicenteronderzoek naar pemigatinib versus gemcitabine plus cisplatine als
eerstelijnsbehandeling van deelnemers met een niet-reseceerbaar en/of
uitgezaaid cholangiocarcinoom met FGFR2-herschikking. In het onderzoek zullen
ongeveer 432 deelnemers worden ingesloten in een randomisatieverhouding van 1:1
gestratificeerd naar geografische regio (westelijk [Noord-Amerika en EU] vs.
Azië-Pacific vs. rest van de wereld) en naar tumorlast (lokaal gevorderd vs.
afgelegen metastase) in 1 van de volgende 2 behandelgroepen:
• Behandelgroep A: Pemigatinib (13,5 mg q.d.) toegediend volgens een continu
behandelschema (een cyclus duurt 3 weken).
• Behandelgroep B: Gemcitabine (1000 mg/m2) en cisplatine (25 mg/m2) toegediend
als intraveneus infuus op dag 1 en 8 van elke 3-weekse cyclus gedurende
maximaal 8 cycli.
Om in aanmerking te komen voor deelname moet in het centraal laboratorium van
de opdrachtgever zijn aangetoond dat bij de deelnemer FGFR2-herschikking
aanwezig is.
Onderzoeksproduct en/of interventie
• Behandelgroep A: Pemigatinib (13,5 mg per dag) toegediend volgens een continu behandelschema (een cyclus duurt 3 weken). • Behandelgroep B: Gemcitabine (1000 mg/m2) plus cisplatine (25 mg/m2) toegediend als intraveneus infuus op dag 1 en 8 van elke 3-weekse cyclus gedurende maximaal 8 cycli.
Inschatting van belasting en risico
Cholangiocarcinoom blijft een zeldzame en dodelijke ziekte waarbij er een grote
behoefte is aan nieuwe therapieën. Een gericht geneesmiddel met een beheersbaar
veiligheidsprofiel dat kan zorgen voor een significante mate van
ziektebeheersing bij een moleculair gedefinieerde populatie zou daarom een
wezenlijk klinisch voordeel bieden.
Combinatiebehandelingen van gemcitabine en platina zijn de
eerstelijnsbehandelingen voor cholangiocarcinoom die het best bestudeerd zijn
en het is aangetoond dat deze behandelingen zorgen voor een langere overleving.
De toxische effecten en de langetermijngevolgen van de toediening van
chemotherapie zijn echter significant en dragen typisch bij tot
dosisaanpassingen en het stopzetten van de behandeling door een gebrek aan
verdraagbaarheid.
Tot en met 25 november 2018 zijn er bij in totaal 105 deelnemers (99,1%) die
monotherapie met pemigatinib kregen (alle doses en toedieningsschema's
samengenomen) in onderzoek INCB 54828-101 tijdens de behandeling ongewenste
voorvallen opgetreden (treatment-emergent adverse events: TEAE's), en, in lijn
met de verwachte farmacologische werking van de remming van FGFR op de
serumfosfaatspiegel, was de vaakst gemelde TEAE hyperfosfatemie (74 deelnemers
[69,8%]; serumfosfaatspiegel > 5,5 mg/dl). Andere vaak gemelde TEAE's waren
onder meer vermoeidheid bij 43 deelnemers (40,6%), droge mond bij 39 deelnemers
(36,8%), en alopecia bij 35 deelnemers (33,0%).
Ongewenste voorvallen die zich tijdens de behandeling hebben voorgedaan bij >=
10% van de deelnemers die monotherapie met pemigatinib kregen (deel 1 en 2
samengenomen) zijn weergegeven in tabel 8 van het protocol, uitgesplitst naar
dosis, toedieningsschema en in totaal.
Bij 45 deelnemers (42,5%) die monotherapie met pemigatinib kregen, deed zich
ten minste 1 ernstige bijwerking voor (serious adverse event, SAE); de totale
incidentie van SAE's bij het continue behandelschema (56,7%) was hoger dan wat
bij het intervalschema werd gezien (36,8%). Pneumonie was de vaakst voorkomende
SAE en trad op bij 7 deelnemers (6,6%). Andere SAE's die bij meer dan 1
deelnemer voorkwamen waren onder andere rugpijn en ziekteprogressie, elk bij 4
deelnemers (3,8%); buikpijn, dehydratatie, vermoeidheid, hyponatriëmie en acuut
renaal falen, elk bij 3 deelnemers (2,8%); en een verhoogde bilirubinespiegel
in het bloed, cerebrovasculair accident, obstipatie, hypotensie, pijn in een
extremiteit, pleurale effusie en pyrexie, elk bij 2 deelnemers (1,9%). Binnen
de SOC (systeem/orgaanklasse) 'Oogaandoeningen' was er één deelnemer met een
SAE in de vorm van oculaire hyperemie (graad 2), wat door de onderzoeker werd
beschouwd als niet gerelateerd aan pemigatinib.
In totaal traden er bij 11 deelnemers (10,4%), van wie 7 deelnemers (9,2%) met
een intervalschema en 4 deelnemers (13,3%) met een continu behandelschema,
SAE's op met een dodelijke afloop: ziekteprogressie bij 4 deelnemers (3,8%) en
longontsteking, progressie van een maligne neoplasma (d.w.z. ziekteprogressie),
cerebrovasculair accident, intracraniële bloeding, multi-orgaanfalen, bloeding
van oesofageale varices, longontsteking, respiratoir falen en acuut respiratoir
falen secundair aan acute anemie (woordelijk gebruikte term), elk bij 1
deelnemer (0,9%). Geen van deze dodelijke voorvallen hield verband met
pemigatinib, naar het oordeel van de onderzoeker.
Elf deelnemers (10,4%) staakten de monotherapie met pemigatinib vanwege TEAE's;
pneumonie bij 3 deelnemers (2,8%) en dehydratatie en obstructie van de dunne
darm bij elk 2 deelnemers (1,9%) waren de enige TEAE's die leidden tot staken
van de behandeling met pemigatinib die bij meer dan 1 deelnemer voorkwamen.
Publiek
Augustine Cut-Off 1801
Wilmington DE 19803
US
Wetenschappelijk
Augustine Cut-Off 1801
Wilmington DE 19803
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Deelnemers komen alleen in aanmerking voor deelname aan het onderzoek als aan
elk van de volgende criteria is voldaan:
1. In staat zijn een schriftelijk toestemmingsformulier voor het onderzoek te
begrijpen en bereid dit te ondertekenen.
2. Mannelijke en vrouwelijke deelnemers van ten minste 18 jaar oud op het
moment van ondertekening van het toestemmingsformulier; bij wettelijk
minderjarige deelnemers uit Japan is schriftelijke toestemming van de ouders
nodig.
3. Histologisch of cytologisch bevestigd cholangiocarcinoom dat niet eerder is
behandeld en beschouwd wordt als niet-reseceerbaar en/of uitgezaaid (Fase IV
volgens het AJCC Kanker Fases Handleiding [AJCC 2010]).
4. Radiografisch meetbare of door middel van CT of MRI evalueerbare ziekte
volgens de criteria van RECIST v1.1.
5. ECOG-prestatiestatus 0 tot 1.
6. Gedocumenteerde FGFR2-herschikking.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Deelnemers worden uitgesloten van het onderzoek als ze aan een of meer van de
volgende criteria voldoen:
1. Kreeg eerdere antikanker systemische therapie voor niet-reseceerbare en/of
gemetastaseerde ziekte (met uitzondering van adjuvante/neoadjuvante behandeling
ten minste 6 maanden voorafgaand aan de inschrijving voltooid, en deelnemers
die zijn behandeld voor lokaal gevorderde ziekte met trans-arteriële
chemo-embolisatie of selectieve interne bestralingstherapie, indien duidelijk
bewijs van radiologische progressie wordt waargenomen vóór inschrijving, of
ingeschreven vanaf amendement 6 en de deelnemer ontving 1 cyclus van
gemcitabine plus cisplatine [de start van het onderzoeksgeneesmiddel {Cyclus 1
Dag 1} moet ten minste 14 dagen en <= 4 weken {28 dagen} vanaf de laatste dosis
van gemcitabine plus cisplatine]).
2. Bij deelnemers met levercirrose, Child-Pugh B en C (Opmerking: Ascites
toegeschreven aan cholangiocarcinoom in plaats van leverdisfunctie (bijv. de
aanwezigheid van peritoneale metastasen) mag niet worden ingenomen overweging
bij het scoren).
3. Toxiciteiten gerelateerd aan eerdere therapie(s) moeten CTCAE v5.0 <= graad 1
zijn
op het moment van screening.
4. Gelijktijdige antikankertherapie (bijv. chemotherapie, bestralingstherapie,
chirurgie, immunotherapie, behandeling met een biologisch geneesmiddel,
hormoontherapie, experimentele therapie, of tumorembolisatie), anders dan de
behandelingen die in dit onderzoek worden getest.
5. Deelnemer is een kandidaat voor mogelijk curatieve chirurgie.
6. Huidige aanwijzingen van een klinisch significante aandoening van de cornea
(waaronder, maar niet beperkt tot, bulleuze keratopathie/bandkeratopathie,
cornea-abrasie, ontsteking/ulceratie en keratoconjunctivitis) of aandoening van
de retina (waaronder, maar niet beperkt tot, centrale sereuze retinopathie,
macula-/retinadegeneratie, diabetische retinopathie, retinaloslating),
bevestigd aan de hand van een oftalmologisch onderzoek.
7. Bestralingstherapie toegediend binnen 4 weken voorafgaand aan
insluiting/randomisatie/eerste dosis onderzoeksmiddel. Deelnemers moeten
hersteld zijn van alle vormen van bestralingsgerelateerde toxiciteit, mogen
geen corticosteroïden nodig hebben en mogen geen bestralingspneumonitis hebben
gehad. Aanwijzingen voor fibrose binnen een bestralingsveld van eerdere
radiotherapie is toegestaan met goedkeuring van de medisch monitor. Een
washout-periode van 2 weken is toegestaan bij palliatieve bestraling voor
ziekte niet gerelateerd aan het CZS.
8. Bekende metastasen in het CZS of voorgeschiedenis van ongecontroleerde
convulsies. Deelnemers met behandelde hersenmetastasen komen in aanmerking als
er geen aanwijzingen zijn voor progressie gedurende ten minste 4 weken na op
het CZS gerichte behandeling, vastgesteld aan de hand van een klinisch
onderzoek en beeldvormend onderzoek van de hersenen (MRI- of CT-scan) tijdens
de keuringsperiode, en ze gedurende ten minste 1 week een stabiele of afnemende
dosis corticosteroïden gebruiken.
9. Bekende bijkomende maligniteit die progressie vertoont of waarvoor actieve
behandeling nodig is.
Uitzonderingen zijn onder andere basaalcelcarcinoom van de huid,
plaveiselcelcarcinoom van de huid of baarmoederhalskanker in situ die is
behandeld met mogelijk curatieve therapie.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Kamer G4-214
Postbus 22660
1100 DD Amsterdam
020 566 7389
mecamc@amsterdamumc.nl
Kamer G4-214
Postbus 22660
1100 DD Amsterdam
020 566 7389
mecamc@amsterdamumc.nl
Kamer G4-214
Postbus 22660
1100 DD Amsterdam
020 566 7389
mecamc@amsterdamumc.nl
Kamer G4-214
Postbus 22660
1100 DD Amsterdam
020 566 7389
mecamc@amsterdamumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-513513-12-00 |
EudraCT | EUCTR2018-002894-23-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT03656536 |
CCMO | NL67456.018.19 |