beoordeling van de werkzaamheid, veiligheid en immunogeniciteit van bivalent RSVpreF of placebo (1:1 randomisatie) bij baby*s van gezonde vrouwen gevaccineerd tijdens de zwangerschap, evenals de veiligheid en immunogeniciteit van de zwangere vrouwen…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Virale infectieziekten
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
baby's
- Het beoordelen van de werkzaamheid van RSVpreF voor daling in de incidentie
van MA-LRTI als gevolg van RSV.
- Het beoordelen van de werkzaamheid van RSVpreF voor daling in de incidentie
van ernstige MA-LRTI als gevolg van RSV
- Het beschrijven van de veiligheid van RSVpreF
Moeders
- Het beschrijven van de veiligheid en verdraagbaarheid van RSVpreF.
Secundaire uitkomstmaten
baby's
- Het beoordelen van de werkzaamheid van RSVpreF voor daling in de incidentie
van ziekenhuisopname als gevolg van RSV.
- Het beoordelen van de werkzaamheid van RSVpreF voor daling in de incidentie
van MA-LRTI door alle oorzaken als gevolg van RSV.
Achtergrond van het onderzoek
Pfizer*s gestabiliseerd prefusie F subunit-vaccin voor respiratoir syncytieel
virus (RSV) (RSVpreF) is een profylactisch vaccin dat wordt onderzocht voor de
preventie van medisch behandelde RSV-geassocieerde ziekte van de onderste
luchtwegen (lower respiratory tract illness, LRTI) bij baby*s, via actieve
immunisatie van zwangere vrouwen.
Rationale
Er is een grote onbeantwoorde medische behoefte die verholpen kan worden door
een doeltreffende RSV-profylaxe in de babytijd. Gezien de wereldwijde
ziektelast biedt maternale immunisatie een aantrekkelijke strategie voor de
preventie van ziekte bij baby*s. Zowel uit preklinisch onderzoek bij dieren als
uit tussentijdse gegevens van een fase 1/2-onderzoek bij gezonde, niet-zwangere
volwassenen blijkt een aanvaardbare verdraagbaarheid en veiligheid van RSVpreF.
Er is eveneens en krachtige immuunrespons waargenomen bij deelnemers van het
bovengenoemde onderzoek. RSVpreF is momenteel in beoordeling bij gezonde
zwangere vrouwen van 18 tot en met 49 jaar oud (onderzoek C3671003: Een fase
2b-, gerandomiseerd, placebogecontroleerd, observeerder-blind onderzoek ter
beoordeling van de veiligheid, verdraagbaarheid en immunogeniciteit van een
vaccin voor respiratoir syncytieel virus (RSV) bij zwangere vrouwen van 18 tot
en met 49 jaar oud en hun baby*s; ClinicalTrials.gov identificatienummer: NCT
04032093).
Dit gerandomiseerd, dubbel-blind, placebogecontroleerd fase 3-onderzoek is
opgezet ter beoordeling van de werkzaamheid en veiligheid van maternale
immunisatie met RSVpreF tegen medisch behandelde ziekte van de onderste
luchtwegen (medically attended lower respiratory tract illness, MA-LRTI) bij
baby*s.
Doel van het onderzoek
beoordeling van de werkzaamheid, veiligheid en immunogeniciteit van bivalent
RSVpreF of placebo (1:1 randomisatie) bij baby*s van gezonde vrouwen
gevaccineerd tijdens de zwangerschap, evenals de veiligheid en immunogeniciteit
van de zwangere vrouwen.
Onderzoeksopzet
Dit is een fase 3-, multicenter, gerandomiseerd, dubbel-blind,
placebogecontroleerd onderzoek ter beoordeling van de werkzaamheid, veiligheid
en immunogeniciteit van bivalent RSVpreF of placebo (1:1 randomisatie) bij
baby*s van gezonde vrouwen gevaccineerd tijdens de zwangerschap, evenals de
veiligheid en immunogeniciteit van de zwangere vrouwen. Dit is een globaal
onderzoek, met centra in zowel het noordelijke als het zuidelijke halfrond, en
zal meerdere RSV-seizoenen omvatten.
Dit is een voorvalgedreven onderzoek met een doel van 124 beoordeelde (primair
eindpunt) gevallen van MA-LRTI als gevolg van RSV (die voldoen aan de
casusdefinitie in de perprotocol babypopulatie beschreven in de sectie
statistische analyse (sectie 9.2). Er is geen specifiek casusdoel voor het
aanvullende primair eindpunt ernstige MA-LRTI. De totale inschrijving van
moeder-deelnemers kan variëren naargelang het incidentiecijfer van het primair
eindpunt bij de baby-deelnemers, de werkelijke onderliggende VE, en een
eventuele voortijdige stopzetting voor werkzaamheid of futiliteit. In het geval
dat er bij de tussentijdse analyse werkzaamheid wordt aangetoond in de
babypopulatie, kan inschrijving van moederdeelnemers doorgaan om
veiligheidsbeoordelingen te krijgen van een voldoende aantal moeder- en
baby-deelnemers ter ondersteuning van vaccinregistratie bij de nationale
overheidsdienst voor gezondheidszorg. De inschrijving zal worden gecontroleerd
om een gelijkmatige verdeling van vaccinatie over de zwangerschapsduur tussen
24 0/7 weken en 36 0/7 weeks te garanderen.
Op basis van deze overwegingen, en om eindpunt-gevallen te verzamelen, wordt
vaccinatie van moeder-deelnemers gedaan op de tijd van het jaar dat de baby
waarschijnlijk zal worden blootgesteld aan seizoensgebonden RSV tijdens de
eerste 6 levensmaanden. Het werd voorafgaand aan de wereldwijde COVID-19
pandemie aangenomen dat er ongeveer 6900 moeder-babyparen nodig zouden zijn om
124 per-protocol-gevallen te verzamelen. Met het variabele RSV-seizoen moet de
steekproefgrootte wellicht worden vergroot en op basis van het aantal gevallen
van RSV kan de deelname worden vergroot tot 10.000 moeder-deelnemers.
Onderzoeksgeschikte zwangere vrouwen worden gerandomiseerd in een verhouding
van 1:1 naar een single dosis van RSVpreF of placebo. De dosis van RSV prefusie
F antigeen in RSVpreF is 120 µg (60 µg A en 60 µg B).
Zodra de vrouwen geïnformeerde toestemming hebben gegeven, worden ze
*moederdeelnemers* genoemd en worden ze gevolgd vanaf vaccinatie tijdens
zwangerschap tot 6 maanden na de bevalling. Beoordelingen omvatten parameters
zodat veiligheid, verdraagbaarheid en immunogeniciteit van het vaccin
beschreven kunnen worden bij de moeder-deelnemers. Opmerking: Tot
moeder-deelnemers behoren ook vrouwelijke adolescenten die kunnen worden
gekenmerkt als *minderjarig*.
Baby*s van vrouwen die RSVpreF of placebo krijgen in hun tweede of derde
trimester worden *baby-deelnemers* genoemd. Baby-deelnemers van vrouwen
ingeschreven tijdens het eerste jaar van het onderzoek komen naar 6 geplande
onderzoeksbezoeken in de 24 maanden van deelname, terwijl alle andere
baby-deelnemers hoogstens 4 geplande onderzoeksbezoeken hebben tijdens hun
deelname van 12 maanden. Voor alle baby-deelnemers worden er gegevens verzameld
van eventuele medisch behandelde respiratoire ziekte zodat beoordeeld kan
worden of het gaat om gevallen van LRTI als gevolg van RSV
(werkzaamheidseindpunt). Bovendien worden het hele onderzoek lang alle gemelde
respiratoire ziektes, SAE*s en NDCMC*s beoordeeld in deze populatie. Voor
babydeelnemers ingeschreven tijdens het eerste jaar van het onderzoek omvat de
12 maanden uitgebreide duur van het onderzoek toezicht op ziekte van de
luchtwegen (RTI) op lange termijn en toezicht op de veiligheid om veiligheid en
de mogelijkheid van verleende verhoogde bescherming (antilichaampersistentie)
tijdens een tweede RSV-seizoen aan te pakken.
Alle MA-RTI*s die aan de protocoldefinitie voor een mogelijk onderzoekseindpunt
voldoen, worden beoordeeld door een onafhankelijke beoordelingscommissie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
120 μg of 240 μg RSV-antigeen , of Placebo (lyofiele match)
Inschatting van belasting en risico
Raadpleeg de patienten informatie en de Reference Safety Information (RSI) in
de Investigator's Brochure voor een volledig overzicht van de risico's van
deelname.
Publiek
East 42nd Street 235
New York, NY 10017
US
Wetenschappelijk
East 42nd Street 235
New York, NY 10017
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Maternale deelnemers
Deelnemers komen alleen in aanmerking voor opname in het onderzoek als alle
volgende criteria van toepassing zijn:
Leeftijd en geslacht:
1. Gezonde vrouwen <=49 jaar in week 24 0/7 tot 36 0/7 van de zwangerschap op de
dag van de geplande vaccinatie, met een ongecompliceerde eenlingzwangerschap en
zonder bekend verhoogd risico op complicaties.
a. Beschikbare gegevens uit eerste trimester (gegevens verkregen na <=13 6/7
weken): •De datum van de eerste dag van de gemelde laatste menstruatie kan
worden gebruikt om de zwangerschapsduur vast te stellen, indien bekrachtigd
door een echo-onderzoek in het eerste trimester.
•Bij een afwijking >5 dagen tussen de op basis van de laatste menstruatie
bepaalde zwangerschapsduur en een echoresultaat <=8 6/7 weken OF als de laatste
menstruatie onzeker/onbekend is, moet de zwangerschapsduur worden bepaald aan
de hand van het echoresultaat in het eerste trimester.
•Bij een afwijking >7 dagen tussen de op basis van de laatste menstruatie
bepaalde zwangerschapsduur en een echoresultaat na 9 0/7 tot 13 6/7 weken OF
als de laatste menstruatie onzeker/onbekend is, moet de zwangerschapsduur
worden bepaald aan de hand van het echoresultaat in het eerste trimester.
b. Beschikbare gegevens uit tweede trimester (gegevens verkregen na 14 0/7 tot
27 6/7 weken):
•De datum van de eerste dag van de gemelde laatste menstruatie kan worden
gebruikt om de zwangerschapsduur vast te stellen, indien bekrachtigd door een
echoresultaat in het tweede trimester.
•Bij een afwijking >7 dagen tussen de op basis van de laatste menstruatie
bepaalde zwangerschapsduur en een echoresultaat na 14 0/7 tot 15 6/7 weken OF
als de laatste menstruatie onzeker/onbekend is, moet de zwangerschapsduur
worden bepaald aan de hand van het echoresultaat in het tweede trimester.
•Bij een afwijking >10 dagen tussen de op basis van de laatste menstruatie
bepaalde zwangerschapsduur en een echoresultaat na 16 0/7 tot 21 6/7 weken OF
als de laatste menstruatie onzeker/onbekend is, moet de zwangerschapsduur
worden bepaald aan de hand van het echoresultaat in het tweede trimester.
•Bij een afwijking >14 dagen tussen de op basis van de laatste menstruatie
bepaalde zwangerschapsduur en een echoresultaat na 22 0/7 tot 27 6/7 weken OF
als de laatste menstruatie onzeker/onbekend is, moet de zwangerschapsduur te
worden bepaald aan de hand van het echoresultaat in het tweede trimester.
Type deelnemer en ziektekenmerken:
2. Bereid en in staat zich te houden aan de geplande bezoeken, het
behandelingsplan, de laboratoriumonderzoeken en andere onderzoeksprocedures.
3. Ontvangst van prenatale zorgstandaard op basis van de landelijke vereisten.
4. Een uitgevoerd foetale anomalie echo-onderzoek na >=18 weken zwangerschap
zonder significante foetale afwijkingen.
5. Geschikt voor opname in het onderzoek op basis van medische
voorgeschiedenis, lichamelijk onderzoek en klinisch oordeel.
6. Gedocumenteerde negatieve HIV-antilichaamtest, syfilistest en hepatitis
B-virus (HBV) oppervlakteantigeentest tijdens deze zwangerschap en voorafgaand
aan randomisatie (bezoek 1).
7. Intentie om te bevallen in een ziekenhuis of geboortefaciliteit waar de
onderzoeksprocedures kunnen worden uitgevoerd.
8. Verwachte beschikbaarheid gedurende het gehele onderzoek en mogelijkheid tot
telefonische contactopname tijdens de onderzoeksdeelname.
9. Deelnemer is bereid geïnformeerde toestemming te geven voor deelname van
haar baby aan het onderzoek.
Geïnformeerde toestemming:
10. In staat ondertekende geïnformeerde toestemming te geven, zoals beschreven
in bijlage 1, inclusief naleving van de vereisten en beperkingen die in het
informatie- en toestemmingsdocument (ICD) en in dit protocol worden vermeld OF
11. Het verkrijgen van geïnformeerde toestemming met een duimafdruk als de
maternale deelnemer analfabete is, ondertekend en gedateerd door een
onpartijdige getuige die aanwezig was gedurende het gehele geïnformeerde-
toestemmingsproces, waarmee wordt bevestigd dat de maternale deelnemer
informatie heeft ontvangen over alle pertinente aspecten van het onderzoek.
Deelnemende baby*s
1. Bewijs van een ondertekend en gedateerd ICD, ondertekend door de
ouder(s)/wettelijke vertegenwoordiger(s) OF als de maternale
deelnemer/ouder(s)/wettelijke vertegenwoordiger(s) analfabete is/zijn,
verkregen geïnformeerde toestemming met een duimafdruk, ondertekend en
gedateerd door een onpartijdige getuige die aanwezig was gedurende het gehele
geïnformeerde-toestemmingsproces, waarmee wordt bevestigd dat de maternale
deelnemer/ouder(s)/wettelijke vertegenwoordiger(s) voorafgaand aan deelname aan
het onderzoek informatie heeft/hebben ontvangen over alle pertinente aspecten
van het onderzoek voor zichzelf (maternale deelnemer) en haar foetus/baby.
2. Ouder(s)/wettelijke vertegenwoordiger(s) zijn bereid en in staat zich te
houden aan de geplande bezoeken, het behandelingsplan, de
laboratoriumonderzoeken en andere onderzoeksprocedures.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Maternale deelnemers
Deelnemers worden uitgesloten van het onderzoek indien één of meer van de
volgende criteria van toepassing zijn:
Gewicht:
1. Voor de zwangerschap een body mass index (BMI) >40 kg/m2. Als de BMI van
voor de zangerschap niet beschikbaar is, dan mag de BMI bij het eerste bezoek
aan de verloskundige tijdens de huidige zwangerschap gebruikt worden.
Medische aandoeningen:
2. Bloedingsdiathese of aandoening die verband houdt met langdurige bloeding
die naar het oordeel van de onderzoeker een contra-indicatie zou zijn voor
intramusculaire injectie.
3. Voorgeschiedenis van ernstige bijwerking in verband met een vaccin en/of
ernstige allergische reactie (anafylaxie) voor enig bestanddeel van het
onderzoeksproduct of enig gerelateerd vaccin.
4. Huidige zwangerschap als gevolg van in-vitro fertilisatie. Deelnemers
waarvan bekend is dat zij clomifeencitraat en/of letrozol hebben gebruikt met
of zonder IUI zijn toegestaan.
5. Actuele zwangerschapscomplicaties of afwijkingen op het moment van
toestemming die het risico in verband met de deelname aan en de voltooiing van
het onderzoek verhogen, inclusief maar niet beperkt tot de volgende:
•Zwangerschapsvergiftiging, eclampsie of ongecontroleerde
zwangerschapshypertensie.
•Placenta-afwijking.
•Polyhydramnion of oligohydramnion.
•Significante bloeding of bloedstollingsaandoening.
•Endocriene aandoeningen, waaronder onbehandelde hyperthyreoïdie of
onbehandelde hypothyreoïdie. Dit omvat ook aandoeningen van
glucose-intolerantie (diabetes mellitus type 1 of 2), ontstaan bij zwangerschap
of optredend tijdens zwangerschap, indien ongecontroleerd op het moment van
toestemming.
•Eventuele tekenen van vroegtijdige weeën in de huidige zwangerschap of
doorlopende interventie (medisch/chirurgisch) in de huidige zwangerschap om
vroeggeboorte te voorkomen.
6. Eerdere zwangerschapscomplicaties of afwijkingen op het moment van
toestemming, naar het oordeel van de onderzoeker, die het risico in verband met
de deelname aan en de voltooiing van het onderzoek verhogen, inclusief maar
niet beperkt tot de volgende:
•Eerdere voortijdige bevalling <=34 weken zwangerschap.
•Eerdere doodgeboorte of neonatale sterfte.
•Eerdere baby met een bekende genetische aandoening of significante aangeboren
afwijking.
7. Ernstige ziekte van de maternale deelnemer of aandoening van de foetus die,
naar het oordeel van de onderzoeker, het risico in verband met de deelname aan
en voltooiing van het onderzoek voor de maternale deelnemer aanzienlijk zal
verhogen of de beoordeling van de respons van de moeder- en baby-deelnemer
zouden kunnen verhinderen (inclusief positieve serologische tests voor
regionale endemische aandoeningen beoordeeld tijdens routinematige moederzorg,
volgens lokale zorgnormen en verloskundige aanbevelingen).
8. Aangeboren of verworven immunodeficiëntiestoornis, of reumatologische
aandoening of andere ziekte waarvoor chronische behandeling nodig is met
bekende immunosuppressiva, inclusief monoklonale antilichamen, in het jaar
voorafgaand aan inschrijving.
9. Andere acute of chronische medische of psychiatrische aandoening, inclusief
recent(e) (in het afgelopen jaar) actieve zelfmoordneiging of actief
zelfmoordgedrag of afwijkende laboratoriumwaarde die het risico van deelname
aan het onderzoek of van toediening van het onderzoeksmiddel kan verhogen of de
interpretatie van de onderzoeksresultaten kan beïnvloeden en naar het oordeel
van de onderzoeker de deelnemer ongeschikt zou maken voor deelname aan dit
onderzoek.
Eerdere/gelijktijdige behandeling:
10. Deelname aan andere onderzoeken met onderzoeksgeneesmiddel(en) in de 28
dagen voorafgaand aan toestemming en/of tijdens deelname aan het onderzoek.
11. Ontvangst van monoklonale antilichamen in het jaar voorafgaand aan
inschrijving of het gebruik van systemische corticosteroïden gedurende >14
dagen in de 28 dagen voorafgaand aan opname in het onderzoek. Toegestane
behandelingen zijn toediening van monoklonale antilichamen ernstige acute
respiratoire syndroom coronavirus 2 (SARS-CoV-2), gebruik van prednison in een
dosering < 20 mg/dag gedurende <= 14 dagen en inhalatie-/vernevelings-,
intra-articulaire, intrabursale of topische (huid of ogen) corticosteroïden.
12. Actueel alcoholmisbruik of gebruik van illegale drugs. Opmerking: het
gebruik van marihuana wordt niet beschouwd als een exclusiecriterium voor het
onderzoek wanneer dit wordt aangetroffen bij de screening van de proefpersoon,
maar kan in sommige regio's illegaal worden geacht.
13. Ontvangst van bloed- of plasmaproducten of immunoglobuline (Ig) vanaf 60
dagen voorafgaand aan toediening van het onderzoeksmiddel, of geplande
ontvangst ervan tot de bevalling, met 1 uitzondering, Rho (D) immunoglobuline
(zoals RhoGAM), wat op elk moment mag worden gegeven. Eerdere/gelijktijdige
klinisch onderzoekservaring:
14. Eerdere inenting met een goedgekeurd of experimenteel RSV-vaccin of
geplande ontvangst tijdens deelname aan het onderzoek. Opmerking:
gelicentieerde COVID-19-vaccins of COVID-19-vaccins die zijn goedgekeurd voor
tijdelijk of noodgebruik, zullen in de loop van dit onderzoek niet worden
verboden.
Diagnostische beoordelingen:
Niet van toepassing.
Andere uitsluitingen:
15. Personeelsleden van het onderzoekscentrum die rechtstreeks betrokken zijn
bij de uitvoering van het onderzoek en hun familieleden, personeelsleden van
het centrum die op andere wijze onder toezicht staan van de onderzoeker of
werknemers van Pfizer die rechtstreeks betrokken zijn bij de uitvoering van het
onderzoek en hun familieleden.
16. Deelnemers die op het moment van inschrijving borstvoeding geven.
Deelnemende baby*s
1. Baby die een directe afstammeling (kind of kleinkind) is van het
onderzoekspersoneel.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2019-002943-85-NL |
CCMO | NL72847.000.20 |
Ander register | US IND 017931; NCT04424316 |