De hieronder beschreven doelstellingen en eindpunten van het onderzoek worden voor de volgende behandelingsregimes geëvalueerd:• Groep A: Nivolumab + CCRT, gevolgd door onderhoud met nivolumab + ipilimumab• Groep B: Nivolumab + CCRT, gevolgd door…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Ademhalingsorgaan- en mediastinale neoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire eindpunten zijn:
• PFS op basis van RECIST 1.1 middels blinde onafhankelijke centrale
beoordeling (BICR)
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire eindpunten zijn:
• OS voor groep A vs. groep C
• PFS op basis van RECIST 1.1 middels BICR voor groep B vs. groep C
• OS voor groep B vs. groep C
• PFS op basis van RECIST 1.1 middels BICR voor groep A vs. groep B
• OS voor groep A vs. groep B
• Objectief responspercentage (ORR) op basis van RECIST 1.1 middels BICR
• Duur van de respons op basis van RECIST 1.1 middels BICR
• Tijd tot respons (TTR) op basis van RECIST 1.1 middels BICR
• PFS op basis van RECIST 1.1 middels beoordeling onderzoeker
• ORR op basis van RECIST 1.1 middels beoordeling onderzoeker
• DoR op basis van RECIST 1.1 middels beoordeling onderzoeker
• TTR op basis van RECIST 1.1 middels beoordeling onderzoeker
• TTDM op basis van RECIST 1.1 middels beoordeling onderzoeker
• Incidentie van AE's, SAE's en specifieke AE's
• Het percentage deelnemers zonder een betekenisvolle achteruitgang in de
symptomen na een onderhoudsbehandeling van 48 weken gebaseerd op de
LCS-subschaal van FACT-L en NSCLC-SAQ
Achtergrond van het onderzoek
Longkanker is al tientallen jaren de meest voorkomende vorm van kanker in de
wereld. Het aantal nieuwe gevallen wordt in 2012 geschat op 1,8 miljoen (12,9%
van het totaal). Longkanker is wereldwijd de meest voorkomende doodsoorzaak van
kanker en naar schatting verantwoordelijk voor bijna één op de vijf
sterfgevallen (1,59 miljoen sterfgevallen, 19,4% van het totaal).
Niet-kleincellige longkanker (NSCLC) vertegenwoordigt ongeveer 80% tot 85% van
alle longcarcinomen en 30% van de patiënten heeft de ziekte in stadium III. De
standaardbehandeling voor patiënten met een goede functionele status en
niet-reseceerbaar NSCLC in stadium III was definitieve chemoradiatie. Een
meta-analyse van gelijktijdige therapie ten opzichte van daaropvolgende
chemoradiotherapie liet betere resultaten zien voor gelijktijdige therapie.
Met verbeteringen in bijvoorbeeld stadiëring door gebruik van PET-scans en in
bestralingstechnologieën werd bij 30 tot 35% een algehele overleving (OS) van 5
jaar gemeld.
Pogingen om de OS te verbeteren variëren van escalatie/acceleratie van de
radiotherapiedosis, nieuwe combinaties van chemotherapieën, toevoeging van
biologische middelen, gerichte middelen en kankervaccins tot
standaardbehandelingen. Technische radiotherapeutische modificaties zijn ook
verkend. Geen van deze inspanningen hebben tot dusver echter geleid tot een
verbetering van de OS, behalve acceleratie van radiotherapie in situaties
zonder gelijktijdige therapie.7 Onlangs heeft durvalumab, een
anti-PD-L1-middel, een verbetering laten zien in de mediane PFS en in de OS
tijdens de onderhoudsbehandeling na CCRT. Dit wordt de nieuwe zorgstandaard.
Het merendeel van de patiënten had tijdens de eerste twee jaar therapie echter
nog steeds te maken met ziekteprogressie of overlijden. Omdat dit stadium van
de ziekte potentieel geneesbaar is, moet het genezingspercentage nog verder
worden verbeterd.
Immunotherapie tegen kanker berust op de veronderstelling dat tumoren kunnen
worden herkend als vreemd in plaats van lichaamseigen en effectief kunnen
worden aangevallen door een geactiveerd immuunsysteem. Aangenomen wordt dat een
effectieve immuunrespons in deze situatie berust op immuunbewaking van
tumorantigenen, tot expressie gebracht op
kankercellen, wat uiteindelijk resulteert in een adaptieve immuunrespons en het
afsterven van kankercellen.
Ondertussen kan de tumorgroei afhangen van de verwerving van eigenschappen die
kankercellen in staat stellen om immuunbewaking te omzeilen en te ontsnappen
aan effectieve aangeboren en adaptieve immuunreacties.
De huidige inspanningen op het gebied van immuuntherapie proberen de schijnbare
tolerantie van het immuunsysteem voor tumorcellen en antigenen te doorbreken.
Getracht wordt om kankerantigenen middels therapeutische vaccinatie in te
brengen of regulerende checkpoints van het immuunsysteem te moduleren.
Stimulatie van T-cellen is een complex proces
waarbij integratie plaatsvindt van talloze positieve en negatieve
co-stimulerende signalen alsmede antigeenherkenning door de TCR. Deze signalen
regelen samen de balans tussen T-celactivatie en tolerantie. Derhalve biedt de
combinatie van anti-PD-1- en anti-CTLA-4-immuuntherapieën na CCRT wellicht
mogelijkheden tot verbetering van de resultaten.
Doel van het onderzoek
De hieronder beschreven doelstellingen en eindpunten van het onderzoek worden
voor de volgende behandelingsregimes geëvalueerd:
• Groep A: Nivolumab + CCRT, gevolgd door onderhoud met nivolumab + ipilimumab
• Groep B: Nivolumab + CCRT, gevolgd door onderhoud met nivolumab
• Groep C: CCRT, gevolgd door onderhoud met durvalumab
Het primaire doel van het onderzoek is het vergelijken van progressievrije
overleving (PFS) voor groep A vs. groep C.
Secundaire doelstellingen
- Evalueren van en algehele overleving (OS) voor groep A vs. groep C.
- Evalueren van de PFS en OS voor groep B vs. groep C en groep A vs. groep B
- Evalueren van de tumorrespons voor groep A vs. groep C, groep B vs. groep C
en groep A vs. groep B volgens de blinde onafhankelijke centrale beoordeling
(BICR)
- Evalueren van de PFS en tumorrespons voor groep A vs. groep C, groep B vs.
groep C en groep A vs. groep B volgens de beoordeling van de onderzoeker aan de
hand van tumor-beeldvorming
- Evalueren van de tijd tot aan overlijden of verre metastasen (TTDM) voor
groep A vs. groep C, groep B vs. groep C en groep A vs. groep B volgens de
beoordeling van de onderzoeker aan de hand van tumorbeeldvorming
- Beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid van de onderzoeksbehandeling
- Evalueren van de verergering van symptomen voor groep A vs. groep C, groep B
vs. groep C en groep A vs. groep B
Onderzoeksopzet
Dit is een multicentrisch, gerandomiseerd, open-label, fase 3-onderzoek waarin
een vergelijking wordt gemaakt tussen nivolumab plus CCRT, gevolgd door de
combinatie van nivolumab en ipilimumab (groep A) of nivolumab plus CCRT,
gevolgd door nivolumab alleen (groep B) met CCRT, gevolgd door durvalumab
(groep C) bij eerder onbehandeld lokaal gevorderd NSCLC. De veiligheid en
werkzaamheid van ipilimumab bij toevoeging aan een onderhoudsbehandeling met
nivolumab worden ook gekarakteriseerd door middel van de beschrijvende
evaluatie van groep A vs. groep B.
Het onderzoek is opgedeeld in een screeningperiode, een periode met
gelijktijdige chemoradiotherapie (CCRT), een herstelperiode, een
onderhoudsperiode en een langdurige vervolgperiode. De behandelperiode zal
bestaat uit een CCRT-periode, een herstelperiode en een onderhoudsperiode.
Deelnemers worden gerandomiseerd (1:1:1) naar een van de volgende 3
behandelgroepen:
Groep A:
- CCRT-periode: nivolumab (360 mg vaste dosis i.v. elke 3 weken) gedurende
cyclus 1-3 + platinumhoudende doublet-chemotherapie (i.v. elke 3 weken)
gedurende cyclus 1-3 + radiotherapie (totale dosis van 60-66 Gy) gedurende
cyclus 2-3
- Onderhoudsperiode: nivolumab (360 mg vaste dosis i.v. elke 3 weken) +
ipilimumab (1 mg/kg i.v. elke 6 weken) gedurende maximaal 12 maanden
Groep B:
- CCRT-periode: nivolumab (360 mg vaste dosis i.v. elke 3 weken) gedurende
cyclus 1-3 + platinumhoudende doublet-chemotherapie (i.v. elke 3 weken)
gedurende cyclus 1-3 + radiotherapie (totale dosis van 60-66 Gy) gedurende
cyclus 2-3
- Onderhoudsperiode: nivolumab (480 mg vaste dosis i.v. elke 4 weken) gedurende
maximaal 12 maanden
Groep C:
- CCRT-periode: platinumhoudende doublet-chemotherapie (i.v. elke 3 weken)
gedurende cyclus 1-3 + radiotherapie (totale dosis van 60-66 Gy) gedurende
cyclus 2-3
- Onderhoudsperiode: durvalumab (10 mg/kg i.v. elke 2 weken) gedurende maximaal
12 maanden.
Als de radiotherapieplanning voorafgaand aan de opstart van de systemische
antikankertherapie bij cyclus 1 van de CCRT-periode (groep A, B of C) voltooid
is, kan de onderzoeker ervoor kiezen alleen cyclus 1 van de systemische
antikankertherapie over te slaan en de radiotherapiebehandeling gelijktijdig
met de systemische antikankertherapie (cyclus 2) op te starten. Alle
onderzoeksprocedures voor cyclus 2 en cyclus 3 tijdens de CCRT-periode dienen
nog altijd te worden aangehouden. De herstelperiode begint na de laatste
radiotherapiedosis en de voltooiing van de procedures uit cyclus 3, zoals in
het activiteitenschema uiteengezet. Er vindt in deze situatie geen extra cyclus
met consoliderende chemotherapie + nivolumab (groep A en B) of alleen
chemotherapie (groep C) plaats nadat de radiotherapie voltooid is.
Randomisatie wordt gestratificeerd op basis van:
• Leeftijd: (< 65 jaar/>= 65 jaar)
• PD-L1-status (>= 1% / < 1%, onbepaald of niet evalueerbaar)
• Stadium volgens AJCC, 8e editie (IIIA/IIIB/IIIC)
Onderzoeksproduct en/of interventie
De onderzoeksarts heeft de mogelijkheid cyclus 1 over te slaan en uw behandeling tegen kanker tegelijk met de radiotherapie in cyclus 2 te beginnen. Groep A: > CCRT-periode: nivolumab (360 mg vaste dosis i.v. elke 3 weken) gedurende cyclus 1-3 + platinumhoudende doublet-chemotherapie (i.v. elke 3 weken) gedurende cyclus 1-3 + radiotherapie (totale dosis van 60-66 Gy) gedurende cyclus 2-3 > Onderhoudsperiode: nivolumab (360 mg vaste dosis i.v. elke 3 weken) + ipilimumab (1 mg/kg i.v. elke 6 weken) gedurende maximaal 12 maanden Groep B: > CCRT-periode: nivolumab (360 mg vaste dosis i.v. elke 3 weken) gedurende cyclus 1-3 + platinumhoudende doublet-chemotherapie (i.v. elke 3 weken) gedurende cyclus 1-3 + radiotherapie (totale dosis van 60-66 Gy) gedurende cyclus 2-3 > Onderhoudsperiode: nivolumab (480 mg vaste dosis i.v. elke 4 weken) gedurende maximaal 12 maanden Groep C: > CCRT-periode: platinumhoudende doublet-chemotherapie (i.v. elke 3 weken) gedurende cyclus 1-3 + radiotherapie (totale dosis van 60-66 Gy) gedurende cyclus 2-3 > Onderhoudsperiode: durvalumab (10 mg/kg i.v. elke 2 weken) gedurende maximaal 12 maanden.
Inschatting van belasting en risico
In het kader van het onderzoek wordt van de patiënten verwacht dat ze meerdere
bezoeken aan de kliniek afleggen, waar de volgende procedures worden verricht:
lichamelijk onderzoek, meting van de vitale functies, bloedonderzoeken voor
beoordeling van de veiligheid, zwangerschapstesten (voor vrouwen in de
vruchtbare leeftijd) en controle op (ernstige) bijwerkingen. De patiënten wordt
gevraagd om vragenlijsten (NSCLC-SAQ, PGIS, FACT-L en EQ-5Q-3L) in te vullen
over hun kwaliteit van leven. Bij bepaalde bezoeken wordt voor
onderzoeksdoeleinden (FK, immunogeniciteit en biomarkeronderzoeken) ook bloed
afgenomen. Als er geen gearchiveerd tumorweefsel (15 tot 20 objectglaasjes met
tumorweefsel) beschikbaar is of als het monster te lang geleden is afgenomen (>=
3 maanden), dienen patiënten een nieuwe tumorbiopsie te ondergaan. Als dit
klinisch mogelijk is, wordt er ook bij ziekteprogressie een biopsie van de
tumor uitgevoerd. Patiënten krijgen bij de screening een radiografisch
onderzoek van hun tumoren met behulp van CT. Vóór de start van het onderzoek
worden PET-CT-scans uitgevoerd. Volgende beoordelingen met beeldvorming worden
elke 12 weken gedurende 2 jaar uitgevoerd, vervolgens elke 6 maanden voor een
duur van maximaal 5 jaar tot terugkeer of progressie van de ziekte (bevestigd
door middel van blinde onafhankelijke centrale beoordeling). Er wordt een
hersen-MRI uitgevoerd voordat het onderzoek start en daarna alleen wanneer dit
klinisch is geïndiceerd. De bezoekfrequentie en het aantal uitgevoerde
procedures tijdens dit onderzoek worden gewoonlijk beschouwd als de
zorgstandaard overtreffend. De procedures worden uitgevoerd door opgeleide
medische professionals en er wordt alles aan gedaan om de risico*s voor of het
ongemak van de patiënt te beperken.
De behandeling van kanker heeft vaak bijwerkingen, waaronder enkele die
levensbedreigend zijn. Om een doorlopende gunstige risico-batenanalyse te
waarborgen voor geregistreerde patiënten aan het onderzoek, wordt er een
onafhankelijke commissie voor gegevenscontrole (DMC) ingesteld die toezicht
houdt op de aspecten van veiligheid en werkzaamheid. Daarnaast adviseert de DMC
de opdrachtgever over de maatregelen die de commissie nodig acht om de
patiënten in het onderzoek te beschermen.
BMS bewaakt de veiligheid op rigoureuze wijze om de veiligheid van de patiënten
te waarborgen door de veiligheidsgegevens regelmatig en systematisch door te
nemen; de gemelde veiligheidsvoorvallen worden nauwlettend opgevolgd; centra en
onderzoekers krijgen een training voor de implementatie van de
behandelingsstrategie met betrekking tot toxiciteit van nivolumab, ipilimumab
en durvalumab. Nieuwe op het immuunsysteem gerichte therapieën
(immunotherapieën) zoals nivolumab, ipilimumab en durvalumab kunnen mogelijk
klinisch voordeel en verbetering van de resultaten bieden voor patiënten met
deze ziekte. Net als voor alle experimentele geneesmiddelen en klinische
onderzoeken zijn er echter bekende en onbekende risico*s. De met het
onderzoeksmiddel en procedure samenhangende risico*s worden uitgebreid
beschreven in het patiëntinformatieblad om te verzekeren dat de patiënten
volledig op de hoogte zijn voordat ze instemmen met deelname aan het onderzoek.
Publiek
Sanderson Road Unit 2 Sanderson Road Unit 2
Uxbridge UB8 1DH
GB
Wetenschappelijk
Sanderson Road Unit 2 Sanderson Road Unit 2
Uxbridge UB8 1DH
GB
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1) ECOG prestatiestatus <= 1
2) Lokaal gevorderde pathologisch bevestigde (inclusief cytologie) NSCLC in
stadium IIIA, IIIB of IIIC (T1-2 N2-3 M0, T3 N1-3 M0 of T4 N0-3 M0), volgens de
8e TNM-classificatie, die ontvankelijk is voor definitieve CCRT. Deelnemers die
niet zijn ingepland voor mogelijke curatieve operatieve resectie komen in
aanmerking, met uitzondering van degenen die geen operatie ondergaan vanwege
klinische contra-indicatie voor algemene verdoving/chirurgie. Deelnemers moeten
tijdens de screening worden geëvalueerd door het multidisciplinaire team op de
locatie (zoals: medisch oncoloog, chirurg, radioloog) om de geschiktheid van de
deelnemer voor het onderzoek te beoordelen.
i) Openlijke cT4-ziekte. Invasieve wervelziekte mag niet strekken tot het
ruggenmergkanaal. OF
ii) Nodale status N2 of N3 moet zijn aangetoond (door biopsie bij ten minste
één N2- of N3-nodus, via EBUS, mediastinoscopie of thoracoscopie) OF
iii) Nodale status N1 moet zijn aangetoond door biopsie bij ten minste één
N1-nodus, via EBUS, mediastinoscopie of thoracoscopie voor T3-ziekte , tenzij
de laesie niet geschikt is of de biopsieprocedure niet medisch haalbaar is
(moet worden gedocumenteerd in het medisch dossier)
Opmerking: dunne-naald-aspiratie/-cytologie is acceptabel voor diagnose- en
stadiëringsdoeleinden
3) Recent gediagnosticeerd en niet eerder behandeld, zonder eerdere lokale of
systemische antikankertherapie als primaire behandeling voor lokaal gevorderde
ziekte
4) Meetbare aandoening volgens de RECIST 1.1-criteria
5) Tijdens de screening moet van alle deelnemers weefsel naar een centraal
laboratorium zijn gestuurd dat binnen 3 maanden voorafgaand aan registratie is
verkregen. De biopsie moet door middel van excisie, een holle naald of een
operatie zijn uitgevoerd. Aspiratie met een fijne naald wordt niet
geaccepteerd.
Om aan de onderhoudsbehandeling van het onderzoek mee te kunnen doen, moet aan
de volgende criteria worden voldaan:
1) Opmerking: inclusiecriterium 4 a) is verwijderd overeenkomstig
protocolwijziging 02. ECOG prestatiestatus <= 1
2) Geen door BICR bevestigd bewijs van progressieve ziekte volgens RECIST 1.1
tijdens of na CCRT
3) Geen huidig of voorafgaand gebruik van immunosuppressiva binnen 14 dagen
vóór de eerste dosis van de onderhoudsimmunotherapie, met uitzondering van
intranasale en geïnhaleerde corticosteroïden of systemische corticosteroïden in
fysiologische doses die niet hoger mogen zijn dan 10 mg/dag van een dagelijkse
equivalent van prednison. Systemische toediening van steroïden die nodig zijn
als profylaxe tegen of ter behandeling van toxiciteiten vanwege CCRT is
toegestaan
4) Een eventuele toxiciteit van CCRT moet afnemen naar graad 1 of baseline (met
uitzondering van vermoeidheid, oesofagitis of alopecia graad 2).
5) Deelnemers in groep A en groep B die nivolumab hebben gekregen, mogen NIET
voldoen aan de criteria voor stopzetting van immuuntherapie (paragraaf 8.1.1
van het protocol).
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1) Elke aandoening, met inbegrip van medische, emotionele, psychiatrische of
logistieke aspecten die, naar het oordeel van de onderzoeker, zou voorkomen dat
de patiënt zich aan het protocol houdt of het risico zou verhogen dat gepaard
gaat met deelname aan het onderzoek of het toedienen van onderzoeksmiddelen of
de interpretatie van veiligheidsresultaten zou verstoren (bijvoorbeeld een
aandoening die gepaard gaat met diarree of acute diverticulitis)
2) Actieve infectie waarvoor binnen 14 dagen voorafgaand aan randomisatie een
systemische behandeling nodig is
3) Actieve maligniteit (aanwezig tijdens screening) die behandeling vereist of
voorgeschiedenis van eerdere actieve maligniteit in de 2 jaar voorafgaand aan
randomisatie (d.w.z. deelnemers met een voorgeschiedenis van maligniteit komen
in aanmerking als behandeling ten minste 2 jaar voorafgaand aan randomisatie is
beëindigd en de deelnemer geen aantoonbare ziekte heeft). Deelnemers met een
voorgeschiedenis van basaalcel-/plaveiselcelcarcinoom van de huid in vroeg
stadium of niet-invasieve of in-situ kankers die op een eerder moment
definitief behandeld zijn, komen ook in aanmerking.
4) Deelnemers met een actieve, bekende of vermoedelijke auto-immuunziekte.
Deelnemers met diabetes mellitus type I, hypothyreoïdie waarvoor alleen
hormonale substitutie nodig is, huidaandoeningen (zoals vitiligo, psoriasis of
alopecie) die niet systemisch hoeven te worden behandeld of aandoeningen die
naar verwachting niet zullen terugkeren bij afwezigheid van een externe
trigger, mogen worden ingeschreven
5) Deelnemers met een aandoening die binnen 14 dagen na aanvang van de
randomisatie systemisch moet worden behandeld met corticosteroïden (dagelijks >
10 mg equivalent aan prednison) of andere immunosuppressiva. Dagelijkse doses
inhalatie- of topische steroïden en vervangende bijnierschorshormonen > 10 mg
gelijkwaardig aan prednison zijn toegestaan in afwezigheid van actieve
auto-immuunziekte
6) Eerdere behandeling met een anti-PD-1-, anti-PD-L1-, anti-PD-L2- of
anti-CTLA-4-antilichaam, of een ander antilichaam of geneesmiddel dat specifiek
is gericht op co-stimulatie van T-cellen of checkpointroutes
7) Aanwezigheid van pleurale/pericardiale effusie op CT-scan en/of röntgenfoto.
Effusies die te klein zijn om veilig te worden afgetapt, zijn aanvaardbaar
8) Deelnemers met EGFR-mutatie, ongeacht het type mutatie, zijn uitgesloten.
Een niet-plaveiselcelcarcinoom met een onbekende EGFR-mutatiestatus moet op
EGFR-mutatie worden getest.
9) Bekende ALK-translocatie en/of ROS1-herschikking
10) Geschiedenis van orgaan- of weefseltransplantatie die systemisch gebruik
van immunosuppressiva vereist
11) Bekende geschiedenis van positieve test op humaan immunodeficiëntievirus
(hiv) of bekend
verworven immunodeficiëntiesyndroom (aids).
12) Eerdere infectie met ernstig acuut respiratoir syndroom coronavirus 2
(SARS-CoV-2) in de 4 weken voorafgaand aan screening. Symptomen moeten hersteld
zijn en naar het oordeel van de onderzoeker in overleg met de medische monitor
moeten er geen sequelae zijn waardoor de deelnemer meer risico zou lopen bij
het krijgen van onderzoeksbehandeling.
13) Eerdere/gelijktijdige therapie
a) Eerdere thoracale radiotherapie. Uitzonderingen zijn eerdere radiotherapie
met betrekking tot de borstkas voor klinische aandoeningen anders dan
longkanker (bijv. borstkanker), waarvan het bestralingsveld het veld van de
onderzochte ziekte niet overlapt EN er geen FDG-opname is in het eerder
bestraalde gebied van de long tijdens de bij screening uitgevoerde PET-scan.
Alle andere eerdere radiotherapie is toegestaan en moet ten minste 30 dagen
voorafgaand aan de onderzoeksbehandeling zijn afgerond, met herstel van
resttoxiciteit voorafgaand aan inschrijving in het onderzoek.
b) Gebruik van een onderzoeksmiddel of -apparaat in de 28 dagen voorafgaand aan
toediening van de eerste dosis van het onderzoeksmiddel
c) Deelnemers die binnen 30 dagen voorafgaand aan de eerste behandeling een
levend/verzwakt vaccin hebben gekregen
d) Behandeling met aanvullende medicatie (bijv. kruidensupplementen of
traditionele Chinese medicijnen) binnen 2 weken voorafgaand aan de
randomisatie/behandeling ten behoeve van algemene ondersteuning van de
gezondheid of voor de behandeling van de onderzochte ziekte. Zie paragraaf
7.7.1 van het protocol voor verboden therapieën.
e) Het bestralingsschema zal waarschijnlijk niet voldoen aan long V20 <35%
(idealiter <30%)
f) Significant afwijkende bevindingen bij lichamelijk onderzoek en
laboratoriumonderzoek
g) Bekende geschiedenis van allergieën en bijwerking op bestanddeel in
onderzoeksmiddelen of monoklonaal antilichaam
h) Deelnemers die momenteel deelnemen aan andere interventionele onderzoeken,
waaronder die voor COVID-19, mogen niet aan klinische onderzoeken van BMS
deelnemen tot de in het protocol aangegeven uitwasperiode bereikt is. Als een
onderzoeksdeelnemer voorafgaand aan screening een experimenteel COVID-19-vaccin
of een ander experimenteel middel voor behandeling of ter voorkoming van
COVID-19 heeft gekregen, moet inschrijving worden uitgesteld tot de biologische
invloed van het vaccin of het experimenteel middel gestabiliseerd is, op basis
van overleg tussen de onderzoeker en de medische monitor.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2019-001222-NL |
CCMO | NL70694.056.19 |
Ander register | U1111-1229-7290 |