Het primaire wetenschappelijke doel van het PROMINENT-onderzoek is beoordelen of behandeling met het selectieve eroxisoom proliferator-geactiveerde receptormodulator alpha, (SPPARM-α), pemafibrate, myocardinfarct (MI), ischemische beroerte,…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartaandoeningen, tekenen en symptomen NEG
- Diabetescomplicaties
- Arteriosclerose, stenose, vaatinsufficiëntie en necrose
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire werkzaamheidseindpunt is de tijd van randomisatie tot het eerste
optreden van een onderdeel van het klinisch samengestelde eindpunt van:
• niet-fataal MI
• Niet-fatale ischemische beroerte
• hartrevascularisatie
• cardiovasculair overlijden
Secundaire uitkomstmaten
De (klinische) eindpunten voor groep A zijn tijd tot eerste optreden van:
- Het uit 4 componenten bestaande eindpunt van niet-fataal MI, niet fatale
beroerte, ziekenhuisopname voor onstabiele angina waarbij ongeplande
hartrevascularisatie vereist is
- Het uit 3 onderdelen bestaande eindpunt van niet-fataal MI, niet-fatale
beroerte of cardiovasculair overlijden
- Een onderdeel van het primaire eindpunt of ziekenhuisopname voor HF
- Een onderdeel van het primaire eindpunt of mortaliteit ongeacht de oorzaak
- Een onderdeel van het primaire eindpunt, hartrevascularisatie of
ziekenhuisopname voor HF
- Elk nieuw of verslechterd PAV, gedefinieerd als incidentie van
revascularisatie van een onderste extremiteit, claudicatio intermittens,
rustpijn, ischemische zweren in de onderste extremiteiten of grote amputatie
met ofwel enkel-armindex <= 0,9 ofwel ander diagnostisch onderzoek (bijv.
teen-armindex, angiogram of ander beeldvormingsonderzoek)
- Tijdstip van eerste optreden van de individuele eindpunten en een analyse van
totale gebeurtenissen (evaluatie van de tijd van het optreden van de eerste tot
alle terugkerende niet-fatale MI, niet-fatale ischemische beroerte,
hartrevascularisatie of cardiovasculaire dood).
- Bovendien, als een vooraf gespecificeerde secundaire analyse, zal bewijs van
elke modificatie van het genetische effect dat verband kan houden met
pemafibraat en incident cardiovasculaire gebeurtenissen worden geëvalueerd. In
het bijzonder zal worden beoordeeld of het effect van pemafibraat in
vergelijking met placebo bij cardiovasculaire gebeurtenissen verschilt volgens
bekende genetische polymorfismen in het PPARA-gen (zoals, maar niet beperkt tot
rs6008845).
De eindpunten van groep B (lipiden) zijn:
• De verandering ten opzichte van screening/insluitingsbezoek (bezoek 1) tot
het bezoek in maand 4 (bezoek 5) voor de volgende lipiden-biomarkers: TC, TG,
HDL-C, non-HDL-C (berekend), VLDL-C (berekend), ApoA1, ApoC3 en ApoE; en
• De verandering ten opzichte van randomisatiebezoek (bezoek 2) tot het bezoek
in maand 6 (bezoek 6) voor niet-nuchter overgebleven cholesterol
* VLDL-C wordt berekend als TC minus HDL-C minus LDL-C, waarbij LDL-C door een
directe homogene methode wordt gemeten.
Tertiaire werkzaamheidseindpunten:
Tertiaire werkzaamheidseindpunten omvatten microvasculaire eindpunten (d.w.z.
diabetische retinopathie en diabetische nefropathie) alsmede verkennende
mechanistische onderzoeken ter evaluatie van de verschillen in de gemiddelde
bereikte niveaus en verandering van de uitgangswaarde tussen de behandelgroepen
met pemafibrate en placebo in:
• Kern lipidenparameters (totaal cohort): TG, HDL-C, berekend en direct gemeten
LDL-C, berekend VLDL-C en non-HDL-C, TC, ApoB, ApoE en direct gemeten
overgebleven cholesterol
• Gevorderde lipidenparameters (totaal cohort): ApoA1, ApoC3, LDL-C door bèta-
kwantificering (PUC), lipoproteïnedeeltjes (nucleaire magnetische resonantie
[NMR] grootte, concentraties en subfracties), HDL-TG en LDL-TG door PUC, en
direct gemeten sdLDL-C en LDL-TG
• Inflammatoire en glykemische parameters (totaal cohort): hsCRP, nuchter
glucose, HbA1c en FGF-21
• Uitgebreide verkennende lipiden- en non-lipidenparameters (cohort VS/Canada):
ApoA5, ApoB48, ANGPTL3, ANGPTL4, PCSK9-massa, CK-18 en type IV-collageen
Microvasculaire eindpunten worden eveneens onderzocht. Deze omvatten
diabetische retinopathie, gedefinieerd als gebruik van retinale
laserbehandeling, anti-vasculaire endotheliale groeifactortherapie of
vitrectomie door ontwikkeling en/of verslechtering van diabetische retinopathie
en blindheid, en diabetische nefropathie, gedefinieerd als een toename van de
microalbumine/creatinine-verhouding > 30 mg/g onder degenen zonder
microalbuminurie bij baseline, of categorische verandering ten opzichte van
baseline in albuminurie (normo-, micro- of macroalbuminurie), een verdubbeling
van de creatinine ten opzichte van baseline, creatinineniveau > 6,0 mg/dl, eGFR
<15 ml/min/1,73 m2, of starten met niervervangende therapie (dialyse of
transplantatie) bij alle deelnemers.
Achtergrond van het onderzoek
Behandeling van dyslipidemie ter preventie van cardiovasculaire ziekte was van
oudsher gericht op het beperken van het atherogene potentieel van verhoogde
lagedichtheidlipoproteïne cholesterol (LDL-C), dat tegenwoordig het
belangrijkste lipidendoelwit is in de klinische praktijk. Terwijl statinen de
pijler zijn van behandeling voor het verlagen van LDL-C bij de meeste
patiënten, behouden veel mensen een hoog cardiovasculair risico ondanks het
bereiken van de LDL-C-doelen.
Bij pogingen om dit resterende risico op een cardiovasculaire ziekte te
verbeteren, werden de afgelopen tien jaar van onderzoek naar lipiden
gedomineerd door onderzoeken naar de mogelijke vasculaire voordelen van het
verhogen van hogedichtheidlipoproteïne cholesterol (HDL-C). Ondanks schijnbaar
overeenstemmende in vitro en in vivo experimentele gegevens ontbreekt er
momenteel ondersteunend bewijs voor de farmacologische strategie van het
verhogen van de HDL-C-niveaus. Resultaten van meerdere recent uitgevoerde
interventionele onderzoeken met een cholesterylestertransferproteïne met of
zonder nicotinezuur om de HDL-C-niveaus te verhogen hebben inderdaad geen
afname in cardiovasculaire (CV) voorvallen aangetoond, en een laag HDL-C blijft
een sterke marker van toegenomen cardiovasculair risico na statinetherapie en
een verbeterde HDL-functie kan uiteindelijk bewijzen een veelbelovende
therapeutische strategie te zijn.
Zoals hieronder beschreven, hebben de erkenning dat hypertriglyceridemie (HTG)
vaak gepaard gaat met een laag HDL-C, een aannemelijke pathobiologie,
bijbehorende prospectieve epidemiologische gegevens, het aantonen van
aanhoudende voordelen in subgroepanalyses van beperkende onderzoeken met
volledige triglyceriden (TG) en recentere Mendeliaanse randomisatieonderzoeken
en andere genetische onderzoeken die een oorzakelijk verband aantonen,
vernieuwde belangstelling gevoed in HTG als secundair lipidendoelwit, met name
in de context van diabetes type 2 (T2D).
Toch is er geen klinisch onderzoek geweest waarin het effect werd beoordeeld
van TG-afname op de feitelijke resultaten van cardiovasculaire ziekten onder
patiënten die er waarschijnlijk voordeel van zullen hebben, dat wil zeggen, die
patiënten met vastgestelde dyslipidemie (verhoogd TG en laag HDL-C). Dit
kennishiaat is met name verontrustend, gezien het feit dat de gemiddelde
TG-waarden gestegen zijn in de Verenigde Staten (VS) en elders, naast de
groeiende algemene volksziekte obesitas en T2D.
Doel van het onderzoek
Het primaire wetenschappelijke doel van het PROMINENT-onderzoek is beoordelen
of behandeling met het selectieve eroxisoom proliferator-geactiveerde
receptormodulator alpha, (SPPARM-α), pemafibrate, myocardinfarct (MI),
ischemische beroerte, hartrevascularisatie en cardiovasculair (CV) overlijden
voorkomt bij volwassenen met diabetes type 2 (T2D) met verhoogde
triglyceridenwaarden (TG) en lage waarden hogedichtheidlipoproteïne cholesterol
(HDL-C) die risico lopen op CV-voorvallen in de toekomst.
Concreet is de primaire doelstelling van het onderzoek bepalen of pemafibrate
toegediend in een dosis van 0,2 mg tweemaal daags de tijd tot eerste optreden
vertraagt van een onderdeel van het klinisch samengestelde eindpunt van:
• niet-fataal MI;
• niet-fatale ischemische beroerte;
• hartrevascularisatie; of
• cardiovasculair overlijden.
Het secundaire wetenschappelijk doel van dit onderzoek is het onderzoeken van
1) de werkzaamheid (tijd tot eerste optreden) van een aantal secundaire
cardiovasculaire en aan diabetes gerelateerde vasculaire en niet-vasculaire
eindpunten bij de onderzoekspopulatie en 2) de werkzaamheid (gemeten als het
procentuele percentage ten opzichte van baseline) voor een
aantal lipidenmetingen.
Onderzoeksopzet
Het (PROMINENT) onderzoek is een gerandomiseerd, dubbelblind,
placebogecontroleerd, internationaal onderzoek waarin het vermogen van
pemafibrate wordt geëvalueerd bij het voorkomen van cardiovasculaire voorvallen
onder 10.000 mannelijke en vrouwelijke volwassenen met diabetes type 2 en
gemiddelde- hypertriglyceridemie met laag HDL-C met gemiddelde tot
hoge-intensiteit statine-achtergrondtherapie. PROMINENT wordt uitgevoerd in
20-25 landen om generaliseerbaarheid te waarborgen en insluiting en een
vervolgperiode in maximaal 5 jaar mogelijk te maken.
Het onderzoek wordt gestuurd door de voorvallen, dusdanig dat 1.092 voorvallen
bevestigd moeten zijn, met een minimum van 200 voorvallen die bij vrouwen zijn
opgetreden.
Het onderzoek omvat het volgende: een pre-screeningsbezoek (bezoek 0), een
screening/insluitingsbezoek (bezoek 1), een inloopperiode van 21 dagen
(maximaal 35 dagen) met placebo, een randomisatiebezoek (bezoek 2), een
behandelingsperiode bestaande uit ongeveer 30 bezoeken
(post-randomisatiebezoeken 3 tot en met 33, indien van toepassing), een
algemeen bezoek einddatum onderzoek en een telefoongesprek na onderzoek
aangaande veiligheid.
Deelnemers die in aanmerking blijven komen, die de medicatie blijven nemen
tijdens de inloopperiode met placebo en die het relevante medisch dossier
hebben overhandigd keren terug voor een randomisatiebezoek (bezoek 2, week 0)
om willekeurig te worden toegewezen in een ratio van 1:1 om ofwel pemafibrate
0,2 mg tweemaal daags te ontvangen of een overeenkomstig placebotablet die
tweemaal daags moet worden ingenomen.
Gedurende de behandelingsperiode, te beginnen in maand 10 (bezoek 8) worden de
persoonlijk af te leggen bezoeken afgewisseld met telefoongesprekken die
ongeveer elke 2 maanden na maand 10 plaatsvinden.
Bij de bezoeken in maand 2, 4 en 12, daarna bij de jaarlijkse bezoeken en het
algemeen bezoek einddatum onderzoek worden nuchtere bloedmonsters en een
urinemonster afgenomen ter beoordeling op veiligheid en werkzaamheid. Na maand
12 worden bloedmonsters verzameld voor een veiligheidsbeoordeling (alleen
chemiepaneel) bij elk interveniërend persoonlijk bezoek
Deelnemers worden gevolgd voor een gemiddelde duur van ongeveer 4 jaar na
randomisatie (geschatte onderzoeksduur: 5 jaar). Deelnemers die stoppen met
hun medicatie ongeacht de reden en die niet in staat zijn de therapie te
hervatten moeten nog steeds worden gevolgd voor het verzamelen van gegevens en
lichaamsmateriaal.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Patiënten worden gerandomiseerd om in een verhouding van 1:1 ofwel tweemaal daags dubbelblinde pemafibrate 0,2 mg ofwel placebo te ontvangen. De geschatte insluitingsperiode is ongeveer 30 maanden. Geschat wordt dat de gemiddelde behandelingsduur ongeveer 48 maanden bedraagt (4 jaar) en sommige patiënten blijven ongeveer 60 maanden in het onderzoek (ongeveer 5 jaar). Ten minste 1.092 deelnemers die voldoen aan een onderdeel van het primaire eindpunt zijn vereist, waarvan minimaal 200 voorvallen die zijn opgetreden bij vrouwen. Afhankelijk van de cijfers van de opgebouwde eindpunten in dit onderzoek kan de onderzoeksduur korter of langer zijn.
Inschatting van belasting en risico
De duur van deelname aan het onderzoek is ongeveer 4 jaar. De exacte duur van
het onderzoek wordt bepaald tijdens het onderzoek, maar is ongeveer 5 jaar.
Deelnemers worden gevraagd om pemafibrate of placebo tweemaal daags in te nemen.
Van de deelnemers wordt verwacht dat zij maximaal 20 keer een bezoek brengen
aan het onderzoekscentrum. Na bezoek 11 dienen de deelnemers elke 4 maanden te
komen. Er wordt telefonisch contact opgenomen met de deelnemer om te beoordelen
hoe het gaat. Wanneer de deelnemer met het onderzoeksmiddel stopt, legt hij/zij
een bezoek einde behandeling of voortijdig beëindigingsbezoek af.
Voor sommige bloedtests wordt aanbevolen dat deelnemers ten minste 8 uur te
vasten voordat ze naar het onderzoekscentrum komen. Dit heeft betrekking op
bezoek 1, 1.1, 2, 4, 5, 9 en 11 en daarna eenmaal per jaar.
Vrouwen in de vruchtbare leeftijd moeten instemmen met het gebruiken van
effectieve anticonceptie.
Er kunnen risico's verbonden zijn aan het gebruik van dit onderzoeksmiddel
(voor bijwerkingen zie E9) die (nog niet) geïdentificeerd zijn in tot nog toe
afgeronde onderzoeken.
Deelnemen aan dit onderzoek geeft geen garantie dat de deelnemer enig medisch
voordeel heeft. Het cardiovasculaire risico van de deelnemer kan echter worden
verminderd door deelname aan dit onderzoek. De zorgvuldige medische controle
die de deelnemer tijdens het onderzoek ontvangt kan ertoe leiden dat er nieuwe
informatie wordt verkregen over zijn/haar gezondheid wat voordelen kan
opleveren voor zijn/haar algemene gezondheid en welzijn.
Publiek
430 Davis Dr. Suite 200
Morrisville NC27560
US
Wetenschappelijk
430 Davis Dr. Suite 200
Morrisville NC27560
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Nuchter TG >= 200 mg/dl (2,26 mmol/dl) en < 500 mg/dl (5,65 mmol/dl) bij
bezoek 1 (screening/insluitingsbezoek) of bezoek 1.1 (hertesten)
2. HDL-C <= 40 mg/dl (1,03 mmol/l) bij bezoek 1 (screening/insluitingsbezoek) of
bezoek 1.1 (hertesten)
3. Diabetes type 2 of langer dan 12 weken van (vastgelegd in medisch dossier)
bijvoorbeeld: bewijs vastgesteld in plaatselijk laboratorium middels
beoordeling van verhoogd HbA1c (>= 6,5% [48 mmol/mol]) uit medisch dossier,
verhoogd plasmaglucose (nuchter >= 126 mg/dl [7,0 mmol/l], 2 uur >= 200mg/dl
[11,1 mmol/l] tijdens testen op orale glucosetolerantie of willekeurige waarde
>= 200 mg/dl met klassieke symptomen, of momenteel geneesmiddelen gebruiken voor
de behandeling van diabetes; EN of
a) Leeftijd >= 50 jaar (man) of >= 55 jaar (vrouw) (primair preventiecohort);
OF
b) Leeftijd >= 18 jaar en vastgestelde systemische atherosclerose (secundair
preventiecohort), gedefinieerd als 1 van de volgende:
i. Eerder MI of eerdere ischemische (niet-hemorragische) beroerte
ii. Coronair angiografische laesie met >= 60% stenose in een groot epicardaal
vat of >= 50% overgebleven belangrijke stenose
iii. Asymptomatische ziekte van de halsslagader met >= 70% carotisstenose
iv. Symptomatische ziekte van de halsslagader met >= 50% carotisstenose
v. Symptomatisch perifeer arterieel vaatlijden (PAV) van de onderste
extremiteiten (d.w.z. claudicatio intermittens, rustpijn, ischemische zweren in
de onderste extremiteiten of grote amputatie met ofwel enkel-armindex <= 0,9
ofwel ander diagnostisch onderzoek [bijv. teen-armindex, angiogram of ander
beeldvormingsonderzoek])
vi. Eerdere arteriële revascularisatieprocedure (waaronder
angioplastiek/stenting van kransslagader, halsslagader of perifere ader, bypass
of atherectomie/endarterectomie)
4. Daarnaast moeten deelnemers bij bezoek 1 (screening/insluitingsbezoek)
een van het volgende hebben:
a) Behandeling ontvangen met een stabiele dosis (d.w.z. gedurende ten minste 12
weken) van een geschikte gemiddelde- tot hoge-intensiteit statine
(atorvastatine >= 40 mg/dag, rosuvastatine >= 20 mg/dag, simvastatine >= 40
mg/dag* of pitavastatine 4 mg/dag); of
b) aantoonbaar bewijs van LDL-C <= 70 mg/dl (1,81 mmol/l) door bepaling van
plaatselijk laboratorium in de afgelopen 12 maanden# of
c) statine-intolerantie+ en bewijs van LDL-C <= 100 mg/dl (2,59 mmol/l) door
bepaling van plaatselijk laboratorium in de afgelopen 12 maanden.
* Deelnemers die simvastine > 40 mg/dag ontvangen moeten deze dosis gedurende
ten minste 12 maanden gebruiken en verdragen.
# Indien onbehandeld of op een stabiele dosis (d.w.z. gedurende ten minste 12
weken) van een ander lipidenverlagend behandelingsregime dat een statine met of
zonder ezetimibe en/of een PCSK9-remmer omvat
+ Statine-intolerantie wordt gedefinieerd als: ten minste 2 statinen niet
kunnen verdragen: 1 statine in de laagste dagelijkse startdosis (gedefinieerd
als rosuvastatine 5 mg, atorvastatine 10 mg, simvastatine 10 mg, lovastatine 20
mg, pravastatine 40 mg, fluvastatine 40 mg of pitavastatine 2 mg) EN een andere
statine in elke dosis vanwege symptomen gerelateerd aan het skelet-spierstelsel
anders dan door overbelasting of trauma, zoals pijn, pijntjes, zwakte of
krampen die beginnen of verergeren tijdens de statinetherapie en stoppen
wanneer de statinetherapie wordt stopgezet. Deelnemers die geen dagelijkse
statinebehandeling krijgen (bijv. 1-3 keer per week) kunnen eveneens als
'statine-intolerant' worden beschouwd als ze geen cumulatieve statinedosis van
7 keer de laagste goedgekeurde tabletsterkte kunnen verdragen en als ook aan de
hierboven uiteengezette criteria wordt voldaan.
5. Vermogen om de onderzoeksprocedures te begrijpen en na te leven en
schriftelijke geïnformeerde toestemming te geven.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Huidig of gepland gebruik van fibraten of middelen met krachtige peroxisoom
proliferator-geactiveerde receptor (PPAR)-α-agonistactiviteit (bijv.
saroglitazar) binnen 6 weken (42 dagen) van bezoek 1
(screening/insluitingsbezoek). Opmerking: PPAR-y-agonisten (bijv. glizatonen
zoals pioglitazon en rosiglitazon) zijn toegestaan
2. Bekende overgevoeligheid voor PPAR-α-agonisten of hulpstoffen van de tablet
3. Starten met, of wijziging van, huidige TG-verlagende therapie binnen 12
weken voor bezoek 1 (indien van toepassing). Opmerking: TG-verlagende therapie
wordt gedefinieerd als niacine > 100 mg/dag of voedingssupplementen of
voorgeschreven omega-3 vetzuren > 1 g/dag
4. Diabetes mellitus type 1
5.Ongecontroleerde diabetes mellitus gedefinieerd door HbA1c > 9,5% [80
mmol/mol] bij bezoek 1 (screening/insluitingsbezoek)
6.Ongecontroleerde of onvoldoende behandelde hypothyreoïdie
[schildklierstimulerend hormoon (TSH) > 2,0 x de bovengrens van normaal (ULN)
of vrij thyroxine (T4) <= de ondergrens van normaal] of hyperthyreoïdie;
gecontroleerde ziekte van de schildklier (toegestaan) vereist normaal TSH en
stabiele therapie gedurende ten minste 4 weken
7. Recent cardiovasculair voorval (bijv. MI of beroerte) binnen 8 weken voor
bezoek 2 (randomisatiebezoek)
8. Recente of geplande vasculaire interventie binnen 8 weken voor bezoek 2
9. New York Heart Association klasse IV hartfalen (HF)
10. Bekende homozygote familiaire hypercholesterolemie (heterozygoot is
toegestaan) of familiaire hypoalfalipoproteïnemie
11.Gedocumenteerd eerder optreden van myositis/myopathie
12.Onverklaarbare creatininekinase (CK) > 5 x ULN
13.Leverschade gedefinieerd als cirrose of Child-Pugh klasse B en C, of
alanine-aminotransferase (ALT) of aspartaataminotransferase (AST) > 3 x ULN
14.Galwegobstructie of hyperbilirubinemie (d.w.z. totaal bilirubine > 2 x ULN,
tenzij met een gedocumenteerde diagnose van de ziekte van Gilbert)
15.Chronische nierinsufficiëntie, gedefinieerd als geschatte glomerulaire
filtratiesnelheid (eGFR) < 30 ml/min/1,73m2 m2 door de Chronic Kidney Disease
Epidemiology Collaboration (CKD-EPI)-formule of een niertransplantatie,
ongeacht de nierfunctie
16.Onverklaarbare anemie (hematocriet <= 30%)
17.Ongecontroleerde hypertensie (zittende systolische bloeddruk > 160 mmHg
en/of diastolische bloeddruk > 100 mmHg) bij bezoek 2 (randomisatiebezoek)
18.Voorgeschiedenis van chronisch actieve hepatitis B of hepatitis C of bekende
infectie met hiv; deelnemers met genezing van gedocumenteerde hepatitis C na
behandeling zijn toegestaan
19.Actieve maligniteit, met uitzondering van non-melanoma huidkanker of
carcinoma in situ van de baarmoederhals, in de laatste 2 jaar
20.Eerdere orgaantransplantatie of elke aandoening die waarschijnlijk leidt tot
orgaantransplantatie in de komende 5 jaar
21.Huidig of verwacht chronisch gebruik van cyclosporine, rifampicine of andere
remmers van organisch anion-transporterende polypeptiden (OATP)1B1 of OATP1B3
22.Voorgeschiedenis van alcoholisme of niet bereid zijn om tijdens de
onderzoeksperiode alcoholinname te beperken tot < 15 alcoholische drankjes (of
eenheden) per week of < 5 alcoholische drankjes (of eenheden) per gelegenheid
voor mannen en < 8 alcoholische drankjes (of eenheden) per week of < 4
alcoholische drankjes (of eenheden) per gelegenheid voor vrouwen Opmerking: Eén
alcoholisch drankje (eenheid) wordt gedefinieerd als 350 ml bier, 150 ml wijn
of 45 ml gedistilleerde drank
23.Voorgeschiedenis van erfelijke aandoeningen als galactose-intolerantie,
Lapp-lactasedeficiëntie of glucose-galactosemalabsorptie
24.Vrouwen die zwanger zijn, borstvoeding geven, zwanger willen worden of
borstvoeding willen geven tijdens de onderzoeksperiode, of vrouwen in de
vruchtbare leeftijd die geen aanvaardbare anticonceptiemethode gebruiken
25.Een medische aandoening anders dan een vasculaire ziekte, met een
levensverwachting < 3 jaar, wat ervoor kan zorgen dat de deelnemer het
onderzoek niet kan afronden
26.Alle factoren die het naleven van het gebruik van de onderzoeksmiddelen en
van de onderzoeksprocedures beperken, zoals middelenmisbruik, dementie,
verhuisplannen binnen 2 jaar en/of voorgeschiedenis van het niet trouw innemen
van geneesmiddel of het niet nakomen van geplande afspraken, en
27.Deelname aan een ander klinisch onderzoek op het moment van geïnformeerde
toestemming of een experimenteel geneesmiddel hebben gekregen binnen 90 dagen
voorafgaand aan het ondertekenen van de geïnformeerde toestemming voor dit
onderzoek.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2016-003818-26-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT03071692 |
CCMO | NL60527.056.17 |