Primaire doelstelling:Het aantonen van de non-inferioriteit (NI) van de humorale immuunrespons bij gezonde deelnemers van 50-59 jaar in vergelijking met oudere volwassenen (OA, >=60 jaar) voor de RSV-A-stam na toediening van het RSVPreF3 OA-…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Luchtweginfecties
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Uitgedrukte RSV-A neutraliserende titers als groep:
- GMT-verhouding (OA-RSV/volwassenen-HA-RSV), 1 maand na toediening van het
RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin.
- SRR-verschil (OA-RSV - volwassenen-HA-RSV), 1 maand na toediening van het
RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin in vergelijking met baseline
Uitgedrukte RSV-B neutraliserende ftiters als groep:
- GMT-verhouding (OA-RSV/volwassenen-HA-RSV), 1 maand na toediening van het
RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin.
- SRR-verschil (OA-RSV - volwassenen-HA-RSV), 1 maand na toediening van het
RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin in vergelijking met baseline
Secundaire uitkomstmaten
Secundair:
Percentage deelnemers dat het volgende meldt:
- elke *solicited* bijwerking op de toedieningsplaats die optreedt binnen 4
dagen na toediening van de onderzoeksinterventie
- elke *solicited* systemische bijwerking die optreedt binnen 4 dagen na
toediening van de onderzoeksinterventie
- *unsolicited* bijwerkingen in de 30 dagen na toediening van de
onderzoeksinterventie
- alle SAE*s en pIMD*s na toediening van de onderzoeksinterventie tot en met
maand 6.
- SAE*s en pIMD*s in verband met de toediening van de onderzoeksinterventie na
toediening van de onderzoeksinterventie tot en met het einde van het onderzoek
- alle SAE*s met dodelijke afloop na toediening van de onderzoeksinterventie
tot en met het einde van het onderzoek
Uitgedrukte RSV-A en RSV-B neutraliserende titers als GMT, vóór de toediening
van de onderzoeksinterventie en 1 maand, 6 maanden en 12 maanden na toediening
van de onderzoeksinterventie
(dit subonderzoek wordt niet in Nederland uitgevoerd)
CMI-respons uitgedrukt als geometrisch gemiddelde van de groep van de
frequentie van RSVPreF3-specifieke CD4+- en/of CD8+-T-cellen die ten minste 2
activeringsmarkers tot uitdrukking brengen 1 maand, 6 maanden en 12 maanden na
toediening van de onderzoeksinterventie, in een subgroep deelnemers
Tertiair
Uitgedrukte RSV-A en RSV-B neutraliserende ftiters als GMT, vóór de toediening
van de onderzoeksinterventie en 1 maand, 6 maanden en 12 maanden na toediening
van de onderzoeksinterventie, door comorbiditeiten op baseline.
Verdere verkennende immunologie zoals, maar niet beperkt tot:
- Antistoffen tegen specifieke eiwit-F-epitopen of andere RSV-stammen
- Mogelijk nieuwe immunologische markers voor bescherming
- Frequentie van RSVPreF3-specifiek CD4+- en/of CD8+-T-cellen die één of een
combinatie van immuunmarker(s) tot uitdrukking brengen
Achtergrond van het onderzoek
RSV is een ribonucleïnezuur (RNA)-virus waarvan 2 onderscheiden antigene
subtypen bestaan, RSV-A en RSV-B genaamd. RSV is een zeer besmettelijke
ziekteverwekker bij de mens die luchtweginfecties veroorzaakt bij mensen van
alle leeftijden. In gematigde klimaten over de hele wereld veroorzaakt RSV
voorspelbaar herfst-winterepidemieën. In (sub)tropische gebieden is de virale
activiteit meer endemisch, en zijn de uitbraken minder sterk seizoensgebonden.
RSV is een van de belangrijke virale ziekteverwekkers bij volwassenen met acute
infecties van de luchtwegen. Het wordt steeds meer erkend als oorzaak van
ernstige ziekte bij volwassenen met een hoog risico, onder wie mensen met
chronische long- en hartziekten. In een prospectieve cohortstudie gedurende 4
RSV-seizoenen bij gezonde oudere patiënten (>=65 jaar) en volwassenen met een
hoog risico (>=21 jaar) met een chronische hart- of longaandoening, ontwikkelde
zich bij 3% tot 7% van de gezonde oudere patiënten en bij 4% tot 10% van de
volwassenen met een hoog risico jaarlijks een RSV-infectie. Gezonde oudere
patiënten met een RSV-infectie hoefden minder vaak naar de dokter in
vergelijking met patiënten met influenza. Het gebruik van gezondheidszorg onder
volwassenen met een hoog risico met hetzij een RSV-infectie, hetzij influenza
was vergelijkbaar. Een RSV-infectie bij ouderen en volwassenen met een hoog
risico heeft een ziektelast die vergelijkbaar is met die van niet-pandemische
influenza A in een populatie met een hoge vaccinatiegraad tegen influenza.
In verschillende populaties van patiënten met chronische morbiditeiten is zowel
de prevalentie als de incidentie van RSV-infecties verhoogd, wat leidt tot een
grotere behoefte aan medische zorg en ziekenhuisopname in hoge-inkomenslanden.
In een groot Amerikaans onderzoek werd de incidentie gemeld van
ziekenhuisopnamen in verband met RSV bij verschillende typen patiënten met een
hoog risico van verschillende leeftijdsgroepen, in 2 verschillende settings. De
ziekenhuisopnamecijfers waren 3,2-13,4 keer hoger bij volwassenen met COPD dan
bij volwassenen zonder COPD. De ziekenhuisopnamecijfers waren naar schatting
2,0-3,6 keer hoger bij volwassenen met astma dan bij volwassenen zonder astma.
De ziekenhuisopnamecijfers waren 2,4-11,4 keer hoger bij volwassenen met
diabetes dan bij volwassenen zonder diabetes. De ziekenhuisopnamecijfers in
verband met RSV waren naar schatting 3,7-7,0 keer hoger bij volwassenen met CAD
dan bij volwassenen zonder CAD. De geschatte IRR*s voor CHF waren het hoogst;
de ziekenhuisopnamecijfers waren 4,0-33,2 keer hoger bij volwassenen met CHF
dan bij volwassenen zonder CHF. De geschatte IRR*s voor CHF waren het hoogst in
de jongste leeftijdsgroep en namen af bij een toenemende leeftijd.
In verschillende Europese, Aziatische en Amerikaanse onderzoeken is melding
gemaakt van een verergering van hetzij chronisch obstructieve longziekte
(COPD), astma, interstitiële longfibrose, hetzij cystische fibrose, variërend
van 2,2% tot 17%. Patiënten met chronische nieraandoeningen en patiënten met
chronische leveraandoeningen hebben ten gevolge van hun ziektepathogenese
verminderde immuunfuncties, wat in het algemeen gepaard gaat met een verhoogde
vatbaarheid voor infecties.
Doel van het onderzoek
Primaire doelstelling:
Het aantonen van de non-inferioriteit (NI) van de humorale immuunrespons bij
gezonde deelnemers van 50-59 jaar in vergelijking met oudere volwassenen (OA,
>=60 jaar) voor de RSV-A-stam na toediening van het RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin.
Het aantonen van de NI van de humorale immuunrespons bij gezonde deelnemers van
50-59 jaar in vergelijking met oudere volwassenen (>=60 jaar) voor de RSV-B-stam
na toediening van het RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin.
Het aantonen van de NI van de humorale immuunrespons bij deelnemers van 50-59
jaar met een verhoogd risico op RSV-LRTD in vergelijking met oudere volwassenen
(>=60 jaar) voor de RSV-A-stam na toediening van het RSVPreF3
OA-onderzoeksvaccin.
Het aantonen van de NI van de humorale immuunrespons bij deelnemers van 50-59
jaar met een verhoogd risico op RSV-LRTD in vergelijking met oudere volwassenen
(>=60 jaar) voor de RSV-B-stam na toediening van het RSVPreF3
OA-onderzoeksvaccin.
Het beoordelen van de veiligheid en reactogeniciteit na toediening van het
RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin.
Secundaire doelstellingen:
Het beoordelen van de humorale immuunrespons op het RSVPreF3
OA-onderzoeksvaccin tot 12 maanden na toediening van de onderzoeksinterventie.
(Substudie, niet in Nederland)
Het beoordelen van de CMI-respons na toediening van het RSVPreF3
OA-onderzoeksvaccin tot 12 maanden na toediening van de onderzoeksinterventie.
Tertiair
(tertiaire doelstellingen, eindpunten en estimands zijn facultatief en zouden
indien nodig kunnen worden beoordeeld; daarom worden mogelijk niet alle tests
uitgevoerd en gemeld)
Het beoordelen van de humorale immuunrespons op het RSVPreF3
OA-onderzoeksvaccin bij deelnemers van 50-59 jaar met een verhoogd risico op
RSV-LRTD, door comorbiditeiten op baseline.
Het verder beschrijven van de immuunresponsen op het RSVPreF3
OA-onderzoeksvaccin
Onderzoeksopzet
Algemene opzet:
Experimentele opzet voor de waarnemer/deelnemer geblindeerd, gerandomiseerd,
placebo-gecontroleerd fase 3-onderzoek met 2 cohorten:
Cohort 1 (volwassenen van 50-59 jaar) n = 1140, met 2 subcohorten
(volwassenen-HA (gezonde volwassenen) en volwassenen-AIR (met verhoogd risico))
en 4 parallelle groepen:
o Volwassenen-HA-RSV-groep n = 380
o Volwassenen-HA-placebogroep n = 190
o Volwassenen-AIR-RSV-groep n = 380
o Volwassenen-AIR-placebogroep n = 190
Cohort 2 (volwassenen van >=60 jaar) met één groep (OA-RSV-groep) n = 380
Duur van het onderzoek: ongeveer 12 maanden voor alle deelnemers.
Primaire afrondingsdatum: dag 31 (1 maand na toediening van de
onderzoeksinterventie).
Controle: zoutoplossing als placebo.
Vaccinatieschema: deelnemers krijgen tijdens bezoek 1 (dag 1) één dosis
onderzoeksinterventie (het RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin of placebo).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Deelnemers krijgen tijdens bezoek 1 één dosis onderzoeksinterventie (het RSVPreF3 OA-onderzoeksvaccin of placebo). Onderzoeksdeelnemers moeten na toediening van de onderzoeksinterventie(s) minimaal 30 minuten lang nauw in de gaten worden gehouden. De juiste medische behandeling moet direct voorhanden zijn tijdens de observatieperiode in het geval van anafylaxie, syncope.
Inschatting van belasting en risico
Ernstige allergische reacties (inclusief jeukende huiduitslag, zwelling van het
gezicht, moeite met ademhalen en slikken of een bloeddruk die opeens veel lager
wordt) zijn zelden gemeld na vaccinatie.
Syncope (flauwvallen) kan optreden na of zelfs voor een vaccinatie as een
stressreactie op de injectie met een naald
Waargenomen bij 1 op de 10:
Pijn op de injectieplaats
Roodheid op de injectieplaats
Zwelling op de injectieplaats
Mensen die vaccins hebben gekregen met een adjuvans hebben in zeer zeldzame
gevallen (tot 1 op de 10.000 mensen) auto-immuunziekten ontwikkeld die soms
ernstig kunnen zijn en levenslang kunnen aanhouden.
Procedures:
Wanneer een proefpersoon bloed afstaat, kan hij of zij zich duizelig of flauw
voelen of last krijgen van milde pijn, een blauwe plek, irritatie of roodheid
door de naald.
Publiek
Van Asch van Wijckstraat 55H
Amersfoort 3811 LP
NL
Wetenschappelijk
Van Asch van Wijckstraat 55H
Amersfoort 3811 LP
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Deelnemers die, naar het oordeel van de onderzoeker, de eisen van het
protocol kunnen en zullen naleven
Cohort 1:
• Een mannelijke of vrouwelijke deelnemer van 50-59 jaar
• Vrouwelijke deelnemers mogen in de vruchtbare leeftijd zijn.
Vrouwelijke deelnemers die zwanger kunnen raken mogen deelnemen aan de studie
als:
- ze adequate anticonceptie heeft toegepast vanaf 1 maand voorafgaand aan de
toediening van de onderzoeksinterventie tot aan het einde van de studie voor
het onderzoek, en
- een negatieve zwangerschapstest heeft op de dag van toediening van de
onderzoeksinterventie.
Voor deelnemers in het volwassenen-HA (gezonde volwassenen)-subcohort:
• Gezonde deelnemers zoals vastgesteld door middel van hun medische
voorgeschiedenis en klinisch onderzoek voordat ze met het onderzoek gaan
meedoen.
- Deelnemers met chronische stabiele medische aandoeningen met of zonder
specifieke behandeling
Voor deelnemers in het volwassenen-AIR-(met verhoogd risico) subcohort:
Chronische longziekte die leidt tot activiteitbeperkende symptomen of langdurig
gebruik van medicatie
- COPD graad 2-4
- Astma
- Cystische fibrose
- Andere chronische ademhalingsaandoeningen: longfibrose, restrictieve
longziekte, interstitiële longziekte, emfyseem of bronchiëctasie
• Chronische hart- en vaatziekte
- Chronisch hartfalen (CHF)
o Reeds bestaande coronaire hartziekte
o Hartritmestoornissen
- Diabetes mellitus: type 1 en 2.
- Andere ziekten met een verhoogd risico op RSV-aandoeningen van de lagere
luchtwegen
o Chronische nierziekte; ziektestadium G2-G3
o Chronische leverziekte
Cohort 2 (Ouder Volwassenen)
- Een mannelijke of vrouwelijke deelnemer >=60 jaar
- Deelnemers met chronische stabiele medische aandoeningen met of zonder
specifieke behandeling
- Deelnemers die in de reguliere samenleving wonen of in een instelling voor
begeleid wonen die
minimale hulp biedt.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Elke bevestigde of vermoede immunosuppressieve of immunodeficiënte aandoening
als gevolg van ziekte of immunosuppressieve/cytotoxische therapie.
- Voorgeschiedenis van een reactie of overgevoeligheid die waarschijnlijk zal
worden verergerd door een bestanddeel van de onderzoeksinterventie.
- Overgevoeligheid voor latex.
- Instabiele chronische ziekte.
- Een voorgeschiedenis van dementie of een medische aandoening die de cognitie
matig of ernstig aantast.
- Terugkerende of ongecontroleerde neurologische aandoeningen of toevallen.
- Significante onderliggende ziekte die naar de mening van de onderzoeker de
voltooiing van het onderzoek in de weg zou staan (bijv. levensbedreigende
ziekte).
- Elke medische aandoening die naar het oordeel van de onderzoeker
intramusculaire injecties onveilig zou maken.
• Gebruik van een experimenteel of niet-geregistreerd product of het geplande
gebruik ervan tijdens de onderzoeksperiode.
• Geplande of daadwerkelijke toediening van een vaccin waarin het
onderzoeksprotocol niet voorziet in de periode die begint 30 dagen vóór en
eindigt 30 dagen na toediening van de dosis onderzoeksinterventie, met
uitzondering van geïnactiveerde en subunit-influenzavaccins of COVID-19-vaccins.
- Eerdere vaccinatie met een RSV-vaccin, inclusief onderzoeksvaccins tegen RSV.
• Chronische toediening van immuunmodificerende geneesmiddelen en/of de
toediening van langwerkende immuunmodificerende behandelingen of de geplande
toediening ervan wanneer dan ook tot aan het einde van de onderzoeksperiode.
- Gelijktijdig deelnemend aan een andere klinische studie.
• Voorgeschiedenis van chronisch alcoholgebruik en/of drugsmisbruik
. Vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven
Vrouwen die zwanger willen worden of van plan zijn om te stoppen met
anticonceptie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2022-001981-36-NL |
Ander register | https://www.trialsummaries.com |
CCMO | NL81616.000.22 |