Het doel van deze studie is het optimaliseren van de huidige zorgprocessen voor patiënten met atriumfibrilleren die aangemeld zijn voor ablatie , door middel van een klinische karakterisering platform die tevens gerelateerd is aan translationeel…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hart therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
• Ablatiesucces, gedefinieerd als geen enkel gedocumenteerd recidief van
atriale aritmieën na 12 maanden. Recidieven in de eerste drie maanden na de
indexprocedure ('blanking' periode) tellen hierbij niet mee.
Secundaire uitkomstmaten
• Tijd tot optreden van eerste recidief van atriumfibrilleren of andere atriale
aritmieën na de 'blanking' periode.
• Vroege recidieven van AF of andere atriale artimieën, gedefinieerd als iedere
episode van gedocumenteerde aritmieën tijdens de 'blanking' periode.
• ZIekte progressie naar persisterend of permanent AF.
• Het gebruik van anti-aritmica één kaar na de ablatie
• Veranderingen in circulerende biomarkers en non-invasieve
elektrofysiologische markers voor AF-substraat.
• Herhaalde procedures, gedefinieerd als een hernieuwde ablatie met het doel om
recidieven van AF te voorkomen of om de
hoeveelheid AF te verlagen na een eerder poging om hetzelfde doel te bereiken.
• Het aantal pulmonaalvenen waarin reconnectie opgetreden is tijdens een
herhaalde procedure.
• Ernstige cardiovasculaire voorvallen (MACE).
• Procedure tijd, gedefinieerd als 'huid-op-huid' tijd (tijd vanaf aan het
aanprikken van de vena femoralis tot de tijd van het verwijderen van de sheets)
Achtergrond van het onderzoek
Aanbevelingen voor behandelingen en richtlijnen voor patiënten met
atriumfibrilleren (AF) blijven voortdurend veranderen. De rol van katheter
ablatie in de behandeling van atriumfibrilleren wordt groter en de technieken
van de procedures worden steeds beter.
Het adequaat reageren en het evalueren op de effecten van deze veranderingen
vereist zorgvuldig onderzoek van deze patiëntpopulatie en de resultaten van de
procedures.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze studie is het optimaliseren van de huidige zorgprocessen voor
patiënten met atriumfibrilleren die aangemeld zijn voor ablatie , door middel
van een klinische karakterisering platform die tevens gerelateerd is aan
translationeel onderzoek.
De continue gegevensverzameling en analyses rondom de AF ablaties facilliteren
een snelle reactie op de veranderende richtlijnen, technieken en processen
rondom de zorg van deze patiënten, daarnaast zullen verschillende
translationele en klinische sub-onderzoeken gefaciliteerd worden en kan er een
predictiemodel gemaakt worden voor recurrences van boezemfibrilleren na
ablatie.
Onderzoeksopzet
Een prospectieve cohort studie en onderzoeksplatform van patiënten die
doorverwezen zijn voor AF ablatie. Klinische karakteristieken en resultaten van
routinediagnostiek voor, tijdens en na de ablatie worden verzameld. Daarnaast
worden de volgende tests specifiek voor de studie uitgevoerd: extended surface
elektrocardiogram (extECG), uitgebreide ritmemonitoring voorafgaand aan de
ablatie, lean body mass index, bepaling van biomarkers, genetische analyse en
vragenlijsten. In subgroepen van patiënten wordt daarnaast een slokdarm ECG
(TE-ECG) en/of
epicardiale elektroanatomische mapping uitgevoerd of wordt een biopt van het
linkerhartoor genomen.
Inschatting van belasting en risico
Er zijn geen extra bezoeken aan de polikliniek nodig voor deelname aan deze
studie. Bezoeken die worden afgelegd in het kader
van de normale klinische zorg worden verlengd met 10-20 minuten. Intensievere
ritmemonitoring en vragenlijsten worden thuis
uitgevoerd en nemen tevens extra tijd in beslag. De intensievere
ritmemonitoring en vragenlijsten zijn niet geassocieerd met extra risico. Het
extECG kan, door plaatsing van extra afleidingen, leiden tot milde
huidirritatie bij het verwijderen van de plakkers. Voor de bloedafname aan het
begin van de studie is geen extra venapunctie nodig, na 3 en 12 maanden moet
hiervoor echter apart geprikt worden. Na een bloedafname bestaat de kans op een
hematoom.
Het biopt van het hartoor wordt uitgevoerd na het afsluiten van het hartoor
door middel van een clip, en leidt daardoor niet tot extra
risico*s. Het epicardiale mappen tijdens hybride ablaties verlengt de
procedure, en daarmee de tijd waarin op één long beademd
wordt, met 10-15 minuten.
Het TE-ECG wordt uitgevoerd bij patiënten die daarvoor apart toestemming geven.
Het inbrengen van de katheter hiervoor is
meestal onaangenaam voor de patiënt. In 0-1,4% treedt een complicatie op,
meestal het optreden van een atriale aritmie.
Voor de ablatie zelf bestaat een klinische indicatie en de procedure wordt
uitgevoerd volgens standaard klinisch gebruik. De
behandeling is niet anders voor patiënten die deelnemen aan deze studie.
Publiek
P. Debyelaan 25
Maastricht 6229 HX
NL
Wetenschappelijk
P. Debyelaan 25
Maastricht 6229 HX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Om in aanmerking te komen voor deelname aan de studie moet een proefpersoon aan
de volgende criteria
voldoen:
• 18 jaar of ouder;
• Gedocumenteerd atriumfibrilleren (AF);
• Verwezen voor ieder soort AF ablatie; katheter ablatie, chirurgische
ablatie, chirurgische ablatie gecombineerd met cardiothoracale chirurgie,
hybride AF ablatie of re-ablatie voor AF;
• Bekwaam en bereid om schriftelijk informed consent te verlenen,
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Een proefpersoon die voldoet aan één van de onderstaande criteria wordt
geëxcludeerd uit de studie:
• Ernstige ziekte of conditie voorafgaand aan ablatie;
• Noodprocedures.
Een proefpersoon die aan het volgende criterium voldoet komt niet in aanmerking
voor de subgroep bij wie een uitgebreid elektrocardiogram met beeldvorming
wordt uitgevoerd:
• Een ernstige allergische reactie jegens contrast dat gebruikt werd bij CT- of
MRI-protocol in het verleden
• Een ernstige allergische reactie jegens de oppervlakte elektroden
Een proefpersoon die aan het volgende criterium voldoet komt niet in aanmerking
voor de subgroep bij wie aanvullende slokdarm elektrocardiogrammen gemaakt
worden:
• Chirurgie aan oesofagus, maag of keel in het verleden
Een proefpersoon die aan het volgende criterium voldoet komt niet in aanmerking
voor de subgroep bij wie aanvullende MRI opnames worden gemaakt:
• Contra-indicatie voor MRI
Een proefpersoon die aan het volgende criterium voldoet komt niet in aanmerking
voor de subgroep bij wie een gestageerde hybride procedure wordt gedaan
• Een eerdere katheter of chirurgie ablatie wegens atriumfibrilleren
Specifieke exclusiecriteria voor epicardiale mapping (wordt alleen uitgevoerd
bij patiënten die een hybride- of chirurgische ablatie ondergaan):
• COPD Gold II, III, IV
• Hartfalen, symptomatisch in NYHA-klasse III of IV
• Iedere andere pulmonale, cardiale of andere conditie die naar mening van de
behandeld arts of de onderzoeker het veilig uitvoeren van epicardiale mapping
in de weg staat, rekening houdend met de langere beademingsduur van beademing
op één long
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
ClinicalTrials.gov | NCT05381805 |
CCMO | NL80761.068.22 |