• Het beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid op lange termijn van eptinezumab bij patiënten met chronische clusterhoofdpijn (cCH)Secundaire doelstellingen• Het beoordelen van de doeltreffendheid van eptinezumab bij patiënten met cCH• Het…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hoofdpijnen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Eindpunten voor de primaire doelstelling:
-Bijwerkingen
-Absolute waarden en veranderingen ten opzichte van de baseline in
laboratoriumtestwaarden voor klinische veiligheid, vitale functies, gewicht en
parameterwaarden van het elektrocardiogram (ecg)
-Mogelijk klinisch significante laboratoriumtestwaarden voor klinische
veiligheid, vitale functies, gewichtsveranderingen en ecg-parameterwaarden
-Ontwikkeling van specifieke antilichamen tegen eptinezumab (ADA) en
neutraliserende antilichamen (NAb's)
-Score op de Columbia-Suicide Severity Rating Scale (C-SSRS)
Secundaire uitkomstmaten
Eindpunten voor de secundaire doelstelling (doeltreffendheid):
-Overgang van cCH naar episodische clusterhoofdpijn (week 0 tot week 48):
Aantal patiënten zonder clusterhoofdpijnaanvallen gedurende >= 3 opeenvolgende
maanden
(>= 13 opeenvolgende weken)
-Verandering ten opzichte van de baseline in het wekelijkse aantal keren dat
een abortieve behandeling (zuurstof en/of triptanen) werd gebruikt (berekend
voor elk infuus met eptinezumab, waarbij het gemiddelde werd genomen over de
eerste 4 weken na het infuus)
-Verandering ten opzichte van de baseline in het gemiddelde aantal wekelijkse
aanvallen (berekend voor elk infuus met eptinezumab, waarbij het gemiddelde
werd genomen over de eerste 4 weken na het infuus)
-Verandering ten opzichte van de baseline op de zelfbeoordelingsschaal van
ernst met 5 punten (berekend voor elk infuus met eptinezumab, waarbij het
gemiddelde werd genomen over de eerste 4 weken na het infuus)
-Respons: >= 30% vermindering in het aantal wekelijkse aanvallen (berekend voor
elk infuus met eptinezumab, op basis van het gemiddelde over de eerste 4 weken
na het infuus)
-Respons: >= 50% vermindering in het aantal wekelijkse aanvallen (berekend voor
elk infuus met eptinezumab, op basis van het gemiddelde over de eerste 4 weken
na het infuus)
-cCH-remissie (week 0 tot week 48): Aantal patiënten zonder
clusterhoofdpijnaanvallen gedurende >= 1 maand
(5 opeenvolgende weken)
-cCH-remissie (week 0 tot week 12): Aantal patiënten zonder
clusterhoofdpijnaanvallen gedurende >= 1 maand
(5 opeenvolgende weken tussen het eerste en tweede infuus)
-cCH-remissie (week 12 tot week 24): Aantal patiënten zonder
clusterhoofdpijnaanvallen gedurende >= 1 maand
(5 opeenvolgende weken tussen het tweede en derde infuus)
-cCH-remissie (week 24 tot week 36): Aantal patiënten zonder
clusterhoofdpijnaanvallen gedurende >= 1 maand
(5 opeenvolgende weken tussen het derde en vierde infuus)
-cCH-remissie (week 36 tot week 48): Aantal patiënten zonder
clusterhoofdpijnaanvallen gedurende >= 1 maand
(5 opeenvolgende weken in de eerste 12 weken na het vierde infuus)
-Aantal patiënten dat een overgangsbehandeling kreeg tijdens de
behandelingsperiode (week 0 tot week 48)
-Score op de algemene indruk van verandering door de patiënt (PGIC)
(maandelijks beoordeeld na het eerste infuus met eptinezumab)
Achtergrond van het onderzoek
Gelieve section 1.1 van het protocol te raadplegen
Doel van het onderzoek
• Het beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid op lange termijn van
eptinezumab bij patiënten met chronische clusterhoofdpijn (cCH)
Secundaire doelstellingen
• Het beoordelen van de doeltreffendheid van eptinezumab bij patiënten met cCH
• Het beoordelen van de doeltreffendheid van eptinezumab op de
gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, gebruik van
gezondheidszorgmiddelen en arbeidsproductiviteit
Verkennende doelstellingen
• Het verkennen van de doelgerichtheid van eptinezumab ten opzichte van
calcitonine-gengerelateerde peptide (CGRP)
Onderzoeksopzet
Onderzoeksmethodologie
• Dit is een interventioneel open-label onderzoek met meervoudige toediening
van een vaste dosis ter beoordeling van de langetermijnbehandeling met
eptinezumab bij patiënten met cCH.
• De doelpopulatie voor dit onderzoek wordt gedefinieerd als patiënten met cCH,
op basis van de classificatie van de International Headache Society
International Classification of Headache Disorders, derde editie (IHS ICHD-3),
met gedocumenteerd bewijs van cCH vóór de screening en bevestigd via
prospectief verzamelde informatie in het e-Dagboek tijdens de screeningsperiode.
• De totale duur van het onderzoek vanaf het screeningsbezoek tot de nacontrole
voor de veiligheid (SFU) is ongeveer 60 weken en bestaat uit een
screeningsperiode (4 weken), een behandelingsperiode (48 weken) en een
SFU-periode (8 weken).
• Geschikte patiënten krijgen vier infusies met eptinezumab 400 mg met
tussenpozen van 12 weken op dag 0 (bezoek 2), aan het einde van week 12 (bezoek
5), 24 (bezoek 8) en 36 (bezoek 11), toegediend als een intraveneus (IV) infuus
gedurende 45 minuten (+15 minuten).
• Het SFU-bezoek vindt plaats in week 56 (bezoek 15), 20 weken (5
halfwaardetijden) na de laatste toediening van eptinezumab.
• Patiënten die zich terugtrekken uit het onderzoek, met uitzondering van
degenen die hun toestemming intrekken, zullen gevraagd worden om zo snel
mogelijk een bezoek voor terugtrekking en een SFU-bezoek af te leggen, 20 weken
(5 halfwaardetijden) na de laatste toediening van eptinezumab.
• Patiënten die uit de behandeling worden teruggetrokken, krijgen naar het
oordeel van de onderzoeker de gelegenheid om in het onderzoek te blijven. Van
de patiënten wordt verwacht dat ze alle geplande onderzoeksbezoeken en
-procedures afleggen, behalve de toediening van eptinezumab. Als patiënten
weigeren, zullen ze worden gevraagd om zo snel mogelijk een bezoek voor
terugtrekking en een SFU-bezoek af te leggen, 20 weken (5 halfwaardetijden) na
de laatste toediening van eptinezumab.
• Geschiktheid wordt beoordeeld tijdens de screeningsperiode en vóór de eerste
toediening van eptinezumab bij het baselinebezoek (dag 0/bezoek 2).
• Onderzoeksbezoeken:
-De volgende bezoeken zijn bezoeken aan het centrum: Screeningsbezoek in week
-4 (bezoek 1), bezoeken voor het onderzoeksgeneesmiddel (IMP) in week 0, 12, 24
en 36 (bezoek 2, 5, 8 en 11), afrondingsbezoek in week 48 (bezoek 14) en
SFU-bezoek in week 56 (bezoek 15) of bezoek voor terugtrekking, indien van
toepassing.
-Alle andere onderzoeksbezoeken zullen een telefonisch contact zijn.
-In uitzonderlijke situaties die moeten worden goedgekeurd door de medische
monitor van de gecontracteerde onderzoeksorganisatie (CRO), kunnen
centrumbezoeken alleen bestaan uit het afnemen van bloed- en urinemonsters
(voor laboratoriumonderzoek voor klinische veiligheid, verkennende
kwantificering van eptinezumab, ADA waaronder NAb, en verkennende biomarkers),
ecg, vitale functies, lichamelijke en neurologische onderzoeken; registratie
van bijwerkingen, en toediening van eptinezumab, terwijl de resterende
beoordelingen (e-Dagboek, elektronische door de patiënt gemelde resultaten
[ePRO's], C-SSRS, en onderzoekersbeoordelingen) op afstand kunnen worden
uitgevoerd als virtuele kliniekbezoeken in overeenstemming met de richtlijnen
van de Amerikaanse Food and Drug Administration (US FDA) en het Europees
Geneesmiddelenbureau (EMA).
• Patiënten krijgen aan het begin van de screeningsperiode (bezoek 1, week -4)
een e-Dagboek toegewezen en moeten dit invullen:
-Dagelijks - tijdens de screeningsperiode (van week -4 tot dag 0) en tijdens de
eerste 4 weken na elk infuus met eptinezumab (week 1 tot 4, 13 tot 16, 25 tot
28 en 37 tot 40).
-Wekelijks - voor week 5 tot 12, 17 tot 24, 29 tot 36 en 41 tot 48.
• Tijdens de onderzoeksbezoeken met een eptinezumab-infuus moeten het e-Dagboek
en ePRO's worden ingevuld vóór het infuus en vóór enige interactie met het
personeel van het klinisch centrum.
• Tijdens deze bezoeken zullen veiligheidsbeoordelingen worden uitgevoerd vóór
en na het infuus. Veiligheidsbeoordelingen voorafgaand aan het infuus met
eptinezumab bestaan uit vitale parameters, waaronder lichaamstemperatuur,
gewicht, gelijktijdige medicatie, bijwerkingen, ecg, bloedafname (voor
laboratoriumonderzoek voor klinische veiligheid, verkennende kwantificering van
eptinezumab en ADA
waaronder NAb), urinemonsters (voor laboratoriumonderzoek voor klinische
veiligheid en zwangerschapstests) en C-SSRS. Veiligheidsbeoordelingen na
infusie met eptinezumab bestaan uit vitale functies, waaronder
lichaamstemperatuur en bijwerkingen.
• Bloedmonsters voor verkennende kwantificering van eptinezumab en ADA- en
NAb*s-beoordelingen worden afgenomen bij bezoek 2, 5, 8, 11, 14 (of bij het
bezoek voor terugtrekking bij patiënten die zich uit het onderzoek
terugtrekken) en bij het SFU-bezoek (bezoek 15).
Onderzoeksproduct en/of interventie
• Eptinezumab - 400 mg, concentraat voor infuusoplossing 100 mg/ml toegevoegd aan 100 ml 0,9% normale zoutoplossing, intraveneus. Eptinezumab wordt toegediend op dag 0 en in week 12, 24 en 36, via een IV-infuus gedurende 45 minuten (+15 minuten).
Inschatting van belasting en risico
Vaak voorkomende bijwerkingen (kunnen optreden bij 1 op de 10 mensen):
- Allergische reacties
- Reacties als gevolg van de infusie
- Ontsteking van de neus en keel; algemeen bekend als een verkoudheid
(nasofaryngitis)
Zelden voorkomend (kan optreden bij 1 op de 1000 mensen):
• Anafylactische reactie (ernstige allergische reactie, zie hieronder voor meer
informatie)
Allergische reacties en reactie als gevolg van de infusie:
Zoals met de meeste geneesmiddelen het geval is, bestaat er een risico dat men
een allergische reactie krijgt op het onderzoeksmiddel. Symptomen van
allergische reacties kunnen variëren van licht tot ernstig en mogelijk
levensbedreigend. De meeste allergische reacties die optraden in onderzoeken
met eptinezumab bij volwassen patiënten traden op terwijl de
onderzoeksbehandeling werd toegediend en waren niet ernstig, maar vereisten
vaak behandeling of leidden tot het stopzetten van de onderzoeksbehandeling.
Lichte symptomen kunnen een of meer van de volgende zijn en verdwijnen
gewoonlijk binnen een paar dagen:
• uitslag/roodheid van de huid
• jeuk
• blozen
• plotseling zweten of koud zweten
Hoewel zeldzaam (tot 1 op de 100 mensen), kunnen ernstige allergische reacties
(die ook wel anafylactische reacties worden genoemd) optreden:
• zwelling van de mond, keel of ogen
• netelroos of jeukende huiduitslag
• piepende ademhaling
• moeite met ademhalen
• een snelle of zwakke hartslag
• een plotselinge daling van de bloeddruk (waardoor u zich duizelig of licht in
het hoofd voelt).
Ernstige allergische reacties kunnen leiden tot een spoedbehandeling en patient
moet onmiddellijk medische hulp inroepen of het uw onderzoeksarts vertellen als
een van deze symptomen zich voordoet.
Andere symptomen die kunnen optreden als gevolg van de infusie zijn onder
andere ademhalingssymptomen (zoals een verstopte neus of loopneus, geïrriteerde
keel, hoesten, niezen, kortademigheid) en vermoeidheid. Deze symptomen zijn
meestal niet ernstig en van korte duur.
Publiek
Ottiliavej 9
Valby (Copenhagen) 2500
DK
Wetenschappelijk
Ottiliavej 9
Valby (Copenhagen) 2500
DK
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
-De patiënt heeft een diagnose van cCH zoals gedefinieerd door de IHS
ICHD-3-classificatie, met een voorgeschiedenis van cCH van ten minste 12
maanden vóór het screeningsbezoek.
-De patiënt heeft een medische voorgeschiedenis van clusterhoofdpijn op < 50
jaar oud.
-De patiënt heeft een correct gedocumenteerd dossier van eerder abortief,
overgangs- en preventief medicatiegebruik voor cCH, gedurende ten minste 12
maanden vóór het screeningsbezoek.
-De patiënt heeft tijdens de screeningsperiode op basis van prospectief
verzamelde informatie in het e-Dagboek een frequentie van aanvallen van
clusterhoofdpijn met (deze vereiste mag niet met de patiënt worden gedeeld):
a. minimaal 14 aanvallen van clusterhoofdpijn in de 28-daagse screeningsperiode
-De patiënt is in staat om aanvallen van clusterhoofdpijn te onderscheiden van
andere hoofdpijn (zoals spanningshoofdpijn, migraine).
-De patiënt heeft naleving van het invullen van het e-Dagboek aangetoond, door
gedurende ten minste 24 van de 28 dagen tijdens de 4 weken durende
screeningsperiode gegevens in te vullen.
-De patiënt is tussen de 18 en 75 jaar oud bij het screeningsbezoek.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
-Er is sprake van behandelingsfalen voor de patiënt van een eerdere behandeling
gericht op het CGRP-pad (anti-CGRP monoklonale antilichamen [mAb*s] en gepants).
-De patiënt heeft een voorgeschiedenis van ernstige geneesmiddelallergie of
overgevoeligheid of bekende overgevoeligheid of intolerantie voor het IMP of de
hulpstoffen ervan.
-De patiënt heeft verstorende en klinisch significante pijnsyndromen
(bijvoorbeeld fibromyalgie, complex regionaal pijnsyndroom).
-De patiënt heeft een voorgeschiedenis of diagnose van chronische paroxysmale
hemicranie.
-De patiënt heeft een voorgeschiedenis of diagnose van chronische
spanningshoofdpijn, hypnische hoofdpijn, hemicrania continua, nieuwe dagelijkse
aanhoudende hoofdpijn, chronische migraine of ongebruikelijke migraine-subtypes
zoals hemiplegische migraine (sporadisch en familiaal), periodieke pijnlijke
oftalmoplegische neuropathie en migraine met neurologische bijverschijnselen
die niet kenmerkend zijn voor een migraine aura (dubbelzien, veranderd
bewustzijn of langer dan 1 uur).
-Patiënten met een voorgeschiedenis van epilepsie.
-Patiënten met een levenslange voorgeschiedenis van psychose, bipolaire manie
of dementie. Patiënten met andere psychiatrische aandoeningen waarvan de
symptomen niet onder controle zijn of die niet afdoende zijn behandeld
gedurende minimaal 6 maanden vóór het screeningsbezoek.
-De patiënt heeft bij het screeningsbezoek of bij het baselinebezoek een
significant risico op zelfmoord (hetzij naar oordeel van de onderzoeker of
gedefinieerd met behulp van de C-SSRS, als de patiënt met *ja* antwoordt op
vraag 4 of 5 over suïcidale ideatie, of met *ja* antwoordt op suïcidaal gedrag
in de afgelopen maand). Patiënten die niet aan dit criterium voldoen, maar die
door de onderzoeker worden beschouwd als een significant risico op zelfmoord,
worden uitgesloten.
-De patiënt heeft een voorgeschiedenis van klinisch significante
cardiovasculaire ziekte, waaronder ongecontroleerde hypertensie, vasculaire
ischemie of trombo-embolische voorvallen (bijv. cerebrovasculair accident,
diepveneuze trombose of longembolie).
-De patiënt is eerder positief getest op humaan immunodeficiëntievirus (hiv),
hepatitis B-oppervlakteantigeen (HBsAg) of hepatitis C-virusantilichaam
(anti-HCV).
Volledige exclusielijst vinden jullie terug in bijgevoegde synopsis
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2020-001968-28-NL |
CCMO | NL77833.058.21 |