Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-510578-25-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Primaire doelstelling:- Het evalueren of de uitkomst voor kinderen, jongeren en volwassenen met HRMB verbeterd is ten opzichte…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Zenuwstelselneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is event-vrije overleving.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomstmaten zijn: totale overleving, progressie vrije overleving,
toxiciteit (korte zowel als late effecten), kwaliteit van overleven
Achtergrond van het onderzoek
Het medulloblastoom (MB) is de meest voorkomende kwaadaardige hersentumor bij
kinderen en jongeren, met ongeveer 650 nieuwe gevallen in de Europese Unie per
jaar. Deze tumoren in de achterste schedelgroeve vormen 20% van alle
hersentumoren bij kinderen. De mediane leeftijd is 7 jaar bij diagnose, maar MB
kan voorkomen op alle leeftijden en ook bij jong volwassenen.
In ongeveer 30% van de gevallen is er sprake van een hoog-risico MB (HRMB);
gedefinieerd als de aanwezigheid van één of meer van de volgende hoog-risico
factoren: gemetastaseerde ziekte, grootcellig/anaplastische histologie, MYC of
MYCN amplificatie, of significante resttumor na de operatie. HRMB wordt
multimodaal behandeld middels tumorresectie, met radio-, en chemotherapie. In
verschillende landen verschillen met name de radio-, en
chemotherapieprotocollen van elkaar. De 5-jaars progressie vrije overleving is
ongeveer 60%. De meerderheid van deze patiënten heeft te kampen met
significante lange termijn gevolgen en dientengevolge een verminderde QoL (bv.
neurocognitieve of endocrinologische gevolgen).
Het is daarom dringend nodig om de overleving van patiënten met HRMB te
verbeteren en tegelijkertijd de toxiciteit op de kort en lange termijn, die een
grote impact hebben op de quality of life van de patiënten, te beperken.
Eerdere studies laten zien dat de mate van toxiciteit en lange termijn effecten
mogelijk geassocieerd zijn met de gegeven behandeling, klinisch-biologische
kenmerken en genetische factoren van de patiënt.
MB kan geclassificeerd worden op basis van histologische en genetische
subtypes. De kennis over de klinische relevantie van deze verschillende
subtypes is het laatste decennium enorm toegenomen.
In deze HRMB studie zal nu voor het eerst de moleculair biologische subtypering
gebruikt worden als inclusie criterium en stratificatie criterium
Tot nu toe is er een wereldwijd gebrek aan grote klinische studies voor HRMB om
geschikte evidence-based behandelingen te kunnen besturen/ontwikkelen. De
verschillende, mogelijke behandelstrategieën zijn: i) hoge-dosis chemotherapie
voor (en heel soms na) cranio-spinale radiotherapie, ii) hypergefractioneerde
en versnelde radiotherapie (HART; tweemaal daags radiotherapie) en iii)
conventionele radiotherapie (eenmaal daags), meestal gevolgd door
onderhoudschemotherapie. Het meest belangrijke is dat deze verschillende
behandelstrategieën niet op een gecontroleerde manier met elkaar vergeleken
zijn en dat de heterogene biologie van het MB hierin niet zijn meegenomen.
Daarnaast zijn de kort en lange termijn toxiciteiten ook niet met elkaar
vergeleken. Daarom is het nodig dat een gerandomiseerde, multinationale studie
onderzoekt of één van deze behandelstrategieën een voordeel heeft voor de
overlevenden.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-510578-25-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Primaire doelstelling:
- Het evalueren of de uitkomst voor kinderen, jongeren en volwassenen met HRMB
verbeterd is ten opzichte van standaardbehandeling, d.w.z. conventionele
(eenmaal daagse) radiotherapie, voor degenen die behandeld worden met:
hypergefractioneerde versnelde radiotherapie (HART), of hooggedoseerde
chemotherapie therapie (HDT) met thiotepa gevolgd door conventionele
radiotherapie
- Het evalueren of de uitkomst kinderen, jongeren en volwassenen met HRMB
verschillend is tussen twee onderhoudschemotherapie strategieën
Secundaire doelstellingen:
- Het bestuderen van de behandeling op de lange termijn effecten en de impact
op kwaliteit van overleving, betreft neurocognitieve functie, neurologische
schade, endocrine schade, gehoorschade en secundaire tumoren
- Het uitvoeren van prospectieve biologische analyses in HRMB met het doel om:
i) begrijpen van de onderliggende biologie van HRMB, ii) identificeren en
valideren van diagnostische en prognostische biomarkers, en iii) het
identificeren en valideren van mogelijke therapeutische moleculaire
aangrijpingspunten en geassocieerde voorspellende biomarkers
- Het uitvoeren van prospectieve quality of survival, toxiciteit en
farmacogenetische studies met het doel het exploreren van klinische, patiënt en
tumor factoren, en genetische varianten die gerelateerd zijn aan korte en lange
termijnen effecten van de behandeling en overlevingsparameters
Onderzoeksopzet
Een internationale, prospectieve, fase III gerandomiseerde studie naar
hoog-risico medulloblastomen in patiënten vanaf 3 jaar oud met een biologisch
hoog-risico profiel
Onderzoeksproduct en/of interventie
Inductie chemotherapie Carboplatine and etoposide (2 kuren van 3 weken) Randomisatie 1: radio(chemo)therapie Arm A: conventionele radiotherapie (eenmaal daags, 6 weken) Arm B: hypergefractioneerde en versnelde radiotherapie (HART; tweemaal daags, 23 dagen) Arm C: hoge-dosis chemotherapie met thiotepa (2 kuren) gevolgd door conventionele radiotherapie Randomisatie 2: onderhoudschemotherapie (geldt alleen voor arm A en B) Arm D: 4 AB kuren. Kuur A: vincristine, lomustine, cisplatine (1 kuur duurt 6 weken); kuur B: vincristine and cyclofosfamide (1 kuur duurt 3 weken) (totaal: 36 weken) Arm E: 6 kuren met temozolomide (1 kuur duurt 4 weken) (totaal: 24 weken) Patiënten gerandomiseerd naar arm C worden automatisch behandeld met 6 kuren temozolomide en worden dus niet gerandomiseerd voor de onderhoudschemotherapie
Inschatting van belasting en risico
Belasting:
Ten opzichte van arm A:
Arm B: patiënten worden tweemaal per dag bestraald i.p.v. eenmaal. Ze zijn
daardoor wel een week eerder klaar met de bestraling. Patiënten hoeven niet
opgenomen te worden voor de bestraling, dit geldt ook voor patiënten in arm A.
Arm C: aferese vindt tijdens een of beide inductiechemotherapie kuren,
afhankelijk van hoeveel bloedstamcellen er verzameld kunnen worden tijdens de
eerste kuur. Twee hoge dosis chemokuren vinden er plaats voorafgaand aan de
bestraling. Tijdens deze kuren zullen de patiënten opgenomen worden in het
ziekenhuis. Voor hoe lang hangt af van de ziektelast. Bestraling zal hetzelfde
zijn zoals in arm A.
Ten opzichte van arm D:
Arm E en patiënten uit arm C: onderhoudschemotherapie kan thuis plaatsvinden.
Patiënten komen alleen naar het ziekenhuis voor controles en medicatie
uitgifte. Zij worden dus minder vaak opgenomen in het ziekenhuis dan patiënten
uit arm D.
Alle patiënten die deelnemen aan het protocol krijgen op verschillende
tijdstippen (max. 4) een aantal vragenlijsten over kwaliteit van leven
opgestuurd om in te vullen en neuropsychologisch onderzoek ondergaan op
dezelfde tijdstippen.
Onafhankelijk van studiearm zal bij patiënten van wie bij dag 15 na operatie
het CSF positief is op tumorcellen, de CSF afname 3 tot 4 keer (afhankelijk van
studiearm) herhaald worden in de loop van de studie.
Risico:
Het is niet zeker of patiënten in arm B met tweemaal daags bestraling meer
risico hebben op bijwerkingen dan patiënten die eenmaal daags worden bestraald.
Patiënten in arm C lopen meer risico op infecties tijdens de hoge dosis
chemotherapie. Ook hebben zij een hoger risico op onvruchtbaarheid dan de
andere patiënten in de studie. Wel zullen alle geadviseerd worden over behoud
van vruchtbaarheid.
Publiek
Edgbaston 1
Birmingham B152TT
GB
Wetenschappelijk
Edgbaston 1
Birmingham B152TT
GB
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusie criteria voor inclusie in de studie en R1:
- Histologisch bevestigde hoog-risico medulloblastoom (met centrale review),
met de huidige geldige indeling van histologische subtypes. Hoog-risico ziekte
is definieert als patiënten met het sonic hedgehog (SHH), of het
non-SHH/non-Wingless-type (WNT) (groep 3 en 4) subtype medulloblastoma met
tenminste één van de volgende hoog-risico factoren:
o Uitgezaaide ziekte: Chang Stage M1, M2, M3
o Grootcellig/anaplastisch medulloblastoma (zoals gedefinieerd door de WHO
criteria 2016)
o Patiënten met MYC of MYCN geamplificeerde tumoren (behalve wanneer MYCN
geamplificeerd non-WNT/non-SHH groep 4 zonder andere hoog-risico factoren)
o Patiënten met somatische SHH-TP53 mutaties
o Patiënten met significante resttumor (>1,5 cm2) na operatie van de primaire
tumor en andere biologische risicofactoren
- Leeftijd ten tijde van diagnose is >=3 jaar oud. De datum van diagnose is de
datum van de initiële operatie
- Inzending van biologisch materiaal, inclusief fresh frozen tumor samples en
bloed, in overeenstemming met nationale en internationale schema*s voor
moleculaire genetische diagnostiek van biologische markers, en voor de
geassocieerde biologische studies bij dit protocol
- Niet eerder behandeld voor medulloblastoma, behalve de operatie voor
tumorverwijdering, en met de uitzondering van 1 inductiechemotherapie kuur met
carboplatine en etoposide voor randomisatie wanneer het klinisch relevant is om
direct te starten met behandeling
- Adequate leverfuncties:
o Totaal bilirubine <=1,5 keer de upper limit of normal (ULN) voor de leeftijd,
behalve wanneer bekend is dat de patiënt het Gilbert*s syndroom heeft
o ALAT en ASAT < 2,5 ULN voor de leeftijd
- Adequate nierfunctie; creatinine < 1,5 ULN
- Adequate hematologische functie; absolute aantal neutrofielen van >=1 x 109/L;
bloedplaatjes >= 100 x 109/L, voorafgaand aan de inductiechemotherapie
- Geen significante gehoorafwijking in minimaal 1 oor (gedefinieerd als Change
grade 3 of hoger)
- Medisch gezien fit genoeg om behandeld te worden volgens dit protocol
- Gedocumenteerde negatieve zwangerschapstest voor meisjes in de vruchtbare
leeftijd
- Patiënt akkoord gaat met het gebruik van adequate anticonceptie voor kinderen
in de vruchtbare leeftijd
- Schriftelijk Informed Consent van de patiënt en/of ouders/verzorgers
Inclusie criteria voor R2:
- Patiënt geïncludeerd in de SIOP HRMB studie op moment van diagnose
- Patiënt is behandeld volgens arm A of arm B
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusie criteria voor inclusie in de studie en R1:
- Patiënten met bewezen of hoge waarschijnlijkheid van kiembaan mutaties in
TP53, APC, PTCH1, SUFU, PALB2 en BRCA2 of een andere DNA repair mutatie
- Patiënten met non-WNT/non-SHH groep 4 geamplificeerd MYCN zonder andere
hoog-risico factoren
- Patiënten met CTNNB1 mutatie positief WNT medulloblastoma ongeacht andere
risico factoren
- Patiënten met een resttumor van >1,5 cm2 na operatie van de primaire tumor en
zonder andere hoog-risico factoren
- Uitgezaaide ziekte Chang Stage M4
- Hersenstam of embryonale tumoren op andere plekken in de hersenen
- Patiënten eerder behandeld voor een hersentumor of andere soort kwaadaardige
ziekte
- Medische contra-indicatie voor radiotherapie of chemotherapie
- Bekende overgevoeligheid voor een van de behandelingen of hulpstoffen
- Meisjes en vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven
- Patiënten die niet regelmatig opgevolgd kunnen worden vanwege psychologische,
sociale, familiaire, geografische of andere problemen
- Patiënten bij wie non-compliance met de behandeling, management van de
richtlijnen of monitoring wordt verwacht
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-510578-25-00 |
EudraCT | EUCTR2018-004250-17-NL |
ISRCTN | ISRCTN:16314648 |
CCMO | NL73437.041.20 |