Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-510230-84-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Het beoordelen van de werkzaamheid van GSK3511294 100 mg (SC) elke 26 weken ten opzichte van het behoud van bestaande…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Bronchiale aandoeningen (excl. neoplasmata)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Jaarlijks aantal klinisch significante exacerbaties in een periode van 52 weken
Secundaire uitkomstmaten
1. Gewogen gemiddelde verandering ten opzichte van baseline in de totale score
op de St. George Respiratory Questionnaire (SGRQ) berekend voor een periode van
52 weken
2. Gewogen gemiddelde verandering ten opzichte van baseline in de score op de
Asthma Control Questionnaire-5 (ACQ-5) berekend voor een periode van 52 weken
3. Gewogen gemiddelde verandering ten opzichte van baseline in
pre-bronchodilatator geforceerd expiratoir volume in één seconde (FEV1)
berekend voor een periode van 52 weken
Achtergrond van het onderzoek
Astma is een chronische ziekte waarbij de luchtwegen van de longen ontstoken en
vernauwd zijn, wat onder andere problemen met de ademhaling veroorzaakt.
In 2016 werd geschat dat meer dan 339 miljoen mensen wereldwijd astma hadden.
Aanhoudende eosinofielenontsteking is een kenmerk bij meer dan 50% van de
patiënten met ernstige astma.
Er zijn verschillende geneesmiddelen en combinatiebehandelingen beoordeeld en
effectief gevonden voor de behandeling van astma. Klinische studiegegevens van
meer dan 10 jaar in combinatie met praktijkgegegevens hebben aangetoond dat
behandelingen die zich richten op de IL-5-route zowel zeer effectief zijn als
goed worden verdragen. Op basis van deze bewezen werkzaamheid en veiligheid
zijn anti-IL-5/5R-therapieën nu een belangrijk onderdeel van de behandeling van
ernstige astma en worden zij door internationale richtlijnen onderschreven voor
patiënten die ondanks optimale zorg blijven verergeren. Drie antagonisten van
IL-5 (mepolizumab en reslizumab) of zijn receptor (IL-5R) (benralizumab) zijn
goedgekeurd voor ernstige astma met een eosinofiel fenotype, als een
aanvullende behandeling die elke 4 tot 8 weken wordt toegediend.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-510230-84-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Het beoordelen van de werkzaamheid van GSK3511294 100 mg (SC) elke 26 weken ten
opzichte van het behoud van bestaande behandeling met mepolizumab of
benralizumab bij deelnemers met ernstige astma met een eosinofiel fenotype die
eerder voordeel hebben gehad van anti-IL-5/5R-therapie.
Onderzoeksopzet
Dit is een multicenter-, gerandomiseerd, dubbelblind, dubbeldummy
non-inferioriteitsonderzoek met parallele groepen naar GSK3511294 100 mg SC
vergeleken met voortzetting van behandeling met mepolizumab of benralizumab bij
deelnemers met ernstige astma met een eosinofiel fenotype.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Deelnemers worden gerandomiseerd in een verhouding van 1:1 naar ofwel: • 100 mg GSK3511294 SC toegediend om de 26 weken plus een placebobehandeling SC toegediend die overeenkomt met de actieve comparator. • actieve comparator (ofwel meralizumab elke 4 weken ofwel benralizumab elke 8 weken) in overeenstemming met de behandeling van de deelnemer voorafgaand aan randomisatie plus placebo SC die overeenkomt met GSK3511294, elke 26 weken toegediend.
Inschatting van belasting en risico
Deelname duurt ongeveer 66 weken, waarin de onderzoeksdeelnemers maximaal 18
keer naar het ziekenhuis moeten komen. Onderzoeksdeelnemers worden blootgesteld
aan vragen over hun medische voorgeschiedenis, het gebruik van gelijktijdige
medicatie/procedures en bijwerkingen; meting van vitale functies; lichamelijk
onderzoek; longfunctietesten; ecg's en vragenlijsten over de patiënt
gerapporteerde resultaten. Van onderzoeksdeelnemers wordt verwacht dat zij niet
aan andere medische onderzoeken meedoen, hun afspraken voor de bezoeken
nakomen, de instructies van het onderzoeksteam opvolgen, te allen tijde een
patiëntenkaart bij zich dragen, geen bloed/sperma/eicellen doneren en geschikte
anticonceptiemethodes gebruiken. Aan onderzoeksdeelnemers wordt gevraagd
dagelijks een dagboek in te vullen met vragen over hun astma. Daarnaast worden
er tot 13 keer bloedmonsters afgenomen.
De vaakst gemelde bijwerkingen in een onderzoek bij deelnemers die GSK3511294
kregen waren nasofaryngitis (verkoudheid) en hoofdpijn, en bij deelnemers die
placebo kregen rinitis (ontsteking in de slijmvlieslaag van de neus) en
hoesten. Er zijn in het onderzoek geen ernstige allergische reacties gemeld.
Mogelijke bijwerkingen van het onderzoeksmiddel zijn een allergische reactie
en/of reactie op de injectieplaats (bijvoorbeeld pijn, roodheid zwelling of
jeuk).
Hoewel er geen extra klinisch voordeel wordt verwacht voor geworven deelnemers
die al anti-IL-5/5R-therapie krijgen, wordt de totale risico-batenverhouding
van dit onderzoek voor deelnemers met ernstige astma met een eosinofiel
fenotype als acceptabel beschouwd. Potentiële risico*s worden geminimaliseerd
met de risicobeperkingsstrategie.
Publiek
Riverwalk, Citywest Business Campus 12
Dublin 24 N/A
IE
Wetenschappelijk
Riverwalk, Citywest Business Campus 12
Dublin 24 N/A
IE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Leeftijd: Volwassenen en adolescenten >=12 jaar oud, op het moment van
ondertekening van de geïnformeerde toestemming/instemming. [Voor landen waar de
lokale regelgeving of de wettelijke status van onderzoeksmedicatie de
inschrijving van uitsluitend volwassenen toestaat, zullen de gerekruteerde
deelnemers >=18 jaar zijn van leeftijd] Opmerking voor deelnemers in Duitsland,
Groot-Brittannië en Noorwegen: In Duitsland, Groot-Brittannië en Noorwegen
mogen alleen volwassen deelnemers (>=18 jaar) worden opgenomen in dit klinische
onderzoek. Opmerking voor Oostenrijkse deelnemers: In Oostenrijk moeten
deelnemers >=16 jaar worden opgenomen in deze klinische proef.
2. Astma: Deelnemers met een gedocumenteerde artsdiagnose van astma gedurende
>=2 jaar die voldoet aan de richtlijnen van het National Heart, Lung, and Blood
Institute [NHLBI, 2007] of GINA-richtlijnen [GINA, 2020].
3. Anti-IL-5/5R-therapie: Ontvangen van mepolizumab 100 mg SC of benralizumab
30 mg SC gedurende >=12 maanden voorafgaand aan de screening en waarbij een
gedocumenteerd voordeel voor de therapie wordt beoordeeld door:
• >=50% vermindering van de exacerbatiefrequentie sinds het starten van de
behandeling,
OFhttps://www.toetsingonline.nl/to/ccmo_monitor.nsf/europe.gif?OpenImageResource
• >=50% vermindering van OCS-onderhoudsgebruik sinds het starten van de
behandeling, OF
• geen exacerbaties in de afgelopen 6 maanden terwijl u anti-IL-5/5R-therapie
kreeg en een ACQ-5-score van <=1,5 **bij screening.
4. Inhalatiecorticosteroïde: een goed gedocumenteerde vereiste voor regelmatige
behandeling met middelmatige tot hoge doses ICS in de 12 maanden voorafgaand
aan bezoek 1, met of zonder onderhouds-OCS. De onderhoudsdosis ICS moet >=440
mcg fluticasonpropionaat [FP] hydrofluoralkaanproduct [HFA] per dag zijn, of
klinisch vergelijkbaar [GINA, 2020; zie bijlage 10 van het protocol].
Deelnemers die worden behandeld met een gemiddelde dosis ICS moeten ook worden
behandeld met een langwerkende bèta-agonist (LABA) om in aanmerking te komen
voor opname.
5. Aanvullende medicatie voor de controle: Huidige behandeling met ten minste
één aanvullende medicatie voor de controle, naast ICS [bijv. LABA, LAMA,
leukotrieenreceptorantagonist (LTRA) of theofylline].
6. Man of in aanmerking komende vrouw.
• Een vrouwelijke deelnemer komt in aanmerking voor deelname als zij niet
zwanger is of borstvoeding geeft en er 1 van de volgende voorwaarden van
toepassing is:
o Is een vrouw die niet zwanger kan worden (WONCBP) zoals gedefinieerd in
Sectie 10.4.1 van het protocol
OF
o Is een vrouw die zwanger kan worden (WOCBP) en gebruikt een
anticonceptiemethode die zeer effectief is, met een faalpercentage van <1%,
zoals beschreven in paragraaf 10.4.2 van het protocol, vanaf ten minste 14
dagen voorafgaand aan de eerste dosis van onderzoeksinterventie tot ten minste
30 weken na: de eerste dosis (als de onderzoeksinterventie definitief werd
stopgezet vóór week 26), of de dosis in week 26.
• Een WOCBP moet een negatieve zeer gevoelige serumzwangerschapstest hebben bij
screeningsbezoek 1 en een negatieve zeer gevoelige urinezwangerschapstest
binnen 24 uur vóór de eerste dosis van de onderzoeksinterventie. Aanvullende
vereisten voor zwangerschapstests tijdens en na de onderzoeksinterventie zijn
te vinden in paragraaf 8.3.5 van het protocol.
• Het gebruik van anticonceptiemiddelen door vrouwen moet in overeenstemming
zijn met de lokale regelgeving met betrekking tot de anticonceptiemethoden voor
degenen die deelnemen aan klinische onderzoeken.
• De onderzoeker moet de kans op falen van de anticonceptiemethode evalueren
(bijvoorbeeld niet-naleving, onlangs begonnen in verband met de eerste dosis
van de onderzoeksinterventie).
• De onderzoeker is verantwoordelijk voor het beoordelen van de medische
voorgeschiedenis, de menstruatiegeschiedenis en recente seksuele activiteit om
het risico op opname van een vrouw met een vroege, onopgemerkte zwangerschap te
verkleinen.
• Let op: Als het vruchtbare potentieel na aanvang van het onderzoek verandert
(bijvoorbeeld een vrouwelijke deelnemer in de pre-menarchale fase ervaart
menarche) of het risico op zwangerschap verandert (bijvoorbeeld een vrouwelijke
deelnemer die niet heteroseksueel actief is, wordt actief), moet de deelnemer
dit bespreken met de onderzoeker, die moet bepalen of een vrouwelijke deelnemer
moet beginnen met een zeer effectieve anticonceptiemethode. Als de
voortplantingsstatus twijfelachtig is, moet aanvullende evaluatie worden
overwogen.
7. Geïnformeerde toestemming: In staat tot het geven van ondertekende
geïnformeerde toestemming/instemming zoals beschreven in sectie 10.1 van het
protocol, inclusief naleving van de vereisten en beperkingen die zijn vermeld
in het geïnformeerde toestemmingsformulier (ICF) en in het protocol. Franse
deelnemers: in Frankrijk deelnemer komt alleen in aanmerking voor opname in dit
onderzoek als hij aangesloten is bij of begunstigde is van een sociale
zekerheidscategorie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Gelijktijdige ademhalingsziekte: Aanwezigheid van een bekende reeds
bestaande, klinisch belangrijke longaandoening anders dan astma. Dit omvat
(maar is niet beperkt tot) een huidige infectie, bronchiëctasie, longfibrose,
XML File Identifier: 8gn94WbuVgZQJdjuTL83BkI1PnI=Pagina 24/38bronchopulmonale
aspergillose, of diagnoses van emfyseem of chronische bronchitis (chronische
obstructieve longziekte anders dan astma) of een voorgeschiedenis van
longontsteking. kanker.
2. Eosinofiele ziekten: Deelnemers met andere aandoeningen die kunnen leiden
tot verhoogde eosinofielen, zoals hyper-eosinofiele syndromen, waaronder (maar
niet beperkt tot) eosinofiele granulomatose met polyangiitis (EGPA, voorheen
bekend als Churg-Strauss-syndroom) of eosinofiele oesofagitis.
3. Parasitaire infectie: Deelnemers met een bekende, reeds bestaande
parasitaire besmetting binnen 6 maanden voorafgaand aan bezoek 1 moeten worden
uitgesloten.
4. Immunodeficiëntie: Een bekende immunodeficiëntie (bijvoorbeeld het humaan
immunodeficiëntievirus - HIV), anders dan die wordt verklaard door het gebruik
van CS*s die worden ingenomen als therapie voor astma.
5. Maligniteit: Een huidige maligniteit of een voorgeschiedenis van kanker in
remissie gedurende minder dan 12 maanden voorafgaand aan de screening
(deelnemers met een gelokaliseerd carcinoom van de huid dat werd weggesneden
voor genezing worden niet uitgesloten).
6. Leverziekte: Cirrose of huidige instabiele lever- of galziekte, volgens de
beoordeling van de onderzoeker, gedefinieerd door de aanwezigheid van ascites,
encefalopathie, coagulopathie, hypoalbuminemie, slokdarm- of maagspataderen,
aanhoudende geelzucht.
OPMERKING: Stabiele niet-cirrotische chronische leverziekte (inclusief het
syndroom van Gilbert, asymptomatische galstenen en chronische stabiele
hepatitis B of C) zijn acceptabel als de deelnemer anderszins aan de
toelatingscriteria voldoet.
7. Andere gelijktijdige medische aandoeningen: Deelnemers met bekende, reeds
bestaande, klinisch significante cardiale, endocriene, auto-immuun-,
metabolische, neurologische, renale, gastro-intestinale, lever-, hematologische
of andere systeemafwijkingen die niet onder controle zijn met de
standaardbehandeling.
8. Vasculitis: deelnemers met de huidige diagnose vasculitis. Deelnemers met
een hoog klinisch vermoeden van vasculitis bij screening zullen worden
geëvalueerd en huidige vasculitis wordt uitgesloten voorafgaand aan
inschrijving.
9. COVID-19: Deelnemers die volgens het medische oordeel van de onderzoeker
waarschijnlijk een actieve COVID-19-infectie hebben, moeten worden uitgesloten.
Deelnemers met bekende positieve contacten met COVID-19 in de afgelopen 14
dagen moeten worden uitgesloten gedurende ten minste 14 dagen na de
blootstelling, gedurende welke de deelnemer symptoomvrij moet blijven.
10. Andere mAbs gebruikt bij de behandeling van astma: Deelnemers die binnen
130 dagen voorafgaand aan bezoek 1 omalizumab (Xolair), dupilumab (Dupixent),
reslizumab (Cinqair/Cinqaero) of Tezepelumab (Tezspire) hebben gekregen.
11. Andere mAb's die niet worden gebruikt voor de behandeling van astma:
Deelnemers die binnen 5 halfwaardetijden na bezoek 1 een mAb hebben gekregen.
Toegestane behandelingen voor COVID-19 zijn toegestaan **en moeten worden
gebruikt in overeenstemming met de lokale wettelijke richtlijnen.
12. Onderzoeksmedicijnen: Deelnemers die in de afgelopen 30 dagen een
behandeling met een onderzoeksgeneesmiddel hebben ondergaan, of vijf terminale
halfwaardetijden van het medicijn, afhankelijk van wat langer is, voorafgaand
aan bezoek 1 (dit omvat ook onderzoeksformuleringen van op de markt gebrachte
producten).
13. ECG-beoordeling: QTcF >=450 msec of QTcF >=480 msec voor deelnemers met
bundeltakblok in het centrale overgelezen ECG met 12 afleidingen bij
screeningsbezoek 1.
14. Rookgeschiedenis: huidige rokers of voormalige rokers met een
rookgeschiedenis van >=20 pakjaren (aantal pakjaren = (aantal sigaretten per dag
/ 20) x aantal gerookte jaren). Een voormalig roker wordt gedefinieerd als een
deelnemer die ten minste 6 maanden vóór Bezoek 1 is gestopt met roken. Het
gebruik van pijpen en/of sigaren en/of het gebruik van elektronische
sigaretten/vapen kan niet worden gebruikt om de geschiedenis van het pakjaar te
berekenen. Het huidige en vroegere gebruik hiervan is uitsluitend.
15. Alcohol-/drugsmisbruik: Een geschiedenis (of vermoedelijke geschiedenis)
van alcoholmisbruik of middelenmisbruik binnen 2 jaar voorafgaand aan bezoek 1.
XML-bestandsidentificatie: 8gn94WbuVgZQJdjuTL83BkI1PnI=Pagina 25/38
16. Overgevoeligheid: Deelnemers met allergie/intolerantie voor een mAb of
biologisch geneesmiddel of voor één van de hulpstoffen van de
onderzoeksproducten vermeld in
paragraaf 6.1 van het protocol.
17. Zwangerschap: Deelnemers die zwanger zijn of borstvoeding geven. Deelnemers
mogen niet worden ingeschreven als zij van plan zijn zwanger te worden tijdens
hun deelname aan het onderzoek. Vereisten voor zwangerschapstests zijn te
vinden in paragraaf 8.3.5 van het protocol.
18. Therapietrouw: Deelnemers die bewijs hebben van een gebrek aan
therapietrouw aan de medicatie en/of het vermogen om de instructies van een
arts te volgen
aanbevelingen
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2023-510230-84-00 |
EudraCT | EUCTR2020-003612-28-NL |
CCMO | NL77988.056.21 |