Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-512163-31-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Primaire doelstelling: Beoordelen van de klinische werkzaamheid van ION363 bij het klinisch functioneren en de overleving bij…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Neurologische aandoeningen, congenitaal
- Neuromusculaire aandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Beoordelen van de effecten van ION363 vs. placebo met betrekking tot de
verandering ten opzichte van de baseline tot studiedag 505 in Cohort A en B van
deel 1 inzake functiebeperking, gemeten door gezamenlijke rankanalyse van de
gecombineerde evaluatie van de onderstaande:
• Totale ALSFRS-R-score in het ziekenhuis
• Tijd van rescue. Rescue gebeurt als er een verslechtering is tot een ALSFRS-R
score van < 15 punten EN een vermindering van >= 10 punten vanaf baseline op
studiedag 253, of later, die wordt bevestigd na een interval van ten minste 4
weken. Rescue betekent dat de patiënt kan stoppen met Deel 1 en doorgaan naar
Deel 2 van de studie.
• Overleving zonder beademing (Ventilation assistance-free survival, VAFS),
gedefinieerd als de tijd tot het eerste optreden van één van de volgende
gebeurtenissen:
o Overlijden
o Permanente beademing (> 22 uur mechanische beademing [invasief of
niet-invasief] per dag gedurende > 21 opeenvolgende dagen in afwezigheid van
een acuut omkeerbaar voorval)
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire eindpunten:
De effecten van ION363 vs. placebo evalueren betreffende de verandering (of de
geometrisch gemiddelde ratio, indien van toepassing), vanaf baseline tot
studiedag 505 in cohort A en B van deel 1 inzake klinische evaluaties en
biomarkers van de ernst van de ziekte, in het bijzonder voor de volgende
eindpunten:
• Geometrisch gemiddelde ratio vanaf baseline in neurofilamentlicht (NfL) in
serum
• Verandering vanaf baseline in de ALSFRS-R in het ziekenhuis
• Verandering vanaf baseline in de SVC in het ziekenhuis
• Verandering vanaf baseline in manuele dynamometrie (Handheld Dynamometry, HHD)
• Verandering vanaf baseline in Amyotrophic Lateral Sclerosis Specific Quality
of Life - Revised (ALSSQOL-R)
• Totale overleving
• VAFS
• Geometrisch gemiddelde ratio vanaf baseline in NfL in CSV
• Geometrisch gemiddelde ratio vanaf baseline in FUS-eiwit in CSV
Verkennende eindpunten:
De effecten van ION363 vs. placebo evalueren met betrekking tot de verandering
vanaf baseline tot studiedag 505 in Cohort A en B van Deel 1 in de volgende
eindpunten:
• Totale score ALSFRS-R thuis
• Vitale capaciteit thuis
• King*s ALS Clinical Staging (King*s)
• Clinical Global Impression-Improvement (CGI-I) and Severity (CGI-S)
• Patient Global Impression-Improvement (PGI-I) and Severity (PGI-S)
• Center for Neurologic Study-Bulbar Function Scale (CNS-BFS)
• Op spraak gebaseerde analyse (Auditieve analyse)
• Beademingsgebruik deelnemer
• Percentage 'rescue' in Deel 1
• Gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven (HRQoL) zoals gemeten door:
o Rasch-Built Overall Amyotrophic Lateral Sclerosis Disability Scale (ROADS)
o ALS Assessment Questionnaire, 5-item (ALSAQ-5)
o Fatigue Severity Scale (FSS)
o Zarit Burden Interview - 12 Item (ZBI-12)
o EuroQol-5 Dimensie 5 Level (EQ-5D-5L)
o Amyotrophic Lateral Sclerosis Health Index (ALS-HI)
• Cognitief en gedragsfunctioneren
o Edinburgh Cognitive and Behavioural ALS Screen (ECAS)
• Afsluitend interview van de patient
• Ziektebiomarkers kunnen omvatten maar zijn niet beperkt tot:
o CSV en Serum Neurofilament Heavy (NfH)
o CSV YKL40 (ook wel Chitinase-3-like protein 1 [CHI3L1] genoemd tau,
neurogranine, gliaal fibrillair zuur proteïne (glial fibrillary acidic protein,
GFAP) en pentraxinen
o Plasma C-reactieve proteïne
• Volumetrische MRI, inclusief volledige hersenen en ventrikels
Veiligheidseindpunten:
De veiligheid en verdraagbaarheid van ION363 zullen worden geëvalueerd door de
incidentie en ernst van de volgende parameters te bepalen:
• Behandelingsgerelateerde AE's, ernstige AE*s en veranderingen in gelijktijdig
gebruikte geneesmiddelen
• Lichamelijk onderzoek en neurologische evaluatie
• Vitale functies (lichaamstemperatuur, hartslag [heart rate, HR], bloeddruk
[BP], gewicht, ademhaling)
• Elektrocardiogrammen (ecg's)
• CSV veiligheidslaboratoriumtesten (celtellingen, eiwit, albumine, glucose)
• Laboratoriumtesten (klinische chemie, hematologie, stolling, urineonderzoek)
• Columbia - Suicide Severity Rating Scale (C-SSRS)
• Plasma anti-ION363-antilichamen
• • Verergering van ziektebiomarkers en klinische werkzaamheidsevaluaties die
de verwachtingen overschrijden van verergering van de onderliggende ziekte
• CSV en oligoklonale banden in serum of vrije Kappa-index en immunoglobuline G
(IgG) verzameld bij baseline (en tijdens de studie zoals aangewezen)
Klinische en CSV-maten zullen worden gebruikt om te controleren op onverwachte
verslechtering
Achtergrond van het onderzoek
Amyotrofe laterale sclerose (ALS) is een fatale neurodegeneratieve ziekte, die
pathologisch gekarakteriseerd wordt door een aggresieve verslechtering van de
frontotemporale neuroneon, corticospinale kanalen, neuronen van de hersenstam
en voorste hoornneuronen (Statland et al. 2015). Patiënten leiden aan een
verlies van spiermassa, kracht en functie van bulbaire, repiratoire en
willekeurige spieren. Achteruitgang is onvermijdelijk, met dood door
respiratoir falen na 2 tot 5 jaar na diagnose voor de meeste patiënten. ALS
geassocieerd met een mutatie in het FUS gen hangt vaak samen met een ernstiger
verloop van de ziekte in vergelijking met ALS patiënten die andere genmutaties
hebben.
Helaas is er momenteel nog geen effectieve behandeling beschikbaar voor deze
vorm van ALS. Deze studie omvat het geven van een experimenteel geneesmiddel
genaamd ION363. ION363 is ontwikkeld om de lichaamsproductie van het FUS eiwit
te verminderen, welke kan bijdragen aan ALS veroorzaakt door een mutatie in het
FUS gen.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-512163-31-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Primaire doelstelling: Beoordelen van de klinische werkzaamheid van ION363 bij
het klinisch functioneren en de overleving bij patiënten met FUS-ALS.
Secundaire doelstelling: Verder beoordelen van de effecten van ION363 bij het
stoppen, omkeren of vertragen van de verslechtering van het klinisch
functioneren en biomarkers van de ernst van de ziekte bij FUS-ALS-patiënten.
Verkennende doelstelling: Verder beoordelen van de effecten van ION363 bij het
stoppen, omkeren of vertragen van de verslechtering van het klinisch
functioneren en algemene gezondheid bij FUS-ALS-patiënten.
Veiligheidsdoelstelling: Beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid van
ION363 bij FUS-ALS-patiënten.
Onderzoeksopzet
ION363-CS1 is een wereldwijde, multicenter studie naar ION363 toegediend door
intrathecale (IT) bolusinjectie bij adolescente en volwassen patiënten die
FUS-ALS hebben of ontwikkelen.
De studie bestaat uit 3 delen: Deel 1, een gerandomiseerde, dubbelblinde,
placebogecontroleerde behandelingsperiode; deel 2, een
behandelingsverlengingsperiode; en deel 3, een bijkomende open-label
behandelingsperiode
Deel 1, gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde
behandelingsperiode:
Deel 1 is een multicenter, dubbelblinde studie met parallelle groepen met een
schema van 100 mg ION363 vs. placebo (gerandomiseerd in een 2:1 ratio)
toegediend via lumbale IT-bolusinjectie bij adolescente en volwassen dragers
van een FUS-mutatie met tekenen of symptomen van ALS die >= 10 jaar oud zijn.
Deel 1 bestaat uit een screeningsperiode van maximaal 4 weken, een
behandelingsperiode van 60 weken, en een opvolgingsperiode na de behandeling
van 12 of 40 weken. Na voltooiing van de behandelingsperiode en een 12 weken
durende opvolgingsperiode na de behandeling in deel 1, kunnen patiënten
doorgaan naar deel 2. Patiënten die niet deelnemen aan deel 2 zullen een 40
weken durende opvolgingsperiode na de behandeling in deel 1 voltooien.
In deel 1 worden patiënten die in aanmerking komen toegewezen aan cohort A,
cohort B of cohort C, afhankelijk van hun trage vitale capaciteit (slow vital
capacity, SVC), leeftijd en de hellingswaarde van de herziene
beoordelingsschaal voor functioneren met ALS (ALS Functional Rating
Scale-Revised, ALSFRS-R) vóór de studie.
• In cohort A zullen FUS-ALS-patiënten worden toegelaten die een SVC *50% van
de voorspelde waarde hebben en 10 tot en met 65 jaar oud zijn op het moment van
de geïnformeerde toestemming. Alle in aanmerking komende patiënten van 10 tot
en met 29 jaar zullen worden toegelaten tot cohort A zonder rekening te houden
met de ALSFRS-R-hellingswaarde vóór de studie. Patiënten in cohort A van 30 tot
en met 65 jaar moeten een ALSFRS-R-hellingswaarde vóór de studie >= 0,4 punten
per maand hebben. Cohort A zal worden gestratificeerd volgens de leeftijd
waarop de eerste symptomen van de ALS-symptomen zich voordoen: < 25 jaar
(stratum 1; juveniele amyotrofe laterale sclerose [JALS]) en >= 25 jaar (stratum
2; niet-JALS).
• In cohort B zullen FUS-ALS-patiënten worden toegelaten die een SVC >= 50% van
de voorspelde waarde hebben en >= 30 jaar oud zijn op het moment van de
geïnformeerde toestemming. Alle in aanmerking komende patiënten > 65 jaar
zullen worden toegelaten tot cohort B zonder rekening te houden met de
ALSFRS-R-hellingswaarde vóór de studie. Patiënten in cohort B van 30 tot en met
65 jaar moeten een ALSFRS-R-hellingswaarde vóór de studie < 0,4 punten per
maand hebben.
• In cohort C zullen maximaal 12 FUS-ALS-patiënten worden toegelaten die een
SVC < 50% van de voorspelde waarde hebben, 10 tot en met 30 jaar oud zijn op
het moment van de geïnformeerde toestemming en ALS-symptomen hadden beginnend
binnen 12 maanden voor het moment van de geïnformeerde toestemming. Patiënten
in cohort C hebben geen criterium voor de ALSFRS-R-hellingswaarde vóór de
studie.
De inschrijvingen voor deel 1 worden afgerond wanneer het totale aantal
patiënten in cohort A en B 73 bedraagt, ongeacht of het aantal inschrijvingen
in cohort C 12 patiënten bedraagt. De drempelwaarden voor de
geschiktheidscriteria worden hieronder specificeerd voor ademhalingsfunctie en
symptoomlast van cognitieve stoornis. Patiënten die op een stabiele dosis
riluzol, edavoron en/of Relyvrio gebruiken (combinatie van
natriumfenylbutyraat/taurursodiol, bekend onder de naam Albrioza in Canada)
mogen aan de studie deelnemen.
Patiënten die deelnemen aan deel 1 zullen 7 dosissen van het studiegeneesmiddel
(ION363 of placebo) ontvangen. Het studiegeneesmiddel wordt elke 12 weken
toegediend gedurende de 60 weken durende behandelingsperiode met een extra
oplaaddosis die 4 weken na de eerste
dosis wordt toegediend. Dosissen zullen worden toegediend via lumbale IT-bolus
op studiedag 1, 29, 85, 169, 253, 337 en 421.
Patiënten in deel 1 die een verslechtering ondervinden in de totale
ALSFRS-R-score van < 15 punten EN een vermindering van >= 10 vanaf baseline op
studiedag 253, of later, die wordt bevestigd, na een interval van ten minste 4
weken kunnen deel 1 beëindigen en doorgaan naar
deel 2 van de studie (zie paragraaf 3.8). Na de 60 weken durende
behandelingsperiode is er een 12 of 40 weken durende
opvolgingsperiode na de behandeling, afhankelijk van of de patiënt al dan niet
deelneemt aan deel 2.
Deel 2: Behandelingsverlengingsperiode
Deel 2 is een multicenter, 96 of 124 weken durende periode voor patiënten uit
deel 1 en patiënten uit de door de onderzoeker begonnen studie
(Investigator-initiated study, IIS) dat bestaat uit een 84 weken durende
behandelingsperiode en een 12 of 40 weken durende opvolgingsperiode na de
behandeling. Alle patiënten die deelnemen aan deel 2 krijgen open-label ION363
op dag 1 van deel 2.
Patiënten uit deel 1 kunnen ofwel ION363 ofwel de placebo hebben gekregen in
deel 1; degenen die de placebo hebben gekregen in deel 1 zouden dus een
oplaaddosis ION363 moeten krijgen 4 weken na hun initiële dosis in deel 2. Om
de blindering van de toewijzing van het studiegeneesmiddel in deel 1 te
handhaven, zullen patiënten uit deel 1 eerst beginnen met een 4 weken durende
oplaadperiode waarin zij hun tweede dosis in deel 2 als volgt ontvangen, op een
dubbelblinde manier: patiënten die de placebo hebben gekregen in deel 1 zullen
ION363 krijgen op studiedag 29 van deel 2 en patiënten die ION363 hebben
gekregen in deel 1 zullen de placebo krijgen op studiedag 29 van deel 2. Met
uitzondering van de oplaaddosis op studiedag 29 zal ION363 elke 12 weken
open-label worden toegediend tijdens de 84 weken durende behandelingsperiode
(voor een totaal van 9 dosissen studiegeneesmiddel tijdens deel 2 voor
patiënten uit deel 1).
Voor patiënten die de 12 weken durende opvolgingsperiode na de behandeling van
deel 1 voltooien, zal hun eerste bezoek van deel 2 samenvallen met studiedag
505 van deel 1 om een dosisinterval van 12 weken aan te houden.
Rescue-patiënten (zie paragraaf 3.8) in deel 1 kunnen na bevestiging van hun
"rescue"-status beginnen met deel 2, waarbij hun eerste toediening van
studiegeneesmiddel in de behandelingsperiode van deel 2, 12 weken na hun
laatste toediening van studiegeneesmiddel in deel 1 plaatsvindt.
Patiënten die uit de IIS komen, hebben allemaal ION363 gekregen in de IIS en
gaan dus direct over naar de 84 weken durende open-label behandelingsperiode in
deel 2 en krijgen elke 12 weken open-label ION363 zonder oplaaddosis (voor een
totaal van 8 dosissen ION363 tijdens deel 2 voor patiënten die uit de IIS
komen).
Na de 84 weken durende behandelingsperiode van deel 2 zullen patiënten die
doorgaan naar deel 3 een 12 weken durende opvolgingsperiode na de behandeling
voltooien, waarbij het bezoek op dag 1 van deel 3 samenvalt met het bezoek op
dag 673 van deel 2, en patiënten die niet doorgaan naar deel 3 zullen een 40
weken durende opvolgingsperiode na de behandeling voltooien (ongeveer 5
halfwaardetijden van het geneesmiddel).
Deel 3 :Bijkomende open-label vervolgperiode
Patiënten die de behandelingsperiode van deel 2 voltooien komen in aanmerking
voor deelname aan deel 3 als ION363 op dat moment in het land van de patiënt
niet in de handel verkrijgbaar is. Patiënten kunnen open-label behandeling
blijven krijgen in deel 3 gedurende maximaal 3 jaar extra of totdat ION363 in
de handel verkrijgbaar wordt in het land van de patiënt of totdat de
opdrachtgever het ontwikkelingsprogramma beëindigt, naargelang wat zich het
eerst voordoet. De toediening van ION363 in deel 3 zal doorgaan bij bezoeken
aan het ziekenhuis met tussenpozen van 12 weken. Voor patiënten die deel 3
voortijdig beëindigen, is er een 40 weken durende opvolgingsperiode na de
behan
Onderzoeksproduct en/of interventie
Tijdens de studie zal elke dosis ION363 of placebo worden toegediend als een enkele IT-bolusinjectie van 20 ml. Het studiegeneesmiddel zal worden toegediend als een trage IT-bolusinjectie (dit duurt 1-3 minuten) met behulp van een naald en spuit voor epidurale anesthesie. De doellocatie om de naald in te brengen is de L3/L4-ruimte maar kan 1 ruimte boven of 1 tot 2 ruimten onder dit niveau zijn, indien nodig. Voorafgaand aan de injectie wordt een gelijk volume CSV afgenomen voor analyses. Een spinale echo (of een andere beeldvormingstechniek) kan worden gebruikt voor de LP-procedure, als dit nodig wordt geacht, maar is niet vereist. Lokale anesthesie kan worden gebruikt voor de LP-procedure, in overeenstemming met procedures van de instelling. Deel 1: Patiënten zullen in totaal 7 doses van het studiegeneesmiddel (ION363 of placebo) krijgen. Het studiegeneesmiddel wordt in de behandelingsperiode elke 12 weken toegediend, met uitzondering van de oplaaddosis die 4 weken na de eerste dosis wordt toegediend. Deel 2: Patiënten die aan Deel 2 beginnen nadat ze Deel 1 hebben voltooid of gered zijn, krijgen elke 12 weken open-label ION363 en een extra geblindeerde oplaaddosis van het onderzoeksgeneesmiddel op dag 29 (ION363 voor patiënten die placebo hadden gekregen in Deel 1, placebo voor patiënten die ION363 hadden gekregen in Deel 1). Patiënten die vanuit het IIS naar Deel 2 gaan, krijgen elke 12 weken open-label ION363 zonder de extra oplaaddosis. Deel 3: Alle patiënten voor wie ION363 na voltooiing van deel 2 niet in de handel verkrijgbaar is, krijgen ION363 met doseringsintervallen van 12 weken gedurende maximaal 3 jaar.
Inschatting van belasting en risico
Gebaseerd op preklinische data zijn er momenteel geen vastgestelde risico's
geassocieerd met ION363. The risico's die verband houden met de lumpaalpunctie
(LP) procedure zullen zo klein mogelijk gehouden worden door het gebruik van
atraumatische naalden, aseptische procedures, exclusie van patiënten met een
verhoogd risico op infectie, herniatie en verlies van stolling, en nauwlettende
controle op de patiënt na de toediening van het onderzoeksmedicijn. Patiënten
zullen nauwlettend in de gaten gehouden worden voor tekenen en symptomen van
neurologische effecten.
Publiek
Gazelle Court 2855
Carlsbad CA 92010
US
Wetenschappelijk
Gazelle Court 2855
Carlsbad CA 92010
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusiecriteria voor deel 1:
1. Moet geïnformeerde toestemming en instemming geven, indien aangegeven
volgens de leeftijd van de patiënt en richtlijnen van het ziekenhuis
(ondertekend en gedateerd), en machtigingen vereist door plaatselijke
wetgeving.
2. Op het moment van de geïnformeerde toestemming, moet een patiënt >10 jaar
oud zijn, en dient tekenen of symptomen in overeenstemming met een
ALS-ziekteverloop (naar de mening van de onderzoeker) te hebben.
3. Genetische mutatie in FUS bevestigd door een testlaboratorium dat
CLIA-gecertificeerd en CE-gemarkeerd is of equivalent. Mutaties moeten worden
beoordeeld en goedgekeurd door een variantclassificatiecommissie.
4. Rechtop (zithouding) SVC is >=50% van de voorspelde waarde (zoals aangepast
voor geslacht, leeftijd en lengte) OF als een SVC <50% is van de voorspelde
waarde , dient de patiënt tussen 10 en 30 jaar (inclusief) oud te zijn op het
moment van geinformeerde toestemming EN heeft een begin van ALS symptomen
binnen 12 maanden voorafgaand aan het moment van geïnformeerde toestemming.
5. In staat en bereid om te voldoen aan alle studievereisten (naar de mening
van de onderzoeker), inclusief reizen naar het studiecentrum, procedures,
beoordelingen en bezoeken
6. Een patiënt die edaravon, riluzol, Relyvrio
(natriumfenylbutyraat/taurursodiol combinatie, Albrioza genoemd in Canada),
natriumfenylbutyraat of tauroursodeoxycholzuur (TUDCA, ook bekend als
taurursodiol of urosodiol) gebruikt moet op een stabiele dosis zijn gedurende >=
28 dagen voorafgaand aan de dag 1 en bereid zijn om die dosis aan te houden
zolang de studie duurt, tenzij de onderzoeker bepaalt dat de medicatie moet
worden stopgezet om medische redenen, in welk geval de medicatie niet kan
worden hervat tijdens de studie.
7. Voldoen aan het onderstaande:
a. Een vrouw mag niet zwanger zijn en geen borstvoeding geven, en moet aan een
van het volgende voldoen:
i. is chirurgisch sterieln (bv. hysterectomie, bilaterale salpingectomie,
bilaterale oöforectomie, of mannelijke partner met vasectomie)
ii. is postmenopauzaal (gedefinieerd als geen menstruatie gedurende 12 maanden
zonder andere medische oorzaak). Een hoge concentratie follikelstimulerend
hormoon (FSH) in het postmenopauzale bereik kan worden gebruikt om een
postmenopauzale toestand te bevestigen bij vrouwen die geen hormonale
anticonceptie of hormonale substitutietherapie gebruiken. Bij 12 maanden
afwezigheid van amenorroe is één enkele FSH-meting echter onvoldoende.)
iii. onthouding* of
iv. als seksuele betrekkingen worden aangegaan waaruit kinderen kunnen worden
geboren, ermee akkoord gaan om zeer doeltreffende anticonceptiemiddelen te
gebruiken vanaf het moment dat het toestemmingsformulier werd ondertekend tot
ten minste 40 weken na de laatste dosis van het studiegeneesmiddel.
b. Een man moet zich onthouden*, chirurgisch steriel zijn (heeft een vasectomie
gehad met negatieve sperma-analyse bij opvolging, of heeft een chirurgisch
steriele niet-zwangere vrouwelijke partner) of als seksuele betrekkingen worden
aangegaan met een vrouw die zwanger kan worden (woman of childbearing
potential, WOCBP), instemmen met het gebruik van een zeer doelreffend
anticonceptiemiddel vanaf het moment dat het toestemmingsformulier werd
ondertekend tot ten minste 40 weken na de laatste dosis van het
studiegeneesmiddel.
* Alleen werkelijke onthouding (d.w.z. wanneer dit in overeenstemming is met
de voorkeur en gebruikelijke levensstijl van de patiënt) is aanvaardbaar.
Periodieke onthouding (bv. kalender-, ovulatie-, symptothermale en
postovulatiemethode), verklaring van onthouding zolang de studie duurt en
coïtus interruptus zijn geen aanvaardbare anticonceptiemethodes.
8. Stabiele gelijktijdig gebruikte medicatie en nutritionele ondersteuning
gedurende ten minste 1 maand voorafgaand aan studiedag 1. Gelijktijdig
gebruikte medicatie of nutritionele ondersteuning die mogelijk niet stabiel was
gedurende ten minste 1 maand voorafgaand aan studiedag 1 kan worden toegestaan,
ter beoordeling van de onderzoeker
9. Heeft een informant/verzorger die, naar oordeel van de onderzoeker, frequent
en voldoende contact heeft met de patiënt om nauwkeurige informatie te kunnen
verstrekken over de cognitieve en functionele vaardigheden van de patiënt
tijdens de studie. Daarnaast dient een patiënt < 18 jaar oud een studiepartner
te hebben (ouder, verzorger of andere persoon) die betrouwbaar, competent en
ten minste 18 jaar oud is, bereid is om de patiënt te begeleiden naar
studiebezoeken.
Inclusiecriteria voor deel 2:
1. Voltooid, of rescue van, deel 1, of toegelaten en ten minste 1 dosis ION363
gekregen in de door de onderzoeker gestarte studie (IIS). Patiënten die uit de
IIS komen dienen geschreven geïnformeerde toestemming te geven (en instemming,
indien aangegeven per leeftijd van de patiënt en institutionele richtlijnen)
(getekend en gedateerd) en alle vergunningen vereist door de lokale wetgeving.
2. Voldoen aan het onderstaande:
a. Een vrouw mag niet zwanger zijn en geen borstvoeding geven, en moet aan een
van het volgende voldoen:
i. is chirurgisch sterieln (bv. hysterectomie, bilaterale salpingectomie,
bilaterale oöforectomie, of mannelijke partner met vasectomie)
ii. is postmenopauzaal (gedefinieerd als geen menstruatie gedurende 12 maanden
zonder andere medische oorzaak). Een hoge concentratie follikelstimulerend
hormoon (FSH) in het postmenopauzale bereik kan worden gebruikt om een
postmenopauzale toestand te bevestigen bij vrouwen die geen hormonale
anticonceptie of hormonale substitutietherapie gebruiken. Bij 12 maanden
afwezigheid van amenorroe is één enkele FSH-meting echter onvoldoende.)
iii. onthouding* of
iv. als seksuele betrekkingen worden aangegaan waaruit kinderen kunnen worden
geboren, ermee akkoord gaan om zeer doeltreffende anticonceptiemiddelen te
gebruiken vanaf het moment dat het toestemmingsformulier werd ondertekend tot
ten minste 40 weken na de laatste dosis van het studiegeneesmiddel.
b. Een man moet zich onthouden*, chirurgisch steriel zijn (heeft een vasectomie
gehad met negatieve sperma-analyse bij opvolging, of heeft een chirurgisch
steriele niet-zwangere vrouwelijke partner) of als seksuele betrekkingen worden
aangegaan met een vrouw die zwanger kan worden (woman of childbearing
potential, WOCBP), instemmen met het gebruik van een zeer doelreffend
anticonceptiemiddel vanaf het moment dat het toestemmingsformulier werd
ondertekend tot ten minste 40 weken na de laatste dosis van het
studiegeneesmiddel.
* Alleen werkelijke onthouding (d.w.z. wanneer dit in overeenstemming is met
de voorkeur en gebruikelijke levensstijl van de patiënt) is aanvaardbaar.
Periodieke onthouding (bv. kalender-, ovulatie-, symptothermale en
postovulatiemethode), verklaring van onthouding zolang de studie duurt en
coïtus interruptus zijn geen aanvaardbare anticonceptiemethodes.
3. Is geschikt voor studiedeelname, naar het oordeel van de onderzoeker.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusiecriteria voor deel 1:
1. Vereist permanente beademing (> 22 uur mechanische beademing [invasief of
niet-invasief] per dag gedurende > 21 opeenvolgende dagen) of tracheotomie
2. Alle bekende genetische varianten (anders dan die in het FUS gen) dat
pathogeen is of waarschijnlijk pathogeen is voor het ALS-frontotemporale
dementie (FTD) ziektespectrum.
3. Positief testresultaat voor:
a. humaan immunodeficiëntievirus (hiv)
b. hepatitis C (HCV), tenzij eerder behandeld en serum-/plasma-HCV-RNA-negatief
gedurende ten minste 6 maanden na het einde van de behandeling
c. hepatitis B (HBV) met behulp van HBV-oppervlakteantigeentest, tenzij
momenteel behandeld met nucleoside- of nucleotidanaloga
4. Klinisch significante afwijkingen in de medische voorgeschiedenis (bv.
ernstig acuut coronair syndroom binnen 3 maanden voorafgaand aan screening,
grote chirurgische ingreep binnen 2 maanden voorafgaand aan screening) of
lichamelijk onderzoek
5. Actieve infectie waarvoor systemische antivirale of antibacteriële
behandeling nodig is, die niet afgerond zal zijn voorafgaand aan studiedag 1
6. Ongecontroleerde hypertensie (bloeddruk > 160/100 mmHg)
7. Maligniteit binnen 1 jaar voorafgaand aan screening, met uitzondering van
basaalcel- of plaveiselcelcarcinoom van de huid of cervixcarcinoom in situ dat
succesvol behandeld werd. Patiënten met een voorgeschiedenis van andere
maligniteiten die werden behandeld met curatieve behandeling en die niet
teruggekomen zijn binnen 6 maanden kunnen ook in aanmerking komen, ter
beoordeling van de onderzoeker.
8. Obstructieve hydrocefalie.
9. Aanwezigheid van een functionele ventriculoperitoneale shunt voor de afvoer
van cerebrospinale vloeistof (CSV) of een geïmplanteerde centraal zenuwstelsel
(czs)-katheter.
10. Bekende significante aandoening van de hersenen of ruggengraat die het
LP-proces, de CSV-circulatie of de veiligheidsbeoordeling zou verstoren,
inclusief tumors of afwijkingen aan de hand van beeldvorming met magnetische
resonantie (magnetic resonance imaging; MRI) of computertomografie (CT),
subarachnoïdale bloeding, suggestie van verhoogde hersendruk, op MRI of bij
oogheelkundig onderzoek, wervelkanaalvernauwing of -kromming, chiari
malformatie, obstructieve hydrocefalie, syringomyelie, 'tethered spinal
cord'-syndroom en aandoeningen van het bindweefsel zoals het
Ehlers-Danlos-syndroom en Marfan-syndroom
11. Aanwezigheid van significante cognitieve stoornis, niet veroorzaakt door
een ontwikkelingsstoornis gebaseerd op de Mini-Mental State Examination (MMSE)
(score van < 20) of een gelijkwaardige beoordeling, klinische dementie, of
onstabiele psychiatrische ziekte, met inbegrip van psychose, suïcidale
gedachten, zelfmoordpoging, of onbehandelde ernstige depressie, zoals bepaald
door de onderzoeker
12. Gelijktijdige deelname aan een andere interventionele klinische studie
13. Eerdere of huidige behandeling met een oligonucleotide (inclusief small
interfering RNA [siRNA], tofersen). Dit exclusiecriterium is niet van
toepassing op COVID-19-vaccinaties, welke zijn toegestaan.
14. Behandeling met een ander experimenteel geneesmiddel, biologisch middel of
hulpmiddel, binnen 1 maand voorafgaand aan screening of 5 halfwaardetijden van
het experimentele middel, naargelang welke periode het langst duurt
15. Voorgeschiedenis van gentherapie of celtransplantatie of andere
experimentele hersenchirurgie
16. Verwachte noodzaak, naar de mening van de onderzoeker, voor toediening van
bloedplaatjesaggregatieremmers of antistollingsmedicijnen die niet veilig
kunnen worden stopgezet vóór en/of na een LP-procedure volgens lokale of
institutionele richtlijnen en/of de vaststelling van de onderzoeker na overleg
met de betreffende behandelende arts. Een lage dosis aspirine (<= 100 mg/dag,
toegediend als monotherapie) is toegestaan en kan worden voortgezet tijdens de
LP-procedure.
17. Klinisch significant laag aantal bloedplaatjes (gedefinieerd als <
100.000/mm3), stollingstests, of laboratoriumafwijkingen die een patiënt
ongeschikt zouden maken voor inclusie
18. Niet bereid om zich aan de studieprocedures te houden, met inbegrip van
opvolging, zoals aangegeven door dit protocol, of niet bereid om volledig mee
te werken met de onderzoeker
19. Elke andere aandoening die, naar de mening van de onderzoeker, de patiënt
ongeschikt zou maken voor inclusie of die kan verhinderen dat de patiënt aan de
studie deelneemt of deze voltooid
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-512163-31-00 |
EudraCT | EUCTR2020-005522-28-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT04768972 |
CCMO | NL78827.000.22 |