Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-507093-40-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. WERKZAAMHEIDSDOELSTELLINGENPrimaire werkzaamheidsdoelstellingDe primaire werkzaamheidsdoelstelling voor dit onderzoek is het…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Bronchiale aandoeningen (excl. neoplasmata)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Werkzaamheid
• Percentage omgerekend naar jaarbasis van matige en ernstige COPD-exacerbaties
gedurende de behandelingsperiode van 52 weken
Een matige COPD-exacerbatie wordt gedefinieerd als nieuwe of toegenomen
COPD-symptomen (bijv. dyspneu, sputumvolume en sputumpurulentie) die leiden tot
behandeling (duur >= 3 dagen) met systemische corticosteroïden (oraal, IV of
intramusculair [IM]) aan een dosis van > 10 mg/dag prednisolonequivalent en/of
antibiotica.
Een ernstige COPD-exacerbatie wordt gedefinieerd als nieuwe of toegenomen
COPD-symptomen die leiden tot ziekenhuisopname (duur >= 24 uur) of overlijden.
Veiligheid
• Incidentie en ernst van bijwerkingen, waarbij de ernst wordt bepaald volgens
de tabel van de AIDS-divisie (DAIDS) voor het beoordelen van de ernst van
volwassen en pediatrische bijwerkingen (HHS 2017) (hierna de
DAIDS-toxiciteitsbeoordelingsschaal genoemd), met geringe wijzigingen voor
duidelijkheid en voor afstemming op interne praktijken
• Verandering in gerichte vitale functies ten opzichte van de uitgangswaarde
• Verandering in gericht klinisch laboratoriumonderzoek en ecg*s ten opzichte
van de uitgangswaarde
PK
• Serumconcentratie van astegolimab op specifieke tijdstippen
Immunogeniciteit
• Prevalentie van antilichamen tegen het geneesmiddel (ADA*s) bij de
uitgangswaarde en incidentie van ADA*s tijdens het onderzoek
Secundaire uitkomstmaten
Werkzaamheid
• Tijd tot eerste matige of ernstige COPD-exacerbatie tijdens de
behandelingsperiode van 52 weken
• Absolute verandering ten opzichte van de uitgangswaarde in
gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven (HRQoL) in week 52, zoals
beoordeeld aan de hand van de totale score van de St. George*s Respiratory
Questionnaire-COPD (SGRQ-C)
*
• Percentage patiënten met verbetering in HRQoL, gedefinieerd als een afname
ten opzichte van de uitgangswaarde van >= 4 punten in SGRQ-C-totaalscore, in
week 52
• Absolute verandering ten opzichte van de uitgangswaarde in
post-bronchodilator geforceerd expiratoir volume in 1 seconde (FEV1) (liter) in
week 52
• Absolute verandering ten opzichte van de uitgangswaarde in totale COPD-score
(Evaluating Respiratory Symptoms in COPD, E-RS®:COPD) in week 52
• Jaarlijks aantal ernstige COPD-exacerbaties gedurende de behandelingsperiode
van 52 weken
• Absolute verandering van baseline in 'five-repetition sit-to-stand test'
(5STS) tijd (seconden) in week 52
• Incidentie en ernst van bijwerkingen
Achtergrond van het onderzoek
Chronische obstructieve longziekte (COPD) is een van de belangrijkste
doodsoorzaken wereldwijd. COPD wordt erkend als een progressieve, heterogene
ziekte. COPD-exacerbaties vertegenwoordigen de grootste last in termen van
zorggebruik, morbiditeit en sterfterisico. De verwachting is daarom dat
interventies die gericht zijn op het verminderen van COPD-exacerbaties het
meeste voordeel opleveren voor patiënten met COPD. Ondanks een grote onvervulde
behoefte zijn er momenteel beperkte opties voor farmacotherapie die specifiek
gericht is op het verminderen van exacerbaties.
Astegolimab is een anti-ST2 monoklonaal antilichaam dat werkt als een
competitieve antagonist om IL-33-signalering te blokkeren. Eerdere studies
laten zien dat astegolimab de potentie heeft om COPD te behandelen door
exacerbaties te verminderen zonder daarbij de ontwikkeling van beschermende
adaptieve immuniteit en virale klaring te remmen.
Gecombineerde, niet-klinische en klinische onderzoeken hebben aangetoond dat
astegolimab goed wordt verdragen en heeft een gunstig veiligheidsprofiel heeft.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-507093-40-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
WERKZAAMHEIDSDOELSTELLINGEN
Primaire werkzaamheidsdoelstelling
De primaire werkzaamheidsdoelstelling voor dit onderzoek is het beoordelen van
de werkzaamheid van astegolimab in vergelijking met placebo
Secundaire werkzaamheidsdoelstelling
De secundaire werkzaamheidsdoelstelling voor dit onderzoek is het beoordelen
van de werkzaamheid van astegolimab in vergelijking met placebo
VEILIGHEIDSDOELSTELLING
De veiligheidsdoelstelling voor dit onderzoek is het beoordelen van de
veiligheid van astegolimab in vergelijking met placebo
FARMACOKINETISCHE DOELSTELLINGEN
De farmacokinetische (PK) doelstelling van dit onderzoek is het karakteriseren
van het PK-profiel van astegolimab
IMMUNOGENICITEITSDOELSTELLINGEN
De immunogeniciteitsdoelstelling voor dit onderzoek is het beoordelen van de
immuunrespons op astegolimab
Onderzoeksopzet
Dit is een gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd, fase
IIb-onderzoek in meerdere centra ter beoordeling van de werkzaamheid,
veiligheid en farmacokinetiek van astegolimab in combinatie met standaardzorg
in vergelijking met placebo in combinatie met standaardzorg bij patiënten met
COPD die voormalige of huidige rokers zijn en een voorgeschiedenis hebben van
frequente exacerbaties.
Na een screeningsperiode van ten minste 7 dagen tot maximaal 4 weken worden
patiënten gerandomiseerd in een verhouding van 1:1:1 naar één van drie
behandelingsgroepen om geblindeerde behandeling te krijgen met ofwel
astegolimab ofwel placebo. Randomisatie wordt gestratificeerd naar rookstatus
bij screening (voormalige roker vs. huidige roker) en regio.
De eerste dosis van het onderzoeksmiddel (astegolimab of placebo) wordt
toegediend op dag 1; de behandeling gaat door tot en met ten minste week 50,
gevolgd door een 12 weken durende opvolgingsperiode voor de veiligheid.
Patiënten komen elke 2 weken terug naar het ziekenhuis tot en met het bezoek
voor voltooiing van de behandeling in week 52 (of het einde van een aanvullende
behandelingsperiode, zoals hieronder beschreven, indien van toepassing). De
primaire eindpuntanalyses worden uitgevoerd met behulp van de gegevens uit de
52 weken durende behandelingsperiode voor alle patiënten.
Een onafhankelijke commissie voor gegevenscontrole (iDMC) zal de veiligheid van
de patiënten tijdens het onderzoek controleren en een tussentijdse analyse voor
futiliteit uitvoeren. Patiënten die het bezoek in week 52 voorafgaand aan de
tussentijdse analyse voltooien, blijven na de behandelingsperiode van 52 weken
nog eens 36 weken geblindeerde behandeling ontvangen of tot de resultaten van
de tussentijdse analyse bekend zijn, afhankelijk van wat zich het eerst
voordoet.
Als een afzonderlijk open-label uitbreidings- (OLE)-onderzoek, onderzoek
GB43374, open en beschikbaar is in hun respectieve land, krijgen alle patiënten
die in dit onderzoek zijn ingeschreven en die het bezoek in week 52 hebben
voltooid, de optie om deel te nemen aan OLE-onderzoek GB43374, indien geschikt,
of om te beginnen met de opvolgingsperiode voor de veiligheid. Als het
OLE-onderzoek GB43374 niet wordt geopend, zullen alle patiënten die het bezoek
in week 52 voltooien, inclusief de patiënten die doorgaan met geblindeerde
behandeling na week 52, beginnen met de opvolgingsperiode voor de veiligheid.
Alle patiënten ondergaan 12 weken na hun laatste dosis onderzoeksmiddel een
opvolgingsbezoek voor de veiligheid (ongeacht de duur van de ontvangen
behandeling).
Patiënten die niet voldoen aan de criteria voor deelname aan dit onderzoek
(screenfalen) kunnen naar goeddunken van de onderzoeker in aanmerking komen
voor één herscreeningsmogelijkheid (in totaal tweemaal screening per patiënt).
De onderzoeker moet de redenen voor screenfalen in het screeningslogboek
vastleggen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
ASTEGOLIMAB Patiënten die gerandomiseerd zijn naar de behandelingsgroepen met astegolimab krijgen een van de volgende doseringsschema's toegediend: • Astegolimab 476 mg SC elke 2 weken (Q2W) • Astegolimab 476 mg SC elke 4 weken (Q4W) Om ervoor te zorgen dat alle onderzoekspatiënten hetzelfde bezoekschema ondergaan, zullen patiënten die gerandomiseerd zijn naar de Q4W doseringsgroep elke 2 weken (beginnend met astegolimab op dag 1) afwisselen tussen injecties met astegolimab en placebo, en dus elke 4 weken astegolimab krijgen. Elke dosis astegolimab wordt toegediend als twee SC injecties (in totaal 3,4 ml), waarbij elke injectie aan een andere kant van de buik wordt toegediend (d.w.z. rechts of links). PLACEBO Patiënten in de placebo (controle)-groep krijgen elke dosis placebo toegediend als twee SC injecties Q2W, waarbij elke injectie aan een andere kant van de buik wordt toegediend (d.w.z. rechts of links).
Inschatting van belasting en risico
Het onderzoeksmiddel kan bijwerkingen geven. De bijwerkingen kunnen licht tot
ernstig of zelfs levensbedreigend zijn, en ze kunnen van persoon tot persoon
variëren.
Astegolimab is getest in 7 onderzoeken met mensen, waaronder één onderzoek met
mensen met COPD. In klinische onderzoeken die tot nu toe zijn voltooid, waaraan
meer dan 690 personen deelnamen die astegolimab kregen, waren er geen
vastgestelde risico's bij het gebruik van astegolimab. De mogelijke
bijwerkingen, gebaseerd op onderzoeken met mensen en laboratoriumonderzoeken of
op kennis van nieuwe injecteerbare of soortgelijke geneesmiddelen, worden
hieronder vermeld. Er kunnen bijwerkingen zijn die op dit moment nog niet
bekend zijn.
Mogelijke bijwerkingen
Reactie in de buurt van het gebied waar het onderzoeksmiddel wordt
geïnjecteerd, met mogelijke symptomen als roodheid, gevoeligheid of pijn,
blauwe plekken, warmte, zwelling, jeuk en/of infectie op de injectieplaats. Als
u een van deze symptomen heeft, neem dan onmiddellijk contact op met de
onderzoeker of het onderzoekspersoneel.
Allergische reactie met symptomen zoals koorts, koude rillingen, lage
bloeddruk, huiduitslag, hoofdpijn, misselijkheid en soms braken, buikkrampen of
incontinentie. Ernstigere allergische reacties kunnen bewustzijnsverlies,
ernstige huidreacties, moeite met ademhalen of slikken en/of een daling van de
bloeddruk veroorzaken en kunnen levensbedreigend zijn. Als u symptomen van een
allergische reactie heeft, moet u onmiddellijk contact opnemen met de
onderzoeker of het onderzoekspersoneel.
Afname of verandering in de afweerreactie van het lichaam op infecties.
Laboratoriumonderzoeken bij muizen en in celkweken op de route die door
astegolimab beïnvloed wordt (de IL-33-route), wijzen op een mogelijk risico op
verergering van hartziekten waar al hartziekte aanwezig was.
Risico dat het immuunsysteem antilichamen ontwikkelt; dit kan ertoe leiden dat
het geneesmiddel niet werkt of kan de kans op het krijgen van een allergische
reactie vergroten, maar het is niet bekend of deze antilichamen bijwerkingen
zullen veroorzaken.
Het middel kan ook bijwerkingen hebben die we nu nog niet weten.
Deelnemers kunnen last hebben van de metingen tijdens het onderzoek, waaronder
bloedafnames, spirometriemetingen en zitten-tot staan test die inspanning
vereist. Er is een zekere mate van blootstelling aan straling tijdens de
röntgenfoto's van de borstkas. De studiebezoeken kosten tijd en deelnemers
wordt gevraagd om zich aan bepaalde afspraken te houden.
Publiek
Grenzacherstrasse 124 1
Basel 4070
CH
Wetenschappelijk
Grenzacherstrasse 124 1
Basel 4070
CH
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patiënten moeten aan alle volgende criteria voldoen voor deelname aan het
onderzoek:
• Leeftijd 40-90 jaar op het moment van ondertekening van het informatie- en
toestemmingsformulier
• Vermogen om het onderzoeksprotocol na te leven
• Gedocumenteerde diagnose van COPD door de arts ten minste 12 maanden
voorafgaand aan de screening
• Voorgeschiedenis van frequente exacerbaties, gedefinieerd als twee of meer
matige of ernstige exacerbaties die optraden binnen een periode van 12 maanden
in de 24 maanden voorafgaand aan de screening
Exacerbaties moeten zijn behandeld met systemische corticosteroïden en/of
antibiotica.
Een matige COPD-exacerbatie wordt gedefinieerd als nieuwe of toegenomen
COPD-symptomen (bijv. dyspneu, sputumvolume en sputumpurulentie) die leiden tot
behandeling (duur >= 3 dagen) met systemische corticosteroïden (oraal, IV of IM)
in een dosis van > 10 mg/dag prednisolonequivalent en/of antibiotica. Eerder
gebruik van antibiotica alleen is niet toereikend als matige exacerbatie,
tenzij het gebruik specifiek bedoeld was voor de behandeling van verergerende
symptomen van COPD.
Een ernstige COPD-exacerbatie wordt gedefinieerd als nieuwe of toegenomen
COPD-symptomen die leiden tot ziekenhuisopname (duur > 24 uur) of overlijden.
• FEV1 na gebruik bronchodilator >= 20 en < 80% van de voorspelde normaalwaarde
bij screening, zoals geverifieerd door aflezer
• FEV1/FVC na gebruik bronchodilator < 0,70 bij de screening, zoals
geverifieerd door aflezer
• mMRC-score >= 2 bij de screening
• Huidige roker of voormalige roker met een voorgeschiedenis van minimaal 10
pakjesjaren (bijv. 20 sigaretten/dag gedurende 10 jaar)
Een voormalig roker wordt gedefinieerd als het voldoen aan de bovenstaande
criteria, maar heeft geen geïnhaleerde tabaksproducten of geïnhaleerde
marihuana gebruikt binnen 6 maanden voorafgaand aan de screening, door het
gebruik van sigaretten, sigaren, elektronische sigaretten,
verdampingsapparatuur of pijp.
Patiënten die bij de screening aan de protocoldefinitie van huidige roker
voldoen, krijgen advies om te stoppen met roken.
• Voorgeschiedenis van een van de volgende combinaties van geoptimaliseerde,
stabiele, standaardzorg onderhoudsbehandeling voor COPD gedurende ten minste 4
weken voorafgaand aan de screening, zonder verwachte veranderingen in de
behandeling voorafgaand aan de start van het onderzoeksmiddel en gedurende het
onderzoek:
- Geïnhaleerde corticosteroïde (ICS) >= 500 mcg/dag fluticasonpropionaat
dosis-equivalent plus langwerkende bèta-agonist (LABA)
- Langwerkende muscarine-antagonist (LAMA) plus LABA
- ICS >= 500 mcg/dag fluticasonpropionaat dosisequivalent plus LAMA plus LABA
• Aangetoond vermogen om het elektronisch dagboek (eDagboek) te gebruiken en na
te leven, gedefinieerd als het invullen van alle vragen op ten minste 5 van de
7 opeenvolgende dagen binnen de 14 dagen na het screeningsbezoek
Patiënten die niet in staat zijn om naleving van het eDagboek aan te tonen
binnen de eerste 2 weken van de screening, zullen als screenfalen worden
ingevoerd. Patiënten krijgen de gelegenheid om naleving van het eDagboek aan te
tonen indien ze opnieuw worden gescreend.
• Voor vrouwen in de vruchtbare leeftijd: akkoord gaan met seksuele onthouding
(afzien van heteroseksuele geslachtsgemeenschap) of gebruik van anticonceptie,
zoals hieronder gedefinieerd:
Vrouwen moeten seksuele onthouding toepassen of anticonceptiemethoden gebruiken
met een faalpercentage van < 1% per jaar tijdens de behandelingsperiode en
gedurende 12 weken na de laatste dosis astegolimab.
Een vrouw wordt als vruchtbaar beschouwd als ze postmenarchaal is, geen
postmenopauzale toestand heeft bereikt (>= 12 aaneengesloten maanden amenorroe
zonder andere geïdentificeerde oorzaak dan de menopauze) en niet permanent
onvruchtbaar is als gevolg van een operatie (d.w.z. verwijdering van de
eierstokken, eileiders en/of baarmoeder) of een andere oorzaak, zoals bepaald
door de onderzoeker (bijv. Mülleriaanse agenese). De definitie van vruchtbare
leeftijd kan worden aangepast voor afstemming met de plaatselijke richtlijnen
of regelgeving.
Voorbeelden van anticonceptiemethoden met een faalpercentage van < 1% per jaar
omvatten bilaterale tubaligatie, mannelijke sterilisatie, hormonale
anticonceptiemiddelen die de ovulatie remmen, hormoonafgevende spiraaltjes en
koperen spiraaltjes.
De betrouwbaarheid van seksuele onthouding moet worden beoordeeld met
betrekking tot de duur van het klinisch onderzoek en de geprefereerde en
gebruikelijke manier van leven van de patiënt. Periodieke onthouding (bijv.
kalender-, ovulatie-, symptothermale of post-ovulatiemethoden) en terugtrekking
zijn geen adequate anticonceptiemethoden. Als dit noodzakelijk is volgens de
plaatselijke richtlijnen of regelgeving, worden lokaal erkende afdoende
anticonceptiemethoden en informatie over de betrouwbaarheid van onthouding
beschreven in het lokale toestemmingsformulier.
• Voor mannen: akkoord gaan met seksuele onthouding (afzien van heteroseksuele
geslachtsgemeenschap) of gebruik van een condoom, en akkoord gaan om geen
sperma te doneren, zoals hieronder gedefinieerd:
Met een vrouwelijke partner in de vruchtbare leeftijd of een zwangere
vrouwelijke partner moeten mannen seksuele onthouding toepassen of een condoom
gebruiken tijdens de behandelingsperiode en gedurende 12 weken na de laatste
dosis astegolimab om blootstelling van het embryo te voorkomen. Mannen moeten
zich onthouden van het doneren van sperma tijdens dezelfde periode.
De betrouwbaarheid van seksuele onthouding moet worden beoordeeld met
betrekking tot de duur van het klinisch onderzoek en de geprefereerde en
gebruikelijke manier van leven van de patiënt. Periodieke onthouding (bijv.
kalender-, ovulatie-, symptothermale of post-ovulatiemethoden) en terugtrekking
zijn geen adequate methoden om blootstelling aan het geneesmiddel te voorkomen.
Als dit noodzakelijk is volgens de plaatselijke richtlijnen of regelgeving,
wordt informatie over de betrouwbaarheid van onthouding beschreven in het
lokale toestemmingsformulier.
• Voor patiënten die zich inschrijven voor het deelonderzoek voor
luchtwegbiomarkers (in deelnemende centra): mogelijkheid om spontaan of via
sputuminductie ten minste 1 ml sputum te produceren bij de screening
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Patiënten die voldoen aan de volgende criteria worden uitgesloten van deelname
aan het onderzoek:
• Zwanger zijn, borstvoeding geven of de intentie hebben om zwanger te worden
tijdens het onderzoek of binnen 12 weken na de laatste dosis onderzoeksmiddel.
Vruchtbare vrouwen moeten een negatieve zwangerschapstest op serum hebben bij
de screening en een negatieve zwangerschapstest op urine op dag 1 voorafgaand
aan de start van het onderzoeksmiddel.
• Huidige gedocumenteerde diagnose van astma volgens de richtlijnen van het
Global Initiative for Asthma of andere geaccepteerde richtlijnen binnen 5 jaar
voorafgaand aan de screening
• Voorgeschiedenis van klinisch belangrijke longziekte anders dan COPD (bijv.
longfibrose, sarcoïdose, chronische longembolie of primaire pulmonale
hypertensie, alfa-1-antitrypsinedeficiëntie)
• Klinisch belangrijke afwijkingen waarvoor klinische opvolging nodig is, zoals
aangegeven door een röntgenfoto van de borstkas of een CT-scan van de borstkas,
uitgevoerd binnen 6 maanden voorafgaand aan de screening
Er moet een röntgenfoto van de borstkas worden gemaakt bij de screening als er
geen resultaten beschikbaar zijn van een röntgenfoto van de borstkas of een
CT-scan van de borstkas binnen 6 maanden voorafgaand aan de screening.
• Aanwezigheid van risicofactoren voor aspiratiepneumonie (bijv. neurologische
ziekte zoals ongecontroleerde epilepsie) naar het oordeel van de onderzoeker
• Voorgeschiedenis van langdurige behandeling met zuurstof bij > 4,0
liter/minuut
Bij het inademen van aanvullende zuurstof moet de patiënt een
oxyhemoglobineverzadiging van >= 89% vertonen.
• Voorgeschiedenis van een ernstige allergische reactie of anafylactische
reactie op een biologisch middel of bekende overgevoeligheid voor een
bestanddeel van het onderzoeksmiddel
• Operatie of procedure voor longvolumereductie binnen 12 maanden voorafgaand
aan screening
• Deelname aan of geplande deelname aan een nieuw longrevalidatieprogramma
binnen 4 weken voorafgaand aan de screening en gedurende de gehele
behandelingsperiode van het onderzoek
Patiënten die zich in de onderhoudsfase van een revalidatieprogramma bevinden,
komen in aanmerking.
• Voorgeschiedenis van longtransplantatie
• Optreden van door het protocol gedefinieerde matige of ernstige
COPD-exacerbatie, COVID-19, infectie van de bovenste of onderste luchtwegen,
longontsteking of ziekenhuisopname met een duur van >= 24 uur binnen 4 weken
voorafgaand aan de start van het onderzoeksmiddel
• Elke eerdere behandeling met astegolimab
• Behandeling met orale, IV of IM corticosteroïden (> 10 mg/dag
prednisolonequivalent) binnen 4 weken voorafgaand aan de start van het
onderzoeksmiddel
• Behandeling met een experimentele behandeling binnen 3 maanden of 5
halfwaardetijden voor geneesmiddeleliminatie (afhankelijk van wat langer is)
voorafgaand aan de screening
• Behandeling met een goedgekeurd biologisch middel (bijv. omalizumab,
dupilumab en/of anti-IL-5 behandelingen) binnen 3 maanden of 5 halfwaardetijden
voor geneesmiddeleliminatie (afhankelijk van wat langer is) voorafgaand aan de
screening
• Start van een methylxanthinepreparaat, onderhoudsbehandeling met macroliden
en/of PDE4-remmer binnen 4 weken voorafgaand aan de screening
• Beginnen met of verandering in niet-biologische immunomodulerende of
immunosuppressieve behandeling binnen 3 maanden voorafgaand aan de screening
• Behandeling die als palliatief wordt beschouwd (bijv. voor levensverwachting
< 12 maanden)
• Gebruik van een van de volgende behandelingen binnen 4 weken voorafgaand aan
de screening, of een aandoening die waarschijnlijk een dergelijke behandeling
vereist in de loop van het onderzoek, tenzij de behandeling aanvaardbaar wordt
geacht door de onderzoeker, in overleg met de medische monitor:
- Behandeling met immunoglobuline of bloedproducten.
- Behandeling met een levend of verzwakt vaccin (inclusief een goedgekeurd,
levend
SARS-CoV-2-vaccin) binnen 4 weken voorafgaand aan de screening of tijdens de
screeningsperiode, of verwachte behoefte aan levend, verzwakt vaccin in de loop
van het onderzoek, tenzij het vaccin medisch noodzakelijk wordt geacht en er
geen geïnactiveerde vaccinalternatieven beschikbaar zijn.
• Toediening van niet-levend SARS-CoV-2-vaccin (met volledige handelsvergunning
of tijdelijk), inclusief toediening door middel van niet-replicerende virale
vectoren, binnen 7 dagen voorafgaand aan de start van het onderzoeksmiddel
• Geplande chirurgische interventie tijdens het onderzoek
• Positief testresultaat voor hepatitis C-virus (HCV) vergezeld door een
positieve HCV RNA-test bij de screening
• Onaanvaardbare testresultaten voor hepatitis B-oppervlakteantigeen (HBsAg),
hepatitis B-oppervlakteantilichaam (HBsAb) en totaal hepatitis
B-kernantilichaam (HBcAb) bij de screening, gedefinieerd als het voldoen aan
een van de volgende criteria:
- Positieve HBsAg-test bij screening
- Negatieve HBsAg-test bij screening, met negatieve HBsAb-test vergezeld door
positieve totale HBcAb-test, gevolgd door kwantitatief hepatitis B-virus (HBV)
DNA >= 20 IE/ml. Onvermogen om HBV DNA-test uit te voeren leidt tot exclusie.
Patiënten met een negatieve HBsAg-test en een positieve HBsAb-test komen in
aanmerking.
• Bekende immunodeficiëntie waaronder, maar niet beperkt tot, hiv-infectie
Patienten dienen een negatief HIV test resultaat te hebben ten tijde van
screening of 3 maanden voorafgaand aan de screening.
• Bekend bewijs van actieve of onbehandelde latente tuberculose
• Drugsmisbruik, zoals bepaald door de onderzoeker, binnen 12 maanden
voorafgaand aan de screening
• Voorgeschiedenis van maligniteit binnen 5 jaar voorafgaand aan de screening,
met uitzondering van maligniteiten met een verwaarloosbaar risico op metastase
of overlijden (bijv. percentage 5-jarige algehele overleving > 90%), zoals
adequaat behandeld cervixcarcinoom in situ, niet-melanoom huidkanker,
gelokaliseerde prostaatkanker of ductaal carcinoom in situ
• Een andere ernstige medische aandoening of afwijking in klinische
laboratoriumtesten die, naar het oordeel van de onderzoeker, de veilige
deelname van de patiënt aan en de voltooiing van het onderzoek uitsluit
• Instabiele hartziekte, myocardinfarct of New York Heart Association klasse
III of IV hartfalen binnen 12 maanden voorafgaand aan de screening
• Voorgeschiedenis of aanwezigheid (zoals geverifieerd door aflezer) van een
abnormaal ecg dat door de onderzoeker als klinisch belangrijk wordt beschouwd,
waaronder volledig linkerbundeltakblok of tweede- of derdegraads
atrioventriculair hartblok
• QT-interval gecorrigeerd met behulp van de formule van Fridericia (QTcF)
(zoals geverifieerd door aflezer) > 450 ms als de patiënt een man is of QTcF >
470 ms als de patiënt een vrouw is
Voor mannelijke of vrouwelijke patiënten met QRS > 120: QTcF > 480 ms.
• Voorgeschiedenis van ventriculaire ritmestoornissen of risicofactoren voor
ventriculaire ritmestoornissen, zoals structurele hartziekte (bijv. ernstige
systolische linkerventrikeldisfunctie, belangrijke linkerventriculaire
hypertrofie bij inspanning) of familiegeschiedenis van onverklaard overlijden
of lang-QT-syndroom
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2023-507093-40-00 |
EudraCT | EUCTR2021-002045-15-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT05037929 |
CCMO | NL78612.028.21 |