Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-507669-24-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Het beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid van acalabrutinib-monotherapie bij proefpersonen met behandelingsnaïeve of…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Leukemieën
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Frequentie en relatie van alle bijwerkingen, met: Bijwerkingen van graad >= 3,
ernstige bijwerkingen, bijwerkingen die leiden tot stopzetting van de
behandeling, voorvallen van klinisch belang gedefinieerd als
hartritmestoornissen, opportunistische infecties, interstitiële longziekte,
ernstige bloeding en cytopenieën
Secundaire uitkomstmaten
Objectieve respons, duur van respons en progressievrije overleving
Achtergrond van het onderzoek
Chemo-immunotherapie wordt beschouwd als standaardzorg voor eerder onbehandelde
proefpersonen met chronische lymfatische leukemie (CLL) die niet lijden aan
aanzienlijke comorbiditeiten; chemo-immunotherapie wordt echter geassocieerd
met aanzienlijke toxiciteiten. Bovendien wordt chemo-immunotherapie niet
aanbevolen voor proefpersonen met een del(17p)- of TP53-mutatie vanwege
inferieur(e) respons en resultaat. In deze populatie zijn beschikbare opties
beperkt en deze omvatten obinutuzumab of ibrutinib. Acalabrutinib heeft
aanzienlijke werkzaamheid en verdraagbaarheid getoond bij proefpersonen met
behandelingsnaïeve (treatment-naïve, TN) of recidieve/refractaire (R/R) CLL en
wordt momenteel onderzocht in gerandomiseerde fase 3-onderzoeken waarin het met
de standaardzorg-behandelingen wordt vergeleken (onderzoek ACE-CL-006,
ACE-CL-007 en ACE-CL-309). Aanvullende veiligheidsgegevens zijn nodig voor het
verder karakteriseren van minder vaak voorkomende geassocieerde bijwerkingen
(AE*s) en beheer van vaak voorkomende AE*s. Gegevens die verzameld worden in
een setting die de reële praktijk beter weergeeft, kan meer informatie
verschaffen voor het beheer van proefpersonen.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-507669-24-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Het beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid van
acalabrutinib-monotherapie bij proefpersonen met behandelingsnaïeve of
recidieve/refractaire chronische lymfatische leukemie.
Onderzoeksopzet
Dit wereldwijde, fase 3b-, multicentrisch, open-label onderzoek met één enkele
groep beoordeelt de veiligheid en werkzaamheid van acalabrutinib 100 mg
tweemaal daags (bid) bij ongeveer 600 proefpersonen met chronische lymfatische
leukemie (CLL). Proefpersonen worden ingeschreven in 3 cohorten:
behandelingsnaïeve (TN), recidieve/refractaire (R/R) en eerdere behandeling met
een Bruton-tyrosinekinaseremmer (Bruton tyrosine kinase inhibitor, BTKi).
Onderzoeksproduct en/of interventie
De onderzoekspopulatie ontvangt acalabrutinib (100 mg) in de vorm van harde gelatine capsules voor orale inname tweemaal per dag tot de 48 cycli zijn voltooid, ziekteprogressie optreedt, vergiftiging optreedt, de patient zich terugtrekt uit de studie, overlijdt, of de studie wordt stopgezet door de sponsor.
Inschatting van belasting en risico
Acalabrutinib is een goedgekeurd geneesmiddel voor de behandeling van volwassen
proefpersonen met mantelcellymfoom. Zoals met elk geneesmiddel, kunnen er
onbekende en mogelijk ernstige of levensbedreigende bijwerkingen optreden met
acalabrutinib. Het volledige bijwerkingenprofiel van acalabrutinib is nog niet
bekend. De bijwerkingen kunnen variëren van licht tot zeer ernstig en kunnen
variëren van persoon tot persoon. Deelnemende proefpersonen kunnen mogelijk
enkele of geen bijwerkingen ervaren. Iedereen die aan het onderzoek deelneemt,
zal zorgvuldig in de gaten gehouden worden voor eventuele bijwerkingen.
Deelname aan dit onderzoek zal de deelnemende proefpersoon mogelijk niet
helpen, maar het zal AstraZeneca helpen om bepaalde onderzoeksvragen te
beantwoorden. Informatie uit dit onderzoek kan in de toekomst proefpersonen met
kanker mogelijk helpen.
Publiek
Gartunavagen 1
Sodertalje SE-151
SE
Wetenschappelijk
Gartunavagen 1
Sodertalje SE-151
SE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Mannen en vrouwen >= 18 jaar oud
2. Diagnose van CLL die voldoet aan gepubliceerde diagnostische criteria
(Hallek et al. 2018):
a. Monoklonale B-cellen (beperkt tot lichte ofwel kappa- of lambdaketens) die
klonaal
mede uitgedrukt zijn als >= 1 B-celmarker (CD19, CD20 en CD23) en CD5
b. Prolymfocyten kunnen < 55% bloedlymfocyten omvatten
c. Aanwezigheid van >= 5 × 109 B-lymfocyten/l (5000/µl) in het perifere bloed
(op welk
tijdstip dan ook sinds de initiële diagnose)
3. Actieve ziekte per IWCLL 2018-criteria waarvoor behandeling nodig is
a. Bewijs van progressief beenmergfalen zoals dat zich manifesteert in de
ontwikkeling van, of verslechtering van, anemie (hemoglobine < 10 g/dl) en/of
trombocytopenie (aantal bloedplaatjes
< 100.000/µl)
b. Aanzienlijke (d.w.z. >= 6 cm onder de linkerribbenboog), progressieve of
symptomatische splenomegalie
c. Aanzienlijke lymfeknopen (d.w.z. >= 10 cm in de langste diameter),
progressieve of symptomatische
lymfadenopathie
d. Progressieve lymfocytose met een toename van > 50% gedurende een periode van
2 maanden of een lymfocyten-verdubbelingstijd (lymphocyte doubling time, LDT)
van < 6 maanden. LDT kan worden verkregen door lineaire regressie-extrapolatie
van het absolute aantal lymfocyten verkregen met tussenpozen van 2 weken
gedurende een observatieperiode van 2 tot 3 maanden. Bij proefpersonen met een
initieel aantal bloedlymfocyten van < 30 x 109/l (30.000/µl) mag LDT niet
worden gebruikt als een enkelvoudige parameter voor het definiëren van een
indicatie voor behandeling. Bovendien moeten factoren die bijdragen aan
lymfocytose of lymfadenopathie anders dan CLL (bijv. infecties) worden
uitgesloten.
e. Auto-immune anemie en/of trombocytopenie die slecht reageert/reageren op de
standaardbehandeling
f. B-symptomen gedocumenteerd in de tabel van de proefpersoon met
ondersteunende objectieve
metingen, indien van toepassing, gedefinieerd als >= 1 van de volgende symptomen
of tekenen in verband met de ziekte:
o Onbedoeld gewichtsverlies van >= 10% in de laatste 6 maanden vóór de screening
o Aanzienlijke vermoeidheid (Eastern Cooperative Oncology Group
[ECOG]-performancestatus van >= 2; onvermogen om te werken of gewone
activiteiten uit te voeren)
o Koorts hoger dan 100,5°F of 38,0°C gedurende >= 2 weken voor de screening
zonder aanwijzing van infectie
o Nachtelijk zweten gedurende >= 1 maand vóór de screening zonder aanwijzing van
infectie
4. Moet voldoen aan 1 van de volgende criteria:
a. Moet geen eerdere therapie voor de behandeling van CLL ondergaan hebben en
voldoen aan 1 van de volgende criteria:
i. Een score van > 6 op de Cumulative Illness Rating Scale (CIRS) (bijlage G)
ii. Creatinineklaring van 30 tot 69 ml/min gebruikmakend van de formule van
Cockcroft-Gault
b. Moet eerdere behandeling voor CLL ondergaan hebben of refractaire of
recidieve CLL
hebben
c. Moet eerdere BTKi-behandeling voor CLL ondergaan hebben (d.w.z. gedefinieerd
als een proefpersoon die gestopt is met een BTKi om welke reden dan ook,
behalve ziekteprogressie)
d. Een TN of R/R CLL hebben en gelijktijdige vitamine K-antagonisten gebruiken
(bijv. coumadine)
5. ECOG-performancestatus van <= 2
6. Vrouwelijke proefpersonen van vruchtbare leeftijd (d.w.z. niet chirurgisch
steriel of postmenopauzaal) die seksueel actief zijn met een
niet-gesteriliseerde mannelijke partner dienen
>= 1 zeer effectieve anticonceptiemethode(n) toe te passen vanaf het moment van
screening en moeten ermee akkoord gaan om door te gaan met dergelijke
voorzorgsmaatregelen voor 2 dagen na de laatste dosis onderzoeksbehandeling.
Niet-gesteriliseerde mannelijke proefpersonen die seksueel actief zijn met een
vrouwelijke partner van vruchtbare leeftijd, moeten een mannelijk condoom plus
zaaddodend middel gebruiken tijdens het onderzoek. Zie bijlage F voor
aanwijzingen en definities voor reproductie en anticonceptie.
7. Fluorescence in situ hybridization (FISH)-resultaten binnen 60 dagen vóór de
screening die de aanwezigheid of afwezigheid weergeven van del(17p), del(13q),
del(11q), en trisomie van chromosoom 12 naast het percentage cellen met de
verwijdering, naast TP53-sequencing. Proefpersonen moeten ook een moleculaire
analyse hebben voor het detecteren van de IGHV-mutatie-status op om het even
welk moment na de diagnose.
8. Proefpersonen moeten bereid en in staat zijn om zich te houden aan het
bezoekschema van het onderzoek, andere vereisten van het protocol begrijpen en
opvolgen, en schriftelijke geïnformeerde toestemming geven en machtiging
verlenen voor het gebruik van beschermde gezondheidsinformatie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Proefpersonen die ziekteprogressie hadden tijdens een behandeling met een
BTKi voor andere kwaadaardige of niet-kwaadaardige aandoeningen
2. Eerdere maligniteit (anders dan CLL), behalve goed behandelde basaalcel- of
plaveiselcelcarcinoom, in situ kanker, prostaatkanker in een vroeg stadium of
een andere kanker waarvan de proefpersoon ziektevrij is voor >= 2 jaar
3. Voorgeschiedenis van bevestigde progressieve multifocale leuko-encefalopathie
4. Aanzienlijke cardiovasculaire aandoeningen zoals symptomatische aritmieën,
congestief hartfalen of myocardinfarct binnen 6 maanden vóór de screening, of
een klasse 3 of 4 hartziekte zoals gedefinieerd door de functionele
classificatie van de NYHA, of QTcF van > 480 msec bij de screening. Opmerking:
proefpersonen met rate-controlled, asymptomatisch atriumfibrilleren worden
toegestaan voor inschrijving in het onderzoek.
5. Malabsorptie-syndroom, ziekte met aanzienlijke invloed op gastro-intestinale
functie, resectie van de maag, uitgebreide resectie van de dunne darm die
waarschijnlijk van invloed is op de absorptie, symptomatische inflammatoire
darmziekte, gedeeltelijke of volledige darmobstructie, of beperkingen van de
maag en bariatrische chirurgie, zoals maagverkleining
6. Bewijs van actieve transformatie van Richter. Als transformatie van Richter
wordt vermoed (d.w.z. verhoogde lactaatdehydrogenase [LDH], asymmetrische
snelle groei van lymfeknopen of klinisch vermoeden), moet deze worden
uitgesloten met behulp van positron emissie tomografie en computertomografie
(PET-CT) en/of biopsie volgens de richtlijnen
7. Betrokkenheid van het centrale zenuwstelsel (CZS) door CLL
8. Bekende voorgeschiedenis van humaan immunodeficiëntievirus, serologische
status die een actieve infectie met het hepatitis B-virus of het hepatitis
C-virus weergeeft, ongecontroleerde actieve systemische infectie naast
proefpersonen die lopende anti-infectieuze behandeling ondergaan en
proefpersonen die een vaccinatie met een levend, verzwakt vaccin hebben
ontvangen binnen 4 weken vóór de eerste dosis onderzoeksinterventie.
a. Proefpersonen die hepatitis B-kernantilichaam (anti-HBc)-positief zijn en
die hepatitis-B-oppervlakte-antilichaam (anti-HBs)-negatief zijn, moeten een
negatief PCR-resultaat hebben voor het hepatitis B-virus vóór inschrijving.
Degenen die hepatitis B-surface-antigeen (HBsAg)-positief zijn of PCR-positief
voor het hepatitis B-virus, worden uitgesloten.
b. Proefpersonen die hepatitis C-virus-antilichaam-positief zijn, moeten een
negatief PCR-resultaat hebben voor het hepatitis C-virus vóór inschrijving.
Degenen die PCR-positief zijn voor het hepatitis C-virus, worden uitgesloten.
9. Ongecontroleerde auto-immune hemolytische anemie of idiopathische
trombocytopenische purpura gedefinieerd als dalende hemoglobine of dalend
aantal bloedplaatjes ten gevolge van auto-immune vernietiging binnen de
screeningsperiode of de noodzaak voor hoge doses steroïden (dagelijks > 20 mg
prednison of een vergelijkbaar geneesmiddel voor langer dan 2 weken)
10. Voorgeschiedenis van beroerte of intracraniale bloeding binnen 6 maanden
vóór de eerste dosis onderzoeksbehandeling
11. Voorgeschiedenis van bloedende diathese (bijv. hemofilie of de ziekte van
Von Willebrand)
12. Aanwezigheid van een gastro-intestinaal ulcus gediagnosticeerd door
endoscopie binnen 3 maanden vóór de screening
13. Zware operatie binnen 4 weken vóór de eerste dosis onderzoeksbehandeling.
Opmerking: proefpersonen die een zware operatie hebben ondergaan, moeten
adequaat hersteld zijn van toxiciteiten en/of complicaties van de ingreep vóór
de eerste dosis onderzoeksbehandeling.
14. Heeft behandeling met protonpompremmers (bijv. omeprazol, esomeprazol,
lansoprazol, dexlansoprazol, rabeprazol of pantoprazol) nodig. Proefpersonen
die protonpompremmers gebruiken en overschakelen naar H2-receptorantagonisten
of zuurremmers, komen in aanmerking voor deelname aan dit onderzoek.
15. Alle proefpersonen die anticoagulatie met warfarine of equivalent vitamine
K-antagonisten nodig hebben of krijgen (bijv. fenprocoumon) binnen 7 dagen vóór
de eerste dosis onderzoeksbehandeling behalve die proefpersonen die
ingeschreven worden in het vitamine K-antagonist-cohort
16. Absoluut aantal neutrofielen (ANC) < 0,50 x 109 /l of aantal bloedplaatjes
< 30 x 109 /l, tenzij bewezen dat deze het gevolg zijn van CLL en verhoogd zijn
tot boven de limieten door granulocyt-kolonie stimulerende factor
(G-CSF)-behandeling en/of transfusie met samengevoegde bloedplaatjes
17. Totale bilirubine > 3,0 x bovengrens van normaal (ULN); of
aspartaat-aminotransferase of alanine-aminotransferase (ALT) > 3,0 x ULN. Er is
een uitzondering voor het syndroom van Gilbert; als een onderzoeker van mening
is dat de totale bilirubine van een proefpersoon is verhoogd ten gevolge van
het syndroom van Gilbert, moet de proefpersoon een gedocumenteerde
niet-geconjugeerde bilirubine hebben van > 80% van het totale getal voor
bilirubine. De onderzoeker moet ook documenteren dat hemolyse uitgesloten is
naast (bijna)-normale lactaatdehydrogenase en haptoglobine
18. Geschatte creatinineklaring van < 30 ml/min, berekend met de formule van
Cockcroft en Gault of via automatische beoordeling (d.w.z. creatinineklaring of
de meting van ethyleendiaminetetra-azijnzuur (ethylene diamine tetra-acetic
acid, EDTA))
19. Borstvoeding of zwangerschap
20. Chemotherapie, externe bestraling, experimenteel geneesmiddel of een andere
anti-CLL-behandeling ontvangen binnen 30 dagen vóór de eerste dosis
onderzoeksbehandeling
21. Gelijktijdige deelname aan een ander therapeutisch klinisch onderzoek
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2023-507669-24-00 |
EudraCT | EUCTR2019-001573-89-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT#notyetpostedonclinicaltrials.gov,butstudycanbefoundusingstudycodeD8220C00008 |
CCMO | NL70210.041.19 |