Het doel van het onderzoek is om genetische determinanten te identificeren die geassocieerd zijn met remmereradicatie na immuuntolerantie therapie in patienten met ernstige hemofilie A en remmerontwikkeling.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Bloed- en lymfestelselaandoeningen, congenitaal
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De genetische determinanten die bestudeerd worden zijn onder andere copy number
variations (CNVs) and single nucleotide polymorphisms (SNPs) in FCGR2A, FCGR2B,
FCGR2C, FCGR3A, FCGR3B, het F8 genotype, het F8 haplotype, en SNPs in de genen
van IL-10, TNF-α and CTLA-4.
De primaire uitkomstmaat is de cumulatieve incidentie van succesvolle
immuuntolerantie therapie gerelateerd aan de genetische determinanten.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire uitkomstmaat is de cumulatieve incidentie van partieel
succesvolle immuuntolerantie therapie gerelateerd aan de genetische
determinanten.
Achtergrond van het onderzoek
Wat reeds bekend is: De bloedingsneiging bij patiënten met hemofilieA kan
effectief worden gecorrigeerd met intraveneuze toediening van het ontbrekende
stollingsfactor VIII (FVIII). Regelmatige profylactische infusies van FVIII
maken het patiënten met hemofilie mogelijk om een normaal leven te leiden.
Echter, de behandeling met FVIII wordt in 25-35% van de patiënten gecompliceerd
door de ontwikkeling van remmende antistoffen tegen FVIII (remmerontwikkeling).
Deze remmers neutraliseren FVIII en maken het ineffectief. Ondanks dat
alternatieve hemostatische behandelingsmogelijkheden bestaan, is het over het
algemeen moeilijker om bloedingen te behandelen en gewrichtsschade te voorkomen
bij patiënten met hemofilie en remmers. Dit resulteert in frequentere
bloedingscomplicaties, invaliditeit en hogere kosten.
Remmereradicatie is het uiteindelijke doel van de behandeling van remmers. De
enige klinisch effectieve strategie is immuuntolerantie therapie (ITI), wat
bestaat uit frequente toediening van hoge doses FVIII. Succesvolle ITI doet de
remmer verdwijnen en herstelt de effectiviteit van FVIII behandeling, wat tot
een verbeterde kwaliteit van leven leidt. Echter, in 10-40% van de patiënten
die ITI ondergaan, is ITI niet effectief en blijft de remmer bestaan.
Wat nog niet bekend is: Het is onbekend of genetische factoren geassocieerd
zijn met de kans op succesvolle immuuntolerantie therapie in patiënten met
ernstige hemofilie en remmerontwikkeling.
Wat deze studie kan bijdragen: Kennis over genetische determinanten van
remmereradicatie na immuuntolerantie therapie in hemofilie A kan het mogelijk
maken om patiënten te identificeren die een hoog risico hebben op het mislukken
van immuuntolerantie therapie. Deze patiënten kan een intensievere
behandelmethode eventueel met immuunsuppressieve medicatie worden aangeboden.
Patiënten die juist een hoge kans hebben op remmereradicatie na
immuuntolerantie therapie, kunnen baat hebben bij een minder intensieve
immuuntolerantie therapie, dat toch effectief is, en daarmee kan een zware en
dure behandeling voorkomen worden.
Doel van het onderzoek
Het doel van het onderzoek is om genetische determinanten te identificeren die
geassocieerd zijn met remmereradicatie na immuuntolerantie therapie in
patienten met ernstige hemofilie A en remmerontwikkeling.
Onderzoeksopzet
Deze studie is een observationeel multicenter cohort studie. Patiënten met
ernstige hemofilie A die immuuntolerantie therapie hebben ondergaan worden
geïncludeerd.
Inschatting van belasting en risico
De belasting voor de deelnemers van het onderzoek is een enkele bloedafname
voor DNA verzameling wanneer de deelnemer tijdens een routine poliklinisch
bezoek een venapunctie krijgt. Er wordt in principe dus niet extra geprikt voor
het onderzoek. Er is slechts een minimaal risico verbonden aan de bloedafname.
Deelname aan deze studie gaat niet gepaard met een direct voordeel voor de
deelnemers, maar de kennis die via deze studie verkregen wordt, kan ten bate
komen van toekomstige patiënten met hemofilie en remmers. Omdat
remmerontwikkeling op de kinderleeftijd optreedt, is het belangrijk dat ook
minderjarigen deelnemen aan dit onderzoek.
Publiek
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Wetenschappelijk
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Ernstige hemofilie A (FVIII:C<0.01IU/mL)
2. Aanwezigheid van een remmer of remmer in de voorgeschiedenis
3. Immuun tolerantie therapie (ongeacht soort/frequentie/dosis/product) in de
voorgeschiedenis of nog bezig met ITI.
4. Getekende informed consent
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Geen informed consent
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL53406.018.15 |