Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-513883-24-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Primaire doel:Onderzoek naar de effecten van LT4 / LT3-combinatietherapie in vergelijking met LT4-monotherapie op vermoeidheid…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Schildklieraandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is:
Gemiddelde verandering van baseline tot 52 weken in de ThyPRO vermoeidheid
subschaalscore.
Indien wordt bevestigd dat LT4 / LT3-combinatietherapie vermoeidheid vermindert
in vergelijking met LT4-monotherapie, zal tegelijkertijd onderzocht worden of
de effectgroottes hoger zijn bij patiënten met genetische variatie in het type
2 dejodase (DIO2-rs225014) en of de effectgroottes groter zijn bij patiënten
met genetische variatie in de monocarboxylaat transporter 10
(MCT10-rs17606253), waarbij controle over de type 1-fout (van 5% tweezijdig)
over deze drie hoofdvragen wordt zeker gesteld.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire onderzoeksvariabelen/uitkomstmaten:
1. Gemiddelde verandering van baseline tot 52 weken in de ThyPRO-39 composite
scale scores.
2. Verbetering van baseline tot 52 weken in de ThyPRO vermoeidheid
subschaalscore >= minimaal belangrijk verschil (= 14,3).
3. Gemiddelde verandering van baseline tot 52 weken in de ThyPRO vermoeidheid
subschaalscore bij deelnemers met een baseline-score> 57 (=
populatiegemiddelde, niet-gepubliceerde resultaten; persoonlijke communicatie
met dr. T Watt, ontwikkelaar van de ThyPRO-vragenlijst).
4. Gemiddelde verandering van baseline tot 52 weken in de ThyPRO vermoeidheid
subschaalscore bij deelnemers met een TSH binnen de normaalwaarden na 52 weken.
5. Determinanten van de effecten van LT4 / LT3-combinatietherapie op
vermoeidheid.
6. De (determinanten van de) effecten van LT4 / LT3 combinatietherapie
vergeleken met LT4-monotherapie op andere schildklier gerelateerde klachten en
kwaliteit van leven.
7. De (determinanten van de) effecten van LT4 / LT3-combinatietherapie
vergeleken met LT4-monotherapie op cardiovasculaire, metabole en bot eindpunten.
8. De (determinanten van de) effecten van LT4 / LT3 combinatietherapie
vergeleken met LT4-monotherapie op neurocognitieve functies.
9. Economische evaluatie inclusief kosteneffectiviteitsanalyse waarbij LT4 /
LT3-combinatietherapie en LT4-monotherapie worden vergeleken.
10. Aantal ongewenste voorvallen, waarbij LT4/LT3 combinatietherapie met
LT4-monotherapie worden vergeleken.
Achtergrond van het onderzoek
Een te traag werkende schildklier leidend tot een tekort aan
schildklierhormonen (hypothyreoïdie) komt vaak (tot 10%) voor in de algemene
bevolking. De schildklier produceert het niet-actieve hormoon T4, en in mindere
mate het actieve hormoon T3. Aanvullende productie van T3 vanuit T4 vindt
plaats in de weefsels. Omdat schildklierhormoon van groot belang is voor het
goed functioneren van bijna alle organen/weefsels in het hele lichaam, geeft
hypothyreoïdie veel klachten, zoals traagheid, moeheid, kouwelijkheid en
concentratiestoornissen. De standaardbehandeling van hypothyreoïdie is
levothyroxine (LT4), wat enkel T4 bevat. Bij de meeste patiënten met
hypothyreoïdie is LT4 een adequate behandeling waarmee de klachten verdwijnen
en de bloedwaarden normaliseren. Echter, bij zo'n 10-15 % zijn er blijvende
invaliderende klachten (o.a. vermoeidheid en concentratiestoornissen) ondanks
het feit dat de bloedwaarden bij deze patiënten normaal zijn. Veel patiënten
gaan hierdoor slechter functioneren met als gevolg meer ziekteverzuim of
verlies van arbeid. Helaas is er nog geen oplossing voor dit probleem. Een
verklaring voor de bovengenoemde blijvende invaliderende klachten kan zijn dat
therapie met alleen LT4 niet de normale situatie nabootst. Een optie is daarom
om naast LT4 ook met LT3 te behandelen (LT4/LT3 combinatietherapie). Hoewel
hier op dit moment in Nederland duizenden patiënten mee behandeld worden, is
onduidelijk of het werkt en welke patiënten er voordeel van hebben.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-513883-24-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Primaire doel:
Onderzoek naar de effecten van LT4 / LT3-combinatietherapie in vergelijking met
LT4-monotherapie op vermoeidheid bij patiënten met auto-immuun hypothyreoïdie
en aanhoudende vermoeidheid op LT4-monotherapie, na 1 jaar behandeling.
Indien wordt bevestigd dat LT4 / LT3-combinatietherapie vermoeidheid vermindert
in vergelijking met LT4-monotherapie, zal tevens gelijktijdig onderzocht worden
of de effectgroottes hoger zijn bij patiënten met genetische variatie in het
type 2 dejodase (DIO2-rs225014) en de effectgroottes hoger zijn bij patiënten
met genetische variatie in de monocarboxylaat transporter 10 (MCT10-rs17606253).
Secundaire doelstellingen:
1. Onderzoek naar andere determinanten van effecten van LT4 /
LT3-combinatietherapie in vergelijking met LT4-monotherapie op vermoeidheid
2. Onderzoek naar de (determinanten van de) effecten van LT4 / LT3
combinatietherapie in vergelijking met LT4 monotherapie op andere
schildkliergerelateerde klachten en kwaliteit van leven.
3. Exploreren van de (determinanten van de) effecten van LT4 /
LT3-combinatietherapie in vergelijking met LT4-monotherapie op
cardiovasculaire, metabole en bot eindpunten.
4. Exploreren van de (determinanten van de) effecten van LT4 / LT3
combinatietherapie in vergelijking met LT4-monotherapie op de neurocognitieve
functie.
5. Uitvoeren van een economische evaluatie inclusief
kosteneffectiviteitsanalyse waarbij LT4 / LT3 combinatietherapie en LT4
monotherapie worden vergeleken.
6. Het aantal bijwerkingen tijdens LT4 / LT3-combinatietherapie vergelijken met
LT4-monotherapie.
Onderzoeksopzet
Het betreft een nationaal multicenter dubbelblind gerandomiseerde placebo
gecontroleerde studie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De studie start met een run-in periode waarin alle proefpersonen overgezet zullen worden op een generiek LT4 om zo heterogeniteit en bias in de RCT te voorkomen. De run-in periode stopt indien het TSH weer normaal is en er sprake is van persisterende vermoeidheid. De RCT start 2 maanden nadien om eerst een mentale "steady state" te bereiken. Gedurende de run-in zijn twee dosis aanpassingen mogelijk, waardoor de totale duur van de run-in periode kan variëren van 4-8 maanden. Bij aanvang van de run-in wordt een ECG gemaakt. In de RCT wordt LT3/LT4 combinatietherapie gegeven in een 1:16 ratio, wat overeen komt met de fysiologische ratio van T3 en T4. De patiënten in de LT4/placebo arm zullen, i.v.m. het dubbelblinde karakter van de studie, naast de standaardbehandeling met LT4 een placebo ontvangen . Tijdens de RCT wordt er: -6x een lichamelijk onderzoek gedaan (pols/bloeddruk, gewicht, taille omtrek), -Bij elke visite een TSH gemeten en bij de start en het einde van de RCT wordt extra bloed afgenomen (genetische en stofwisselingsmarkers, botmarkers, biobank). -Bij aanvang en aan het einde van de RCT wordt een ECG gemaakt -6x vragenlijsten (ThyPRO extended version, EQ-5D-5L, iPCQ en de iMCQ) ingevuld door de patiënt. - In subgroepen zullen bij start en einde van de RCT DXA scans en neurocognitieve testen worden gedaan.
Inschatting van belasting en risico
De proefpersonen moeten ten behoeve van het onderzoek in 1,5 jaar 9-11 keer
(afhankelijk van de benodigde dosisaanpassingen gedurende de run-in periode) op
controle komen, waarbij deze groep normalitair 4-6 keer per jaar bij hun arts
voor controle komen. Indien de proefpersoon naar een trialcentrum verwezen is,
kan het voorkomen dat een bezoek meer reistijd kost. De proefpersonen kunnen
geconfronteerd worden met hun ziekte bij het invullen van de
vragenlijsten/neurocognitieve testen. (Bij een subgroep van 200 patiënten wordt
zowel aan de start van het dubbelblinde deel van het onderzoek als aan het
einde van het onderzoek een neurocognitieve test verricht). De bloedafnames
kunnen pijn doen of een bloeduitstorting geven. Bij een subgroep van 200
patiënten wordt zowel aan de start van het dubbelblinde deel van het onderzoek
als aan het einde van het onderzoek een DEXA scan verricht. Dat is een scan met
een zeer geringe röntgenbelasting, waarvoor de patiënt 10-15 minuten stil moet
liggen. In een subgroep zullen neurocognitieve testen worden afgenomen op
baseline en aan het einde van het dubbelblinde deel, wat 1 uur per keer zal
duren. LT3 is een medicijn dat is goedgekeurd door het CBG. LT3 geeft beperkt
bijwerkingen en de bijwerkingen die optreden zijn meestal een uiting van te
hoge dosering en reversibel na dosisaanpassing.
Publiek
Dr. Molewaterplein 40
Rotterdam 3015GC
NL
Wetenschappelijk
Dr. Molewaterplein 40
Rotterdam 3015GC
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Overte of subklinische primaire hypothyreoïdie patiënten van 18 jaar of ouder
LT4 monotherapie gedurende tenminste 6 maanden
LT4 monotherapie dosis van 75-225 microg, met een minimale dosering van 1,2
microg / kg.
Minimaal gedurende de laatste 3 maanden genormaliseerde TSH waarden
Ernstige vermoeidheid met een grote negatieve impact op het dagelijks leven
gedurende minimaal 6 maanden, met of zonder andere persisterende klachten. Dit
is gebaseerd op de eigen ervaring van de patiënt, zonder oordeel van de
behandelend arts.
Voldoende beheersing van de NL taal (in woord en geschrift)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Congenitale hypothyreoÏdie, hypothyreoïdie na (sub)acute thyroiditis,
secundaire (centrale) hypothyreoïdie
Schildklieroperatie, radioactief jodium behandeling of radiotherapie van het
hoofd en of de hals
Gebruik van schildklier interfererende medicatie (huidig/eerder gebruik van
amiodaron, lithium, immunotherapie, tyrosinekinaseremmers of, interferon en
huidig gebruik van oraal of IV corticosteroïden of dopamine)
Huidige psychiatrische aandoening behandeld bij een *2de lijns GGZ instelling*
Klinische diagnose dementie
Zwangerschap, zwangerschapswens (< 24 maanden), borstvoeding
Niet-gesteriliseerde vrouwen van vruchtbare leeftijd die geen adequate
anticonceptie gebruiken. Adequate anticonceptie wordt gedefinieerd als:
anticonceptiepil, -pleister, -ring, -staafje, prikpil, pessarium, spiraal en
condoom
Functioneel of structureel afwijkend hart (bijv. cardiomyopathie of
klepdefecten)
Recent acuut coronair syndroom of onstabiele angina pectoris (< 4 weken)
Huidig of in het verleden boezemfibrilleren
Actuele hartgeleidingsstoornis op ECG (verlengde QRS> 100 ms; of verlengde QTc:
vrouwen> 460 msec / mannen> 450 msec)
Frequente ventriculaire extrasystole (= doublet, trigeminy, bigeminie of
(non-sustained) ventrikel-tachycardie) in het verleden of op huidig ECG
Andere voor de hand liggende medische verklaringen voor vermoeidheid (b.v.
eindstadium nierfalen, bloedarmoede, COPD Gold IV, maligniteit, enz.)
Andere voor de hand liggende grote life event verklaringen voor vermoeidheid
(b.v. rouw, verlies van baan)
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-513883-24-00 |
EudraCT | EUCTR2020-003214-12-NL |
CCMO | NL74281.078.21 |
Ander register | NL9314 (Nederlands Trial Register) |