Verbetert de neurologische ontwikkeling van laat preterme foetussen die klein voor de zwangerschapsduur zijn (Small for Gestational Age = SGA) indien er wordt ingeleid op basis van een abnormale umbilicocerebrale ratio (UCR)?
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Foetale complicaties
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primair: 7-punt gemiddeld verschil MDI/PDI Bayley-III op 2 jarige leeftijd
Secundaire uitkomstmaten
Secundair: Samengestelde uitkomst van neonatale morbiditeit passend voor
laat-preterme zwangerschapsduren, perinatale sterfte, modus partus, kosten, en
moederlijke kwaliteit van leven
Achtergrond van het onderzoek
Foetale groeirestrictie (FGR) is het pathofysiologische ziekteproces, waarbij
uteroplacentaire insufficiëntie leidt tot falen van de placentaire uitwisseling
Het wordt vaak abusievelijk gedefinieerd als klein voor de zwangerschapsduur,
meestal omschreven met de Engels term small-for-gestational age (SGA). SGA is
een definitie op basis van statistische afwijking van grootte ten opzichte van
de normpopulatie grootte, meestal met als afkapwaarde de 10e percentiel. Een
deel van deze SGA-foetussen is inderdaad ook FGR, maar een belangrijk deel van
deze foetussen is constitutioneel klein en gezond. Met het vorderen van de
zwangerschap neemt het risico op antenatale sterfte voor foetussen met FGR toe
en ontstaan permanente veranderingen in de foetale fysiologie die de kans op
ziekte in het latere leven vergroten. Een vroegtijdige interventie (nastreven
van de baring) induceert daarentegen risico*s van neonatale transitie
problematiek en andere morbiditeit, die geassocieerd zijn met de relatieve
vroeggeboorte. Bij foetussen met FGR is de balans van deze risico*s
waarschijnlijk gunstig, waarbij tijdige interventie foetale risico*s vermijd
die groter zijn dan de neonatale morbiditeit geassocieerd met de prematuriteit.
Indien deze interventies op alle foetussen met SGA zou worden toegepast is deze
balans echter ongunstiger omdat een aanzienlijk deel van de foetussen geen
voordeel heeft bij de tijdige interventie en wel de nadelen ondervindt.
Functionele parameters kunnen indicatoren zijn van het pathofysiologische
proces van FGR. Redistributie in de foetale circulatie, zich uitend in een
verhoogde umbilicocerebrale ratio (UCR) veroorzaakt door een verlaging van de
weerstand in de arteria cerebri media (MCA, weergave van de cerebrale bloed
doorstroming) en een stijging van de weerstand van de arteria umbilicalis
(UmbA, weergave van de placentaire bloeddoorstroming) is een adaptief
mechanisme aan schaarste. Serum biomarkers zoals sFlt en PlGF als markers voor
placenta functie hebben ook een duidelijke associatie met relevante uitkomsten.
Bovenstaande echo Dopplers en serum biomarkers zijn gerelateerd aan FGR en
kunnen dus nuttig zijn om het onderscheid te maken tussen FGR-foetussen en
gezonde SGA-foetussen.
Er is een duidelijke diagnostische associatie van bovenstaande markers met FGR
en met de relevante uitkomsten. Het klinische dilemma van de huidige klinische
praktijk is dat veel artsen intuïtief deze associatie implementeren en op basis
hiervan interventies (nastreven van de baring) doen. Echter, voor dit beleid is
nog onvoldoende bewijs. Prospectieve vergelijke studieresultaten ontbreken.
Deze verschillende interpretaties leiden tot praktijkvariaties die te wijten
zijn aan de verschillen in perceptie van risico's. Er is internationale
consensus dat een RCT van interventie op basis van een afwijkend UCR nu
opportuun zou zijn, en dat serum biomarkers verder onderzocht moeten worden
voor hun potentiële toegevoegde waarde bij het timen van de bevalling.
For referenties en de Engelse tekst zie hoofdstuk 1 van het studieprotocol.
Doel van het onderzoek
Verbetert de neurologische ontwikkeling van laat preterme foetussen die klein
voor de zwangerschapsduur zijn (Small for Gestational Age = SGA) indien er
wordt ingeleid op basis van een abnormale umbilicocerebrale ratio (UCR)?
Onderzoeksopzet
Cohort van vrouwen met SGA-foetussen (< p10) met een nested RCT bij foetussen
met een abnormale UCR (>0.8)
Onderzoeksproduct en/of interventie
Bevalling vanaf 36 weken nastreven wanneer UCR abnormaal is en de foetale groei mild afwijkend is (EFW/FAC p3-p10) en bevalling vanaf 34 weken nastreven wanneer UCR abnormaal is en de foetale groei ernstig afwijkend is (EFW/FAC onder p3).
Inschatting van belasting en risico
Patiënten in het cohort en in de non-interventie arm van de RCT hebben geen
aanvullende risico's in vergelijking met patiënten die niet meedoen aan de
studie. Ze krijgen standaard zorg en follow-up naar lokaal protocol. De
aanvullende onderzoekshandelingen (1 maal bloedprikken, 4 maal vragenlijsten
invullen) worden als niet belastend beschouwd.
Wanneer patiënten een abnormale UCR hebben/krijgen kunnen ze meedoen aan de
RCT. Wanneer zij in de interventie arm terecht komen wordt een eerdere
bevalling nagestreefd. Eerdere studies hebben aangetoond dat een abnormale UCR
wordt geassocieerd met slechtere uitkomsten (doodgeboorte, slecht verdragen van
uterus contracties, neonatale morbiditeit en lange termijn
ontwikkelingsachterstand. Mogelijk hebben deze patiënten dus een voordeel bij
eerdere bevalling. Dit moet worden afgewogen tegen de problemen die preterme
bevalling met zich mee kan brengen.
Publiek
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Wetenschappelijk
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusiecriteria voor het cohort:
- Eenlingzwangerschap met geindentificeerde SGA-foetus (EFW/FAC < p10)
- Zwangerschapsduur van 32+0 t/m 36+6 weken
Inclusiecriteria voor de nested RCT:
- Eenlingzwangerschap met geindentificeerde SGA-foetus (EFW/FAC < p10)
EN
- UCR (UmbilicoCerebrale ratio) > 0.8 op minimaal 2 momenten met een interval
van minstens 15 uur (of - in het geval van een niet te meten PI in de arteria
cerebri media - de PI van de arteria umbilicalis > p90 op minimaal 2 momenten
met een interval van minstens 15 uur)
EN
- EFW/FAC < p3 bij een zwangerschapsduur van 34+0 t/m 36+6
OF
- EFW/FAC < p10 bij een zwangerschapsduur van 36+0 t/m 36+6
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Leeftijd van zwangere vrouw <18 jaar
- Niet in staat tot het geven van informed consent
- Termijndiscussie
- Verdenking op congenitale afwijkingen bij de foetus die de prognose van
zwangerschap of de gezondheid van het kind beïnvloedt
- Bewezen chromosomale afwijking
- Indicatie voor bevalling op korte termijn wegens foetale of maternale
indicatie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL62923.018.17 |