Primaire doelstelling: Het vergelijken van de blootstelling aan ETI in een groep mensen met cystic fibrosis die de grootste afname in zweetchloride vertonen en de kleinste afname in zweetchloride.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Respiratoire aandoeningen, congenitaal
- Luchtwegaandoeningen, congenitaal
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De dalconcentratie (Ctrough) van ETI in alle 20 verzamelde bloedmonsters voor
statistische analyse. We zullen de Ctrough van de groep met de grootste
absolute afname in zweetchloride vergelijken met de Ctrough-niveaus van de
groep met de kleinste absolute afname in zweetchloride. Aangezien onze
onderzoeksgroep klein is, zullen we een niet-parametrische Mann-Whitney U-test
gebruiken om de Ctrough van ETI in beide groepen te vergelijken.
Secundaire uitkomstmaten
niet toepasbaar
Achtergrond van het onderzoek
Op 1 januari 2022 is het gebruik van Elexacaftor/Tezacaftor/Ivacaftor (ETI)
vergoed in Nederland voor volwassenen met cystic fibrosis (CF) en minstens één
kopie van de F508del-mutatie. De behandeling omvat het innemen van 2 tabletten
ETI 's ochtends en 1 tablet ivacaftor 's avonds. ETI is een combinatie van twee
correctoren, Elexacaftor en Tezacaftor, en één potentiator, Ivacaftor.
De behandeling met ETI heeft een indrukwekkend klinisch effect laten zien.
Desondanks is er, ondanks de effectiviteit op groepsniveau, een hoge mate van
variabiliteit in de respons op de behandeling bij individuen met dezelfde
mutatie in het Cystic Fibrosis Transmembrane conductance Regulator (CFTR) gen,
zelfs met gestandaardiseerde doseringen. In de dagelijkse praktijk zijn er meer
bijwerkingen waargenomen dan verwacht op basis van registratiestudies.
Bijwerkingen zoals verhoogde transaminasen, bilirubine, creatinekinase,
huiduitslag en mentale problemen zijn waargenomen bij mensen met CF die
behandeld worden met ETI.
Er is momenteel beperkte informatie beschikbaar over hoe blootstelling aan
CFTR-modulatoren het klinische effect van deze medicijnen beïnvloedt, en de
relatie tussen blootstelling en (bij)werkingen is nog steeds niet duidelijk. Om
ons begrip van deze relatie te verbeteren, zullen we de dalspiegels van ETI
vergelijken bij 10 mensen met CF die het hoogste klinische effect vertonen, met
die van 10 mensen met CF die het laagste klinische effect vertonen.
Zweetchloride zal worden gebruikt als klinisch eindpunt omdat zweetchloride
kan dienen als een substituut-biomarker voor CFTR-functie, aangezien de
hoeveelheid ervan de activatie van het CFTR-eiwit aangeeft. Hoewel de
reproduceerbaarheid van de zweettest matig is, heeft het als voordeel dat het
onafhankelijk is van de ernst van de CF-ziekte, aangezien zweetklieren niet
lijken te worden beïnvloed door de voortgang van CF. In deze studie
hypothetiseren we dat mensen met CF die een grotere daling hebben in absolute
zweetchloride niveau ook een hogere concentratie ETI in hun bloed hebben
vergeleken met degenen met minder daling in hun absolute zweetchloride niveau.
Doel van het onderzoek
Primaire doelstelling: Het vergelijken van de blootstelling aan ETI in een
groep mensen met cystic fibrosis die de grootste afname in zweetchloride
vertonen en de kleinste afname in zweetchloride.
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is een single-centre studie waarin 20 pwCF zullen worden
opgenomen. De 10 patiënten met de hoogste absolute afname in zweetchloride en
de 10 patiënten met de laagste absolute afname in zweetchloride, die momenteel
worden behandeld met ETI, zullen worden geselecteerd voor de studie. Daarna
zullen we hen vragen om deel te nemen aan het onderzoek. Geïnteresseerde
patiënten zullen worden doorverwezen naar de hoofdonderzoeker, die hen zal
informeren over het onderzoek en om hun toestemming zal vragen. Alle deelnemers
zullen een informatieve brief en een toestemmingsformulier ontvangen en krijgen
minstens 2 dagen de tijd om te beslissen over hun deelname. Als de patiënten
instemmen om deel te nemen, wordt een afspraak gemaakt voor het afnemen van een
bloedmonster. Indien mogelijk zullen we hun onderzoeksbezoek combineren met hun
reguliere afspraak op de polikliniek.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Eenmaal een veneuze punctie voor het afnemen van 5 ml bloed.
Inschatting van belasting en risico
De geïncludeerde pwCF zullen het ziekenhuis één keer bezoeken. Een bloedmonster
wordt verzameld vóór hun dagelijkse dosis ETI door middel van een venapunctie.
Wij beschouwen de studie niet als hoogrisico, aangezien de patiënten met cystic
fibrosis die deelnemen aan de studie zullen doorgaan met hun bestaande
ETI-behandeling, die is goedgekeurd door zowel de FDA als de EMA, en al
dagelijks door de patiënten wordt gebruikt. De dosis die in de studie wordt
gebruikt, zal dezelfde zijn als de standaarddosis. De enige interventie is dat
gedurende de studie één bloedmonster wordt afgenomen door middel van
venapunctie en deelnemers wordt gevraagd hun ochtenddosis ETI na de venapunctie
in het ziekenhuis in te nemen. Hun bezoeken worden daarom gepland in de
ochtend.
Publiek
Els Borst-Eilersplein 275
Den Haag 2545AA
NL
Wetenschappelijk
Els Borst-Eilersplein 275
Den Haag 2545AA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Om in aanmerking te komen voor deelname aan dit onderzoek, moet een
proefpersoon aan al de volgende criteria voldoen:
1.Cystic fibrosis gebaseerd op DBC-code (specialisme: 0322; Diagnose: 1403).
2.Gebruik van Kaftrio-tabletten met een dosering van 75/5/100 mg en ATC-code:
R07AX32
3.Gebruik van de standaarddosis ETI (2 tabletten in de ochtend) en Ivacaftor (1
tablet in de avond). 4.Beschikbaarheid van een uitgangs en een zweetchloride
waarde tijdens ETI-behandeling
5.Een homozygote F508del-mutatie in het CFTR-gen
6.Een stabiele klinische toestand gedefinieerd als geen longexacerbatie in een
periode van 4 weken voor de studiebezoek.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Een potentiële deelnemer die voldoet aan een van de volgende criteria zal
worden uitgesloten van deelname aan dit onderzoek:
1. Solide orgaantransplantatie
2. Het gebruik van gelijktijdige medicatie met CYP3A4-interacties tijdens de
periode van bepaling van de dalconcentratie van ETI
3. Zwangerschap
4. Lever cirrhose
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL85749.058.23 |