1. Evalueren van de haalbaarheid van cryoballon therapie in patienten met niet te genezen slokdarmkanker en symptomen van dysfagie, gedefinieerd als technisch succes. Daarnaast word de effectiviteit en veiligheid onderzocht door te kijken naar het…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelselneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd NEG
- Maagdarmstelselneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
1. Haalbaarheid: gedefinieerd als technisch succes van een volledige cryoballon
ablatie procedure. Dit omvat de mogelijkheid tot het passeren van de scoop en
het afmaken van een volledige cyclus van bevriezen en ontdooien, met het aantal
cycli per behandelgebied zoals nodig wordt geacht door de endoscopist.
2. Effectiviteit:
- Subjectieve parameters gebaseerd op het klinische succes twee weken na de
laatste therapie, waarbij er gebruik wordt gemaakt van de 5-punts Likert
dysfagie score (0= geen dysfagie, 1= dysfagie voor vast voedsel, 2= dysfagie
voor semi-vast voedsel, 4= dysfagie voor speeksel). Een verbetering van een
punt wordt gezien als klinisch succes.
- Objectieve parameters:
- Mogelijkheid om de scoop te passeren
- Het percentage van de diameter van de lumen in de slokdarm wat open/ vrij
van kanker is, zoals beoordeeld door de endoscopist en twee onafhankelijke
beoordelaars waarbij voor en na behandeling met elkaar vergeleken wordt.
3. Veiligheid gebaseerd op de incidentie van alle ernstige bijwerkingen tot het
einde van de follow-up
Secundaire uitkomstmaten
Haalbaarheid, veiligheid en effectiviteit:
• Effecitviteit gebaseerd op subjectieve parameters.
- Twee wekelijks gerapporteerde uitkomsten van de dysfagie score, tot
en met twee weken na de laatste behandeling en daarna eenmalig in week 6,8 en
12.
- Algemene vragen, tweewekelijks, tot en met twee weken na de laaste
behandeling
- Hoe ervaart u uw klachten nu ten opzichte van voor de
behandeling ( 0= symptomen zijn significant verslechterd, 1= symptomen zijn een
beetje verslechterd, 2= symptomen zijn hetzelfde gebleven, 3= symptomen zijn
een beetje verbeterd, 4= symptomen zijn significant verbeterd, 5= symptomen
zijn helemaal weg)
- Hoe ervaart u uw klachten nu ten opzichte van gister (0=
symptomen zijn significant verslechterd, 1= symptomen zijn een beetje
verslechterd, 2= symptomen zijn hetzelfde gebleven, 3= symptomen zijn een
beetje verbeterd, 4= symptomen zijn significant verbeterd)
• Post-procedurele pijn gebaseerd op een twee wekelijks gerapporteerde
pijnscore tot en met twee weken na de laatste behandeling
- Pijn in het gebied van de slokdarmkanker tijdens maaltijden gebaseerd
op een score van 0-10 (waarbij 0 geen pijn is en 10 de meest ondragelijke pijn
die er is)
- Pijn in het gebied van de slokdarmkanker in rust/ wanneer patient niet
aan het eten/ drinken is, hierbij wordt bovenstaande score gebruikt.
• Incidentie van adverse events, gedefinieerd als elke ongewenst ervaring dat
ontstaat in een patient gedurende de behandeling of secundair aan de
behandeling. Alle adverse events die spontaan worden gerapporteerd door de
patient of worden geobserveerd door het onderzoeksteem worden meegenomen.
• Noodzaak tot andere vorm van palliatie gedurende follow-up
Immunologie:
• (Verandering in) de anti-tumor response van de patient na cryoballonablatie
vergeleken met baseline
Achtergrond van het onderzoek
Dysfagie komt veel voor in patienten met vergevorderde slokdarmkanker die niet
meer in aanmerking komen voor curatieve behandeling. Het heeft vaak een
aanzienlijke impact op de kwaliteit van leven en het kan ondervoeding als
gevolg hebben. Huidige palliatieve behandelmogelijkheden bestaan met name uit
een oesofageale stent of radiotherapie, maar deze kunnen geassocieerd zijn met
significante gevolgen zoals een hoge incidentie van complicaties, vermoeidheid
en een verbetering van klachten wat pas na een lange tijd optreedt of die
slechts tijdig is. Recente studies hebben veelbelovende resultaten laten zien
voor het gebruik van spray cryotherapie als palliatieve behandeling voor
dysfagie. Bovendien zijn er suggesties dat cryotherapie een positief effect
heeft op de anti-tumor reactie van de patient. Echter bestaat er nog geen data
over de haalbaarheid, effectiviteit en veiligheid voor cryoballon therapie in
de slokdarm. Ten tweede bestaat er nog geen data over de immuunreactie na
cryotherapie in de slokdarm.
Doel van het onderzoek
1. Evalueren van de haalbaarheid van cryoballon therapie in patienten met niet
te genezen slokdarmkanker en symptomen van dysfagie, gedefinieerd als technisch
succes. Daarnaast word de effectiviteit en veiligheid onderzocht door te kijken
naar het klinische succes 2 weken na therapie, tumor regressie in het lumen van
de slokdarm, en als laatste het voorkomen van ernstige bijwerkingen.
2. Evalueren van de anti-tumor reactie van de patient na cryotherapie op basis
van tumorbiopten en perifeer bloed
Onderzoeksopzet
Multi-center prospectieve ongecontroleerde interventionele pilot studie.
Patienten worden geworven tijdens het RAKU (Regionaal Academische Kankercentrum
Utrecht) multidisciplinair overleg, wat wekelijks gehouden wordt in het UMC
Utrecht, of tijdens het multidisciplinaire overleg in het Amsterdam UMC bij het
GIOCA (Gastro-Intestinaal Oncologisch Centrum Amsterdam).
Studie procedures worden uitgevoerd in het UMC Utrecht of het Amsterdam UMC. De
studieprocedues verschillen, gedeeltelijk, voor patienten in het UMC Utrecht
vergeleken met patiënten uit het Amsterdam UMC:
- Patienten in beide centra krijgen een maximum van 3 opeenvolgende
cryoballon-ablatie behandelingen met een tweewekelijks interval (range tussen
de 1 en 3 weken). Twee weken na de laatste behandeling krijgen patienten een
follow-up gastroscopie.
- Alleen in patienten uit het UMC Utrecht wordt perifeer bloed en worden
tumorbiopten afgenomen tijdens elk kijkonderzoek. In deze patienten wordt
gekeken naar de anti-tumor reactie van de patient op basis van de biopten en
het afgenomen bloed.
- Voor patienten in beide centra geldt dat klinische follow-up doorgaat tot en
met 3 maanden na de laatste behandeling.
Ons doel is om de studie binnen 6 maanden af te ronden.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Voor alle behandelingen wordt de C2 Focale Cryoballon gebruikt. De interventie bestaat uit 1-3 opeenvolgende behandelingen met een interval van 1-3 weken. Tijdens deze behandeling worden twee bevries-ontdooi cycli van 12 seconden uitgevoerd. Het aantal cycli dat wordt uitgevoerd kan worden opgehoogd als de endoscopist dit nodig acht, waarbij de veiligheid natuurlijk ook in acht wordt genomen. Daarnaast worden er tijdens de endoscopie bij patienten in het UMC Utrecht ook tumorbiopten afgenomen. Alle behandelingen worden gedaan door een endoscopist met veel ervaring met cryoballon-ablatie.
Inschatting van belasting en risico
Patienten komen 1-3 keer naar het ziekenhuis voor een behandeling en een keer
voor een follow-up gastroscopie. Deze behandelingen, als zij een gewenst effect
geven, kunnen de andere behandelingen die een patient anders zou krijgen
vervangen. In een deel van de patienten (patienten in het UMCU) wordt bloed en
worden tumorbiopten afgenomen tijdens elk ziekenhuisbezoek voor de scopie.
Daarnaast worden patienten gevraagd om twee keer per week 5 korte vragen
elektronisch te beantwoorden. Bovendien worden patienten 1x na elke behandeling
gebeld door een onderzoeksverpleegkundige om te horen hoe het gaat en om de
adverse events te evalueren. Het is al aangetoond dat cryoballon ablatie veilig
en effectief is in patienten met een Barrett slokdarm. Wij voorzien niet dat
onze patienten een hoger risico hebben voor het ondergaan van cryoballon
therapie dan andere patienten. Ook heeft spray cryotherapie al veelbelovende
resultaten laten zien voor de behandeling van dysfagie in patienten met
onbehandelbare slokdarmkanker en zijn er suggesties dat cryotherapie een
positief effect heeft op de anti-tumor reactie van de patient. Ten slotte
hebben andere palliatieve behandelmogelijkheden voor dysfagie ook risico's en
kunnen deze complicaties veroorzaken.
Publiek
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Leeftijd >18 ten tijde van toestemming Histopathologisch bewezen
oesofaguscarcinoom Patienten in de palliatieve setting (met of zonder
(toekomiste) systemische chemotherapie) Dysfagie gedefinieerd als een score van
>=2 (mogelijkheid tot slikken van alleen semi-vast voedsel) Getekende
toestemming
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Alternatieve etiologie voor dysfagie Niet mogelijk om ultradunne scoop te
passeren Ernstige comorbiditeiten wat endoscopie niet mogelijk maakt Niet te
corrigeren coagulopathie Eerdere distale oesofagectomie Verwachte overleving <6
weken Eerdere radiotherapie voor slokdarmkanker T4b slokdarmkanker
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL84764.041.24 |