Effect van een multicomponent interventie ter bevordering van lichamelijke activiteit bij volwassenen met een verstandelijke beperking

Mensen met een verstandelijke beperking bewegen erg weinig, en reguliere
programma's om meer bewegen te stimuleren zijn vaak niet geschikt voor deze
doelgroep, vanwege specifieke eigenschappen van de mensen met een
verstandelijke beperking en hun specifieke zorg/ondersteuningssituatie.

Het doel van deze studie is het onderzoeken van de effectiviteit van een
multi-component interventie om mensen met een verstandelijke beperking te
stimuleren meer te gaan bewegen.

Quasi-experimental repeated measures design

Na een controle periode van 12 weken krijgen alle deelnemers de interventie die ook weer 12 weken duurt. De interventie richt zich op het veranderen van gedrag bij mensen met een verstandelijke beperking (meer bewegen), en bij de persoonlijke begeleiders van deze mensen (voldoende bewegen gaan integreren in de dagelijkse ondersteuning / zorg die zij bieden). De interventie begint met een Quickscan, waarna de begeleiders van die woonlocatie deelnemen aan een educatieve workshop waarin o.a. het nut van bewegen wordt besproken,en de mogelijkheden om te bewegen als je een chronische aandoening hebt. De persoonlijk begeleiders krijgen advies over alle deelnemers van de beweegcoach, die hiervoor de resultaten uit de Quickscan gebruikt en zijn kennis over beweegmogelijkheden. Nadat de individuele doelen voor de 12 weken zijn bepaald blijft de beweegcoach de persoonlijk begeleider coachen gedurende de 12 weken. Ook komt hij twee keer langs voor een demonstratie op locatie van makkelijke groepsactiviteiten. De deelnemers krijgen een shirt en een tas bij de start, en een medaille en een certificaat aan het einde van hun deelname. Het team als geheel kan beweegeuro's sparen voor elke keer dat een deelnemer een Quickscan meedoet, waarmee aan het einde van hun deelname beweegmateriaal aangeschaft kan worden voor de woonlocatie.

De deelnemers doen vier keer mee aan een Quickscan, verdeeld over een periode
van circa 36 weken. De Quickscan bestaat naast een interview over bewegen uit
een aantal laag-intensieve, niet-invasieve en pijnloze metingen, op twee
submaximale testen na. De veiligheid om deze testen te kunnen uitvoeren wordt
vooraf gescreend met aan aantal vragen, bij bij ja of onduidelijkheid gecheckt
moeten worden met de betreffende arts. Die kan advies geven over de uitvoering.
Bij onduidelijkheid over de veiligheid of een negatief advies worden deze twee
testen niet uitgevoerd in de Quickscan. Met deze procedure is het risico op
ongevallen door inspanning minimaal.
Tijdens de meting en ook de interventie moet voortdurend het valrisico in de
gaten gehouden worden, omdat leefstijlveranderingen soms nieuwe situaties met
zich mee brengen.
Verder gaat deze interventie uit van de voorkeuren en mogelijkheden van de
deelnemers bij het opstellen van het individuele advies, wat resulteert in een
op maat gemaakt, individueel advies. De beweegcoach geeft advies over het
veilig opbouwen van lichamelijke activiteit, om blessures en spierpijn te
voorkomen.
Deze kleine risico's wegen niet op tegen de voordelen van een actieve
leefstijl, en omdat deze interventie ontworpen is voor mensen met een
verstandelijke beperking, kan dit niet getest worden in andere populaties.