Primair:Karaktiseren van natuurlijk beloop van spierziektes bij kinderen met MRI en/of echo, spierfunctietesten en krachttesten, met jaarlijkse follow-up over een periode van 4 jaar.Secundair:- bepalen van de relatie tussen MRI en/of echometingen,…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Spieraandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
de primaire uitkomstmaat voor MRI is vetfractie, gemiddelde spierechogeniciteit
voor echo , newtons voor maximale isometrische kracht en totale motorscore voor
functionele testen.
Secundaire uitkomstmaten
secundaire uitkomstmaten voor MRI zijn spier/water karakteristieken (T2 water)
en spiervolume, spierdiamater en visuele gradiëring voor echo, en aanvullende
parameters voor spierkracht, zoals peak torque en power, en ziektespecifieke
functiescores.
Achtergrond van het onderzoek
Er zijn meer dan 600 verschillende neuromusculaire aandoeningen waarvan vele
kinderen treffen, en vrijwel alle zijn zeldzaam. Spierzwakte is het
belangrijkste kenmerk van de meeste neuromusculaire aandoeningen, maar de
oorzaken, zwaktepatronen en progressiesnelheid van de aandoeningen zijn
variabel. Nauwkeurige beoordeling van de ziekteprogressie bij deze aandoeningen
is erg belangrijk voor het bepalen van het ziektestadium, als uitkomstmaat bij
onderzoeken en om verwachtingen te managen, maar is in individuele centra een
uitdaging vanwege de zeldzaamheid van de aandoeningen.De ziekteprogressie wordt
bepaald met een breed scala aan klinische metingen, waaronder beeldvorming,
spierkrachtmetingen en motorische functietests. Beeldvorming heeft het voordeel
dat het zeer gevoelig is voor kleine veranderingen in de tijd. De klinische
protocollen voor spierbeeldvorming worden echter gedomineerd door kwalitatieve
methoden in plaats van kwantitatieve methoden, en elk ziekenhuis maakt andere
keuzes over welke beeldvormingstechnieken en parameters zij gebruiken.
Beoordeling van spierkracht en -functie houdt directer verband met het
dagelijks functioneren, maar vertoont een grotere variabiliteit (tussen
waarnemers) en kan subjectiever zijn. Tot nu toe wordt zelden gebruik gemaakt
van een combinatie van metingen. Samenwerking tussen centra om meer uniforme
(en vergelijkbare) gegevens te verzamelen zou het inzicht in de natuurlijke
ziekteprogressie van zeldzame neuromusculaire aandoeningen kunnen vergroten
door de steekproefomvang te vergroten en daardoor de tiral readiness te
versnellen. Daarom streven we ernaar een gestandaardiseerde spiertoolbox te
implementeren, bestaande uit kwalitatieve en kwantitatieve spierechografie
(VS), magnetische resonantiebeeldvorming (MRI), en spierfunctie- en krachttests
in drie expertisecentra voor spierziekten bij kinderen in Nederland: Radboud
Universitair Medisch Centrum (Radboudumc), het Leids Universitair Medisch
Centrum (LUMC) en het Utrecht Universitair Medisch Centrum (UMCU).
Doel van het onderzoek
Primair:
Karaktiseren van natuurlijk beloop van spierziektes bij kinderen met MRI en/of
echo, spierfunctietesten en krachttesten, met jaarlijkse follow-up over een
periode van 4 jaar.
Secundair:
- bepalen van de relatie tussen MRI en/of echometingen, spierfunctietesten en
krachttesten
- voorspellen van klinische mijlpalen, zoals het verlies van loopfunctie, met
MRI en/of echo van de spieren
Onderzoeksopzet
Dit is een observationele studie met jaarlijkse bezoeken over een periode van 4
jaar. alle deelnemers krijgen spierfunctietesten en krachttesten. De primaire
beeldvormingsmethode wordt gekozen gebaseerd op de leeftijd:
* Kinderen < 5 jaar ontvangen een spierecho, spierfunctietesten en
krachttesten, maar geen MRI
* Kinderen >= 5 jaar die geen contraindicaties voor MRI hebben zullen een MRI,
spierfunctietesten en krachttesten krijgen. een spierecho is optioneel.
* Kinderen >= 5 jaar die contraindicaties voor MRI hebben zullen een spierecho,
spierfunctietesten en krachttesten krijgen, maar geen MRI.
Onderzoeksproduct en/of interventie
de beeldvormende technieken (MRI en echo), spierkracht- en functietesten zouden beschouwd kunnen worden als niet-therapeutische interventie, aangezien dit niet voor ieder kind standaardzorg is.
Inschatting van belasting en risico
De maximale tijdslast bedraagt 90 minuten. De deelnemers ondergaan een
aanvullende MRI-scan en/of spierecho, die elk ongeveer 30 minuten duren.
Spierfunctie- en krachttests maken deel uit van de standaardzorg, hoewel er
mogelijk aanvullende tests nodig zijn, afhankelijk van het centrum en de
neuromusculaire aandoening. Dit eventuele aanvullende onderzoek naar
spierkracht duurt maximaal 30 minuten.
Het jeugdpanel van Spieren voor Spieren is geraadpleegd over de
aanvaardbaarheid van aanvullende beeldvormings- of krachttesten en hun feedback
is in dit protocol verwerkt.
Er is geen direct voordeel voor het kind. In de toekomst zal dit onderzoek
echter meer inzicht geven in het ziekteverloop op groepsniveau van specifieke
neuromusculaire aandoeningen en op individueel patiëntniveau, waarmee de arts
beter en persoonlijker advies kan geven. Wij denken dat de informatie ook zal
bijdragen aan ons begrip van de natural history van de kwaliteit van
spierweefsel en daardoor zal helpen bij het ontwerpen van toekomstige trials.
US en MRI zijn veilige technieken. De MRI-scan kan claustrofobie veroorzaken en
kan lichte ongemakken veroorzaken in rugligging. Om deze potentiële last te
verlichten, zullen we onder andere kussens gebruiken, kinderen kunnen luisteren
naar muziek en/of kijken naar video's en ouders mogen het kind vergezellen in
de MRI-ruimte.
Publiek
Geert Grooteplein Zuid 10
Nijmegen 6525 GA
NL
Wetenschappelijk
Geert Grooteplein Zuid 10
Nijmegen 6525 GA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Om aan de studie mee te doen moeten proefpersonen de volgende criteria
vervullen:
• Genetisch bevestigde diagnose van SMA, DMD, BMD, LGMD, FSHD, of DM1.
• Jonger dan 18 jaar bij start van inclusie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Kinderen kunnen deelnemen als ze ten minste aan de spier MRI of de spier echo
mee kunnen doen.
MRI
Deelnemers worden geëxcludeerd van MRI als ze de instructies niet kunnen
begrijpen en/of de MRI-relateerde taken niet kunnen uitvoeren, of als ze
contra-indicaties voor MRI hebben, deze zijn:
• De onmogelijkheid om MRI zonder sedatie te doen, bijvoorbeeld bij heel jonge
kinderen (<5 jaar) of met zware cognitieve of gedragsproblemen;
• Claustrofobie
• Pacemakers en defibrillators;
• Zenuw stimulators;
• Intracraniele clips;
• Intraorbitale of intraoculaire metaalfragmenten;
• Cochleair implantaat
• ferromagnetisch implantaat (Bijvoorbeeld scoliosemateriaal);
• Niet in staat om 60 minuten op de rug te liggen;
• Behoefte van (doorlopende) beademing; en
• niet in de MRI passen, bijvoorbeeld door lichaamsgrootte of cantracturen.
Als het nodig is kan een kind de MRI via een 'dummy' MRI bepalen of het kind
zich comfortabel voelt in de MRI tijdens het echte onderzoek.
Echo
Deelnemers worden gëexcludeerd van de echo als ze niet in staat zijn om de
instructies te begrijpen en/of taken uit te voeren gerelateerd aan de echo.
Spierfunctie en krachtmetingen
Deelnemers worden gëexcludeerd van bepaalde spier functie of spierkracht
metingen als ze de instructies niet kunnen begrijpen en/of de relevante taken
niet kunnen uitvoeren, bijvoorbeeld als ze geen maximale kracht kunnen
toepassen. Dat zou het geval kunnen zijn voor heel jonge kinderen (<4 jaar) of
die met zware cognitieve of gedragsbeperkingen, of bij kinderen met recente
chirurgische behandeling of ziekte.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL85997.000.24 |