Het hoofddoel van dit onderzoek is om te ontdekken hoe asielzoekers met een psychotische stoornis die last hebben van paranoïde wanen zich gedragen en dreiging inschatten in een virtuele omgeving. Secundaire doelstellingen: Beoordelen van de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Schizofrenie en andere psychotische stoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Fenomenologisch semigestructureerd interview op basis van een topiclijst. Het
interview meet de ervaring van deelnemers op een kwalitatief vlak.
Audio-opnamen van de semigestructureerde interviews worden getranscribeerd.
Deze transcripties met rijke kwalitatieve gegevens zijn de belangrijkste
studieparameter. Vragen richten zich op de ervaring in VR met de nadruk op
gedachten en gevoelens over de omgeving en hoe deze gedachten en gevoelens tot
stand komen en hun gedrag beïnvloeden (bijv. Wat vond je van het gedrag van de
mensen in de VR? Voelde je je bedreigd? ). De interviewer is aanwezig tijdens
het VR-experiment en stelt vervolgvragen waarbij de patiënt moet reflecteren op
wat hij of zij heeft gezegd en hoe hij of zij zich heeft gedragen en waarom.
Secundaire uitkomstmaten
Positive and Negative Syndrome Scale (PANSS) (Kay et al., 1987): Dit is een op
interview gebaseerde beoordelingsschaal die is ontworpen om de ernst van
psychopathologie te meten bij volwassen patie*nten met schizofrenie. Positieve
(7 items) en negatieve symptomen (7 items) worden beoordeeld. - State Social
Paranoia Scale (SSPS) (Freeman et al., 2007): Meet paranoi*de gedachten over de
avatars in de virtuele omgevingen met een vragenlijst van 20 items, waarvan 10
items achtervolgingsgedachten beoordelen en 10 items positieve en neutrale
gedachten meten op een 5-punts schaal. - Safety Behaviors Questionnaire -
Persecutory beliefs (SBQ) (Freeman, Garety, & Kuipers, 2001): Is een
semi-gestructureerd interview met 7 items dat veiligheidsgedrag beoordeelt dat
patie*nten gebruiken om vervolgingsdreiging te verminderen. - Visueel Analoge
Schaal (VAS): Een visueel analoge schaal wordt gebruikt om de stress van de
patie*nt en de waargenomen vijandigheid van avatars te beoordelen. Het bestaat
uit een rechte lijn van 10 cm met aan elk uiteinde "stress" aan het ene
uiteinde en "geen stress" aan het andere uiteinde en "vijandig" aan het ene
uiteinde en "niet vijandig" aan het andere uiteinde. Er wordt een markering
geplaatst om hun perceptie aan te geven. - Gedragsbeoordeling van video en
audio-opnamen door psychiaters werkzaam in de transculturele psychiatrie. Aan
twee tot drie psychiaters wordt gevraagd hun observaties en gedachten met
betrekking tot de observaties van het gedrag van patie*nten op te schrijven. De
waarnemingen zijn gebaseerd op videobeelden die zijn verzameld tijdens de
VR-experimenten. Aanvankelijk krijgen de experts minimale begeleiding voor hun
observaties om hun denkproces niet te bei*nvloeden. Dit wordt gevolgd door een
semigestructureerd interview. Vragen hebben betrekking op het gedrag, de
intenties en gevoelens van de patie*nt (kunt u bijvoorbeeld mogelijke gedachten
of overtuigingen beschrijven die bij de patie*nt opkwamen terwijl hij/zij zijn
omgeving evalueerde?). Voor deze gevolgtrekking wordt hen gevraagd te
vertrouwen op hun klinische ervaring.
Achtergrond van het onderzoek
De huidige maatschappij wordt toenemend multicultureel. Hierdoor wordt de
behoefte aan transculturele aanpassingen van diagnose en behandeling vergroot.
Een overzicht van 12 meta-analyses die de huidige stand van cultureel
aangepaste interventies op het gebied van geestelijke gezondheid samenvatten,
toont bewijs voor de effectiviteit van cultureel aangepaste interventies. Deze
meta-analyse geeft echter ook aan dat het onduidelijk is welke factoren van een
culturele aanpassing precies effectief zijn. Bovendien is er geen gemakkelijk
toepasbaar kader beschikbaar om interventies om te zetten in een
cultuurgevoelig format (Rathod, Gega, Degnan, Pikard, Khan, Husain, & Naeem, et
al., 2018). Verder onderzoek op dit gebied en een beter begrip van de
transculturele manifestatie van psychische aandoeningen zijn nodig. Dit is met
name relevant wanneer er wordt gekeken naar psychose. Etnische minderheden en
asielzoekers hebben een twee- tot driemaal hoger risico op psychose in
vergelijking met mensen uit het gastland (Selten, van der Ven, Termorshuizen,
2020). Etnische minderheden rapporteren ook meer positieve symptomen, waaronder
achtervolgingswanen (Quattrone et al., 2019). Bovendien lopen minderheden, met
minder duidelijke zorgpaden en een verhoogd risico op psychose-gerelateerd
agressief gedrag, een grotere kans op (onvrijwillige) ziekenhuisopname (Hodgins
& Klein, 2017; Markiewicz et al., 2020). Uit een rapport van de Inspectie
Justitie en Veiligheid (2018) blijkt dat binnen de groep *onruststokers* in
voorzieningen voor asielzoekers het merendeel psychiatrische problemen heeft.
Symptomen van paranoi*de wanen, sterke gevoelens van angst, gebrek aan
ziekte-inzicht en besef en een gebrek aan gespecialiseerde geestelijke
gezondheidszorg kunnen in deze gevallen een behandeling op coo*peratieve en
vrijwillige basis een uitdaging maken. Deze omstandigheden maken de behandeling
en diagnose van psychose voor asielzoekers zowel moeilijk als noodzakelijk,
daarom is een cultuursensitief begrip van de manifestatie van psychose binnen
deze specifieke groep nodig. Diagnostische psychiatrische beoordelingen
omvatten over het algemeen alleen zelfgerapporteerde mondelinge vragenlijsten
en interviews met patie*nten (en familieleden), die aantoonbaar beperkt zijn
wanneer er verschillen in taal en cultuur zijn. Paranoi*de wanen komen tot
uiting in sociale interacties en omgevingen en kunnen als zodanig waarneembaar
zijn in gedrag. Dit is waar Virtual Reality (VR)-technologie op zijn plaats
komt. Met VR kan een patie*nt een gevoel van aanwezigheid ervaren in een
interactieve driedimensionale wereld. Een door een computer gemaakt beeld wordt
geprojecteerd via een op het hoofd gemonteerd scherm, de beweging van de
deelnemer en de virtuele wereld past zich aan en verandert aan de positie,
orie*ntatie en acties van de deelnemer in deze virtuele wereld. De
psychologische en fysiologische reactie op de virtuele omgeving is
vergelijkbaar met reacties in de echte wereld (Veling, Moritz, van der Gaag,
2014). Met betrekking tot psychose is het mogelijk om psychotisch gerelateerde
symptomen veilig op te wekken met behulp van VR, zoals paranoi*de ideee*n
(Veling et al., 2016). VR maakt real-time beoordeling mogelijk van
psychologische en fysiologische reacties in gesimuleerde 'real-life' situaties,
terwijl gecontroleerd wordt voor andere variabelen in een experimentele
setting. Het gebruik van VR kan daarom een goede aanvulling zijn op de
behandeling en beoordeling van patie*nten die op een gesloten afdeling
verblijven. De mogelijkheid om virtuele sociale omgevingen aan te gaan terwijl
men nog steeds op een gesloten afdeling wordt behandeld, opent mogelijkheden
voor beoordeling en behandeling tijdens de meer kritieke stadia van psychosen,
waar het vaak onhaalbaar is om patie*nten bloot te stellen aan sociale
interacties in het echte leven en alledaagse omgevingen. Bovendien heeft het,
vanwege de (gedeeltelijke) non-verbale aard van VR, een duidelijk potentieel in
termen van transculturele toepassing onder vluchtelingen en asielzoekers die
doorgaans pas recent in het gastland zijn aangekomen en beperkte mogelijkheden
hebben gehad om de taal van het land waar ze verblijven te leren . Onderzoek
naar de toepasbaarheid van diagnostisch onderzoek in de psychiatrie met behulp
van VR toont potentie maar staat nog in de kinderschoenen (Geraets et al.,
2022). Verder is het potentieel van VR nog niet onderzocht in de populatie van
asielzoekers. Dit onderstreept het onbeduidende karakter van het huidige
onderzoek. Dit onderzoek zal zich richten op paranoi*de wanen, aangezien deze
op een veilige manier specifiek kunnen worden opgeroepen in VR-omgevingen,
waardoor ze een zeer geschikt symptoom van psychose zijn om in VR te
bestuderen, zoals blijkt uit recente literatuur over dit onderwerp (Brown,
Waite, Rovira , Nickless, & Freeman, 2020; Geraets, Snippe, van Beilen,
Pot-Kolder, Wichers, van der Gaag, & Veling, 2020; Riches, Garety,
Rus-Calafell, Stahl, Evans, Sarras, & Valmaggia, et al. , 2019).
Doel van het onderzoek
Het hoofddoel van dit onderzoek is om te ontdekken hoe asielzoekers met een
psychotische stoornis die last hebben van paranoïde wanen zich gedragen en
dreiging inschatten in een virtuele omgeving.
Secundaire doelstellingen: Beoordelen van de geschiktheid en toepasbaarheid van
het gebruik van VR binnen de specifieke populatie van asielzoekers met een
psychotische stoornis en paranoïde wanen.
Onderzoeksopzet
Deze experimentele studie maakt gebruik van een mixed-methods onderzoeksopzet
met een single-groep. Deelnemers worden blootgesteld aan vier korte
VR-scenario's, waarbij hun verbale en non-verbale gedrag wordt gemonitord en
waarna hun ervaringen worden verkend met kwalitatieve interviews en
kwantitatieve vragenlijsten. De focus ligt op kwalitatieve gegevens die de
idiosyncratische ervaringen van de deelnemers beschrijven, deze gegevens zullen
worden geanalyseerd om patronen en overeenkomsten binnen de steekproef te
identificeren. De rijke data van kwalitatieve gegevens helpt ons om die
ervaringen te onderzoeken en inzicht hierin te vergroten. Kwantitatieve
gegevens over paranoïde ideaties en de VR-ervaring worden verzameld door middel
van vragenlijsten om inzichten op kwantitatief niveau te verschaffen. Er worden
interviews gehouden over het psychotische toestandsbeeld en paranoïde klachten
met klinische experts op basis van video-opnamen van de VR-assessment.
Inschatting van belasting en risico
Sommige deelnemers kunnen symptomen van simulatorziekte ervaren. Er worden geen
grote bijwerkingen verwacht noch zijn deze gedocumenteerd in eerdere
VR-onderzoeken van onze onderzoeksgroep met dezelfde VR-hardware en -software.
De assessment duurt in totaal ongeveer 90 minuten. Er worden geen voordelen
verwacht. Er wordt ingezet op een empathische en transparante aanpak met een
heldere toestemmingsprocedure, Hierbij hoort het nauwlettend in de gaten houden
van het toestandsbeeld van de deelnemers en het consequent aankondigen de
mogelijkheid tot intrekken toestemming en het niet langer deelnemen aan het
onderzoek.
Publiek
Hanzeplein 1
Groningen 9713 GZ
NL
Wetenschappelijk
Hanzeplein 1
Groningen 9713 GZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
18 jaar of ouder Behandeld worden door CTP Veldzicht of GGZ Noord Holland
Noord, Asiel zoeken in Nederland, aangemeld bij Centraal Opvang Asielzoekers
(COA) Classificatie (primaire of subclassificatie) van een stoornis
gecategoriseerd binnen de *schizofreniespectrum- en andere psychotische
stoornissen* (DSM-V) Gediagnosticeerd met het symptoom van paranoi*de
waanvoorstellingen, gedefinieerd als een PANSS-score op het waanitem (P6) >2
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Niet instaat tot het geven van geïnformeerde toestemming
Acuut psychotisch, waarmee we bedoelen overweldigd door psychotische symptomen,
geagiteerd, niet in staat om deel te nemen aan een gesprek, naar het oordeel
van een therapeut of sociotherapeut.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL84630.042.23 |