Het primaire doel van fase 1 is om een nieuwe ELISA-methode te valideren die betrouwbaar hIAPP-oligomeren in plasma kan meten, en van fase 2 om pathogene hIAPP-oligomeren (in plasma en huid) te correleren met pijn en sensorische stoornissen bij CIAP…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Perifere neuropathieën
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De belangrijkste studieparameters zijn de niveaus van pathogene oligomere hIAPP
spiegels in plasma en huid.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomst maten zijn pijn- en sensorische beoordelingen aan de hand
van vragenlijstgegevens, QST, dichtheid van intra-epidermale zenuwvezels
(IENF), CPM, sublinguale en huidmetingen met HVM, en neuro-inflammatoire
markers in plasma.
Achtergrond van het onderzoek
Polyneuropathie komt voor bij ongeveer 75-125 op de 100.000 mensen, waarvan 5-
30% wordt geclassificeerd als chronische idiopathische axonale polyneuropathie
(CIAP) en 30-50% als diabetische polyneuropathie (DPN). CIAP en DPN leiden tot
progressieve schade aan perifere zenuwen, wat resulteert in diverse symptomen
en functionele beperkingen. In 60% van de gevallen komt neuropathische pijn
voor, wat een negatieve invloed heeft op verschillende aspecten van de
kwaliteit van leven. Op dit moment zijn er geen behandelingen beschikbaar die
de ziekte zelf beïnvloeden, waardoor patiënten zijn aangewezen op
symptoombestrijding, zoals anti-neuropathische medicatie.
Recente bevindingen suggereren dat humaan islet amyloïde polypeptide (hIAPP),
dat pathogene oligomeren kan vormen, betrokken is bij het pathofysiologische
proces van pijnlijke DPN. Bij hIAPP-transgene muizen, die verhoogde
hIAPP-niveaus in het bloed hebben zonder hyperglykemie, werd perifere
neuropathie vastgesteld, wat bleek uit pijn-gerelateerd gedrag en een
verminderde dichtheid van intra-epidermale zenuwvezels (IENF). Bij patiënten
met type 2 diabetes werd een verminderde IENF-dichtheid en meer
hIAPP-oligomeren in de huid aangetroffen in vergelijking met niet-diabetische
controles.
De hIAPP-oligomeren kunnen ook de microcirculatie beïnvloeden, zoals wordt
gezien bij amyloïde-afzettingen in bloedvaten bij andere ziekten. Met behulp
van hand-held vital microscopy (HVM) willen we mogelijke microcirculatoire
ontstekingen en de ophoping van hIAPP-aggregaten identificeren.
De exacte relatie tussen hIAPP en het pijnfenotype bij DPN-patiënten is nog
onbekend. Omdat CIAP wordt geassocieerd met het metabool syndroom, vermoeden we
een gemeenschappelijke pathofysiologische route bij CIAP en DPN, waarbij hIAPP
een mogelijke aangrijpingspunt is voor ziektebehandeling. In deze studie zullen
we de relatie verder onderzoeken tussen hIAPP-niveaus in plasma en huid, en
pijn en sensorische stoornissen bij patiënten met CIAP en DPN. Om te
onderzoeken of de pathofysiologische route met hIAPP-oligomeren specifiek is
voor CIAP en DPN, zullen we een controlegroep opnemen met patiënten met
chronische perifere neuropathische pijn na een varicella zoster-reactivatie,
bekend als postherpetische neuralgie (PHN), die niet gepaard gaat met
veranderingen in hIAPP-plasmaniveaus (plasma- en huidmonsters afkomstig van
METC 19-099).
Doel van het onderzoek
Het primaire doel van fase 1 is om een nieuwe ELISA-methode te valideren die
betrouwbaar hIAPP-oligomeren in plasma kan meten, en van fase 2 om pathogene
hIAPP-oligomeren (in plasma en huid) te correleren met pijn en sensorische
stoornissen bij CIAP- en DPN-patiënten. De secundaire doelen zijn:
Het vergelijken van hIAPP- en pathogene hIAPP-oligomeerwaarden in plasma en
huid tussen CIAP-, DPN- en PHN-patiënten.
Het vergelijken van hIAPP- en pathogene hIAPP-oligomeerwaarden in plasma en
huid tussen CIAP- en DPN-patiënten met en zonder pijn.
Het correleren van pathogene hIAPP-oligomeerwaarden met een neuro-inflammatoir
biomarkerfenotype bij CIAP- en DPN-patiënten.
Het monitoren van sublinguale en huidmicrocirculatoire ontsteking, perfusie en
hIAPP-oligomeren met behulp van HVM, en dit correleren met een
neuro-inflammatoir biomarkerfenotype bij CIAP- en DPN-patiënten.
Onderzoeksopzet
Observationele cohort studie met invasieve metingen en opslag van restmateriaal
na analyse (huid en bloed) in een biobank.
Inschatting van belasting en risico
Voordelen:
De verkregen kennis draagt mogelijk bij tot meer duidelijkheid over de
pathofysiologie van hun pijnlijke polyneuropathie. Dit kan in de toekomst
leiden tot de ontwikkeling van een mechanisme-gebaseerde therapie (een
antilichaam tegen hIAPP ontwikkeld en geproduceerd door Argenx). Patiënten met
ernstige pijn krijgen de mogelijkheid om zorg te ontvangen bij de pijnpoli van
het UMCU. Reiskosten voor het ziekenhuisbezoek worden vergoed.
Nadelen:
De patiënten hebben zelf geen direct voordeel bij deelname aan dit onderzoek.
Risico's:
Het afnemen van bloed en de huidbiopten brengt verwaarloosbare risico's met
zich mee. Er zijn geen risico's verbonden aan de QST-, CPM- en HVM-metingen,
aangezien deze niet-invasief zijn.
Publiek
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
o Leeftijd 18 jaar of ouder.
o Gediagnosticeerd door een neuroloog met CIAP op basis van de volgende
criteria:
o Aanwezigheid van symmetrische distale sensorische of sensorimotorische
symptomen zoals gevoelloosheid, tintelingen, strakheid, koudegevoel,
wankelheid, spierkrampen en zwakte, beginnend in de onderste ledematen, passend
bij polyneuropathie.
o Zenuwgeleidingsonderzoek dat een demyeliniserende polyneuropathie uitsluit en
betrokkenheid van grote zenuwvezels in ten minste twee verschillende perifere
zenuwen bevestigt.
o Geen identificeerbare oorzaak voor de polyneuropathie na grondige anamnese,
lichamelijk onderzoek en uitgebreid laboratoriumonderzoek, waaronder een
volledig bloedbeeld, glucose, HbA1c, insuline, nierfunctie, leverenzymen,
creatinekinase, C-reactief proteïne, vitamine B1, vitamine B6, foliumzuur,
vitamine B12, homocysteïne, cholesterol, triglyceriden, HDL-cholesterol,
LDL-cholesterol en schildklierstimulerend hormoon.
o Of gediagnosticeerd door een arts met DPN op basis van de volgende criteria:
o Gediagnosticeerd met Diabetes Mellitus type 2 volgens de NHG-standaard.
o Aanwezigheid van symmetrische distale sensorische of sensorimotorische
symptomen zoals gevoelloosheid, tintelingen, strakheid, koudegevoel,
wankelheid, spierkrampen en zwakte, beginnend in de onderste ledematen, passend
bij polyneuropathie.
o Een score van 4 of hoger op de Douleur Neuropathique en 4 (DN4) vragenlijst.
o In staat en bereid om schriftelijke geïnformeerde toestemming te geven.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Patiënten met andere soorten pijn die de beoordeling van de neuropathische
pijn door CIAP of DPN kunnen beïnvloeden.
- Patiënten die in de 3 maanden voorafgaand aan deelname een behandeling met
een 8% capsaïcinepleister hebben ondergaan.
- Patiënten met huidaandoeningen in het gebied dat door de polyneuropathie is
aangetast, die het gevoel kunnen veranderen.
- Patiënten met ernstige cognitieve of psychiatrische stoornissen.
- Problemen met communicatie (zoals taalbarrières, doofheid, afasie, enz.).
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL88118.041.24 |