Opsporen van terugkerende hoofd-hals tumoren met tumor gevoelige MRI techniek na bestraling.

Postradiotherapeutische weefselveranderingen bemoeilijken
post(chemo)radiotherapeutische beeldvorming ter opsporing of uitsluiting van
een recidief plaveiselcelcarcinoom in de hoofd-hals regio. Conventionele
beeldvormende technieken zoals CT en MRI hebben moeite onderscheid te maken
tussen postradiotherapeutische weefselveranderingen en tumor recidief. Metabole
beeldvorming, zoals FDG-PET, heeft aanvullende waarde, maar vals positieve
uitslagen veroorzaakt door inflammatie blijven een groot probleem. Recente
studies tonen aan dat DW-MRI mogelijk een beeldvormende techniek is met een
beter vermogen om te differentieren tussen tumor recidief en
postradiotherapeutische veranderingen. Beter differentiatie kan leiden tot
afname van onnodige endoscopische biopsie procedures onder algehele narcose en
eerdere ontdekking van recidieven.

Deze studie onderzoekt de diagnostische waarde van DW-MRI voor het opsporen van
recidieven bij patienten met verdenking op een recidief hoofd-hals tumor na
(chemo)radiatie. Deze studie heeft als doel de opsporing van recidieven te
verbeteren en zodoende onnodige endoscopische biopsie procedures te reduceren.

Het betreft een prospectieve diagnostische studie die de diagnostische
capaciteit van DW-MRI onderzoekt bij patienten met de verdenking op een
hoofd-halstumor recidief na primaire (chemo)radiatie. Bij alle geincludeerde
patienten verdacht van een recidief tijdens follow-up in het UMC Utrecht zal
een DW-MRI toegevoegd worden aan de reguliere diagnostische beeldvorming. Als
een van beide beeldvormende technieken (reguliere beeldvorming of DW-MRI)
suggestief is voor een recidief, dan zal een endoscopische biopsie procedure
volgen ter histologische verificatie. Als beide beeldvormende technieken
negatief zijn voor een recidief dan zal patient onder reguliere controle
blijven. Referentie standaard is aan- of afwezigheid van histologisch bevestigd
recidief binnen 6 maanden na de DW-MRI.

Naast de reguliere beeldvorming (CT, conventionele MRI of FDG-PET scan) zullen
patienten een diffusie gewogen MRI ondergaan. Bij patienten zonder
contra-indicaties voor een MRI zijn geen relevente risico's bekend met
betrekking tot een MRI. De DW-MRI zal zoveel mogelijk gepland worden tezamen
met een andere (poli)klinische afspraak.

Alleen patienten met negatieve reguliere beeldvorming en positieve DW-MRI
zullen een afwijkend diagnostisch protocol hebben. Deze patienten zullen een
scopie onder narcose ondergaan die zijn in het reguliere protocol niet zouden
ondergaan.
Deze patienten hebben mogelijk voordeel van deze studie wanneer als
conventionele beeldvorming een fout-negatieve uitslag heeft en de DW-MRI een
terecht-positieve uitslag (literatuur rapporteer een zeer hoge sensitiviteit en
specificiteit van DW-MRI). Echter de DW-MRI kan ook een fout-positieve uitslag
hebben. In dat geval ondergaat de patient onnodig een scopie met biopsie onder
narcose. Een biopsie procedure heeft risico's zoals infectie, bloeding en het
risico van algehele anesthesie. Deze complicaties zijn zeer zeldzaam.